29.6.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 169/4


Kennisgeving van de Regering van het Verenigd Koninkrijk ingevolge Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen

2010/C 169/04

Aankondiging van de beschikbaarheid van het onshore gebied van Noord-Ierland voor aanvragen voor olie- en gasvergunningen overeenkomstig de opendeurprocedure

Onshore vergunningsronde Noord-Ierland

1.

Met verwijzing naar artikel 3, lid 3, van Richtlijn 94/22/EG van de Raad verklaart het Ministerie van Ondernemingen, Handel en Investeringen (Department for Enterprise, Trade and Investment) hierbij dat overeenkomstig de bepalingen van de Petroleum (Production) Act (Northern Ireland) 1964 het onshore gebied van Noord-Ierland op permanente basis beschikbaar is gesteld voor vergunningen voor de prospectie, exploratie en productie van koolwaterstoffen.

2.

Overeenkomstig Regulation 3 van de Petroleum Production Regulations (Northern Ireland) 1987, als vervangen door de Petroleum Production (Amendment) Regulations (Northern Ireland) 2010, en Regulation 3 van de Hydrocarbons Licensing Directive Regulations (Northern Ireland) 2010, kunnen aanvragen worden ingediend voor vergunningen voor de prospectie, exploratie en productie van koolwaterstoffen met betrekking tot het onshore gebied van Noord-Ierland overeenkomstig de hieronder uiteengezette procedures.

Oorspronkelijk venster — Aanvragen in te dienen uiterlijk op 27 augustus 2010

3.

Alle partijen met belangstelling moeten uiterlijk op 27 augustus 2010 een aanvraag voor een vergunning indienen met betrekking tot een omschreven gebied als gespecificeerd op een kaart. Alle aanvragen die zijn ingediend in de periode tot 27 augustus 2010 worden behandeld en gerangschikt als zijnde ontvangen op dezelfde dag, namelijk 27 augustus 2010.

4.

Wanneer in aanmerking komende aanvragen van een voormalige vergunninghouder én van een nieuwe aanvrager worden ontvangen voor het geheel of voor een deel van een gebied waarvoor voordien aan die voormalige vergunninghouder een vergunning is verleend, gelden de speciale regelingen van Regulations 13 en 14 van de Hydrocarbons Licensing Directive Regulations (Northern Ireland) 2010. Wanneer er aanvragen van gelijke verdienste worden ontvangen en het niet mogelijk blijkt te zijn vergunningen met de onderlinge toestemming van de aanvragers te verlenen door aanpassing van de gebieden waarvoor vergunning is aangevraagd overeenkomstig Regulation 13, geldt de in Regulation 14 uiteengezette regeling.

Daaropvolgende verlening van vergunningen — op of na 30 augustus 2010

5.

Met ingang van 30 augustus 2010 kunnen aanvragen voor gebieden waarvoor nog geen in aanmerking komende aanvragen zijn ingediend, of voor niet-vergunde gebieden, op gelijk welk ogenblik bij het ministerie worden ingediend; die aanvragen zullen in orde van ontvangst worden behandeld.

Beschikbaar gebied en beschikbare informatie

6.

Het overeenkomstig deze kennisgeving vrijgegeven gebied is ingekleurd op de kaarten welke zijn neergelegd ten kantore van het Department of Enterprise, Trade and Investment (Minerals and Petroleum Branch), Colby House, Stranmillis Court, Belfast BT9 5BF, UNITED KINGDOM. Richtsnoeren over de vergunningen, de in deze vergunningen vervatte voorwaarden en de wijze waarop aanvragen moeten worden ingediend, zijn eveneens beschikbaar. De kaarten en richtsnoeren kunnen op afspraak worden geraadpleegd (tel. +44 2890388462, fax +44 2890388461, E-mail: minerals@detini.gov.uk) tussen 9.30 u en 16.30 u., maandag tot en met vrijdag, en zijn ook beschikbaar op de website van het ministerie: http://www.detini.gov.uk. De kaarten worden geregeld bij de tijd gebracht naar gelang in aanmerking komende aanvragen worden ontvangen en vergunningen worden verleend.

Criteria voor de beoordeling van aanvragen

7.

Aanvragen worden beoordeeld in het licht van de permanente behoefte aan snelle, grondige, efficiënte en veilige exploratie om de olie- en gasvoorraden binnen onshore Noord-Ierland vast te stellen.

8.

Aanvragen worden beoordeeld op basis van de volgende criteria:

a)

de financiële levensvatbaarheid van de aanvrager en zijn financiële capaciteit voor de uitvoering van de activiteiten die krachtens de vergunning gedurende de eerste periode mogen worden opgezet, inclusief het werkprogramma voor de evaluatie van het volledige potentieel van het gebied waarvoor de vergunning is aangevraagd;

b)

de technische capaciteit van de aanvrager voor de uitvoering gedurende de eerste periode van activiteiten waarop de vergunning van toepassing is, met inbegrip van de bepaling van de winningsvooruitzichten voor koolwaterstoffen binnen het gebied waarvoor de vergunning is aangevraagd;

c)

de wijze waarop de aanvrager voorstelt de krachtens de vergunning toegestane werkzaamheden uit te voeren, met inbegrip van de kwaliteit van het ingediende werkprogramma voor de evaluatie van het totale potentieel van het gebied waarvoor de vergunning is aangevraagd. Het werkprogramma moet gestructureerd zijn met als doel één put te boren in het gebied alvorens de eerste periode van de vergunning, die vijf jaar bedraagt, is verlopen.

d)

eventueel gebrek aan efficiency of verantwoordelijkheidsgevoel waarvan de aanvrager blijk heeft gegeven in het kader van een andere vergunning die is afgegeven ingevolge de Petroleum (Production) Act (Northern Ireland) 1964.

Exploitant

9.

Het ministerie zal normaliter geen vergunning verlenen tenzij het bereid is tegelijkertijd zijn goedkeuring te hechten aan de keuze van de exploitant door de aanvrager. Alvorens zijn goedkeuring te hechten aan de exploitant moet het ministerie zich ervan hebben vergewist dat de kandidaat in staat zal zijn de boorwerkzaamheden te plannen en uit te voeren (zie de richtsnoeren). Bovenop de criteria als bedoeld in punt 8 baseert het ministerie zijn beoordeling op een evaluatie van de kwalificaties en de ervaring van de exploitant om een hoog niveau van veiligheid en milieubescherming te waarborgen.

Vergoedingen en kosten

10.

Indiening van een aanvraag gaat gepaard met betaling van een vergoeding van 1 000 GBP. Het ministerie aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de kosten die een partij heeft gemaakt wanneer zij verklaart een aanvraag te zullen indienen, of die zij maakt bij het indienen zelf van die aanvraag.