52012JC0022

Gezamenlijk voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EU) nr. 267/2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran /* JOIN/2012/022 final - 2012/0203 (NLE) */


TOELICHTING

(1) Op 23 maart 2012 heeft de Raad zijn goedkeuring gehecht aan Verordening (EU) nr. 267/2012, waarbij Verordening (EU) nr. 961/2010 werd ingetrokken en vervangen.

(2) Die verordening voorziet onder andere in de bevriezing van alle tegoeden en economische middelen die toebehoren aan, eigendom zijn van, in het bezit zijn of onder zeggenschap staan van de personen, entiteiten en lichamen die in de bijlagen VIII en IX bij de verordening zijn vermeld.

(3) Artikel 23, lid 2, onder e) moet worden gewijzigd om de criteria te verduidelijken op grond waarvan personen, entiteiten en lichamen worden opgenomen in bijlage IX bij de verordening.

(4) De hoge vertegenwoordiger voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid en de Europese Commissie stellen bijgevolg voor Verordening (EU) nr. 267/2012 van de Raad dienovereenkomstig te wijzigen.

2012/0203 (NLE)

Gezamenlijk voorstel voor een

VERORDENING VAN DE RAAD

tot wijziging van Verordening (EU) nr. 267/2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 215,

Gezien Besluit 2010/413/GBVB van de Raad van 26 juli 2010 betreffende beperkende maatregelen tegen Iran en tot intrekking van Gemeenschappelijk Standpunt 2007/140/GBVB[1],

Gezien het gezamenlijke voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid en de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)       Verordening (EU) nr. 267/2012[2] van de Raad van 23 maart 2012 geeft uitvoering aan de maatregelen van Besluit 2010/413/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Iran. Die verordening voorziet onder andere in de bevriezing van alle tegoeden en economische middelen die toebehoren aan, eigendom zijn van, in het bezit zijn of onder zeggenschap staan van de personen, entiteiten en lichamen die in de bijlagen VIII en IX bij de verordening zijn vermeld.

(2)       Artikel 23, lid 2, onder e) moet worden gewijzigd om de criteria te verduidelijken op grond waarvan personen, entiteiten en lichamen worden opgenomen in bijlage IX bij die verordening.

(3)       Deze maatregel valt onder het toepassingsgebied van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en derhalve is regelgeving op het niveau van de Unie noodzakelijk voor de tenuitvoerlegging ervan, met name om te garanderen dat deze door de marktdeelnemers in alle lidstaten uniform worden toegepast.

(4)       Verordening (EU) nr. 267/2012 van de Raad moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EU) nr. 267/2012 wordt als volgt gewijzigd:

Artikel 23, lid 2, onder e), wordt vervangen door:

“e) een rechtspersoon, entiteit of lichaam zijn die of dat eigendom is of onder zeggenschap staat van de Islamic Republic of Iran Shipping Lines (IRISL) of een natuurlijk persoon, rechtspersoon, entiteit of lichaam die of dat namens deze optreedt.”

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel,

                                                                       Voor de Raad

                                                                       De voorzitter

[1]               PB L 195 van 27.7.2010, blz. 39.

[2]               PB L 88 van 24.3.2012, blz. 1.