7.3.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 86/239


Advies van het Europees Comité van de Regio’s over het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering

(2019/C 86/12)

Rapporteur:

Ximo PUIG I FERRER (ES/PSE), minister-president van de autonome regio Valencia

Referentiedocumenten:

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG)

COM(2018) 380 final

I.   AANBEVELINGEN VOOR WIJZIGINGEN

Wijzigingsvoorstel 1

Titel van verordening

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering ( EFG ).

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende het Europees Fonds voor begeleiding van transities ( EFT ).

Motivering

In artikel 2 van de ontwerpverordening staat duidelijk dat het toepassingsgebied van de verordening verder gaat dan de globalisering. De naamsverandering moet in de hele tekst worden doorgevoerd.

Wijzigingsvoorstel 2

Overweging 1

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Bij de uitvoering van de fondsen moeten de in artikel 3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) en in artikel 1 0 VWEU neergelegde horizontale beginselen, met inbegrip van de in artikel 5 VEU neergelegde beginselen van subsidiariteit en evenredigheid, worden geëerbiedigd, rekening houdend met het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. D e lidstaten en de Commissie moeten ernaar streven ongelijkheden tussen mannen en vrouwen op te heffen en de gelijkheid van mannen en vrouwen te bevorderen, het genderperspectief te integreren en discriminatie op grond van geslacht, ras of etnische afkomst, godsdienst of overtuiging, handicap, leeftijd of seksuele gerichtheid te bestrijden. De doelstellingen van de fondsen moeten worden nagestreefd in het kader van duurzame ontwikkeling en van de bevordering door de Unie van de in de artikelen 11 en 191, lid 1, VWEU verankerde doelstelling inzake behoud, bescherming en verbetering van de kwaliteit van het milieu, waarbij het beginsel „de vervuiler betaalt” wordt toegepast.

Bij de uitvoering van de fondsen moeten de in artikel 3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) en in de artikelen 9 en 1 0 VWEU neergelegde horizontale beginselen, met inbegrip van de in artikel 5 VEU neergelegde beginselen van subsidiariteit en evenredigheid, worden geëerbiedigd, rekening houdend met het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. Overeenkomstig artikel 8 VWEU moeten d e lidstaten en de Commissie gericht zijn op het opheffen van ongelijkheden en op het bevorderen van gelijkheid tussen mannen en vrouwen en de integratie van het genderperspectief, alsmede op de bestrijding van discriminatie op grond van geslacht, ras of etnische afkomst, godsdienst of overtuiging, handicap, leeftijd of seksuele geaardheid. De doelstellingen van de fondsen moeten worden nagestreefd in het kader van duurzame ontwikkeling en van de bevordering door de Unie van de in de artikelen 11 en 191, lid 1, VWEU verankerde doelstelling inzake behoud, bescherming en verbetering van de kwaliteit van het milieu, waarbij het beginsel „de vervuiler betaalt” wordt toegepast.

Motivering

Invoegen van essentiële verwijzingen naar wetsartikelen.

Wijzigingsvoorstel 3

Overweging 6

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

In haar „discussienota over het in goede banen leiden van de mondialisering” (20) wijst de Commissie de combinatie van handelsgerelateerde globalisering en technologische verandering aan als de belangrijkste factor voor een stijgende vraag naar geschoolde arbeidskrachten en een verminderd aantal banen waarvoor lagere kwalificaties vereist zijn. Niettegenstaande de over het algemeen aanzienlijke voordelen van meer open handel en de verdere integratie van de wereldeconomieën, moeten deze negatieve neveneffecten worden aangepakt. Aangezien de huidige voordelen van globalisering reeds ongelijk verdeeld zijn over mensen en regio’s, wat een zeer grote impact heeft voor diegenen voor wie globalisering negatieve gevolgen heeft, bestaat het gevaar dat de steeds sneller evoluerende technologische vooruitgang deze gevolgen nog zal versterken. Daarom zal het, in overeenstemming met de beginselen van solidariteit en duurzaamheid, noodzakelijk zijn ervoor te zorgen dat de voordelen van globalisering billijker worden verdeeld door economische openheid en technologische vooruitgang te verzoenen met sociale bescherming .

In haar „discussienota over het in goede banen leiden van de mondialisering” wijst de Commissie de combinatie van handelsgerelateerde globalisering en technologische verandering aan als de belangrijkste factor voor een stijgende vraag naar geschoolde arbeidskrachten en een verminderd aantal banen waarvoor lagere kwalificaties vereist zijn. Vandaar dat, ondanks de voordelen van meer open handel en de verdere integratie van de wereldeconomieën, de negatieve neveneffecten, die met name van invloed zijn op bepaalde bedrijfssectoren, bepaalde ondernemingen, bepaalde groepen kwetsbare werknemers en bepaalde regio’s , moeten worden aangepakt. Aangezien de huidige voordelen van globalisering reeds ongelijk verdeeld zijn over mensen en regio’s, wat een zeer grote impact heeft voor diegenen voor wie globalisering negatieve gevolgen heeft, bestaat het gevaar dat de technologische en milieugerelateerde transities deze gevolgen nog zullen versterken. Daarom zal het, in overeenstemming met de beginselen van solidariteit en duurzaamheid, noodzakelijk zijn ervoor te zorgen dat de voordelen van globalisering billijker worden verdeeld en dat sterker wordt geanticipeerd op de algehele negatieve gevolgen van de globalisering en de technologische en milieugerelateerde transities .

Motivering

Spreekt voor zich.

Wijzigingsvoorstel 4

Overweging 14

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Zoals aangegeven moet, om het Europese karakter van het EFG te handhaven, een aanvraag voor steun worden ingediend wanneer een grote herstructurering een zeer grote impact heeft op de lokale of regionale economie. Dergelijke impact moet worden bepaald door een minimumaantal ontslagen binnen een specifieke referentieperiode. Rekening houdend met de bevindingen van de tussentijdse evaluatie, moet de drempel worden vastgesteld op 250 ontslagen binnen een referentieperiode van vier maanden (of zes maanden in sectordossiers ). Rekening houdend met het feit dat ontslaggolven die in verschillende sectoren in dezelfde regio plaatsvinden een even grote impact hebben op de lokale arbeidsmarkt, moet het ook mogelijk zijn een aanvraag in te dienen voor een regio. Op kleine arbeidsmarkten, zoals kleine lidstaten of afgelegen gebieden, met inbegrip van de in artikel 349 VWEU bedoelde ultraperifere gebieden, of in uitzonderlijke omstandigheden, zou een aanvraag kunnen worden ingediend in geval van een geringer aantal ontslagen.

Zoals aangegeven moet, om het Europese karakter van het EFT te handhaven, een aanvraag voor steun worden ingediend wanneer een grote herstructurering een zeer grote impact heeft op de lokale of regionale economie. Dergelijke impact moet worden bepaald door een minimumaantal ontslagen binnen een specifieke referentieperiode. Rekening houdend met de bevindingen van de tussentijdse evaluatie, moet de drempel worden vastgesteld op 150 ontslagen binnen een referentieperiode van negen maanden. Rekening houdend met het feit dat ontslaggolven die in verschillende sectoren in dezelfde regio plaatsvinden een even grote impact hebben op de lokale arbeidsmarkt, moet het ook mogelijk zijn een aanvraag in te dienen voor een regio. Op kleine arbeidsmarkten, zoals kleine lidstaten of afgelegen gebieden, met inbegrip van de in artikel 349 VWEU bedoelde ultraperifere gebieden, of in uitzonderlijke omstandigheden, bijvoorbeeld in het geval van gebieden waar de werkloosheid al bijzonder hoog is, zou een aanvraag kunnen worden ingediend in geval van een geringer aantal ontslagen.

Motivering

Dit sluit aan op het wijzigingsvoorstel m.b.t. artikel 5.

Wijzigingsvoorstel 5

Overweging 15

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Als blijk van de solidariteit van de Unie met ontslagen werknemers en zelfstandigen die hun werkzaamheden hebben beëindigd, moet het medefinancieringspercentage van de kosten van het pakket van individuele dienstverlening gelijk zijn aan het medefinancieringspercentage van het ESF+ in de respectieve betrokken lidstaat .

Als blijk van de solidariteit van de Unie met ontslagen werknemers en zelfstandigen die hun werkzaamheden hebben beëindigd, moet het medefinancieringspercentage van de kosten van het pakket van individuele dienstverlening niet lager zijn dan 60 %. Dit minimumpercentage kan met nog eens 5 % worden verhoogd als gezorgd is voor objectieve en operationele maatregelen en instrumenten voor anticipatie en herstructurering .

Motivering

Dit sluit aan op het wijzigingsvoorstel m.b.t. artikel 14, lid 2.

Wijzigingsvoorstel 6

Overweging 19

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

(19)

Financiële bijdragen uit het EFG moeten in de eerste plaats gericht zijn op actieve arbeidsmarktmaatregelen die een snelle en duurzame terugkeer van de begunstigden op de arbeidsmarkt beogen binnen of buiten de sector waar zij oorspronkelijk werkzaam waren. De maatregelen moeten de verwachte behoeften van de lokale of regionale arbeidsmarkt weerspiegelen. Waar nodig moet echter ook de mobiliteit van ontslagen werknemers worden ondersteund om hen te helpen elders een nieuwe baan te vinden. Bijzondere aandacht moet worden geschonken aan de verspreiding van vaardigheden die vereist zijn in het digitale tijdperk. Er moeten beperkingen worden gesteld aan het opnemen van geldelijke toelagen in een gecoördineerd pakket van individuele dienstverlening. Bedrijven zouden kunnen worden aangemoedigd om deel te nemen aan de nationale medefinanciering van de door het EFG gesteunde maatregelen.

(19)

Financiële bijdragen uit het EFT moeten in de eerste plaats gericht zijn op actieve arbeidsmarktmaatregelen die een snelle en duurzame terugkeer van de begunstigden op de arbeidsmarkt beogen binnen of buiten de sector waar zij oorspronkelijk werkzaam waren. De maatregelen moeten de verwachte behoeften van de lokale of regionale arbeidsmarkt weerspiegelen, en daarom is de actieve betrokkenheid van lokale en/of regionale overheden van essentieel belang . Het herstel van de territoriale capaciteit moet ter hand worden genomen vanuit een perspectief dat is gebaseerd op de lokale kenmerken, de sterke punten en de endogene hulpbronnen van de gebieden. Clusterbeleid, de verspreiding van kennis en innovatie, alsook de oprichting van ondernemingen die de werkgelegenheid stimuleren, zullen een klimaat creëren dat bevorderlijk is voor groei op basis van gelijke kansen voor mensen, ongeacht hun woonplaats. Bij deze aanpak zal prioriteit worden gegeven aan de verspreiding van de vaardigheden die in het digitale tijdperk nodig zijn.

 

Het opnemen van geldelijke toelagen in een gecoördineerd geheel van individuele dienstverlening moet altijd een flankerend karakter houden ten opzichte van de actieve maatregelen . Bedrijven moeten ook worden aangemoedigd om deel te nemen aan de nationale medefinanciering voor EFG -maatregelen, mits dat compatibel is .

 

Aan de andere kant dient steun voor mobiliteit van werknemers waarbij deze moeten verhuizen een laatste redmiddel te zijn, gezien de ontwrichtende werking ervan en het verlies aan regionale aantrekkingskracht waarmee zo’n maatregel gepaard gaat..

Motivering

Het herstructureringsbeleid moet een gunstig klimaat voor werkgelegenheid en groei scheppen en maatregelen omvatten om werknemers in staat te stellen weer aan het werk te gaan. Hieronder valt ook eenmalige en in de tijd beperkte bijstand.

De regionale autoriteiten moeten actief bij het proces worden betrokken, omdat zij de reële situatie kennen en daarmee omgaan.

Wijzigingsvoorstel 7

Nieuwe paragraaf invoegen na overweging 19

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

 

In haar „Discussienota over het in goede banen leiden van de mondialisering” onderkent de Commissie de sterke regionale dimensie van de ongelijke territoriale impact van de mondialisering, aangezien de nieuwe banen die door de handel en de technologische veranderingen zijn ontstaan niet noodzakelijkerwijs op dezelfde plaatsen ontstaan als waar banen zijn verdwenen en de gedupeerde werknemers vaak niet over de juiste vaardigheden beschikken voor deze nieuwe banen.

Handelsovereenkomsten van de EU moeten daarom vergezeld gaan van territoriale effectbeoordelingen, zodat de bevoegde autoriteiten in een vroeg stadium mogelijke asymmetrische gevolgen van handelsovereenkomsten kunnen vaststellen en kwantificeren, zich daarop kunnen voorbereiden, op veranderingen kunnen anticiperen en eventuele herstructureringen het hoofd kunnen bieden door met een juiste beleidsmix en een doeltreffend gebruik van EU-middelen strategieën op te stellen.

Motivering

Het CvdR steunt het handelsbeleid van de EU op voorwaarde dat het vergezeld gaat van territoriale effectbeoordelingen die de mogelijke gevolgen ervan meten en als instrument dienen voor een transparant en empirisch onderbouwd handelsbeleid.

Wijzigingsvoorstel 8

Overweging 20

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

(20)

Bij de opstelling van het gecoördineerde pakket van actieve arbeidsmarktbeleidsmaatregelen moeten de lidstaten de voorkeur geven aan maatregelen die in aanzienlijke mate zullen bijdragen tot de inzetbaarheid van de begunstigden. De lidstaten moeten ernaar streven dat zo spoedig mogelijk binnen de termijn van zes maanden voor de datum waarop het eindverslag over de uitvoering van de financiële bijdrage moet worden ingediend, zo veel mogelijk begunstigden die aan deze maatregelen deelnemen duurzaam op de arbeidsmarkt terugkeren.

(20)

Bij de opstelling van het gecoördineerde pakket van actieve arbeidsmarktbeleidsmaatregelen moeten de lidstaten de voorkeur geven aan maatregelen die in aanzienlijke mate zullen bijdragen tot de inzetbaarheid van de begunstigden. De lidstaten moeten ernaar streven dat zo spoedig mogelijk binnen de termijn van zes maanden voor de datum waarop het eindverslag over de uitvoering van de financiële bijdrage moet worden ingediend, zo veel mogelijk begunstigden die aan deze maatregelen deelnemen duurzaam op de lokale en regionale arbeidsmarkt terugkeren.

Motivering

Het scheppen van banen in gebieden waar werknemers zijn ontslagen moet voorrang krijgen.

Wijzigingsvoorstel 9

Overweging 23

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

(23)

In het belang van de begunstigden en van de organen die bevoegd zijn voor de uitvoering van de maatregelen, moet de aanvragende lidstaat alle betrokkenen bij de aanvraagprocedure, op de hoogte houden van de behandeling van de aanvraag.

In het belang van de begunstigden en van de organen die bevoegd zijn voor de uitvoering van de maatregelen, moet de aanvragende lidstaat alle betrokkenen bij de aanvraagprocedure, en dan met name lokale en regionale overheden , op de hoogte houden van de behandeling van de aanvraag.

Motivering

Benadrukken dat de lokale en regionale overheden betrokken moeten worden bij de behandeling van de aanvraag.

Wijzigingsvoorstel 10

Overweging 39

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

(39)

Rekening houdend met het feit dat de beroepsbevolking gezien de digitale transformatie van de economie over een bepaald niveau van digitale vaardigheden moet beschikken, moet de verspreiding van vaardigheden die vereist zijn in het digitale tijdperk een verplicht horizontaal onderdeel vormen van de aangeboden gecoördineerde pakketten van individuele diensten,

(39)

Rekening houdend met het feit dat de Europese burgers, met name de beroepsbevolking, gezien de digitale transformatie van de economie over een bepaald niveau van digitale vaardigheden moet beschikken, moet de verspreiding van vaardigheden die vereist zijn in het digitale tijdperk een verplicht horizontaal onderdeel vormen van de aangeboden gecoördineerde pakketten van individuele diensten,

Motivering

[Het eerste deel van de motivering is niet van toepassing op de Nederlandse vertaling; de rapporteur maakt bezwaar tegen de Spaanse term „mano de obra” (arbeidskrachten).] Volgens veel literatuur zijn werkenden verder uit sociaal oogpunt meer dan slechts een materiële productiefactor.

Wijzigingsvoorstel 11

Nieuwe paragraaf invoegen na overweging 39

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

 

Overheidsinvesteringen in vaardigheden en menselijk kapitaal moeten beter worden afgestemd op slimme specialisatiestrategieën, met een gebiedsgerichte benadering waarbij wordt onderzocht hoe structurele veranderingen specifieke problemen en uitdagingen in de regionale en/of lokale economie kunnen creëren. Gezien de noodzaak om deze vaardigheden aan te passen aan de behoeften van de regionale industrie, moeten de strategieën voor economische ontwikkeling ook worden gecoördineerd met het onderwijs- en werkgelegenheidsbeleid, zodat de lokale capaciteit kan worden ontwikkeld.

Motivering

Wijzen op de noodzaak om overheidsinvesteringen in vaardigheden aan te passen aan de specifieke kenmerken van een bepaalde regio en om regionale ontwikkeling te koppelen aan onderwijs en werkgelegenheidsbeleid, zodat een en ander maximaal effect kan sorteren.

Wijzigingsvoorstel 12

Artikel 2

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Het EFG draagt bij tot een betere verdeling van de voordelen van de globalisering en de technologische vooruitgang door ontslagen werknemers te helpen aan te passen aan structurele veranderingen. Als zodanig draagt het EFG bij tot de uitvoering van de in de Europese pijler van sociale rechten bepaalde beginselen en verbetert het de economische samenhang tussen de regio’s en de lidstaten.

Het EFT ondersteunt de sociaaleconomische veranderingen die het gevolg zijn van de globalisering en van de technologische en milieugerelateerde transitie, door werknemers op wie deze hulp is gericht te helpen aan te passen aan structurele veranderingen. Als zodanig draagt het EFT bij tot de uitvoering van de in de Europese pijler van sociale rechten bepaalde beginselen en verbetert het de economische samenhang tussen de regio’s en de lidstaten.

Motivering

Deze formulering is inclusiever en heeft ook betrekking op ontslagen werknemers en zelfstandigen en, conform het voorstel in dit advies, op „werknemers van ondernemingen in moeilijkheden die het risico lopen te worden ontslagen”.

Wijzigingsvoorstel 13

Artikel 3.1

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

1.   De algemene doelstelling van het programma is solidariteit te betonen met en steun te verlenen aan ontslagen werknemers en zelfstandigen die hun werkzaamheden hebben beëindigd als gevolg van onverwachte grote herstructureringen, zoals bedoeld in artikel 5.

1.   1. De algemene doelstelling van het programma is solidariteit en verantwoordelijkheid te betonen met en steun te verlenen aan ontslagen werknemers en zelfstandigen die hun werkzaamheden hebben beëindigd als gevolg van onverwachte grote herstructureringen, en aan werknemers van in moeilijkheden verkerende bedrijven die het risico lopen te worden ontslagen zoals bedoeld in artikel 5.

Motivering

De gevolgen van de globalisering van de markt of van de crisis kunnen neveneffecten zijn van het beleid van de Commissie. Het fonds getuigt niet alleen van solidariteit, maar is ook een teken dat de EU verantwoordelijkheid neemt voor haar besluiten.

De formulering „werknemers van ondernemingen in moeilijkheden die het risico lopen te worden ontslagen” sluit aan bij het voorstel in dit advies.

Wijzigingsvoorstel 14

Artikel 3.2

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

2.   De specifieke doelstelling van het EFG is steun te verlenen in geval van onverwachte grote herstructureringen, met name wanneer die zijn veroorzaakt door uitdagingen die verband houden met de globalisering, zoals veranderingen in de wereldhandelspatronen, handelsgeschillen, financiële of economische crises, de overgang naar een koolstofarme economie of als gevolg van de digitalisering of automatisering. Bijzondere nadruk wordt gelegd op maatregelen die de meest kansarme groepen helpen.

2.   2. De specifieke doelstelling van het EFT is steun te verlenen in geval van onverwachte grote herstructureringen, met name wanneer die zijn veroorzaakt door uitdagingen die verband houden met de globalisering, zoals veranderingen in de wereldhandelspatronen, handelsgeschillen, besluiten in het kader van de handelsbeschermingsinstrumenten van de EU , financiële of economische crises, de overgang naar een koolstofarme economie of als gevolg van de digitalisering of automatisering. Bijzondere nadruk wordt gelegd op maatregelen die de meest kansarme groepen helpen, z oals omschreven in artikel 4 .

Motivering

Werknemers die er de dupe van zijn als er geen antidumpingmaatregelen worden genomen, zouden zich automatisch moeten kunnen beroepen op de rechten die in de EFG-regels zijn vervat en in aanmerking moeten komen voor dit fonds.

De slotverwijzing naar artikel 4 heeft betrekking op de invoeging van een definitie van meest benadeelde groepen.

Wijzigingsvoorstel 15

Artikel 4

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Definities

Definities

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder

a)

„ontslagen werknemer”: een werknemer wiens arbeidsovereenkomst voortijdig is beëindigd door gedwongen ontslag, of wiens arbeidsovereenkomst om economische redenen niet is verlengd;

a)

„ontslagen werknemer”: een werknemer wiens arbeidsovereenkomst voortijdig is beëindigd door gedwongen ontslag, of wiens arbeidsovereenkomst om economische redenen niet is verlengd;

b)

zelfstandige”: een persoon die niet meer dan tien werknemers in dienst had;

b)

zelfstandige”: een persoon die niet meer dan tien werknemers in dienst had;

c)

„begunstigde”: een persoon die deelneemt aan de door het EFG medegefinancierde maatregelen;

c)

„kwetsbare werknemer”: eenieder die als begunstigde wordt beschouwd en voor wie een van de volgende kenmerken of omstandigheden gelden;

ouder dan 54 jaar;

jonger dan dertig jaar;

vrouw;

het gaat om een persoon met een beperking (motorisch, cognitief of sensorieel);

een of meer personen zijn financieel afhankelijk van de begunstigde;

geen diploma van middelbaar of hoger beroepsonderwijs (Internationale standaardclassificatie van het onderwijs 3), of

behorend tot een etnische minderheid in een lidstaat.

d)

„onregelmatigheid”: elke inbreuk op het toepasselijke recht als gevolg van een handeling of nalatigheid van een bij de uitvoering van het EFG betrokken economisch subject waarbij de begroting van de Unie door een onverschuldigde uitgave wordt of zou kunnen worden benadeeld.

d)

„begunstigde”: een persoon die deelneemt aan de door het EFT medegefinancierde maatregelen;

 

e)

„onregelmatigheid”: elke inbreuk op het toepasselijke recht als gevolg van een handeling of nalatigheid van een bij de uitvoering van het EFT betrokken economisch subject waarbij de begroting van de Unie door een onverschuldigde uitgave wordt of zou kunnen worden benadeeld.

Motivering

Het is redelijk om in het voorstel voor een verordening de algemene verwijzing naar „kansarme begunstigden” of „meest kansarme groepen” te expliciteren, zonder al te concreet te worden. Ook zou kunnen worden overwogen om jongeren te noemen en gewag te maken van het genderperspectief en gelijke kansen.

Wijzigingsvoorstel 16

Artikel 5.1, lid 5.2

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Criteria voor steunverlening

Criteria voor steunverlening

1.   De lidstaten kunnen financiële steun uit het EFG aanvragen voor maatregelen die gericht zijn op ontslagen werknemers en zelfstandigen, in overeenstemming met de in dit artikel vastgelegde bepalingen. Een financiële bijdrage uit het EFG wordt toegekend bij grote herstructureringen die tot gevolg hebben:

1.   De lidstaten kunnen financiële steun uit het EFT aanvragen voor maatregelen die gericht zijn op ontslagen werknemers, zelfstandigen die hun activiteiten hebben gestaakt, en werknemers van in moeilijkheden verkerende bedrijven die het risico lopen te worden ontslagen , in overeenstemming met de in dit artikel vastgelegde bepalingen.

 

2.   Een financiële bijdrage uit het EFT wordt toegekend bij grote herstructureringen die tot gevolg hebben:

a)

de beëindiging van de werkzaamheden van meer dan 250 ontslagen werknemers of zelfstandigen binnen een referentieperiode van vier maanden in een onderneming in een lidstaat, ook wanneer die beëindiging van toepassing is bij leveranciers of downstreamproducenten;

a)

de beëindiging van de werkzaamheden van meer dan 150 ontslagen werknemers of zelfstandigen binnen een referentieperiode van negen maanden in een onderneming in een lidstaat, ook wanneer die beëindiging van toepassing is bij leveranciers of downstreamproducenten;

b)

de beëindiging van de werkzaamheden van meer dan 250 ontslagen werknemers of zelfstandigen binnen een referentieperiode van zes maanden, met name in kmo’s, die alle actief zijn in dezelfde NACE Rev. 2-afdeling en gelegen zijn in een NUTS 2-regio of twee aan elkaar grenzende NUTS 2-regio’s of in meer dan twee aan elkaar grenzende NUTS 2-regio’s, mits meer dan 250 werknemers of zelfstandigen zijn getroffen in twee van de regio’s tezamen;

b)

de beëindiging van de werkzaamheden van meer dan 150 ontslagen werknemers of zelfstandigen binnen een referentieperiode van zes maanden, met name in kmo’s, die alle actief zijn in dezelfde NACE Rev. 2-afdeling en gelegen zijn in een NUTS 2-regio of twee aan elkaar grenzende NUTS 2-regio’s of in meer dan twee aan elkaar grenzende NUTS 2-regio’s, mits meer dan 150 werknemers of zelfstandigen zijn getroffen in twee van de regio’s tezamen;

c)

de beëindiging van de werkzaamheden van meer dan 250 ontslagen werknemers of zelfstandigen binnen een referentieperiode van vier maanden, met name in kmo’s, die actief zijn in dezelfde of verschillende NACE Rev. 2-afdelingen en gelegen zijn in dezelfde NUTS 2-regio.

c)

de beëindiging van de werkzaamheden van meer dan 150 ontslagen werknemers of zelfstandigen binnen een referentieperiode van negen maanden, met name in kmo’s, die actief zijn in dezelfde of verschillende NACE Rev. 2-afdelingen en gelegen zijn in dezelfde NUTS 2-regio.

3.   Op kleine arbeidsmarkten of in uitzonderlijke omstandigheden, met name ten aanzien van aanvragen door kmo’s, die door de aanvragende lidstaat naar behoren worden onderbouwd, kan een aanvraag voor een financiële bijdrage op grond van dit artikel, zelfs als niet volledig voldaan wordt aan de criteria van lid 1, onder a), b) of c), als ontvankelijk worden aangemerkt, wanneer de gedwongen ontslagen ernstige gevolgen hebben voor de werkgelegenheid en de lokale of regionale economie. De aanvragende lidstaat vermeldt aan welke van de criteria voor steunverlening van lid 1, onder a), b) of c), niet volledig wordt voldaan. Het totaalbedrag van de aanvragen voor uitzonderlijke omstandigheden mag niet meer bedragen dan 15 % van het jaarlijkse maximumbedrag van het EFG .

3.   Op kleine arbeidsmarkten of in uitzonderlijke omstandigheden, met name ten aanzien van aanvragen door kmo’s, die door de aanvragende lidstaat naar behoren worden onderbouwd, kan een aanvraag voor een financiële bijdrage op grond van dit artikel, zelfs als niet volledig voldaan wordt aan de criteria van lid 1, onder a), b) of c), als ontvankelijk worden aangemerkt, wanneer de gedwongen ontslagen ernstige gevolgen hebben voor de werkgelegenheid en de lokale of regionale economie. De aanvragende lidstaat vermeldt aan welke van de criteria voor steunverlening van lid 1, onder a), b) of c), niet volledig wordt voldaan. Het totaalbedrag van de aanvragen voor uitzonderlijke omstandigheden mag niet meer bedragen dan 15 % van het jaarlijkse maximumbedrag van het EFT .

Motivering

Dit sluit beter aan op de formulering van artikel 3.

Voor een kleine groep ontslagen werknemers wordt de steun toegankelijker, gezien de geringe omvang van de ondernemingen: daar vinden minder vaak grootschalige ontslagen plaats.

Het waarom van de verschillende tijdsbestekken is niet bekend. Het voorstel is om beide perioden te verlengen tot negen maanden.

Wijzigingsvoorstel 17

Artikel 5.4

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

4.     Het EFG kan niet worden ingezet wanneer werknemers worden ontslagen als gevolg van bezuinigingen van een lidstaat op de begroting waardoor sectoren worden getroffen die afhankelijk zijn van overheidsfinanciering.

 

Motivering

De steun moet beschikbaar zijn voor alle ontslagen werknemers, ongeacht of zij werkzaam waren in sectoren die afhankelijk zijn van overheidsfinanciering. Bovendien kan het voor de bevoegde autoriteiten bijzonder moeilijk zijn om vast te stellen welke sectoren afhankelijk zijn van overheidsfinanciering en welke niet.

Wijzigingsvoorstel 18

Nieuw lid in artikel 5

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

 

4 (of 5).     Naast de andere begunstigden die in de vorige leden zijn genoemd kunnen de lidstaten, conform de definitie van de bedoelde ondernemingen in de „Richtsnoeren voor reddings- en herstructureringssteun aan niet-financiële ondernemingen in moeilijkheden (2014/C 249/01)”, ook werknemers van in moeilijkheden verkerende bedrijven die het risico lopen te worden ontslagen laten profiteren van financiële bijdragen van het EFT. Deze komen dan alleen in aanmerking voor op maat gesneden opleidings- en omscholingsacties, onder meer voor het opdoen van vaardigheden op het gebied van informatie- en communicatietechnologie en van andere digitale vaardigheden, mits deze acties niet vallen onder maatregelen die krachtens de nationale wetgeving of bestaande collectieve overeenkomsten onder de verantwoordelijkheid van ondernemingen vallen.

Motivering

De digitale transformatie van de economie vereist een zekere mate van digitale competentie van alle Europese burgers, en met name werknemers die het risico lopen te worden ontslagen moeten in aanmerking komen voor deze gepersonaliseerde diensten voor de verwerving van digitale vaardigheden.

Wijzigingsvoorstel 19

Nieuwe laatste alinea in artikel 7

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

 

Werknemers van in moeilijkheden verkerende bedrijven die het risico lopen te worden ontslagen kunnen eveneens voor de steun in aanmerking komen, met inachtneming van de in artikel 5, lid 4 (of 5, lid 5) genoemde beperkingen.

Motivering

Dit sluit aan op de bepalingen in de voorgaande artikelen.

Wijzigingsvoorstel 20

Artikel 8

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Subsidiabele maatregelen

Subsidiabele maatregelen

1.   Een financiële bijdrage uit het EFG kan worden bestemd voor actieve arbeidsmarktmaatregelen in het kader van een gecoördineerd pakket van individuele dienstverlening, om de beoogde begunstigden, en in het bijzonder de meest kansarme ontslagen werknemers, weer aan een dienstbetrekking of zelfstandige arbeid te helpen.

1.   Een financiële bijdrage uit het EFT kan worden bestemd voor actieve arbeidsmarktmaatregelen in het kader van een gecoördineerd pakket van individuele dienstverlening, om de beoogde begunstigden, en in het bijzonder de meest kansarme ontslagen werknemers, weer aan een dienstbetrekking of zelfstandige arbeid te helpen.

De verspreiding van vaardigheden die vereist zijn in het digitale industriële tijdperk moet een verplicht horizontaal onderdeel vormen van de gecoördineerde pakketten van individuele diensten die worden aangeboden. Het opleidingsniveau moet worden aangepast aan de kwalificaties en behoeften van de betrokken begunstigde.

De verspreiding van vaardigheden die vereist zijn in het digitale industriële tijdperk moet een verplicht horizontaal onderdeel vormen van de gecoördineerde pakketten van individuele diensten die worden aangeboden. Het opleidingsniveau moet worden aangepast aan de kwalificaties en behoeften van de betrokken begunstigde , aan de specifieke uitdagingen binnen de regionale en/of lokale economie en vooral aan de vaardigheden van werknemers die ontslagen dreigen te worden .

Het gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening kan met name het volgende omvatten:

a)

opleiding en omscholing op maat, onder meer op het gebied van informatie-en communicatietechnologie en andere vaardigheden die vereist zijn in het digitale tijdperk, certificering van opgedane ervaring, hulp bij het zoeken van een baan, loopbaanbegeleiding, adviesverlening, begeleiding door een mentor, outplacementbegeleiding, bevordering van ondernemerschap, steun bij het uitoefenen van een zelfstandige activiteit, het opzetten van een eigen bedrijf en een overname door werknemers, en samenwerkingsactiviteiten;

b)

speciale tijdelijke maatregelen, zoals sollicitatietoelagen, premies bij indiensttreding voor werkgevers, mobiliteitstoelagen, opleidings- of dagvergoedingen, waaronder toelagen voor verzorgers.

Het gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening kan met name het volgende omvatten:

a)

opleiding en omscholing op maat, onder meer op het gebied van informatie-en communicatietechnologie en andere vaardigheden die vereist zijn in het digitale tijdperk, certificering van opgedane ervaring, hulp bij het zoeken van een baan, loopbaanbegeleiding, adviesverlening, begeleiding door een mentor, outplacementbegeleiding, bevordering van ondernemerschap, steun bij het uitoefenen van een zelfstandige activiteit, het opzetten van een eigen bedrijf en een overname door werknemers, en samenwerkingsactiviteiten;

b)

speciale tijdelijke maatregelen, zoals sollicitatietoelagen, premies bij indiensttreding voor werkgevers, mobiliteitstoelagen, opleidings- of dagvergoedingen, waaronder toelagen voor verzorgers.

De kosten van de onder b) bedoelde maatregelen mogen niet meer bedragen dan 35 % van de totale kosten voor het gecoördineerde pakket van de in dit lid vermelde individuele dienstverlening.

De kosten van de onder b) bedoelde maatregelen mogen niet meer bedragen dan 35 % van de totale kosten voor het gecoördineerde pakket van de in dit lid vermelde individuele dienstverlening, op voorwaarde dat de begunstigden als kwetsbaar worden beschouwd, in welk geval dit percentage kan oplopen tot 50 % .

De investeringskosten voor wie zich als zelfstandige vestigt of een eigen bedrijf opricht of voor overnames door werknemers mogen niet meer dan 20 000  EUR per ontslagen werknemer bedragen.

De investeringskosten voor wie zich als zelfstandige vestigt of een eigen bedrijf opricht of voor overnames door werknemers mogen niet meer dan 20 000  EUR per ontslagen werknemer bedragen.

 

Deze investeringen moeten bestemd zijn voor projecten die technisch, economisch en financieel levensvatbaar zijn, en daartoe moeten de autoriteiten zorgen voor begeleiding en coaching.

Bij het samenstellen van het gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening wordt rekening gehouden met de toekomstperspectieven op de arbeidsmarkt en de vereiste vaardigheden. Het gecoördineerde pakket is verenigbaar met de overgang naar een hulpbronnenefficiënte en duurzame economie en in het pakket ligt de nadruk op de verspreiding van vaardigheden die in het digitale industriële tijdperk vereist zijn en wordt rekening gehouden met de vraag op de lokale arbeidsmarkt.

Bij het samenstellen van het gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening wordt rekening gehouden met de toekomstperspectieven op de arbeidsmarkt en de vereiste vaardigheden. Het gecoördineerde pakket is verenigbaar met de overgang naar een hulpbronnenefficiënte en duurzame economie en in het pakket ligt de nadruk op de verspreiding van vaardigheden die in het digitale industriële tijdperk vereist zijn en wordt rekening gehouden met de vraag op de regionale en/of lokale arbeidsmarkt, waarbij gezorgd wordt voor de actieve inbreng van regionale en/of lokale overheden in het samenstellen van het dienstenpakket.

2.   De volgende maatregelen komen niet in aanmerking voor een financiële bijdrage uit het EFG :

2.   De volgende maatregelen komen niet in aanmerking voor een financiële bijdrage uit het EFT :

a)

speciale tijdelijke maatregelen als bedoeld in lid 1, onder b), waaraan niet de voorwaarde verbonden is dat de beoogde begunstigden actief deelnemen aan activiteiten op het gebied van het zoeken naar werk of opleiding;

a)

speciale tijdelijke maatregelen als bedoeld in lid 1, onder b), waaraan niet de voorwaarde verbonden is dat de beoogde begunstigden actief deelnemen aan activiteiten op het gebied van het zoeken naar werk of opleiding;

b)

maatregelen waarvoor ondernemingen krachtens het nationale recht of collectieve arbeidsovereenkomsten verantwoordelijk zijn.

b)

maatregelen waarvoor ondernemingen krachtens het nationale recht of collectieve arbeidsovereenkomsten verantwoordelijk zijn.

De door het EFG ondersteunde maatregelen treden niet in de plaats van maatregelen die gericht zijn op passieve sociale bescherming.

De door het EFT ondersteunde maatregelen treden niet in de plaats van maatregelen die gericht zijn op passieve sociale bescherming.

3.   Het gecoördineerde pakket van dienstverlening wordt uitgewerkt in overleg met de beoogde begunstigden of hun vertegenwoordigers, of met de sociale partners.

3.   Het gecoördineerde pakket van dienstverlening wordt uitgewerkt in overleg met de beoogde begunstigden of hun vertegenwoordigers, of met de sociale partners , en met de actieve inbreng van lokale en regionale overheden .

4.   Op initiatief van de aanvragende lidstaat kan een financiële bijdrage uit het EFG beschikbaar worden gesteld voor de activiteiten op het vlak van voorbereiding, beheer, voorlichting en publiciteit en controle en rapportage.

4.   Op initiatief van de aanvragende lidstaat kan een financiële bijdrage uit het EFT beschikbaar worden gesteld voor de activiteiten op het vlak van voorbereiding, beheer, voorlichting en publiciteit en controle en rapportage, alsook voor de capaciteitsopbouw van regionale en/of lokale overheden die de gevolgen ondervinden van de ingrijpende en onverwachte herstructurering.

Motivering

Structurele veranderingen veroorzaken specifieke problemen in de regio’s; de inbreng van regionale overheden is daarom vereist.

Overeenkomstig het voorstel in artikel 4 wordt een gunstiger behandeling van kwetsbare werknemers voorgesteld.

Er moet worden geadviseerd over de levensvatbaarheid van projecten voor zelfstandigen, en mislukkingen moeten worden voorkomen.

Wijzigingsvoorstel 21

Artikel 9.5

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

5.

Een aanvraag moet de volgende gegevens bevatten:

5.

Een aanvraag moet de volgende gegevens bevatten:

a)

een beoordeling van het aantal gedwongen ontslagen overeenkomstig artikel 6, met inbegrip van de berekeningsmethode;

a)

een beoordeling van het aantal gedwongen ontslagen overeenkomstig artikel 6, met inbegrip van de berekeningsmethode;

b)

indien de onderneming waar de gedwongen ontslagen zijn gevallen, haar activiteiten na die ontslagen heeft voortgezet, de bevestiging dat zij aan haar wettelijke verplichtingen ten aanzien van de gedwongen ontslagen heeft voldaan;

b)

indien de onderneming waar de gedwongen ontslagen zijn gevallen, haar activiteiten na die ontslagen heeft voortgezet, de bevestiging dat zij aan haar wettelijke verplichtingen ten aanzien van de gedwongen ontslagen heeft voldaan;

c)

een korte beschrijving van de gebeurtenissen die tot het ontslag van de werknemers hebben geleid;

c)

een korte beschrijving van de gebeurtenissen die tot het ontslag van de werknemers hebben geleid;

d)

indien van toepassing, gegevens van de ondernemingen, leveranciers of downstreamproducenten en sectoren waar de gedwongen ontslagen zijn gevallen, en categorieën beoogde begunstigden, uitgesplitst naar gender, leeftijdscategorie en onderwijsniveau;

d)

indien van toepassing, gegevens van de ondernemingen, leveranciers of downstreamproducenten en sectoren waar de gedwongen ontslagen zijn gevallen, en categorieën beoogde begunstigden, uitgesplitst naar gender, leeftijdscategorie en onderwijsniveau;

e)

het verwachte effect van de gedwongen ontslagen op de lokale, regionale of nationale economie en de werkgelegenheid;

e)

het verwachte effect van de gedwongen ontslagen op de lokale, regionale of nationale economie en de werkgelegenheid;

f)

een gedetailleerde beschrijving van het gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening en de daarmee verband houdende uitgaven, waaronder met name maatregelen ter ondersteuning van werkgelegenheidsinitiatieven voor kansarme, oudere en jongere begunstigden;

f)

een gedetailleerde beschrijving van het gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening en de daarmee verband houdende uitgaven, waaronder met name maatregelen ter ondersteuning van werkgelegenheidsinitiatieven voor kwetsbare begunstigden zoals gedefinieerd in artikel 4, onder c), en, in voorkomend geval, werknemers van ondernemingen in moeilijkheden die het risico lopen te worden ontslagen die ook in aanmerking gaan komen voor opleidingen ter verwerving van digitale vaardigheden, met inachtneming van de in artikel 5, lid 4 (of 5, lid 5) genoemde beperkingen; en een toelichting op de mate waarin het gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening een aanvulling vormt op acties die worden gefinancierd uit andere nationale of EU-fondsen, met inbegrip van informatie over verplichte maatregelen voor ondernemingen die op grond van de nationale wetgeving of collectieve overeenkomsten tot ontslagen hebben geleid ;

g)

een toelichting van de mate waarin de aanbevelingen van het EU-kwaliteitskader voor anticipatie op veranderingen en herstructurering in aanmerking zijn genomen en over de complementariteit van het gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening met door andere nationale fondsen of fondsen van de Unie gefinancierde acties, met inbegrip van informatie over maatregelen die voor de betrokken ondernemingen waar de ontslagen zijn gevallen krachtens het nationale recht of collectieve arbeidsovereenkomsten verplicht zijn ;

g)

een toelichting van de mate waarin de aanbevelingen van het EU-kwaliteitskader voor anticipatie op veranderingen en herstructurering in aanmerking zijn genomen; inclusief de aanbevelingen ter revitalisering van regio’s die te maken hebben met herstructureringen en ter vergemakkelijking van de samenwerking tussen de betrokken actoren, en op de vraag of er objectieve en operationele maatregelen en instrumenten voor anticipatie en herstructurering zijn in de zin van artikel 14, lid 2 ;

h)

de geraamde begroting voor de afzonderlijke onderdelen van het gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening ter ondersteuning van de beoogde begunstigden, en voor elke vorm van activiteiten inzake voorbereiding, beheer, voorlichting en publiciteit, controle en rapportage;

h)

de geraamde begroting voor de afzonderlijke onderdelen van het gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening ter ondersteuning van de beoogde begunstigden, en voor elke vorm van activiteiten inzake voorbereiding, beheer, voorlichting en publiciteit, controle en rapportage;

i)

indicatieve, door de lidstaat bepaalde dossierspecifieke doelstellingen met betrekking tot het herintredingspercentage van begunstigden zes maanden na het einde van de uitvoeringsperiode, met het oog op evaluatie;

i)

indicatieve, met door de lidstaat — na raadpleging van de lokale en regionale overheden in het betrokken gebied  — bepaalde dossierspecifieke doelstellingen met betrekking tot het herintredingspercentage van begunstigden zes maanden na het einde van de uitvoeringsperiode, met het oog op evaluatie;

j)

de data waarop met de individuele dienstverlening aan de beoogde begunstigden en de activiteiten tot uitvoering van het EFG , zoals vermeld in artikel 8, is begonnen of waarop verwacht wordt daarmee te beginnen;

j)

de data waarop met de individuele dienstverlening aan de beoogde begunstigden en de activiteiten tot uitvoering van het EFT , zoals vermeld in artikel 8, is begonnen of waarop verwacht wordt daarmee te beginnen;

k)

de procedures aan de hand waarvan de beoogde begunstigden of hun vertegenwoordigers, of de sociale partners alsmede lokale en regionale overheden of andere belanghebbenden zijn geraadpleegd, voor zover van toepassing;

k)

de procedures aan de hand waarvan de beoogde begunstigden of hun vertegenwoordigers, of de sociale partners alsmede lokale en regionale overheden of andere belanghebbenden zijn geraadpleegd, voor zover van toepassing;

l)

een verklaring dat de aangevraagde EFG -steun in overeenstemming is met de procedurele en materiële voorschriften van de Unie inzake staatssteun, alsook een verklaring waarin wordt aangegeven waarom het gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening niet in de plaats komt van maatregelen waarvoor bedrijven krachtens het nationale recht of collectieve arbeidsovereenkomsten verantwoordelijk zijn;

l)

een verklaring dat de aangevraagde EFT -steun in overeenstemming is met de procedurele en materiële voorschriften van de Unie inzake staatssteun, alsook een verklaring waarin wordt aangegeven waarom het gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening niet in de plaats komt van maatregelen waarvoor bedrijven krachtens het nationale recht of collectieve arbeidsovereenkomsten verantwoordelijk zijn;

m)

de bronnen van nationale voorfinanciering of medefinanciering en andere medefinanciering, indien van toepassing.

m)

de bronnen van nationale voorfinanciering of medefinanciering en andere medefinanciering, indien van toepassing.

 

n)

in voorkomend geval een rapport waarin de ontoereikende administratieve capaciteit voor het beheer van deze steun wordt verantwoord en de behoefte aan extra middelen voor technische en administratieve bijstand in verband met artikel 12, lid 5, wordt onderbouwd.

Motivering

Regionale overheden moeten worden betrokken bij de vaststelling van de doelstellingen, aangezien zij inzicht hebben in het werkgelegenheidspotentieel van de betrokken economie.

De andere zaken betreffen een formulering die in overeenstemming is met de wijzigingen hierboven of hieronder (kwaliteitskader, aanvullende technische bijstand).

Wijzigingsvoorstel 22

Artikel 12.4

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

4.   De technische bijstand van de Commissie omvat het verstrekken van informatie en richtsnoeren aan de lidstaten voor het gebruik van, het toezicht op en de evaluatie van het EFG . De Commissie verstrekt ook informatie over en duidelijke richtsnoeren voor het gebruik van het EFG aan de Europese en nationale sociale partners. De richtsnoeren kunnen ook betrekking hebben op de oprichting van taskforces in gevallen van ernstige economische ontwrichtingen in een lidstaat.

4.   De technische bijstand van de Commissie omvat het verstrekken van informatie en richtsnoeren aan de lidstaten voor het gebruik van, het toezicht op en de evaluatie van het EFT . De Commissie verstrekt ook informatie over en duidelijke richtsnoeren voor het gebruik van het EFT aan de Europese en nationale sociale partners. De richtsnoeren kunnen ook betrekking hebben op de oprichting van taskforces in gevallen van ernstige economische ontwrichtingen in een lidstaat, op nationaal of op regionaal niveau .

Motivering

Er moet voor worden gezorgd dat de lokale en regionale overheden op de hoogte worden gehouden.

Wijzigingsvoorstel 23

Nieuw lid in artikel 12

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

 

5.     Naast de goedkeuring van de financiële bijdrage kan de Commissie middelen uit het voor de technische en administratieve bijstand bedoelde bedrag beschikbaar stellen aan de lidstaten die daarom verzoeken door middel van een rapport dat aantoont dat ze te weinig administratieve capaciteit hebben voor een snel en efficiënt beheer tijdens de voorbereiding, het toezicht, de controle, de audit of de evaluatie waarvoor zij verantwoordelijk zijn.

Motivering

Om een snellere reactie te vergemakkelijken en om tekorten in de beheerscapaciteit van regio’s op te vangen zou de Commissie, op gemotiveerd verzoek, kunnen toestaan dat een deel van de middelen wordt gebruikt voor technische ondersteuning van voorbereidings-, toezicht-, controle-, audit- en evaluatieactiviteiten van de regio’s.

Wijzigingsvoorstel 24

Artikel 14.2

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

2.   Het medefinancieringspercentage van het EFG voor de aangeboden maatregelen wordt afgestemd op het hoogste medefinancieringspercentage van het ESF+ in de respectieve lidstaat.

2.   Het medefinancieringspercentage van het EFT voor de aangeboden maatregelen wordt afgestemd op het hoogste medefinancieringspercentage van het ESF+ in de respectieve lidstaat, dat onder geen beding lager dan 60 % mag uitvallen . Dit minimumpercentage kan met nog eens 5 % worden verhoogd als, bij wijze van voorwaarde vooraf, gezorgd is voor objectieve en operationele maatregelen en instrumenten voor anticipatie en herstructurering, van welke strategische en actiegerichte aard dan ook en bij voorkeur aansluitend op de gebiedsgerichte aanpak.

Motivering

Dit gebeurt uit solidariteit met de betrokken werknemers. Om het gebrek aan regionale fondsen het hoofd te bieden wordt daarom voor alle gevallen een minimumpercentage van 60 % voorgesteld.

Als stimulans moet de medefinanciering ook met vijf procentpunten worden verhoogd voor de lidstaten waar al sprake is van anticiperende maatregelen, conform de goede praktijken van het kwaliteitskader.

Wijzigingsvoorstel 25

Artikel 17.5

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

5.

De betrokken lidstaat heeft het recht bedragen te herverdelen tussen de begrotingsonderdelen van het op grond van artikel 16, lid 3, vastgestelde besluit betreffende een financiële bijdrage. Indien de herverdeling een verhoging met meer dan 20 % inhoudt voor een of meer van de vermelde onderdelen, stelt de lidstaat de Commissie vooraf in kennis.

5.

5. De betrokken lidstaat heeft, na raadpleging van de regio in kwestie , het recht bedragen te herverdelen tussen de begrotingsonderdelen van het op grond van artikel 16, lid 3, vastgestelde besluit betreffende een financiële bijdrage. Indien de herverdeling een verhoging met meer dan 20 % inhoudt voor een of meer van de vermelde onderdelen, stelt de lidstaat de Commissie vooraf in kennis.

Motivering

Er moet voor worden gezorgd dat de lokale en regionale overheden op de hoogte worden gehouden.

II.   BELEIDSAANBEVELINGEN

HET EUROPEES COMITÉ VAN DE REGIO’S,

Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering

Overwegingen en inleidende opmerkingen

1.

wijst erop dat Europa zich ervan bewust moet zijn dat de grote structurele uitdagingen die voortvloeien uit de openstelling van economieën, de klimaatverandering, adaptieve technologische processen, de toenemende migratiestromen of de vergrijzing van de beroepsbevolking vooral gevolgen zullen hebben voor het werk van de toekomst, de nieuwe arbeidsomstandigheden en de effecten ervan op persoonlijk, familiaal en regionaal vlak.

2.

Het Comité uit zijn bezorgdheid over en waarschuwt voor de nadelige effecten op het Europese sociale model van de opkomst en verspreiding van nieuwe vormen van precaire arbeidsbetrekkingen die hun voedingsbodem vinden in een klimaat van schaarste en nooddruft van personen in extreme situaties, die niet vrij kunnen beslissen om de vergoeding te aanvaarden die door grote multinationals wordt aangeboden die zelf geen belastingen betalen in de lidstaten en kleine, lokale ondernemingen verdringen door hun dominante positie op de markten.

3.

Regio’s zijn, als ruimte van samenwerking en sociale opbouw waar sociaalculturele, economische, organisatorische, menselijke en milieuaspecten samenvloeien, bijzonder belangrijk voor de ontwikkeling en vooruitgang van plaatselijke gemeenschappen en kunnen ernstig lijden onder de reële en materiële effecten van de globalisering en andere processen van verandering en verslechtering, aangezien hun eigen middelen en menselijke kapitaal kunnen worden aangetast.

4.

Het verlichte Europa is in staat en, zoals al meermaals is gebleken, fijngevoelig genoeg om het hoofd te bieden aan de spanningen tussen enerzijds het behoud van het concurrentievermogen van de mondiale economie en van de waarborgen om ons welvaartsstelsel in het algemeen te verdedigen en te stimuleren, en anderzijds de werkgelegenheid, opleidingen en arbeidsrechten, in het bijzonder om tegemoet te komen aan de verwachtingen van de burgers van de Europese Unie en in de behoeften van de regio’s te voorzien.

Belang van het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering

5.

Het Comité wijst met instemming op het wetgevingsvoorstel van de Commissie van 30 mei 2018 voor een nieuwe verordening betreffende het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (hierna: EFG), gezien de rol die het fonds sinds de invoering ervan in 2007 heeft gespeeld: 611 miljoen euro, verdeeld over 160 steunmaatregelen voor 147 000 werknemers uit diverse regio’s en landen, waarmee de EU blijk heeft gegeven van solidariteit en verantwoordelijkheid bij de beslissingen die in het kader van de interne markt zijn genomen.

6.

Het fonds is een nuttig instrument (1), dat bijzonder doeltreffend is gebleken, met een re-integratiepercentage van ongeveer 50 %, en tot een duurzame inzetbaarheid en betere vaardigheden bij de deelnemende personen heeft geleid, en een grote politieke zichtbaarheid geniet (2).

7.

Het Comité waarschuwt voor de groeiende ontevredenheid en bezorgdheid van de Europese burgers over mondiale ontwikkelingen, de zogeheten „geography of discontent”, die een voedingsbodem vormen voor isolationistische bewegingen. Een goede uitvoering van de maatregelen van het EFG kan een belangrijke rol spelen, onder meer om in vele regio’s van Europa de gevolgen te beperken van onvoorziene grote herstructureringen, die te maken hebben met hun economische specialisatie, arbeidskosten of het opleidingsniveau van hun beroepsbevolking (3).

Complementariteit en doeltreffende coördinatie tussen beleidsdomeinen en fondsen

8.

Het Comité is ingenomen met de nadruk die wordt gelegd op de verspreiding van vaardigheden die in het digitale industriële tijdperk vereist zijn als verplicht horizontaal onderdeel van de gecoördineerde pakketten van individuele diensten die worden aangeboden, maar stelt voor om dit beter af te stemmen op slimme-specialisatiestrategieën en een gerichte lokale aanpak om rekening te houden met de specifieke problemen in de regionale economie.

9.

verzoekt regionale overheden om actief deel te nemen aan de strategieën voor regionale economische ontwikkeling, aangezien de competenties en vaardigheden moeten worden afgestemd op de behoeften van de regionale industrie, via een nauwe samenwerking tussen de onderwijs- en opleidingsruimte en de sociale partners, de vakbonden en het regionale bedrijfsleven;

10.

vindt dat de maatregelen uit hoofde van de fondsen flexibeler moeten zijn en beter op elkaar moeten aansluiten om een breder aanbod van maatregelen voor economische ontwikkeling te kunnen steunen, die helpen om de huidige kloof tussen de maatregelen op de korte termijn en de omschakelingsstrategieën die uit hoofde van het cohesiebeleid worden gefinancierd te dichten (4);

11.

Het Comité pleit voor wederzijdse complementariteit en een meer gecoördineerde aanpak tussen het EFG, als buffer voor steun in onvoorziene omstandigheden, en het ESF+, dat een meer duurzame oplossing voor de uitdagingen ondersteunt en de vorm moet aannemen van structurele, evoluerende, veranderende maatregelen om veranderingen voor te bereiden, ter ondersteuning van een actief werkgelegenheidsbeleid op de lange termijn, het leerwezen en het verwerven van kwalificaties, en het voorkomen van werkloosheid (5).

12.

Het investeringsbeleid van de EU is, via het EFRO en het Cohesiefonds, een essentieel, noodzakelijk en solidair instrument dat een meerwaarde biedt aan maatregelen op nationaal en regionaal niveau om veel van de belangrijkste problemen (globalisering en economische transformatie, de overgang naar de koolstofarme en circulaire economie, milieuproblemen, demografische uitdagingen, migratie en armoede in steden) aan te pakken die steeds meer regio’s in de hele EU raken, met inbegrip van de meer ontwikkelde regio’s (6).

Toepassingsgebied en taken van het EFG

13.

Het Comité is ingenomen met het voorstel van de Commissie om in het takenpakket van het fonds een ruimere definitie van aanpassing aan structurele veranderingen te hanteren, waarin rekening wordt gehouden met andere oorzaken van aanpassingen als gevolg van beleid en beslissingen van de EU die de markt beïnvloeden, waardoor het technisch geschikter en rechtvaardiger wordt.

14.

Hoewel in het takenpakket is bepaald dat het EFG bijdraagt tot de uitvoering van de in de Europese pijler van sociale rechten bepaalde beginselen en het de economische samenhang tussen de regio’s en de lidstaten verbetert, moeten die beginselen in de praktijk worden gebracht en als doel hebben vooruitgang te boeken in het kader van het sociale scorebord.

Begroting

15.

Het Comité heeft nog steeds zijn twijfels bij de behandeling van het EFG als „speciaal instrument” dat buiten de maxima van het meerjarig financieel kader (MFK) voor de periode 2021-2027 valt. Ondanks het voorwaardelijke karakter van het fonds is de onzekerheid bij de individuele goedkeuring van elke aanvraag bijzonder zorgwekkend, in de context van de verlaging van de financiële middelen voor het cohesiebeleid in het MFK 2021-2027.

16.

Met betrekking tot het ruimere toepassingsgebied van het EFG onderstreept het Comité dat de volgende crises in de Europese economieën meer adaptieve financiering zullen vereisen en stelt het daarom voor om het beschikbare totaalbedrag van de gevraagde financiering te verhogen van 200 naar 500 miljoen euro per jaar. Het is noodzakelijk om zowel het aantal toewijzingen te verhogen, waarbij specifiek rekening wordt gehouden met kmo’s, als het financiële bedrag van de steun per werknemer.

Gunstigere maatregelen en criteria, en specifieke vermelding van kwetsbare werknemers

17.

Het Comité is ingenomen met de verlaging van de drempel voor het aantal ontslagen, ongeacht of de begunstigden tot dezelfde onderneming of tot bepaalde sectoren behoren, omdat dit beter strookt met de werkelijkheid. Het heeft er alle vertrouwen in dat deze verlaging zal bijdragen tot een betere benutting en mobilisering van de middelen en stelt daarom voor om de drempel vast te stellen op 150 ontslagen.

18.

Het Comité heeft zijn twijfels bij het feit dat er verschillende referentieperioden worden vastgesteld voor verschillende situaties (vier of zes maanden) en stelt voor om, indien dat niet statistisch kan worden onderbouwd, te overwegen om een langere referentieperiode in te voeren voor alle omstandigheden.

19.

Er zou een nieuwe categorie van begunstigde moeten worden ingevoerd, die uitsluitend in aanmerking komt voor maatregelen met het oog op het verwerven van kwalificaties en nieuwe vaardigheden voor het digitale tijdperk: „werknemers van ondernemingen in moeilijkheden die het risico lopen te worden ontslagen” (7).

20.

Hoewel de medefinancieringspercentages van het EFG voor de aangeboden maatregelen hoger zouden kunnen zijn, aangezien zij worden afgestemd op het hoogste medefinancieringspercentage van het ESF+ in de respectieve lidstaat, zouden er toch percentages kunnen voorkomen van minder dan de huidige 60 %, een percentage dat hoe dan ook al erg laag is voor dergelijke situaties, gezien het waarschijnlijke gebrek aan regionale middelen en gezien het uitzonderlijke karakter en van dit fonds en de solidariteitsgedachte waardoor het wordt gekenmerkt.

21.

Het Comité is ingenomen met de verhoging naar 20 000 euro per ontslagen werknemer van de investeringskosten voor wie zich als zelfstandige vestigt, maar stelt dat deze maatregel vergezeld moet gaan van het nodige advies, de nodige mentoring en de nodige begeleidende maatregelen om de projecten levensvatbaar te maken en frustratie en grotere ontmoediging op de middellange termijn te voorkomen.

22.

Het Comité waarschuwt voor de ondersteuning van de mobiliteit van ontslagen werknemers om hen te helpen elders een nieuwe baan te vinden, aangezien emigratie van de meest mobiele arbeidskrachten, de best gekwalificeerde werknemers, de kwaliteit van de regionale arbeidsmarkt aantast en zo het concurrentievermogen van de regio beperkt (8).

23.

Er wordt uitsluitend verwezen naar „kansarme begunstigden”, maar nergens worden maatregelen genoemd die tegemoetkomen aan de specifieke situatie van deze begunstigden. Daarom stelt het Comité voor om de term „kwetsbare werknemer” in het voorstel op te nemen voor de steun uit het EFG. Dat moet worden opgezet als een vorm van intermenselijke solidariteit, die bovendien zou worden gezien als een duidelijk teken van Europees burgerschap.

24.

Bij wijze van desideratum dringt het Comité er bij de Commissie, de Europese instellingen en de lidstaten op aan om niet langer gebruik te maken van het begrip „NEET” met betrekking tot jongeren die noch aan het werk zijn, noch onderwijs of een opleiding volgen, aangezien die term eerder neerbuigend dan omschrijvend is, stigmatiseert en verhindert dat jongeren worden erkend om wat ze zijn en doen en niet voor wat ze niet doen, aangezien hun geen kansen op een baan of een opleiding worden geboden.

Vereenvoudiging en verbetering van de procedure

25.

Het Comité schaart zich achter de inspanning om de werking van het EFG te verbeteren en te vereenvoudigen en waardeert de verlaging van de administratieve lasten voor de lidstaten bij het indienen van een aanvraag en voor de Commissie bij het controleren van de subsidiabiliteit, aangezien een uitgebreide analyse van de achtergrond en de oorzaken van de gedwongen ontslagen niet langer nodig is. De financiële bijdragen zullen bijgevolg sneller worden uitgevoerd aangezien de voorstellen van de Commissie voor de beschikbaarstelling van het EFG verdwijnen (9).

De rol van lokale overheden en spelers: decentralisering en gedeeld beheer

26.

Volgens het Comité is de invoering van een regionale en lokale dimensie waardevol, maar het wijst op de beperkte zichtbaarheid en het gebrek aan erkenning van het potentieel van regionale entiteiten bij de deelname aan en beschikbaarstelling van het EFG en vraagt om de regionale en lokale overheden van lidstaten met een organisatiestructuur die decentralisering toelaat een grotere rol toe te kennen in het beheer van het fonds.

27.

Het Comité roept de Commissie en de lidstaten op de samenwerking met lokale en regionale en andere belanghebbenden, in het bijzonder de sociale partners, te versterken, teneinde te voorzien in de wettelijke, financiële en organisatorische middelen om een volwaardige deelname en medewerking aan de ontwikkeling van deze domeinen mogelijk te maken.

Overwegingen inzake de proactieve maatregelen

28.

Er zouden mechanismen moeten worden vastgesteld om de institutionele capaciteit van de lidstaten te vergroten, niet alleen om onmiddellijk te kunnen reageren en snel een aanvraag te kunnen indienen, maar ook om een efficiënte en doeltreffende uitvoering van de maatregelen te verzekeren. Het Comité stelt voor het EFG in de toekomst een meer anticiperende en preventieve rol te laten spelen.

29.

Het Comité stelt voor om het huidige takenpakket van het Europees waarnemingscentrum voor het veranderingsproces van Eurofound met betrekking tot de beoordeling van trends in de globalisering en van herstructureringen te versterken en zijn bijstand aan de Commissie en de lidstaten bij de beoordeling van de territoriale effecten en de gevolgen voor de Europese regio’s met het oog op beslissingen of handelsovereenkomsten die aanzienlijke gevolgen kunnen hebben op dat niveau te verruimen.

30.

Het EFG moet worden gecoördineerd en de aanbevelingen in het EU-kwaliteitskader voor anticipatie op veranderingen en herstructurering moeten ruimer, pragmatischer en krachtiger worden geformuleerd teneinde de toepassing van de goede praktijken en suggesties door werknemers, ondernemingen, sociale partners en regionale en nationale instanties te verdiepen.

31.

Die lidstaten en regio’s die bij wijze van ex-antevoorwaarde objectieve en doeltreffende anticiperende en herstructureringsmaatregelen hebben opgezet, in welke vorm van strategie of actie dan ook, bij voorkeur in het kader van een aanpak die gebaseerd is op de lokale kenmerken, moeten worden aangespoord tot slimme specialisatie of het stimuleren van sociale innovatie om de overgang en de structurele veranderingen te begeleiden (10).

Brussel, 5 december 2018.

De voorzitter van het Europees Comité van de Regio's

Karl-Heinz LAMBERTZ


(20)   https://ec.europa.eu/commission/publications/reflection-paper-harnessing- globalisation _en.

(1)  Verslag van de Commissie over de tussentijdse evaluatie van het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG) COM(2018) 297 final, 16 mei 2018.

(2)  Belanghebbenden bij het beheer van het EFG hebben dit in het kader van het raadplegingsproces bevestigd.

(3)  Zoals vermeld in de discussienota over de toekomst van de EU-financiën.

(4)  Bovengenoemd verslag over de tussentijdse evaluatie.

(5)  Verslag van de Commissie over de prestaties in 2015 en 2016 van het EFG, gepubliceerd op 31 oktober 2017.

(6)  Zie de effectbeoordeling bij het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling en het Cohesiefonds.

(7)  Volgens de definitie van dergelijke ondernemingen in de mededeling van de Commissie „Richtsnoeren voor reddings- en herstructureringssteun aan niet-financiële ondernemingen in moeilijkheden” (2014/C 249/01).

(8)  Zoals opgemerkt door Eurofound (Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden) met betrekking tot een verslag van de OESO.

(9)  Bij een enquête onder nationale autoriteiten die belast zijn met de EFG-programma’s werd vastgesteld dat onder meer de strikte ontvankelijkheidscriteria, complexe wetgeving en lange procedure mogelijk een afschrikwekkend effect hebben.

(10)  Zie Een Europese strategie voor de industrie: rol en perspectief van de lokale en regionale overheden (CDR3214/2017; rapporteur: Heinz Lehmann (DE/EVP), goedgekeurd op 23 maart 2018).