52014PC0364

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake het door de Europese Unie in de ACS-EU-Raad van ministers in te nemen standpunt betreffende de herziening van bijlage III bij de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst /* COM/2014/0364 final - 2014/0184 (NLE) */


TOELICHTING

Volgens de "Agenda voor verandering"[1] is inclusieve en duurzame economische groei cruciaal voor armoedebestrijding op lange termijn. Een dergelijke groei vereist een gunstig ondernemersklimaat, meer lokaal concurrentievermogen en nieuwe vormen van samenwerking met de particuliere sector via bestaande financiële instrumenten of via nieuwe, nog in te stellen instrumenten.

Tijdens het vierde forum op hoog niveau van Busan inzake de doeltreffendheid van steun is opgeroepen tot meer rechtstreekse betrokkenheid van de particuliere sector met het oog op het stimuleren van innovatie, het scheppen van inkomensbronnen en werkgelegenheid, het stimuleren van het midden- en kleinbedrijf en ondernemerschap, het mobiliseren van binnenlandse hulpbronnen en het verder ontwikkelen van innovatieve financiële mechanismen.

Dit lag ten grondslag aan de besprekingen tussen de EU en de ACS over steun voor de ontwikkeling van de particuliere sector, die moet worden opgenomen in de programmering en uitvoering van het elfde Europees Ontwikkelingsfonds (hierna het "EOF" genoemd).

Gezien het bovenstaande, alsmede de ontwikkeling van de internationale context, met name het aanzienlijke aantal actoren en structuren die effectieve steun aan de particuliere sector kunnen verstrekken, moeten dergelijke programma's worden uitgevoerd door organisaties die hebben aangetoond in staat te zijn hoogwaardige deskundigheid op rendabele wijze te leveren.

De voorgestelde wijziging van bijlage III bij de Partnerschapsovereenkomst tussen de leden van de groep van Staten in Afrika, het Caribisch Gebied en de Stille Oceaan, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds, ondertekend te Cotonou op 23 juni 2000[2] (hierna de “ACS-EU-partnerschapsovereenkomst” genoemd), laatstelijk gewijzigd in Ouagadougou (Burkina Faso) op 22 juni 2010[3], betreft daarom de schrapping van de verwijzingen naar het Centrum voor de ontwikkeling van het bedrijfsleven (hierna "COB" genoemd).

De Commissie stelt voor dat de Raad van de Europese Unie het aangehechte besluit vaststelt.

2014/0184 (NLE)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

inzake het door de Europese Unie in de ACS-EU-Raad van ministers in te nemen standpunt betreffende de herziening van bijlage III bij de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 209, lid 2, in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien de Partnerschapsovereenkomst tussen de leden van de groep van Staten in Afrika, het Caribisch Gebied en de Stille Oceaan, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds, ondertekend te Cotonou op 23 juni 2000[4] (hierna de “ACS-EU-partnerschapsovereenkomst” genoemd), laatstelijk gewijzigd in Ouagadougou (Burkina Faso) op 22 juni 2010[5],

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)       Op grond van artikel 100 van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst kunnen de bijlagen I bis, I ter, II, III, IV en VI door de ACS-EU-Raad van ministers worden herzien en/of gewijzigd op basis van een aanbeveling van het ACS-EU-Comité voor Samenwerking inzake Ontwikkelingsfinanciering.

(2)        Tijdens het vierde forum op hoog niveau van Busan inzake de doeltreffendheid van steun is opgeroepen tot meer rechtstreekse betrokkenheid van de particuliere sector met het oog op het stimuleren van innovatie, het scheppen van inkomensbronnen en werkgelegenheid, het midden- en kleinbedrijf en ondernemerschap, het mobiliseren van binnenlandse hulpbronnen en verdere ontwikkeling van innovatieve financiële mechanismen.

(3)        Gezien het bovenstaande, alsmede de ontwikkeling van de internationale context, met name het aanzienlijke aantal actoren en structuren die effectieve steun aan de particuliere sector kunnen verstrekken, moeten dergelijke programma's worden uitgevoerd door organisaties die hebben aangetoond in staat te zijn hoogwaardige deskundigheid op rendabele wijze te leveren.

(4)        De wijziging van bijlage III betreft de schrapping van de verwijzingen naar het Centrum voor de ontwikkeling van het bedrijfsleven (hierna "COB" genoemd).

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

1.           Het door de Europese Unie in de ACS-EU-Raad van ministers in te nemen standpunt inzake de herziening van bijlage II bij de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst wordt gebaseerd op het ontwerpbesluit van de ACS-EU-Raad van ministers dat in de bijlage bij dit besluit is opgenomen.

2.           Kleine wijzigingen van het ontwerpbesluit kunnen worden goedgekeurd door de vertegenwoordigers van de Unie in de ACS-EU-Raad van ministers zonder dat daartoe een besluit van de Raad vereist is.

Artikel 2

Na vaststelling wordt het besluit van de ACS-EU-Raad van ministers bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel,

                                                                       Voor de Raad

                                                                       De voorzitter

[1]               COM(2011)637 Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Europees Economisch en sociaal comité en het Comité van de regio’s: "Het effect van het EU-ontwikkelingsbeleid vergroten: een agenda voor verandering".

[2]               PB L 317 van 15.12.2000, blz. 3.

[3]               PB L 287 van 4.11.2010, blz. 3.

[4]               PB L 317 van 15.12.2000, blz. 3.

[5]               PB L 287 van 4.11.2010, blz. 3.

BIJLAGE

bij het

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

inzake het door de Europese Unie in de ACS-EU-Raad van ministers in te nemen standpunt betreffende de herziening van bijlage III bij de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst

BIJLAGE Ontwerp BESLUIT VAN DE ACS-EU-RAAD VAN MINISTERS betreffende de herziening van bijlage III bij de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst

DE ACS-EU-RAAD VAN MINISTERS,

Gezien de Partnerschapsovereenkomst tussen de leden van de groep van Staten in Afrika, het Caribisch Gebied en de Stille Oceaan, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds, ondertekend te Cotonou op 23 juni 2000[1] (hierna de “ACS-EU-partnerschapsovereenkomst” genoemd), laatstelijk gewijzigd in Ouagadougou (Burkina Faso) op 22 juni 2010[2], en met name artikel 100,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Op grond van artikel 100 van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst kunnen de bijlagen I bis, I ter, II, III, IV en VI door de ACS-EU-Raad van ministers worden herzien en/of gewijzigd op basis van een aanbeveling van het ACS-EU-Comité voor Samenwerking inzake Ontwikkelingsfinanciering.

(2) Tijdens het vierde forum op hoog niveau van Busan inzake de doeltreffendheid van steun is opgeroepen tot meer rechtstreekse betrokkenheid van de particuliere sector met het oog op het stimuleren van innovatie, het scheppen van inkomensbronnen en werkgelegenheid, het stimuleren van het midden- en kleinbedrijf en ondernemerschap, het mobiliseren van binnenlandse hulpbronnen en het verder ontwikkelen van innovatieve financiële mechanismen.

(3) Gezien het bovenstaande, alsmede de ontwikkeling van de internationale context, met name het aanzienlijke aantal actoren en structuren die effectieve steun aan de particuliere sector kunnen verstrekken, moeten dergelijke programma's worden uitgevoerd door organisaties die hebben aangetoond in staat te zijn hoogwaardige deskundigheid op rendabele wijze te leveren.

(4) De wijziging van bijlage III betreft schrapping van de verwijzingen naar het Centrum voor de ontwikkeling van het bedrijfsleven (hierna "COB" genoemd).

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage III bij de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1.           De titel van bijlage III wordt vervangen door:

"Institutionele steun".

2.           Artikel 1 wordt vervangen door:

"De samenwerking ondersteunt het institutionele mechanisme ter bevordering van de landbouw en plattelandsontwikkeling. In dit verband draagt de samenwerking bij aan de versterking en uitbreiding van de rol van het Technisch Centrum voor landbouwsamenwerking en plattelandsontwikkeling (TCLP) binnen de ontwikkeling van institutionele capaciteit in de ACS-landen, met name op het gebied van informatiebeheer, om de toegang tot technologie te verbeteren met het oog op vergroting van de landbouwproductiviteit, handel, voedselzekerheid en plattelandsontwikkeling."

3.           Artikel 3 wordt artikel 2 en komt in de plaats daarvan.

Artikel 2

De liquidatie van het Centrum voor de ontwikkeling van het bedrijfsleven (COB) wordt bekrachtigd en wordt als volgt geregeld:

1.           De ACS-EU-Raad van ministers machtigt de raad van bestuur van het COB om alle nodige maatregelen te treffen om de liquidatie van het COB in gang te zetten, onder toezicht van het ACS-EU-Comité van ambassadeurs.

2.           Het liquidatieproces moet uiterlijk op 31 december 2016 zijn afgerond.

3.           De liquidatie van het COB en alle daarmee verband houdende uitgaven worden gefinancierd uit het elfde Europees Ontwikkelingsfonds.

Artikel 3

Dit besluit wordt vastgesteld binnen de ACS-EU-Raad van ministers.

Dit besluit treedt in werking op de dag van goedkeuring.

Gedaan te [...], [...]

Voor de Raad van de Europese Unie || Voor de ACS-EU-Raad van ministers

De voorzitter || De voorzitter

[1]               PB L 317 van 15.12.2000, blz. 3.

[2]               PB L 287 van 4.11.2010, blz. 3.