EUROPESE COMMISSIE
Brussel, 19.10.2018
COM(2018) 705 final
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
over de activiteiten van de IFRS Foundation, EFRAG en PIOB in 2017
EUROPESE COMMISSIE
Brussel, 19.10.2018
COM(2018) 705 final
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
over de activiteiten van de IFRS Foundation, EFRAG en PIOB in 2017
1.Doel en reikwijdte van het verslag
Overeenkomstig Verordening (EU) nr. 258/2014 1 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een Unieprogramma ter ondersteuning van specifieke activiteiten op het gebied van financiële verslaglegging en controle van jaarrekeningen, zoals gewijzigd bij Verordening (EU) 2017/827 2 , stelt de Commissie jaarlijks een verslag op over de activiteiten van de begunstigden van het programma.
De doelstelling van dit Unieprogramma is de verbetering van de voorwaarden voor de doeltreffende werking van de interne markt door ondersteuning van de transparante en onafhankelijke ontwikkeling van internationale hoogwaardige standaarden voor financiële verslaglegging en controle van jaarrekeningen.
Bijgevolg heeft dit verslag betrekking op de door de IFRS-stichting (International Financial Reporting Standards Foundation of IFRS Foundation), de European Financial Reporting Advisory Group (EFRAG) en de Public Interest Oversight Board (PIOB) in 2017 ontplooide activiteiten. Wanneer dit nuttig wordt geacht voor het doel van dit verslag, worden echter ook gebeurtenissen genoemd die in 2018 hebben plaatsgevonden.
2.IFRS-stichting
2.1.Overzicht van IFRS-activiteiten
1.1.1.Vaststelling van standaarden
Een overzicht van de activiteiten van de International Accounting Standards Board (IASB) op het gebied van vaststelling van standaarden, met inbegrip van het werk van de IFRS Interpretations Committee (IFRIC) en lopende goedkeuringsprocedures is te vinden in bijlage 1 bij dit verslag.
1.1.2.Onderzoeksprojecten
In navolging van een in 2015 uitgevoerde raadpleging is het werkprogramma 2017-2021 van de IASB gericht op het verbeteren en ondersteunen van de bestaande standaarden, het bevorderen van een betere communicatie en het ondersteunen van de tenuitvoerlegging. In het kader van haar project over "Betere Communicatie" is de IASB in 2017 overgegaan tot de publicatie van een discussienota, een consultatiedocument en een praktijkhandreiking, die zijn bedoeld om de relevantie van verstrekte informatie te vergroten door te focussen op materialiteit. De onderzoeksprojecten inzake de "disconteringsvoet" en "op aandelen gebaseerde betalingen" zijn afgerond zonder dat dit heeft geresulteerd in wijzigingen van betekenis in de bestaande standaarden. In overeenstemming met de vereiste in zijn Due Process Handbook (handboek voor de vaststelling van standaarden) heeft de IASB tevens een postimplementatiecontrole van IFRS 13 Waardering tegen reële waarde, welke van kracht is sinds 1 januari 2013, uitgevoerd met het oog op het beoordelen en oplossen van problemen bij de tenuitvoerlegging.
Voorts zijn er vijf consultatiedocumenten gepubliceerd met betrekking tot reikwijdtebeperkende wijzigingen. De door de Europese Unie verstrekte financiering omvat ook het project gericht op de tijdige update van de IFRS-taxonomie, dat is bedoeld om een bijdrage te leveren aan een Europees gemeenschappelijk elektronisch formaat.
1.1.3.Het herziene conceptueel kader
De IASB heeft in maart 2018 het herziene conceptueel kader voor financiële verslaglegging gepubliceerd. Dit ressorteert momenteel niet onder het toepassingsgebied van de goedkeuringsprocedure, die uitsluitend op IFRS-standaarden en -interpretaties betrekking heeft. Het herziene conceptueel kader is een aanvulling op de bestaande standaarden en is bedoeld om bij te dragen tot een beter begrip en betere interpretatie van de IFRS-standaarden. Het herziene kader verduidelijkt dat de verstrekte informatie bedoeld is om gebruikers te helpen bij de beoordeling van het door het management gevoerde beheer van de economische middelen van een entiteit. Ook wordt in het herziene kader gespecificeerd dat de inachtneming van voorzichtigheid, dat wordt gedefinieerd als het in acht nemen van zorgvuldigheid bij het nemen van beslissingen in onzekere omstandigheden, de waarheidsgetrouwheid van de financiële verslaglegging ten goede komt maar niet mag resulteren in onjuistheden als gevolg van een asymmetrische behandeling van activa versus passiva.
Het herziene kader heeft geen betrekking op het concept "betrouwbaarheid", maar stelt dat er sprake dient te zijn van een wisselwerking tussen "relevantie" en "getrouwe weergave". Derhalve wordt de definitie van een activum en een passivum aangepast naargelang de waarschijnlijkheid van toekomstige verwachte economische voordelen. Dit kan de reikwijdte van de economische transacties die in de jaarrekening zijn opgenomen vergroten afhankelijk van de wisselwerking tussen relevantie en onzekerheid.
2.2.Algemene beginselen die aan de ontwikkeling van nieuwe standaarden ten grondslag liggen
1.1.4.Algemene beginselen
De vereisten met betrekking tot de procedure voor de vaststelling van de standaarden (het "due process") zijn beschreven in het handboek voor de vaststelling van standaarden (het "Due Process Handbook"). Op de praktische toepassing daarvan wordt toegezien door een speciale commissie van toezicht onder de naam Due Process Oversight Committee (DPOC). De hoofdbeginselen omvatten:
•transparantie: technische vergaderingen zijn openbaar, en notulen van vergaderingen en de technische documentatie die door de IASB is meegewogen, worden op de website van de stichting geplaatst ( https://www.ifrs.org/ );
•uitvoerige en eerlijke raadpleging: minimaal bestaan de verplichte stappen voor een voorstel uit één openbare vergadering en een openbare raadpleging. De IASB moet bovendien op grond van het beginsel "naleven of motiveren" aanvullend overleg overwegen. Dit kan onder meer inhouden het publiceren van discussienota's, het oprichten van adviesgroepen, het organiseren van openbare hoorzittingen of het verrichten van veldwerk. Schriftelijke commentaren die zijn ontvangen door de IASB worden openbaar gemaakt;
•verantwoordingsplicht: de IASB dient een effectbeoordeling van haar nieuwe vereisten uit te voeren. Deze beoordeling dient zowel betrekking te hebben op de voordelen voor de financiële verslaglegging in termen van vergelijkbaarheid, relevantie en nuttigheid als de kosten voor de opstellers en gebruikers. Nieuwe standaarden worden ondersteund door Overwegingen bij de totstandkoming, waarin een toelichting wordt gegeven op de achterliggende redenen van de beslissingen en de reacties op commentaren die tijdens openbare raadplegingen zijn ontvangen.
In november 2017 heeft de Due Process Oversight Committee besloten om het Due Process Handboek aan een evaluatie te onderwerpen. Naar verwachting zal deze evaluatie in 2020 zijn afgerond. De reikwijdte van de evaluatie omvat onder meer de ontwikkelingen op het gebied van het effectbeoordelingsproces na advies van de Advisory Council van de IFRS-stichting.
In 2017 heeft de IFRS-stichting opdracht gegeven tot een extern onderzoek naar de mening van belanghebbenden over de stichting. Uit de resultaten blijkt dat er veel lof is voor de onafhankelijkheid en transparantie van de stichting maar dat er verschillend wordt gedacht over het evenwicht tussen responsiviteit en kwantiteit van de procedure voor de vaststelling van de standaarden.
1.1.5.Procedure voor de vaststelling van de standaarden, effectbeoordeling en specifieke overwegingen aangaande bedrijfsmodellen, gevolgen voor economische transacties, complexiteit, kortetermijndenken en volatiliteit
De belangrijkste standaard die in 2017 is gepubliceerd, is IFRS 17 Verzekeringscontracten. Deze vindt zijn oorsprong in een discussienota uit 2007, gevolgd door twee consultatiedocumenten die in 2010 en 2013 werden gepubliceerd. De IASB heeft ook vier testronden uitgevoerd. De laatste externe evaluatie in 2016 betrof twaalf deelnemers uit de verzekeringssector en was bedoeld om te bepalen welke interpretatieproblemen en operationele moeilijkheden zich voordeden bij zes specifieke vereisten van de standaard.
In februari 2017 heeft de Monitoring Board benadrukt dat de nieuwe standaarden dienen te worden onderbouwd door gedegen effectbeoordelingen. De effectbeoordeling van IFRS 17 is in mei 2017 tezamen met de definitieve standaard gepubliceerd. De Europese Commissie is ingenomen met deze publicatie, maar vindt tevens dat het de voorkeur zou verdienen de effectbeoordeling systematisch te integreren in de procedure voor vaststelling van de standaarden van de IASB. Aldus heeft de beoordeling een vormend effect op de standaard in plaats van een "ad-hoc" effect dat pas aan het eind van de procedure voor vaststelling van de standaarden wordt gepubliceerd. In de effectbeoordeling wordt benadrukt dat de vereisten betreffende toepassing van actuele aannamen en tijdige erkenning van verwachte verliezen de transparantie ten goede komen en dat de door IFRS 17 geboden mogelijkheden verzekeraars in staat stellen in overeenstemming met hun bedrijfsmodel verslag te doen van hun activa en passiva. Deze consistentie in het toepassen van een actuele meting van activa en passiva zou de risico's van kortetermijndenken en volatiliteit moeten verkleinen. Uit de effectbeoordeling blijkt dat nalevingskosten waarschijnlijk van materieel belang zijn maar een grote variabiliteit in de verschillende jurisdicties vertonen als gevolg van de diversiteit van reeds bestaande nationale praktijken, waarbij krachtens de nationale algemeen aanvaarde grondslagen voor financiële verslaglegging wordt gewaardeerd tegen reële waarde of kostprijs. Wat betreft complexiteit wordt er een vereenvoudigde aanpak voor kortetermijncontracten geboden om de procedure te ontlasten. In de effectbeoordeling wordt ook aandacht besteed aan de interactie tussen IFRS 17 en het Solvabiliteit II-regelgevend kader. Er wordt tevens geconcludeerd dat de extra vereisten van IFRS 17 inzake de verslaglegging van prestaties waarschijnlijk tot gevolg zullen hebben dat verzekeraars extra systemen moeten ontwikkelen. Wat betreft impact op de verzekeringsmarkten wordt in de effectbeoordeling geconcludeerd dat de verbeterde transparantie kan resulteren in betere informatieverstrekking en indirect zou kunnen bijdragen aan wijzigingen van de prijsstelling of het productontwerp, maar dat er geen directe impact is vastgesteld.
Over het geheel genomen, is de publicatie een aanzienlijke verbetering in de procedure voor de vaststelling van standaarden van de IASB. Niettemin wordt bij de beoordeling van de gevolgen van de standaard voor de verzekeringsmarkt nog steeds in hoge mate vertrouwd op de aanname dat waarderingsgrondslagen neutraal zijn en "niet van invloed zijn op de onderliggende economische realiteit binnen het bedrijf". Bovendien is de effectbeoordeling van de verzekeringsmarkt kwalitatief en niet kwantitatief. Bijgevolg is de actuele impact op economische transacties in de EU wellicht niet helemaal duidelijk.
De Europese Commissie heeft in 2017 een discussienota ingediend bij de Monitoring Board, met het oog op verbetering van de effectbeoordelingsmethode van de IASB in het algemeen. Verdere dialoog over verbetering van de effectbeoordeling is inbegrepen in het werkprogramma 2018 van de Monitoring Board.
2.3.Bestuur, integriteit en verantwoordingsplicht
1.1.6.Overzicht
De IFRS-stichting wordt bestuurd door een raad van trustees bestaande uit 22 3 leden die gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor het algemeen toezicht op en de benoemingen binnen de IASB. De trustees zijn in 2017 drie maal bijeengekomen. De benoeming van trustees geschiedt volgens een zetelverdeling per geografische herkomst en is onderhevig aan de voorafgaande toestemming van de Monitoring Board. Dit is bedoeld om te voorzien in een koppeling met overheidsdiensten. De Europese Commissie heeft zitting in de Monitoring Board. De Monitoring Board is in 2017 één keer bijeengekomen. De IASB heeft veertien leden die door de trustees zijn benoemd met inachtneming van de vereisten ten aanzien van geografisch evenwicht. De IASB-leden worden benoemd voor vijf jaar en deze termijn kan één keer worden verlengd. De IASB is verantwoordelijk voor de vaststelling van de standaarden. In 2017 heeft de IASB elf bestuursvergaderingen gehouden. De trustees benoemen tevens de veertien leden van het IFRS Interpretation Committee (IFRIC). Dit comité houdt zich bezig met het interpreteren van de toepassing van de IFRS-standaarden en het bieden van begeleiding bij kwesties op het gebied van financiële verslaglegging. Daarnaast biedt de Advisory Council van de IFRS-stichting een forum voor deelneming door organisaties en personen. De leden daarvan worden benoemd door de raad van trustees en dienen door het bestuur te worden geraadpleegd in geval van beslissingen over grote projecten.
1.1.7.Transparantievoorschriften
De vergaderingen van de raad van trustees en de Interpretation Committee zijn openbaar, de agenda's worden openbaar gemaakt en de vergaderingen zijn via webcasts te volgen.
Wanneer leden van de IFRS-stichting vergaderen met belanghebbenden buiten het kader van het Due Process Handbook worden daarvan geen officiële notulen bijgehouden.
1.1.8.Vertegenwoordiging van belanghebbenden
Een onderdeel van de door de trustees uitgevoerde evaluatie van de structuur en doeltreffendheid die de IFRS-stichting iedere vijf jaar uitvoert, is een openbare raadpleging. De laatste is gehouden in 2015. Deze raadpleging was bedoeld om informatie te verkrijgen over de geografische verdeling van de trustees. Sommigen belanghebbenden, waaronder de Europese Commissie, hebben aangevoerd dat lidmaatschap van de raad van trustees dient in te houden dat men zich verbindt tot overname van de IFRS-regels en het relatieve aandeel in de financiële bijdrage aan de stichting. De trustees hebben echter herbevestigd dat lidmaatschap van de raad van trustees en de IASB een afspiegeling dient te zijn van de kapitaalmarkten van de wereld en onderworpen dient te zijn aan de vereisten ten aanzien van geografisch evenwicht met het oog op een evenredige vertegenwoordiging van Azië-Oceanië, Europa en Amerika.
Bijgevolg is de geografische verdeling van de trustees slechts lichtelijk gewijzigd in december 2016 door de categorieën Noord-Amerika en Zuid-Amerika samen te voegen tot één pan-Amerikaanse categorie en door uitbreiding van het aantal trustees zonder geografische aanduiding van twee naar drie. Voorts is het aantal leden van de raad van trustees teruggebracht van zestien naar veertien.
Per 31 december 2017 bestond de Advisory Council van de IFRS-stichting uit 43 organisaties met 49 individuele leden. De Europese Commissie neemt deel als waarnemer.
Op een in november 2017 gehouden vergadering heeft de raad van trustees de termijn van Michel Prada's voorzitterschap van de raad van trustees met maximaal één jaar verlengd, in afwachting van de aanstelling van zijn opvolger. De benoeming van de heer Prada zou anders op 31 december 2017 zijn beëindigd.
1.1.9.Verantwoording aan het Europees Parlement
Als onderdeel van Verordening (EU) 2017/827 4 moet er aan het Europees Parlement volledig verslag worden gedaan van de ontwikkeling van internationale standaarden voor financiële verslaggeving en controle van jaarrekeningen. De jaarlijkse gedachtewisseling tussen de Commissie ECON van het Europees Parlement en de heer HOOGERVORST, voorzitter van de IASB, en de heer PRADA, voorzitter van de raad van trustees van de IFRS-stichting, heeft op 26 januari 2017 plaatsgevonden. De Commissie ECON heeft ook een jaarlijkse gedachtewisseling gehouden op 19-20 maart 2018, waarbij gesproken is over de betrokkenheid van de IASB bij de rapportage per land op het gebied van belastingen. Hans Hoogervorst heeft laten weten dat de IASB advies bij de Monitoring Board zal inwinnen.
1.1.10.Preventie van belangenconflicten
De trustees van de IFRS-stichting worden benoemd voor een termijn van drie jaar die één keer kan worden verlengd en moeten zich verbinden tot handelen in het openbaar belang. Op verzoek van de Monitoring Board wordt er momenteel een beleid inzake belangenconflicten ontwikkeld om te voorkomen dat er een situatie ontstaat waarin een trustee uit dezelfde organisatie afkomstig is als een lid van de Monitoring Board.
Slechts drie leden van de IASB mogen deeltijdleden zijn. Voltijds leden zijn krachtens de statuten van de IFRS-stichting gehouden alle relaties met werknemers en andere banden die van invloed kunnen zijn op hun onafhankelijkheid te verbreken. Noch detachering door een werkgever noch het recht tot herintreding bij de voormalige werkgever is toegestaan.
1.1.11.Verdeling van de financiering
In 2017 heeft de IFRS-stichting van de Europese Unie een subsidie ontvangen van 4,6 miljoen EUR. Dit is 16,5 % van de in totaal ontvangen financiering. Als onderdeel van het meerjarig financieel kader kan dit bedrag ieder jaar worden herzien.
Hoewel de gerapporteerde bijdragen van belanghebbenden in 2017 met 4,2 % zijn gestegen, blijken deze na verrekening van wisselkoersschommelingen 2 % te zijn gedaald. In het bijzonder Saudi-Arabië (-100 %), Nigeria (-100 %), Brazilië (-34 %) en de Verenigde Staten (-25 %) hebben hun bijdragen verlaagd. Dit heeft tot gevolg dat door het pan-Amerikaanse gebied slechts 6 % van de totale bijdragen wordt betaald terwijl zij 27% van de trustees uitmaken.
The IFRS-stichting rapporteerde een nettowinst of 8,7 miljoen GBP. De aangehouden reserve per 31 december 2017 bedroeg 31,5 miljoen GBP. De organisaties en landen die het meest hebben bijgedragen aan de stichting zijn vermeld in bijlage 2.
3.European Financial Reporting Advisory Group (EFRAG)
3.1.Overzicht van de activiteiten van de EFRAG
1.1.12.Goedkeuringsadvies en effectbeoordeling
De EFRAG adviseert de Europese Commissie over de vraag of nieuwe of herziene standaarden tegemoet komen aan de Europese belangen in de internationale procedure voor de vaststelling van de standaarden. Deze belangen omvatten onder meer het concept "voorzichtigheid", de handhaving van de vereiste van een "getrouw beeld", en het Europees openbaar belang. Effectbeoordeling is momenteel een belangrijk onderdeel van het werk in verband met de goedkeuringsadviezen van de EFRAG om te beoordelen of een standaard het Europees openbaar belang dient.
Voor het goedkeuringsadvies betreffende IFRS 16 Leaseovereenkomsten in 2017 voerde de EFRAG haar eerste volledige effectbeoordeling uit (economische invloed en gedragsinvloed) en deze werd onderbouwd door een uitgebreide macro-economische effectbeoordeling als onderdeel van haar ruimere mandaat ter dienste van het openbaar belang. Dit advies heeft gefungeerd als een pilot voor de verdere uitbouw van de capaciteiten van de EFRAG op het gebied van effectbeoordeling. De EFRAG heeft haar goedkeuringsadvies met betrekking tot de wijzigingen in IFRS 4 die zijn gepresenteerd onder de titel "Applying IFRS 9 Financial Instruments with IFRS 4 Insurance Contracts" voltooid. Vanwege het risico van onbedoelde negatieve gevolgen voor het Europese concurrentievermogen heeft de Commissie een Europese "top-up" voorgesteld die een uitbreiding betekent van de mogelijkheid om de toepassing van IFRS 9 op te schorten voor financiële conglomeraten die niet voldoen aan het IASB-criterium "overwegend aanbieden".
In oktober 2017 verzocht de Europese Commissie de EFRAG voorts om vóór eind 2018 een goedkeuringsadvies uit te brengen met betrekking tot IFRS 17 Verzekeringscontracten. In haar verzoek heeft de Commissie, na overleg met het regelgevend comité voor financiële verslaglegging (Accounting Regulatory Committee of ARC), een aantal specifieke onderwerpen, waaronder het Europees openbaar belang, ter beoordeling aan de EFRAG voorgelegd. In het bijzonder werd verzocht om een beoordeling van de potentiële gevolgen voor de financiële stabiliteit, het concurrentievermogen en de impact op de Europese verzekeringsmarkt. De EFRAG heeft in 2017 een aanvang gemaakt met haar werk aan het goedkeuringsadvies, maar het grootste deel van dit werk zal in 2018 worden verricht.
Een belangrijk onderdeel van de effectbeoordeling is een gedetailleerde casestudy betreffende de verwachte gevolgen van IFRS 17 voor een aantal Europese verzekeringsmaatschappijen. Andere onderdelen die de effectbeoordeling ondersteunen zijn onder meer gedetailleerde informatie-inwinning bij gebruikers, een onderzoek naar bestaande trends in de verzekeringssector en een vereenvoudigde casestudy gericht op kleine en middelgrote verzekeraars die niet zijn opgenomen in de gedetailleerde casestudy. De EFRAG is voornemens de ontwerpversie van haar goedkeuringsadvies in september 2018 ter openbare raadpleging voor te leggen.
In de loop van 2017 heeft de EFRAG aan de raadplegingsprocedure van de IASB deelgenomen. Bij elke openbare raadpleging over IASB-uitspraken heeft de EFRAG schriftelijke opmerkingen ingediend (consultatiedocumenten en discussienota's).
1.1.13.Overige verzoeken om technische bijstand
In het kader van een resolutie van het Europees Parlement betreffende de goedkeuring van IFRS 9, heeft de Commissie in mei 2017 verzocht om technisch advies van de EFRAG inzake de vereisten van IFRS 9 Financiële instrumenten met betrekking tot de financiële verslaglegging voor eigenvermogensinstrumenten vanuit het perspectief van langetermijnbeleggingen.
In een eerste fase werd de EFRAG verzocht om kwantitatieve gegevens te verzamelen over het huidige aantal eigenvermogensinstrumenten dat in handen is van langetermijnbeleggers, hun boekhoudkundige indeling en het potentiële effect van de nieuwe vereisten op hun gedrag teneinde vast te stellen of de vereisten een negatief effect zouden kunnen hebben op langetermijninvesteringen.
In een tweede fase werd de EFRAG verzocht een analyse te maken van potentiële alternatieven voor de vereisten van IFRS 9 betreffende "non-recycling" van tegen reële waarde gewaardeerde eigenvermogensinstrumenten met verwerking van waardeveranderingen in de overige onderdelen van het totaalresultaat. De EFRAG heeft in juli 2017 een openbare raadpleging gepubliceerd om kwantitatieve gegevens te verzamelen en heeft opdracht gegeven tot een wetenschappelijk literatuuronderzoek door een Europees wetenschappelijk team. De EFRAG heeft in januari 2018 een verslag over de eerste fase van het project gepubliceerd.
1.1.14.Onderzoeksactiviteiten
Bij de keuze van de onderwerpen van het EFRAG-onderzoek is rekening gehouden met de resultaten van een openbare raadpleging in 2015. De openbare raadpleging gaf inzicht in de onderzoeksprioriteiten van de Europese deelnemers. In het tweede kwartaal van 2018 is door de EFRAG een raadpleging met betrekking tot een nieuwe onderzoeksagenda gepubliceerd. De EFRAG zet zich nadrukkelijk in voor onderzoek dat op feitelijke gegevens is gebaseerd. In het kader van haar onderzoeksactiviteiten heeft de EFRAG in 2017 een onderzoek gepubliceerd onder de titel "Dynamic Risk Management - How do banks manage interest rate risk?", alsook een discussienota met de titel "Goodwill Impairment Test: Can it be improved?".
De EFRAG voert ook actieve onderzoeksprojecten uit naar: transacties anders dan uitwisselingen van gelijke waarde, verslaglegging ter zake van hybride pensioenregelingen, en de gevolgen van de huidige lage rentetarieven.
3.2.Bestuur, transparantie en publieke verantwoording
1.1.15.Bestuurshervorming naar aanleiding van de in het verslag-Maystadt gedane aanbevelingen
De bestuurshervorming van de EFRAG, die op 31 oktober 2014 ten uitvoer is gelegd, heeft tot een grotere legitimiteit en representativiteit van de organisatie geleid en geresulteerd in een samenhangendere deelneming van de EU aan de IASB-procedure voor de vaststelling van de standaarden. De bestuurshervorming is in juli 2016 afgerond met de officiële aanstelling door de algemene vergadering van de EFRAG van Jean-Paul Gauzès, voormalig lid van het Europees Parlement, als bestuursvoorzitter van de EFRAG, zulks op voordracht van de Commissie en zoals bekrachtigd door het Europees Parlement en de Raad.
De Europese toezichthoudende autoriteiten (ETA's) en de Europese Centrale Bank (ECB) hebben ervoor gekozen zitting te nemen in het bestuur van de EFRAG als officiële waarnemers met het recht het woord te voeren. Met hun inbreng wordt zorgvuldig rekening gehouden bij het formuleren van de standpunten van de EFRAG en zij leveren een belangrijke bijdrage aan de effectbeoordelingen die door de EFRAG worden uitgevoerd, in het bijzonder op het gebied van financiële stabiliteit.
Alle conclusies van het bestuur van de EFRAG zijn in 2017 bereikt op basis van consensus, zonder dat tot een stemming diende te worden overgegaan. In 2017 is het rouleringssysteem van de EFRAG voor de eerste maal toegepast en is er een nieuw bestuur benoemd. In de geest van het verslag-Maystadt mogen Europese organisaties die particuliere beleggers ("eindgebruikers") vertegenwoordigen als waarnemer zitting nemen in het bestuur.
Het bestuur van de EFRAG verricht jaarlijks een beoordeling van de prestaties en doeltreffendheid van zijn leden, onder toezicht van de algemene vergadering van de EFRAG. De beoordeling van 2017 had betrekking op kwesties op het gebied van strategie, bestuur en tenuitvoerlegging. Uit de beoordeling bleek dat, alles in aanmerking nemende, de nieuwe bestuursstructuur goed functioneert en heeft geresulteerd in een grotere geloofwaardigheid van de organisatie. Er is rekening gehouden met diverse aanbevelingen die in de toekomst tot een grotere doelmatigheid van de werkzaamheden van de EFRAG moeten leiden.
De EFRAG publiceert een jaarverslag dat volledige transparantie biedt met betrekking tot haar bestuur en financiële structuur en haar hoofdactiviteiten in het jaar in kwestie. Het jaarverslag van 2017 5 is op 21 maart 2018 gepubliceerd.
Het reglement van orde van de EFRAG bevat vereisten met betrekking tot belangenconflicten, en het bestuur van de EFRAG hanteert voor bestuursleden een beleid voor belangenconflicten dat is gepubliceerd op de website van de EFRAG. Het beleid is bedoeld om de geloofwaardigheid van de EFRAG als een organisatie die het Europees openbaar belang dient te waarborgen. Het beleid beoogt situaties te vermijden waarin zich belangenconflicten of vermeende belangenconflicten kunnen voordoen die zouden kunnen resulteren in besluiten of handelingen die niet in het belang van de Europese burgers zijn of die de indruk wekken dat de EFRAG ongepast heeft gehandeld. De bestuursleden en personeelsleden van de EFRAG ondertekenen jaarlijks een verklaring.
Tot slot is er in de tweede helft van 2017 een onafhankelijke controle van de zichtbaarheid en doeltreffendheid van de EFRAG uitgevoerd. Het in maart 2018 gepubliceerde verslag geeft een actueel beeld van de sterke punten en de gebieden die voor verbetering vatbaar zijn bij de organisatie. In zijn totaliteit bevestigt het verslag de hoge kwaliteit van het werk van de EFRAG en wordt zichtbaarheid aangemerkt als een van de verbetergebieden van de organisatie. Ook wordt melding gemaakt van de noodzaak deel te nemen aan het bredere debat over verslaglegging van ondernemingen. De tenuitvoerlegging van de communicatiestrategie van de EFRAG, en een communicatieteam onder leiding van de bestuursvoorzitter van de EFRAG, zullen zorgen voor verdere verbetering van de zichtbaarheid en geloofwaardigheid van de EFRAG.
1.1.16.Transparantievoorschriften
Sinds haar oprichting en na bovengenoemde bestuurshervorming hanteert de EFRAG een transparante procedure voor de vaststelling van de standaarden, die gaandeweg steeds verder is ontwikkeld. In deze procedure kunnen alle Europese deelnemers hun mening ter overweging aan de EFRAG voorleggen. De procedure waarborgt dat de diversiteit aan Europese verslagleggings- en economische modellen en de meningen daarover worden meegewogen bij de standpuntbepaling van de EFRAG. Dit is van essentieel belang om te waarborgen dat nieuwe IFRS-standaarden tegemoet komen aan de behoeften van Europa.
Als onderdeel van deze procedure heeft de EFRAG bijvoorbeeld 1) ontwerpstandpunten gepubliceerd voor openbare raadpleging, 2) praktijktests en andere vormen van effectbeoordeling uitgevoerd, 3) stimuleringsmanifestaties georganiseerd (waarvan sommige speciaal zijn gericht op gebruikers van jaarrekeningen) en 4) speciale enquêtes uitgevoerd.
De EFRAG heeft ook bijgedragen aan de op feiten gebaseerde vaststelling van standaarden middels de uitvoering van kwantitatieve onderzoeken die een bijdrage leveren aan de discussie 6 over de schriftelijke opmerkingen en goedkeuringsadviezen van de EFRAG. Kwantitatieve onderzoeken vormen een steeds belangrijker onderdeel van de onderzoeksactiviteiten van de EFRAG.
De vergaderingen van het bestuur van de EFRAG, de Technical Expert Group van de EFRAG (EFRAG TEG) en het Consultative Forum of Standard Setters van de EFRAG (EFRAG CFSS) zijn openbaar en de agenda en de samenvattingen van de vergaderingen worden op de website van de EFRAG gepubliceerd. Voorts zijn de ondersteunende agendastukken voor de vergaderingen van het bestuur van de EFRAG en, vanaf januari 2017, de vergaderingen van EFRAG TEG en EFRAG CFSS voor het publiek beschikbaar. Sinds maart 2018 zijn deze openbare vergaderingen via webcasting beschikbaar zodat belanghebbenden de besprekingen niet alleen in realtime maar ook na afloop van de vergaderingen kunnen volgen. De besprekingen van EFRAG TEG worden ondersteund door de input van EFRAG CFSS en de gespecialiseerde werkgroepen van de EFRAG.
1.1.17.Brede vertegenwoordiging en publieke verantwoording van EFRAG’s bestuursstructuur
De input van het gebruikerspanel van de EFRAG is van essentieel belang voor haar werkzaamheden. De diverse samenstelling van het gebruikerspanel en het bestuur van de EFRAG en EFRAG TEG, zowel qua geografische locatie als professionele achtergrond, zorgt ervoor dat de EFRAG naar behoren rekening houdt met alle verschillende zienswijzen.
Hoewel de totaalresultaten hiervan bijzonder positief zijn, blijft er enige reserve bestaan met betrekking tot de mate waarin men erin slaagt met de zienswijzen van alle belanghebbenden in Europa rekening te houden. De EFRAG gaat onderzoeken hoe zij proactiever kan zijn in het verkrijgen van feedback van belanghebbenden die minder nauw betrokken zijn bij de werkzaamheden van de EFRAG maar daarvan wel de gevolgen ondervinden, of van groepen belanghebbenden buiten de onmiddellijke invloedssfeer van de EFRAG.
1.1.18.Vroegtijdige betrokkenheid van het Europees Parlement en de Raad
De EFRAG heeft een verbetering tot stand gebracht van haar relatie met het Europees Parlement, en in het bijzonder van haar relatie met het permanente IFRS-team van de Commissie ECON van het Europees Parlement onder voorzitterschap van parlementslid Theodor Stolojan. Tijdens vergaderingen is het Europees Parlement in de gelegenheid input te leveren voor de activiteiten van de EFRAG en de meest recente informatie te ontvangen over de hoofdactiviteiten van de EFRAG in alle fases van de procedure voor het vaststellen van de standaarden.
In maart 2017 heeft het IFRS-team vergaderd met de EFRAG over het goedkeuringsadvies van de EFRAG betreffende IFRS 16 Leaseovereenkomsten en het komende goedkeuringsadvies van de EFRAG betreffende IFRS 17 Verzekeringscontracten. De EFRAG heeft ook haar werkzaamheden met betrekking tot het kenbaar maken van Europese standpunten in het internationale debat gepresenteerd. Daarnaast was de EFRAG uitgenodigd voor de vergadering van het IFRS-team in oktober 2017 om een update te geven over haar vorderingen met het goedkeuringsadvies betreffende IFRS 17 Verzekeringscontracten, de tenuitvoerlegging van het verslag-Stolojan, en het werk dat is verricht na de goedkeuring van IFRS 9 Financieringsinstrumenten. In deze vergaderingen heeft de EFRAG bij het IFRS-team geïnformeerd hoe zij een bijdrage kan leveren aan het bevorderen van vroegtijdige betrokkenheid van het Parlement bij de ontwikkeling van het goedkeuringsadvies van de EFRAG betreffende IFRS 17.
Voorts is de EFRAG door de Europese Commissie uitgenodigd voor bijwoning van de vergaderingen van het Regelgevend Comité voor financiële verslaglegging (Accounting Regulatory Committee of ARC), dat bestaat uit vertegenwoordigers van de lidstaten, en heeft zij tijdens iedere vergadering presentaties verzorgd over de lopende goedkeuringswerkzaamheden en andere onderwerpen. Op deze manier kon het ARC rechtstreeks overleggen met de EFRAG en al in een vroeg stadium input aanleveren. Het ARC heeft de ontwerpverzoeken voor goedkeuringsadviezen van de Commissie besproken om te verzekeren dat alle onderwerpen die relevant zijn voor de lidstaten aan de orde komen.
Dankzij de in een vroeg stadium ontvangen input van het Parlement en het ARC was de EFRAG in staat om in de ontwerpversies van haar schriftelijke opmerkingen en goedkeuringsadviezen relevante kwesties naar voren te brengen voor openbare raadpleging.
1.1.19.Diversificatie en evenwicht met betrekking tot de financieringsstructuur van de EFRAG
De EFRAG is een met publieke en private middelen financierde organisatie die zich inzet om het Europees belang te dienen. De EFRAG is een naar Belgisch recht opgerichte internationale vereniging zonder winstoogmerk (IVZW). De lidorganisaties van de EFRAG bestaan uit acht Europese organisaties van belanghebbenden en negen nationale organisaties.
Om haar financiële structuur en ledenbestand verder te versterken en vergroten, heeft de EFRAG in maart 2017 een oproep tot het indienen van blijken van belangstelling gepubliceerd. Instituto de Contabilidad y Auditoria de Cuentas (ICAC) – de Spaanse nationale normaliseringsinstantie – is in oktober 2017 als nationale organisatie toegetreden tot de EFRAG om de betrokkenheid van de EFRAG bij de financiële verslaglegging van Spaanse ondernemingen te vergroten. De EFRAG blijft werken aan de vergroting van haar ledenbestand en streeft naar een bredere geografische vertegenwoordiging.
Naast geldelijke bijdragen ontvangt de EFRAG bijdragen in natura van de leden van EFRAG TEG, het bestuur van de EFRAG, de werkgroepen en adviespanels, en bijdragen in de vorm van gratis detacheringen.
De specificatie van de financiële bijdragen van de aangesloten organisaties is te vinden in bijlage 3.
4.PIOB
4.1.Overzicht van de activiteiten van de PIOB
De Public Interest Oversight Board (PIOB) is verantwoordelijk voor het toezicht op de vaststelling van de standaarden voor de controle van jaarrekeningen en de ethiek en opleiding van accountants. De standaarden in kwestie zijn de internationale standaarden voor accountantscontrole (ISA), de ethische standaarden voor accountants en de internationale opleidingsrichtsnoeren (IES). De structuur voor het vastleggen van standaarden is geïntroduceerd na de ineenstorting van het vertrouwen in de kapitaalmarkten die in gang werd gezet door de Enron-affaire en de ondergang van Arthur Andersen. Met name van belang zijn de internationale standaarden voor accountantscontrole (ISA), die direct of indirect worden gebruikt door de meeste wettelijke auditors.
In algemene zin heeft de PIOB de taak om ervoor te zorgen dat deze standaarden in het openbaar belang worden ontwikkeld. De Commissie heeft twee van de tien POB-leden benoemd.
De PIOB hecht haar goedkeuring aan de benoemingen van de leden van de raden belast met de vaststelling van standaarden, accordeert hun strategieën en werkprogramma's, houdt toezicht op de ontwikkeling van de standaarden en verifieert of er rekening wordt gehouden met alle onderdelen die in de openbare raadplegingen worden genoemd. Zo nodig beveelt de PIOB stappen aan om te waarborgen dat de standaarden afdoende aansluiten bij het openbaar belang.
In 2017 heeft de PIOB regelmatig contact onderhouden met de raden belast met de vaststelling van standaarden die onder haar toezicht staan (International Auditing and Assurance Standards Board of IAASB); de International Accounting Education Standards Board (IAESB) en de International Ethics Standards Board for Accountants (IESBA), hun drie Consultative Advisory Groups, het Compliance Advisory Panel en het Nominating Committee en het IFAC-management.
In 2017 heeft de PIOB ook twee stimuleringsmanifestaties georganiseerd. De eerste manifestatie vond onder voorzitterschap van het Institute of Chartered Accountants of India (ICAI) op 9 februari plaats in New Delhi, India, onder de naam "Global Audit Oversight: Reconciling the Perception Gap". De tweede manifestatie was een discussie over de invloed van technologie op de accountantscontrole, die op 30 juni in Madrid werd georganiseerd. De PIOB heeft samen met de Monitoring Group tevens geïnvesteerd in de ontwikkeling van een kader voor openbaar belang dat ten doel heeft een beter mechanisme te bieden voor inzicht in de wijze waarop de publieke interesse wordt gewekt in de gehele procedure voor het vaststellen van de standaarden.
4.2.Bestuur en verantwoordingsplicht
De leden van de PIOB worden benoemd door de Monitoring Group, die eindverantwoordelijk is voor de algemene bestuursregelingen op het gebied van internationale standaarden voor de controle van jaarrekeningen, waarborgen, ethiek en opleiding. De Monitoring Group, waarvan de Europese Commissie een van de leden is, controleert hoe de PIOB invulling geeft aan haar rol op het gebied van het openbaar belang, met name wat betreft het toezicht van de PIOB op de procedure voor het vaststellen van de standaarden.
Op 9 november 2017 heeft de Monitoring Group een openbare raadpleging gepubliceerd met de titel "Strengthening the governance and oversight of the international audit-related standard-setting boards in the public interest" 7 . De Monitoring Group ontving 179 antwoorden en heeft op 31 mei 2018 een samenvatting van de feedback gepubliceerd op de website van IOSCO 8 , waaruit blijkt dat er brede steun onder belanghebbenden bestaat voor hervorming gericht op betere verantwoording en meer transparantie bij de vaststelling van de standaarden met betrekking tot accountantscontroles. Er is ook steun van alle groepen belanghebbenden voor een kader voor openbaar belang dat is ingebed in de gehele procedure voor de vaststelling van de standaarden. Op basis van de ontvangen feedback en verdere uitwisselingen wil de Monitoring Group eind 2018 een witboek uitbrengen over de toekomstige bestuursstructuur. Het kader voor het openbaar belang, dat samen met de PIOB wordt ontwikkeld, zal daarin een van de hoofdonderwerpen zijn.
Het witboek zal ook vragen bevatten over de samenstelling en rol van de PIOB in het toekomstige bestuursmodel. Over het algemeen zijn belanghebbenden voorstander van een sterk onafhankelijk toezicht, en er zijn voorstellen gedaan om de PIOB extra taken toe te vertrouwen (bijv. goedkeuring van strategische plannen).
4.3.Ontwikkelingen in de diversificatie van financieringsbronnen in 2017
De financiering van de PIOB is erop gericht om zowel in theorie als praktijk haar onafhankelijkheid te behouden. Om de doelstelling op het gebied van openbaar belang te verwezenlijken, zou een passende diversificatie van stabiele financieringsbronnen helpen, niet alleen om de continuïteit te handhaven maar ook om haar onafhankelijkheid te waarborgen. Het belang van diversificatie van de financiering is reeds onderkend in de hervorming van de IFAC (Internationale Federatie van Accountants) van 2003, die de aanleiding was voor het huidige stelsel voor het opstellen van internationale standaarden, inclusief de PIOB.
Afgezien van een aantal bijdragen in natura door Spanje (de PIOB is gevestigd in Madrid), is de PIOB sinds haar oprichting in 2005 tot en met 2010, toen het bij Besluit 716/2009/EG vastgestelde communautaire financieringsprogramma in werking trad, uitsluitend door de IFAC gefinancierd.
De middelen die de IFAC in een bepaald jaar beschikbaar stelt, vormen de maximale gegarandeerde bijdrage waarover de PIOB zonder enige verdere inmenging van de IFAC kan beschikken. De bijdragen die niet van de IFAC afkomstig zijn, zijn een vervanging en dus vermindering van de IFAC-bijdrage voor dat bepaalde jaar. Idealiter zou het percentage van de totale jaarlijkse kosten van de PIOB dat door de IFAC wordt gefinancierd minder dan 50 % van het totaal moeten bedragen.
De EU-bijdrage in de periode 2010-2016 heeft andere potentiële donoren ertoe aangezet ook eigen bijdragen te leveren. In 2016 bedroegen de ontvangsten van de PIOB 1 563 565 EUR. De IFAC heeft 914 758 EUR verstrekt, hetgeen neerkomt op 58,50 % van het totaal.
In 2017 was de EU-bijdrage 325 000 EUR, hetgeen neerkomt op 20,37 % van het totaal. IFAC heeft 1 059 807 EUR verstrekt, hetgeen neerkomt op 66,45 % van het totaal. De specificatie van de financiële bijdragen van andere organisaties is te vinden in bijlage 4.
In artikel 9, lid 5, van de verordening is bepaald dat de Commissie, indien de financiering door de IFAC in een bepaald jaar meer dan twee derde van de totale jaarlijkse financiering van de PIOB bereikt, moet voorstellen om haar jaarlijkse bijdrage te beperken tot maximaal 300 000 EUR voor dat jaar. In 2017 was dit (evenals in de periode 2014-2016) niet het geval. Omdat de financiering door de IFAC de kritieke drempel zoals bepaald in de verordening (66,66%) niet heeft bereikt, hoeft de Commissie haar bijdrage aan de PIOB voor 2017 niet te herzien.
5.Conclusie
In 2017 blijft het financieringsprogramma van de Unie volledig relevant voor de inspanningen van de EU om een kapitaalmarktenunie tot stand te brengen en de financiële stabiliteit te waarborgen. De drie begunstigden (de EFRAG, de IFRS-stichting en de PIOB) zijn succesvol geweest in hun missie om het Europees openbaar belang te verdedigen en spelen een belangrijke rol in het functioneren van de interne markt.
Maar hoewel de totaalresultaten van deze acties positief waren in termen van uitvoeringsmodaliteiten, lijkt er geen ruimte te zijn voor verdere verbetering. De Commissie zal in 2018 samenwerken met de begunstigden om (nog) hogere standaarden op het gebied van transparantie te realiseren, in het bijzonder wat betreft de instelling van verplichte transparantieregisters met gegevens van vergaderingen met belanghebbenden.
Wat betreft de EFRAG heeft de Commissie grote waardering voor de uitgebreide effectbeoordeling die ten grondslag ligt aan de goedkeuringsadviezen van de EFRAG met betrekking tot nieuwe of herziene IFRS-standaarden. De Commissie moedigt de EFRAG aan om de ontwikkeling van haar capaciteiten op dit gebied voort te zetten om te verzekeren dat de goedgekeurde IFRS-standaarden geschikt zijn voor Europa.
Wat betreft de IFRS-stichting heeft de Commissie, als lid van de Monitoring Board, een dialoog in gang gezet met de trustees en de IASB teneinde de effectbeoordelingsmethodologie te verbeteren, in het bijzonder wat betreft reikwijdte, tijdschema en methode. Dit omvat met name het toezicht op de evaluatie door de trustees van het IFRS Due Process Handboek. Naar verwachting zal deze evaluatie in 2020 zijn afgerond. Daarnaast is, als onderdeel van de evaluatie van de structuur en doeltreffendheid van de stichting die door de trustees in 2015 is uitgevoerd, het belang van de kapitaalmarkten bevestigd als overkoepelend criterium voor de vertegenwoordiging van belanghebbenden in het bestuur. De trustees nemen verantwoordelijkheid voor de financiering van de stichting 9 , die gebaseerd is op vrijwillige bijdragen uit de rechtsgebieden en gewoonlijk wordt berekend als percentage van het BNP op basis van de meest recente gegevens van het Internationaal Monetair Fonds. In 2017 blijkt uit de specificatie van bijdragen per rechtsgebied echter dat er een steeds groter wordende kloof bestaat tussen de trustees die als vertegenwoordiger zitting hebben in het bestuur en de financiële bijdragen uit "hun" rechtsgebieden. Daarom acht de Commissie het noodzakelijk om een beoordeling te maken van de adequaatheid en geschiktheid van de trusteeregelingen zoals voorzien in het werkprogramma van de Monitoring Board voor 2018 teneinde nauwlettend toe te zien op de inspanningen van de rechtsgebieden die momenteel geen invulling geven aan hun verwachte bijdrage.
De PIOB speelt een centrale rol in de ontwikkeling van een kader voor openbaar belang dat op het gebied van controle dient te worden ingebed in de gehele procedure voor de vaststelling van de standaarden. De samenstelling en de rol van de PIOB zullen zich de komende jaren waarschijnlijk ontwikkelen in overeenstemming met het hervormingsproces dat in gang is gezet door de Monitoring Group. Het is echter onvermijdelijk dat onafhankelijk toezicht een van de hoofdkenmerken van alle toekomstige modellen zal zijn. Daarnaast moeten inspanningen om de financiering van de PIOB te diversifiëren in de tussentijd worden voortgezet.
Bijlage 1 – Samenvatting van IFRS-activiteiten in 2017
Standaard |
IASB-uitgiftedatum |
Toepassingsdatum |
Publicatiedatum Publicatieblad |
IFRS16 - Leaseovereenkomsten |
13/01/2016 |
01/01/2019 |
09/11/2017 |
Wijzigingen in IAS 12 Opname van uitgestelde belastingvorderingen voor niet-gerealiseerde verliezen |
19/01/2016 |
01/01/2017 |
09/11/2017 |
Wijzigingen in IAS 7 Initiatief op het gebied van de informatieverschaffing |
29/01/2016 |
01/01/2017 |
09/11/2017 |
Verduidelijkingen van IFRS 15 Opbrengsten van contracten met klanten |
12/04/2016 |
01/01/2018 |
09/11/2017 |
Wijzigingen in IFRS 2 - Verduidelijkingen van indeling en waardering van op aandelen gebaseerde betalingen |
20/06/2016 |
01/01/2018 |
27/02/2018 |
Toepassing van IFRS 9 Financiële instrumenten in combinatie met IFRS 4 Verzekeringscontracten (Wijzigingen in IFRS 4) |
12/09/2016 |
01/01/2018 |
09/11/2017 |
Jaarlijkse verbeteringen aan IFRS-standaarden 2014-2016 |
08/12/2016 |
01/01/2017 |
08/02/2018 |
IFRIC 22 Transacties in vreemde valuta en vooruitbetalingen |
08/12/2016 |
01/01/2018 |
|
Wijzigingen in IAS 40: Herclassificaties van vastgoedbeleggingen |
08/12/2016 |
01/01/2018 |
15/03/2018 |
IFRS17 - Verzekeringsovereenkomsten |
18/05/2017 |
01/01/2021 |
|
IFRIC 23 - Onzekerheid over fiscale behandelingen van inkomsten |
07/06/2017 |
01/01/2018 |
|
Wijzigingen in IFRS 9 Financiële instrumenten - Kenmerken van vervroegde terugbetaling met negatieve compensatie |
12/10/2017 |
01/01/2019 |
|
Wijziging in IAS 28 - Langetermijnbelangen in geassocieerde ondernemingen en joint ventures |
12/10/2017 |
01/01/2019 |
|
Jaarlijkse verbeteringen 2015-2017 |
12/12/2017 |
01/01/2019 |
In subsidieaanvragen vermelde projecten |
2017 |
2018 |
Opmerkingen |
Project gericht op betere communicatie |
|||
Initiatief op het gebied van de informatieverschaffing - Openbaarmakingsbeginselen |
Werkprogramma |
Discussienota - 30/03/2017 |
Onderzoeksproject gericht op verbetering van de openbaarmakingsvereisten. |
Initiatief op het gebied van de informatieverschaffing - Vaststelling van materialiteit (wijziging in IAS 1 en 8) |
Ontwerpstandaard - 14/09/2017 |
Verduidelijking van de definitie van materialiteit. |
|
Initiatief op het gebied van de informatieverschaffing - Verklaring betreffende de beoordeling van materialiteit |
Werkprogramma |
Gepubliceerd op 14/09/2017 |
Project voltooid met de publicatie van "Making Materiality Judgements". |
Financiële basisoverzichten |
Werkprogramma |
Werkprogramma |
Doelgerichte verbetering van de structuur en inhoud van financiële basisoverzichten. |
Onderzoeksprojecten |
|||
Bedrijfscombinatie onder gemeenschappelijke leiding |
Werkprogramma |
Werkprogramma |
Gericht op het terugdringen van de diversiteit in de verslaglegging van bedrijfscombinaties onder gemeenschappelijke leiding. Dergelijke transacties worden niet aan de orde gesteld in de IFRS-standaarden. |
Postimplementatiecontrole van IFRS 13 |
Werkprogramma |
Controle gericht op het vaststellen van de invloed van IFRS13 "Waardering tegen reële waarde" op de financiële verslaglegging. De controle is in 2017 in gang gezet met een verzoek om informatie. |
|
Disconteringsvoet |
Werkprogramma |
Werkprogramma |
Onderzoek naar gebruik van disconteringsvoet in IFRS-standaarden. Het project is in maart 2017 afgerond. Een samenvatting van het onderzoek is in 2018 te verwachten. |
Dynamisch risicobeheer |
Werkprogramma |
Werkprogramma |
Onderzoeksprogramma betreffende macro hedging (dekkingstransacties op portefeuilleniveau) dat gericht is op het ontwerpen van een verslagleggingsmodel voor het vastleggen van het effect van hedging en dynamisch risicobeheer. Discussienota verwacht in 2019. |
Financiële instrumenten met de kenmerken van eigen vermogen |
Werkprogramma |
Werkprogramma |
Verduidelijking van de presentatie van financiële instrumenten met zowel een vreemdvermogenscomponent als een eigenvermogenscomponent. Bedoeld om de vereisten van IAS 32 - Financieringsinstrumenten te verduidelijken. Een discussienota is in 2018 te verwachten. |
Goodwill en bijzondere waardevermindering |
Werkprogramma |
Werkprogramma |
Onderzoeksproject om te verzekeren dat bijzondere waardevermindering van goodwill tijdig wordt onderkend. Bedoeld om de vereisten van IAS 36 te verbeteren. Een discussienota is in 2018 te verwachten. |
Op aandelen gebaseerde betalingen |
Werkprogramma |
Voltooid |
Het onderzoeksproject is in mei 2016 afgerond en heeft geleid tot reikwijdtebeperkende wijzigingen. Een samenvatting van het onderzoek is in 2018 te verwachten. |
Activiteiten onderworpen aan tariefregulering |
Werkprogramma |
Lopend |
Project gericht op het nagaan van de effecten van tariefregulering in gevallen waarin het prijsbeleid van ondernemingen aan regulering is onderworpen. |
Conceptueel raamwerk |
Ontwerpstandaard - 28/05/2015 |
Lopend |
Het nieuwe conceptuele raamwerk is in maart 2018 te verwachten. |
Onderhoudsprojecten – Reikwijdtebeperkende wijzigingen |
|||
Waarderingsregels en boekhoudkundige schattingen (Wijzigingen in IAS 8) |
Ontwerpstandaard - 12/09/2017 |
Verduidelijking van het verschil tussen waarderingsregels en boekhoudkundige schattingen. |
|
Wijzigingen in waarderingsregels (Wijziging in IAS 8) |
Werkprogramma |
Gericht op het verlagen van de onuitvoerbaarheidsdrempel bij toepassing met terugwerkende kracht van vrijwillige wijzigingen van waarderingsregels. |
|
Beschikbaarheid van een terugbetaling (Wijzigingen in IFRIC 14) |
Werkprogramma |
Verduidelijking van wanneer derden het recht hebben om bepaalde wijzigingen aan te brengen in de toegezegdpensioenregeling van een onderneming. |
|
Classificatie van passiva (wijziging in IAS 1) |
Ontwerpstandaard - 10/02/2015 |
Verduidelijking van de classificatie van schulden met prolongatieopties. Er is in 2018 een wijziging te verwachten. |
|
Definitie van een onderneming (Wijzigingen in IFRS 3) |
Werkprogramma |
Verduidelijking tussen het verschil tussen een "onderneming" en een "groep activa". |
|
Tarieven in de 10-procenttest inzake posten die niet langer in de balans worden opgenomen (Wijziging in IFRS 9) |
Werkprogramma |
Verduidelijking van de tarieven en kosten waarmee rekening moet worden gehouden bij de beoordeling van posten die niet langer in de balans zijn opgenomen. |
|
Verbeteringen in IFRS 8 - Operationele segmenten |
Ontwerpstandaard - 29/03/2017 |
Verduidelijking van de definitie van "hoogstgeplaatste functionaris die belangrijke operationele beslissingen neemt" en verbetering van openbaarmakingsvereisten. |
|
Wijziging in IAS 19 - Wijziging, inperking of afwikkeling van een programma |
Gepubliceerd op 08/02/2018 |
Verduidelijking van de verslagleggingsvereisten wanneer zich een wijziging, inperking of afwikkeling van een programma voordoet. |
|
IAS 16 - Opbrengsten vóór beoogd gebruik |
Ontwerpstandaard - 20/06/2017 |
Wijziging bedoeld om te verbieden dat er verkoopopbrengsten in mindering worden gebracht op de kosten van een materieel vast actief. |
Bijlage 2 – Specificatie van de financiering van de IFRS-stichting in 2017
Specificatie van de financiering van de IFRS-stichting |
|||||
Herkomst van financiële bijdragen |
Bijdrage 2017 |
Bijdrage 2016 |
Aantal trustees per 1 januari 2018 |
Ontwikkeling tegen constante wisselkoers |
|
Internationale accountantsbureaus |
34,7 % |
31,3 % |
-0,3 % |
||
Europese Commissie |
16,5 % |
15,6 % |
2,0 % |
||
EU-lidstaten |
15,9 % |
15,4 % |
7 |
1 % |
|
Azië/Oceanië |
25,6 % |
29,0 % |
8 |
-2,5 % |
|
Pan-Amerikaans gebied |
5,8 % |
6,6 % |
6 |
-17,0 % |
|
Afrika |
0,5 % |
1,2 % |
1 |
-53,3 % |
|
Overig |
0,9 % |
0,9 % |
0 |
-2,4 % |
|
Totaal |
22 |
-2,1 % |
Bron: IFRS-stichting
Bijlage 3 – Specificatie van financiering van EFRAG in 2017
BIJDRAGEN 000 EUR |
||
2017 |
2016 |
|
Europese organisaties van belanghebbenden |
||
Accountancy Europe |
300 |
300 |
BUSINESSEUROPE |
125 |
125 |
INSURANCE EUROPE |
75 |
75 |
Europese Bankfederatie (EBF) |
75 |
75 |
European Savings and Retail Banking Group (ESBG) |
75 |
75 |
Europese vereniging van coöperatieve banken (European Association of Co-operative Banks OF EACB) |
75 |
75 |
Europese federatie van accountants voor het midden- en kleinbedrijf (European Federation of Accountants and Auditors for SMEs of EFAA) |
25 |
25 |
Europese Federatie van Verenigingen van Financiële Analisten (European Federation of Financial Analysts Societies of EFFAS) |
15 |
15 |
Totaal |
765 |
765 |
Regionale organisaties |
||
Frankrijk |
350 |
350 |
Duitsland |
350 |
350 |
Verenigd Koninkrijk |
350 |
350 |
Italië |
290 |
290 |
Zweden |
100 |
100 |
Denemarken |
50 |
50 |
Nederland |
50 |
50 |
Spanje |
50 |
0 |
Luxemburg |
15 |
15 |
Totaal |
1605 |
1555 |
Europese Commissie |
2 624 |
2 432 |
TOTALE BIJDRAGEN |
4 994 |
4 752 |
Bron: EFRAG
Bijlage 4
Diversificatie PIOB-budget
In 2012 heeft de PIOB in nauwe samenwerking met de MG en IFAC een fondsenwervingsactie georganiseerd. Dankzij deze actie heeft de PIOB in 2013, 2014, 2015, 2016 en 2017 een gediversifieerde financieringsbasis weten te realiseren, die mede bestond uit financieringsbronnen buiten de IFAC. In 2017 heeft de PIOB bijdragen ten bedrage van 1 594 836 EUR ontvangen van de volgende contribuanten:
·Internationale Federatie van Accountants: 1 059 807 EUR
·Europese Commissie: 325 000 EUR
·Internationale organisatie van effectentoezichthouders (IOSCO): 100 000 EUR
·Financial Reporting Council: 40 000 EUR
·Abu Dhabi Accountability Authority: 35 000 EUR
·Bank voor Internationale Betalingen: 35 000 EUR
·Renteopbrengsten: 29 EUR
Bijdragen 2017
PB L 105 van 8.4.2014, blz. 1.
PB L 129 van 19.5.2017, blz. 24.
Per 1 januari 2018.
Overweging 7.
Voorbeelden in dezen zijn het document van het EFRAG-secretariaat over "IFRS 16 Quantitative Assessments of Accounting Impacts", het kwantitatieve onderzoek "What do we really know about goodwill and impairment?" en het verslag van de EFRAG over de bevindingen in de eerste fase van het "Research Project on Equity Instrument: Impairment and Recycling".
https://www.iosco.org/
https://www.iosco.org/about/monitoring_group/pdf/2018-05-31-Monitoring-Group-Summary-of-Feedback.pdf
Artikel 13, sub a, van de statuten van de IFRS-stichting.