15.6.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 189/40


Conclusies van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen der lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, over sport als platform voor sociale inclusie door vrijwilligerswerk

(2017/C 189/09)

DE RAAD VAN DE EU EN DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN DER LIDSTATEN, IN HET KADER VAN DE RAAD BIJEEN,

HERINNEREND AAN HETGEEN VOLGT:

1.

Sport is de grootste sociale en vrijwillige activiteit in Europa. Sport trekt veel belangstelling en speelt een belangrijke rol bij het samenbrengen van mensen met verschillende achtergronden.

2.

Europese samenlevingen staan voor uitdagingen om samenhangend en inclusief te blijven. Vrijwilligerswerk in sport als engagement voor de samenleving kan de sociale integratie ondersteunen, bijdragen tot actief burgerschap en gebruikt worden om sociale uitsluiting te bestrijden (1).

3.

Vrijwilligerswerk in sport kan kwetsbare leden van de samenleving een sterker gemeenschapsgevoel geven. Dit kan actief burgerschap helpen bevorderen. In deze Raadsconclusies wordt de verscheidenheid binnen de Europese samenleving onderkend en vormen groepen die het risico lopen gemarginaliseerd te worden, waaronder migranten en vluchtelingen (2), ouderen, personen met een beperking en kwetsbare jongeren (3), de doelgroep.

ZICH BEWUST VAN HETGEEN VOLGT:

4.

Zelfs bij een traag herstel na de economische en financiële crisis heeft een aantal EU-lidstaten de strijd tegen armoede en sociale uitsluiting voortgezet (4). Sociale inclusie vraagt om de gelijke behandeling van alle groepen in de samenleving en om bijzondere aandacht voor participatie.

5.

Conflicten, crises en onstabiele situaties in derde landen hebben geleid tot een ongeziene toename van het aantal migranten en vluchtelingen (5) in Europa sinds 2010, en zijn uitgemond in een migranten- en vluchtelingencrisis in Europa, waarbij de EU-lidstaten moeite hebben om de instroom het hoofd te bieden.

6.

De gezamenlijke verklaring van de Raad, de Commissie en het Europees Parlement over de wetgevingsprioriteiten van de EU voor 2017 beoogt het aangaan van de meest urgente uitdagingen waarmee de EU momenteel wordt geconfronteerd. In de gezamenlijke verklaring worden zes specifieke gebieden als prioritair aangemerkt. Het tegemoetkomen aan de sociale dimensie van de Europese Unie en het hervormen en ontwikkelen van het migratiebeleid van de EU behoren tot die zes prioriteitsgebieden (6).

7.

Vrijwilligerswerk in sport kan mensen op internationaal, nationaal, regionaal en lokaal niveau bereiken, actief burgerschap stimuleren en op veel gebieden een krachtig sociaal instrument zijn. Het kan worden gebruikt om de toenemende migrantenbevolking te helpen integreren, sociale uitsluiting tegen te gaan, de solidariteit tussen de generaties te vergroten of bij te dragen aan gendergelijkheid. Vrijwilligerswerk in sport is een essentieel element voor het creëren van sociale cohesie en inclusieve gemeenschappen. In dit verband spelen lokale overheden, in samenwerking met sportclubs, verenigingen en andere entiteiten die sport als een methode in hun werkzaamheden gebruiken, een cruciale rol.

8.

Ouderen vertegenwoordigen een aanzienlijk en toenemend deel van de samenleving, de economie, de cultuur en het leven in Europa. Een combinatie van factoren als een laag inkomen, zwakke gezondheid, discriminatie op basis van ouderdom en/of gender, beperkte fysieke of mentale capaciteit, werkloosheid, isolement, misbruik en beperkte toegang tot diensten kan het risico op armoede en sociale uitsluiting (7) voor personen in deze groep vergroten. Degenen die hierdoor worden getroffen, kunnen door vrijwilligerswerk in sport uit hun isolement komen, hun ervaringen met anderen delen en zo een intergenerationele dialoog bevorderen.

9.

Vrijwilligerswerk in sport leidt niet alleen tot de ontwikkeling van een scala aan vaardigheden en competenties, maar biedt jongeren tevens mogelijkheden tot niet-formeel en informeel leren, waardoor zij zich positieve sociale attitudes eigen kunnen maken die gebaseerd zijn op in de sport ontwikkelde waarden (8). Vrijwilligerswerk in sport kan ook als vangnet dienen voor jongeren die geen onderwijs volgen of geen baan hebben en aan de rand van de samenleving leven (9).

10.

Door personen met een beperking gelijke kansen te bieden, kunnen zij als sportvrijwilligers op gelijke voet met anderen deelnemen (10). Alle personen met een beperking zouden het recht op volledige toegang tot sportactiviteiten moeten hebben, inclusief het recht om vrijwilliger te zijn (11).

ERKENNENDE HETGEEN VOLGT:

11.

Volgens de Eurobarometer 2014 geeft 7 % van de burgers van de EU aan dat zij aan vrijwilligerswerk ter ondersteuning van sportactiviteiten doen (12). Uit de enquête blijkt dat een derde van de respondenten meer dan zes uur per maand aan vrijwilligerswerk besteedt, waarvan 8 % 21 uur of meer.

12.

Vrijwilligerswerk speelt een belangrijke rol bij het opnemen van mensen in een gemeenschap, aangezien het de rol van actieve burgers versterkt, de inzetbaarheid verhoogt, waarden uitdraagt en de interculturele dialoog bevordert. Vrijwilligerswerk in sport kan verschillende vormen aannemen en kan occasioneel (bijvoorbeeld voor de voorbereiding en organisatie van lokale, regionale, nationale en internationale sportevenementen) of op een meer regelmatige dagelijkse basis (bijvoorbeeld activiteiten in het kader van het beheer van verscheidene sportorganen of verenigingen die actief zijn op het gebied van sport) worden verricht (13).

13.

Er zijn nog steeds onvoldoende gegevens om beleidsmaatregelen op het gebied van sociale inclusie en vrijwilligerswerk in sport te onderbouwen. Tot op heden is nog geen systematische, internationale studie verricht met specifieke aandacht voor de politieke voorwaarden, de economische en sociale gevolgen en de structurele kenmerken van sportverenigingen, -federaties, -clubs en andere entiteiten die sociale inclusie en vrijwilligerswerk in sport bevorderen (14)  (15).

14.

Het Europees Solidariteitskorps is erop gericht meer jongeren via vrijwilligerswerk, banen, stages of leerlingenplaatsen aan een breed scala van solidariteitsactiviteiten te laten deelnemen teneinde problematische situaties in heel Europa te helpen aanpakken. Het kan hen helpen competenties te ontwikkelen die zij zowel op de arbeidsmarkt als voor actief burgerschap nodig hebben. Dat zou dan weer kunnen bijdragen tot de bevordering van sociale inclusie en Europese waarden (16).

VERZOEKEN DE LIDSTATEN:

15.

Vrijwilligerswerk in sport als een platform voor sociale inclusie te bestuderen en te onderschrijven. Dat kan door lokale en regionale overheden, in samenwerking met sportclubs en -organisaties, met inbegrip van niet-gouvernementele organisaties, te ondersteunen en ertoe aan te moedigen in hun werkzaamheden sport te gebruiken als een methode om sociaal uitgesloten personen toegang tot de samenleving te verschaffen. Dat zou dienstig zijn voor de bevordering en ontwikkeling van innovatieve manieren waarop de sociale inclusie van minderheden en kwetsbare groepen, waaronder geïsoleerde ouderen, kwetsbare jongeren, personen met een beperking en migranten kan worden gestimuleerd door vrijwilligerswerk in sport te promoten, waardoor deze minderheden nieuwe vaardigheden aanleren en sport als een levensstijl aannemen.

16.

Vrijwilligerswerk in sport te promoten onder mensen uit alle geledingen van de samenleving, waaronder migranten, ouderen, personen met een beperking en kwetsbare jongeren.

17.

Vrijwilligerswerk in sport te ontwikkelen en te promoten als een waardevol pedagogisch concept dat op de verschillende niveaus van informeel en niet-formeel leren moet worden geïntegreerd, waarbij jongeren- en sportorganisaties en andere belanghebbenden uit het maatschappelijk middenveld worden betrokken en hun onderlinge samenwerking wordt versterkt. Dat kan onder meer door middel van onderwijsprogramma’s in samenwerking met sportorganisaties waarin de voordelen van lichamelijk en geestelijk welzijn en het belang van vrijwilligers in sport worden benadrukt.

18.

Vrijwilligerswerk te bevorderen door in partnerschap met de sportbeweging grote sportevenementen te organiseren. Grote sportevenementen hebben veel potentieel als passende omstandigheden om vrijwilligers op te leiden en te helpen de nodige competenties te verwerven.

VERZOEKEN DE EUROPESE COMMISSIE:

19.

De uitwisseling van goede praktijken en kennis in verband met vrijwilligerswerk in sport in alle EU-lidstaten te ondersteunen wat betreft de bijdrage en het effect van vrijwilligerswerk aan/op sociale inclusie.

20.

Te overwegen steun te verlenen aan transnationale initiatieven (bijvoorbeeld de uitwisseling van goede praktijken, studies, netwerken, projecten) die gericht zijn op de uitvoering van nationale en internationale strategische acties voor sociale inclusie in het kader van EU-financieringsprogramma’s, met name Erasmus+ en het Europees Sociaal Fonds, met bijzondere aandacht voor vrijwilligerswerk in sport.

VERZOEKEN DE COMMISSIE EN DE LIDSTATEN, IN HET KADER VAN HUN RESPECTIEVE BEVOEGDHEDEN:

21.

De Europese week van de sport te beschouwen als een initiatief om vrijwilligerswerk in sport te bevorderen en mensen uit alle geledingen van de samenleving te betrekken. Zij kan een instrument zijn om alle lagen van de samenleving te bereiken via de activiteiten in achtergestelde gebieden en het aantrekken van sportvrijwilligers in die gebieden.

22.

De erkenning en validatie van via vrijwilligerswerk in sport verworven niet-formele en informele leerprocessen te bevorderen, in het bijzonder door het gebruik van Europese instrumenten en richtsnoeren (17) die de validatie faciliteren en bijdragen tot de vergelijkbaarheid, de transparantie en de betere erkenning van verworven leerresultaten. Beoogd wordt na te gaan hoe de status van vrijwilligers kan worden versterkt zodat hun verworven competenties worden erkend.

23.

Het gebruik van de structuur- en investeringsfondsen en het Cohesiefonds voor infrastructuur en van andere programma’s voor sportclubs te promoten, teneinde de heersende sociale omstandigheden te verbeteren, met name in gebieden met een hoge concentratie van groepen die het risico lopen gemarginaliseerd te worden.

24.

Het concept van het Europees Solidariteitskorps te promoten onder sportorganisaties en hen ertoe aan te moedigen aan dit initiatief deel te nemen, zodat het toegankelijker is voor jongeren die op sportief gebied actief zijn.

VERZOEKEN DE SPORTBEWEGING TE OVERWEGEN:

25.

De betrokkenheid van migranten en vluchtelingen, ouderen, personen met een beperking en kwetsbare jongeren in verschillende vrijwilligersfuncties bij breedtesportactiviteiten aan te moedigen door kleine en grote sportevenementen te organiseren en door vrijwilligerswerk in breedtesport toegankelijker te maken met het oog op empowerment van deze personen.

26.

Samenwerkingsverbanden met sportorganisaties, jongerenorganisaties en andere niet-gouvernementele organisaties te ontwikkelen voor het bevorderen, betrekken en behouden van vrijwilligers, teneinde de mogelijkheden inzake vrijwilligerswerk in sport optimaal te benutten, bijvoorbeeld in het kader van grote sportevenementen.

27.

Onderwijs- en opleidingsmogelijkheden te creëren ter verbetering van de vaardigheden van vrijwillige medewerkers van sportorganisaties, onder wie migranten en vluchtelingen, ouderen, personen met een beperking, kwetsbare jongeren en andere minderheden, en tegelijk aandacht te besteden aan de capaciteitsopbouw voor degenen die verantwoordelijk zijn voor de werving en het beheer van diverse vrijwilligersgroepen.

28.

Gelijke kansen in sportclubs te stimuleren, waaronder de gelijke behandeling van migranten en groepen die het risico lopen gemarginaliseerd te worden, wat betreft lidmaatschap en deelname als clubvrijwilligers.

29.

De betrokkenheid van ouderen bij sportverenigingen en de integratie van oudere vrijwilligers te bevorderen, waarbij hun waardevolle levenservaring binnen sportstructuren op alle niveaus wordt ingezet.


(1)  Sociale uitsluiting wordt begrepen als het proces dat mensen naar de rand van de samenleving drijft, hun toegang tot middelen en kansen beperkt en hun deelname aan het normale sociale en culturele leven beknot, waardoor zij zich gemarginaliseerd, machteloos en gediscrimineerd voelen.

(2)  In dit document wordt verwezen naar de integratie van migranten en vluchtelingen in de context van de op 9 december 2016 aangenomen conclusies van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen der lidstaten over de integratie van onderdanen van derde landen die legaal in de EU verblijven. (doc. 15312/16).

(3)  Groepen die een groter risico op armoede en sociale uitsluiting lopen dan de algemene bevolking. Etnische minderheden, migranten, personen met een beperking, daklozen, personen die met drugsmisbruik worstelen, geïsoleerde ouderen en jongeren ondervinden dikwijls moeilijkheden die tot verdere sociale uitsluiting kunnen leiden, zoals een lage scholingsgraad, werkloosheid of onderbenutting.

(4)  Social Policy Reforms in the EU: A Cross-national Comparison Social Inclusion Monitor Europe (SIM) — Reform Barometer. Jan Arpe, Simona Milio, Andrej Stuchlik (Eds.).

(5)  Het witboek over de toekomst van Europa — Beschouwingen en scenario’s voor de EU27 tegen 2025, blz. 4: „De vluchtelingencrisis, tijdens welke in 2015 1,2 miljoen mensen naar Europa zijn gekomen, heeft een omvang aangenomen die ongekend is sinds de Tweede Wereldoorlog” (zie ook voetnoot 3).

(6)  Gezamenlijke verklaring over de jaarlijkse interinstitutionele programmering voor 2017 — Goedkeuring. Document 15375/16.

(7)  Active Senior Citizens for Europe — A Guide to the EU (2012) AGE Platform Europe.

(8)  PB C 372 van 20.12.2011, blz. 24.

(9)  Promoting Inclusion and Fundamental Values through Formal and Non-Formal Learning: EU Level measures to implement the Paris Declaration.

(10)  PB C 326 van 3.12.2010, blz. 5.

(11)  COM(2010) 636 def. — Europese strategie inzake handicaps 2010-2020: Een hernieuwd engagement voor een onbelemmerd Europa.

(12)  Sport and Physical Activity Special Eurobarometer 412 (2014).

(13)  Deskundigengroep inzake personeelsbeleid in de sport. „Recommendations to encourage volunteering in sport, best practices on legal and fiscal mechanisms”.

(14)  Project „Social Inclusion and volunteering in sports clubs in Europe” (SIVSCE) met de steun van het programma Erasmus+ van de Europese Unie (2015-2017).

(15)  Europees netwerk voor inclusie in sport (Espin) — Promoting Equal Opportunities of Migrants and Minorities through Volunteering in Sport.

(16)  Artikel 2 van het Verdrag betreffende de Europese Unie.

(17)  Aanbeveling van de Raad van 20 december 2012 betreffende de validatie van niet-formeel en informeel leren (PB C 398 van 22.12.2012, blz. 1).


BIJLAGE

In onderstaande belangrijke documenten wordt het belang van vrijwilligerswerk in sport als instrument voor sociale inclusie benadrukt:

1.

De Europa 2020-strategie en een van haar zeven vlaggenschipinitiatieven, waarin met nadruk wordt gewezen op de behoefte aan groei en banencreatie, waardoor mensen die op de armoedegrens leven en sociaal uitgesloten zijn in staat worden gesteld een menswaardig bestaan te leiden en actief aan de samenleving deel te nemen (document 7110/10).

2.

Conclusies van de Raad van 18 november 2010 over de rol van sport als bron en motor van actieve sociale insluiting (PB C 326 van 3.12.2010, blz. 5).

3.

Mededeling over EU-beleid en vrijwilligerswerk: erkenning en bevordering van grensoverschrijdend vrijwilligerswerk in de EU (COM(2011)568 def).

4.

Conclusies van de Raad over de bevordering van actief burgerschap door vrijwilligerswerk in de sport (PB C 372, 20.12.2011, blz. 24).

5.

Aanbeveling van de Raad van 20 december 2012 betreffende de validatie van niet-formeel en informeel leren (PB C 398 van 22.12.2012, blz. 1).

6.

Het werkplan van de Europese Unie voor sport (2014-2017) (PB C 183 van 14.6.2014, blz. 12).

7.

Sport and Physical Activity Special Eurobarometer 412 (2014).

8.

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s — Een nieuwe agenda voor vaardigheden voor Europa: Samenwerken ter versterking van het menselijk kapitaal, de inzetbaarheid op de arbeidsmarkt en het concurrentievermogen (document 10038/16).

9.

Conclusies van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen der lidstaten van 9 december 2016 over de integratie van onderdanen van derde landen die legaal in de Europese Unie verblijven (document 15312/16).

10.

Gezamenlijke verklaring over de jaarlijkse interinstitutionele programmering voor 2017 (document 15375/16).

11.

Investeren in de jongeren van Europa.

a)

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s — Investeren in de jongeren van Europa (document 15420/16).

b)

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s — Een Europees solidariteitskorps (document 15421/16).

12.

Deskundigengroep inzake personeelsbeleid in de sport — Recommendations to encourage volunteering in sport, best practices on legal and fiscal mechanisms (december 2016).

13.

Europees netwerk voor inclusie in sport (Espin) — Promoting Equal Opportunities of Migrants and Minorities through Volunteering in Sport.

14.

COM(2010) 636 def. — Europese strategie inzake handicaps 2010-2020: Een hernieuwd engagement voor een onbelemmerd Europa.