6.12.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 417/181


VERSLAG

over de jaarrekening van de Europese Stichting voor opleiding betreffende het begrotingsjaar 2016, vergezeld van het antwoord van de Stichting

(2017/C 417/29)

INLEIDING

1.

De Europese Stichting voor opleiding (hierna: „Stichting” ofwel „ETF”), gevestigd te Turijn, werd opgericht bij Verordening (EEG) nr. 1360/90 van de Raad (1) (herschikking (EG) nr. 1339/2008). Zij heeft ten doel de hervorming van de beroepsopleiding in de partnerlanden van de Europese Unie te ondersteunen. In dit kader helpt zij de Commissie bij de tenuitvoerlegging van diverse programma's voor beroepsonderwijs.

2.

De tabel bevat de belangrijkste cijfers met betrekking tot de Stichting (2).

Tabel

De belangrijkste cijfers met betrekking tot de Stichting

 

2015

2016

Begroting (miljoen euro)

21

21

Totaalaantal personeelsleden per 31 december (3)

129

130

TOELICHTING BIJ DE BETROUWBAARHEIDSVERKLARING

3.

De door de Rekenkamer gehanteerde controleaanpak omvat cijferanalyses, rechtstreekse toetsing van verrichtingen en een beoordeling van de essentiële beheersingsmaatregelen van de toezicht- en controlesystemen van de Stichting. Hierbij komt nog controle-informatie afkomstig uit het werk van andere controleurs en een analyse van de ''management representations''.

OORDEEL

4.

Wij hebben het volgende gecontroleerd:

a)

de jaarrekening van de Stichting, die bestaat uit de financiële staten (4) en de verslagen over de uitvoering van de begroting (5) betreffende het per 31 december 2016 afgesloten begrotingsjaar, en

b)

de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen bij die rekening,

zoals voorgeschreven door artikel 287 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU).

Betrouwbaarheid van de rekeningen

Oordeel over de betrouwbaarheid van de rekeningen

5.

Naar ons oordeel geven de rekeningen van de Stichting over het op 31 december 2016 afgesloten jaar op alle materiële punten een getrouw beeld van de financiële situatie van de Stichting per 31 december 2016, van de resultaten van haar verrichtingen en kasstromen en van de veranderingen van de nettoactiva in het op die datum afgesloten jaar, overeenkomstig haar financieel reglement en de door de rekenplichtige van de Commissie vastgestelde boekhoudregels. Deze zijn gebaseerd op internationaal aanvaarde boekhoudnormen voor de overheidssector.

Wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen bij de rekeningen

Ontvangsten

Oordeel over de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende ontvangsten bij de rekeningen

6.

Naar ons oordeel zijn de onderliggende ontvangsten bij de rekeningen betreffende het per 31 december 2016 afgesloten begrotingsjaar op alle materiële punten wettig en regelmatig.

Betalingen

Oordeel over de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende betalingen bij de rekeningen

7.

Naar ons oordeel zijn de onderliggende betalingen bij de rekeningen betreffende het per 31 december 2016 afgesloten begrotingsjaar op alle materiële punten wettig en regelmatig.

Verantwoordelijkheden van de leiding en de met governance belaste personen

8.

Overeenkomstig de artikelen 310-325 van het VWEU en het financieel reglement van de Stichting is de leiding verantwoordelijk voor het opstellen en weergeven van de rekeningen op basis van de internationaal aanvaarde boekhoudnormen voor de overheidssector, alsmede voor de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen. Deze verantwoordelijkheid omvat het ontwerpen, invoeren en in stand houden van internebeheersingsmaatregelen die relevant zijn voor het opmaken en getrouw weergeven van financiële staten die geen afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten bevatten. De leiding dient er ook voor te zorgen dat de in de financiële staten weergegeven activiteiten, financiële verrichtingen en informatie in overeenstemming zijn met de voorschriften waar ze onder vallen. De leiding van de Stichting draagt uiteindelijk de verantwoordelijkheid voor de wettigheid en regelmatigheid van de verrichtingen die ten grondslag liggen aan de rekeningen.

9.

Bij het voorbereiden van de rekeningen is de leiding verantwoordelijk voor het beoordelen van het vermogen van de Stichting om haar activiteiten voort te zetten, voor het in voorkomend geval melden van kwesties die verband houden met de bedrijfscontinuïteit en voor het hanteren van het continuïteitsbeginsel.

10.

Degenen die belast zijn met governance zijn verantwoordelijk voor de supervisie van het proces van financiële verslaglegging over de entiteit.

Verantwoordelijkheden van de controleur voor de controle van de rekeningen en onderliggende verrichtingen

11.

Onze doelstellingen bestaan erin, redelijke zekerheid te verkrijgen over de vraag of de rekeningen van de Stichting geen afwijkingen van materieel belang vertonen en of de onderliggende verrichtingen wettig en regelmatig zijn, alsmede op basis van onze controle het Europees Parlement en de Raad of andere betrokken kwijtingsautoriteiten een betrouwbaarheidsverklaring te verschaffen over de betrouwbaarheid van de rekeningen en de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen. Redelijke zekerheid is een hoge mate van zekerheid, maar geen garantie dat bij een controle een bestaande materiële afwijking of niet-conformiteit altijd zal worden opgespoord. Deze kan voortkomen uit fraude of fouten en wordt van materieel belang geacht indien hiervan, afzonderlijk of geaggregeerd, redelijkerwijs zou kunnen worden verwacht dat deze een invloed heeft op de economische beslissingen die gebruikers op basis van deze rekeningen nemen.

12.

Een controle houdt in dat procedures worden uitgevoerd om controle-informatie te verkrijgen over de bedragen en mededelingen in de rekeningen en over de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen. De selectie van de procedures is afhankelijk van het oordeel van de controleur, dat een inschatting omvat van de risico's op afwijkingen van materieel belang in de rekeningen en op niet-conformiteit van materieel belang van de onderliggende verrichtingen met vereisten uit de wet- en regelgeving van de Europese Unie, hetzij door fraude, hetzij door fouten. Bij deze risico-inschatting wordt gekeken naar de internebeheersingsmaatregelen met betrekking tot de opstelling en getrouwe weergave van de rekeningen en naar de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen, om controleprocedures op te zetten die onder de gegeven omstandigheden adequaat zijn, maar niet om een oordeel uit te spreken over de doeltreffendheid van de internebeheersingsmaatregelen. Een controle houdt tevens een beoordeling in van de geschiktheid van de gehanteerde grondslagen voor de financiële verslaglegging en de redelijkheid van de door de leiding gemaakte boekhoudkundige schattingen, evenals een beoordeling van de algehele presentatie van de rekeningen.

13.

Voor de ontvangsten verifiëren wij de van de Commissie ontvangen subsidie en beoordelen wij de procedures van de Stichting voor het innen van vergoedingen en andere inkomsten, voor zover van toepassing.

14.

Ten aanzien van de uitgaven onderzoeken wij betalingsverrichtingen wanneer de uitgaven zijn gedaan, geboekt en goedgekeurd. Voorschotbetalingen worden onderzocht wanneer de ontvanger van de middelen het passende gebruik ervan aantoont en de Stichting dit bewijs accepteert door het afwikkelen van de voorschotbetaling in hetzelfde jaar of later.

15.

Bij de voorbereiding van dit verslag en de betrouwbaarheidsverklaring hebben wij rekening gehouden met de controlewerkzaamheden die de onafhankelijke extern controleur heeft verricht ten aanzien van de rekeningen van de Stichting, zoals bepaald in artikel 208, lid 4, van het Financieel Reglement van de EU (6).

16.

De hiernavolgende opmerkingen doen niets af aan het oordeel van de Rekenkamer.

OPMERKINGEN OVER GOED FINANCIEEL BEHEER EN PRESTATIES

17.

In 2016 werd er in opdracht van de Commissie een externe evaluatie van de Stichting verricht. Dit was de eerste stap in een horizontale evaluatie van de vier agentschappen die actief zijn op het gebied van werkgelegenheid, sociale zaken en inclusie (7). De conclusie van de evaluatie was dat de omvangrijke reorganisatie van de ETF sinds 2011 geen significante negatieve gevolgen heeft gehad en dat deze door zowel interne als externe belanghebbenden voornamelijk positief is gewaardeerd, met name wat betreft strategie en doeltreffendheid. Het bestuur van de ETF werd als doelmatig en doeltreffend gezien. In de evaluatie wordt ook benadrukt dat de ETF sinds 2011 haar monitoringscapaciteit is blijven versterken, maar dat zij haar activiteiten en resultaten nog steeds duidelijker kan presenteren. De situatie zou kunnen worden verbeterd door indicatoren te vereenvoudigen en samen te bundelen rond één enkele interventielogica en door in de gehele organisatie gebruik te maken van een gemeenschappelijke terminologie. De Stichting stelde een plan op ter uitvoering van de aanbevelingen van de beoordelaars.

OVERIGE OPMERKINGEN

18.

In haar verslag over de jaarrekening van de Stichting betreffende het jaar 2011 wees de Rekenkamer er al op dat de situatie omtrent het kantoorgebouw van de Stichting onbevredigend is en het gevaar bestaat dat de activiteiten worden verstoord. De situatie verkeert in een impasse, aangezien het consortium dat een deel van het complex beheerde en in gebruik had, in 2011 failliet ging en een deel van het complex leeg liet staan. Het gastland moet dringend een oplossing vinden voor deze kwestie. Volgens de gastheerschapsovereenkomst worden tot 2027 passende faciliteiten gegarandeerd.

FOLLOW-UP VAN DE OPMERKINGEN VAN VOORGAANDE JAREN

19.

De bijlage bevat een overzicht van de corrigerende maatregelen die zijn getroffen naar aanleiding van de opmerkingen van de Rekenkamer van voorgaande jaren.

Dit verslag werd door kamer IV onder leiding van de heer Baudilio TOMÉ MUGURUZA, lid van de Rekenkamer, te Luxemburg vastgesteld op haar vergadering van 12 september 2017.

Voor de Rekenkamer

Klaus-Heiner LEHNE

President


(1)  PB L 131 van 23.5.1990, blz. 1.

(2)  Meer informatie over de bevoegdheden en activiteiten van de Stichting is te vinden op haar website: www.etf.europa.eu.

(3)  Het personeelsbestand bestaat uit ambtenaren, tijdelijke functionarissen, arbeidscontractanten en gedetacheerde nationale deskundigen.

Bron: Door de Stichting verstrekte gegevens.

(4)  De financiële staten omvatten de balans en de staat van de financiële resultaten, het kasstroomoverzicht en het mutatieoverzicht van de nettoactiva, alsook een overzicht van de belangrijkste grondslagen voor financiële verslaglegging en andere toelichtingen.

(5)  De verslagen over de uitvoering van de begroting omvatten de verslagen die een samenvatting zijn van alle begrotingsverrichtingen en de bijbehorende toelichtingen.

(6)  Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 298 van 26.10.2012, blz. 1).

(7)  De andere agentschappen die zullen worden geëvalueerd zijn de Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden (Dublin), het Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk (Bilboa) en het Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding (Thessaloniki).


BIJLAGE

Follow-up van de opmerkingen van voorgaande jaren

Jaar

Opmerkingen van de Rekenkamer

Stand van de corrigerende maatregel

(Afgerond/Loopt nog/Nog af te handelen/N.v.t.)

2013

Eind 2013 bezat de Stichting rekeningen ten belope van 7,5  miljoen euro bij één enkele bank met een lage rating (F3, BBB) (1).

Afgerond


(1)  Dit bedrag is verlaagd tot 1,8 miljoen euro.


ANTWOORD VAN DE STICHTING

De Stichting neemt akte van het verslag van de Rekenkamer.