23.12.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 352/8


Samenvatting van het besluit van de Commissie

van 29 september 2010

in een procedure op grond van artikel 102 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en artikel 54 van de EER-Overeenkomst

(Zaak COMP/39.315 — ENI)

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2010) 6701)

(Slechts de tekst in de Italiaanse taal is authentiek)

(Voor de EER relevante tekst)

2010/C 352/10

De Commissie heeft op 29 september 2010 een besluit vastgesteld in een procedure op grond van artikel 102 van het Verdrag inzake de werking van de Europese Unie (VWEU)  (1). Overeenkomstig artikel 30 van Verordening (EG) nr. 1/2003  (2) maakt de Commissie hierbij de namen van de partijen en de belangrijkste punten van het besluit, waaronder de opgelegde sancties, bekend, rekening houdend met het rechtmatige belang van de ondernemingen bij de bescherming van hun bedrijfsgeheimen. Een niet-vertrouwelijke versie van het besluit is te vinden op de website van DG Concurrentie op het volgende adres:

http://ec.europa.eu/competition/elojade/isef/case_details.cfm?proc_code=1_39315

1.   INLEIDING

(1)

Dit besluit is gericht tot ENI SpA (hierna „ENI” genoemd). Met dit besluit worden de toezeggingen verbindend verklaard die ENI had voorgesteld om tegemoet te komen aan de door de Commissie in haar mededeling van punten van bezwaar genoemde mededingingsbezwaren.

2.   PROCEDURE

(2)

De zaak is begonnen met de onaangekondigde inspecties die op 5 mei 2006 werden uitgevoerd in de lokalen van ENI, haar dochterondernemingen en de ondernemingen die gastransport in en naar Italië verzorgen en waarover ENI zeggenschap uitoefent. Op 20 april 2007 heeft de Commissie de procedure van Verordening (EG) nr. 1/2003 (3) en van artikel 2, lid 1, van Verordening (EG) nr. 773/2004 (4) ingeleid. Op 6 maart 2009 heeft de Commissie een mededeling van punten van bezwaar vastgesteld waarin zij haar mededingingsbezwaren heeft uiteengezet (5). ENI werd bij brief van 9 maart 2009 van de mededeling van punten van bezwaar in kennis gesteld. Op 1 oktober 2009 heeft ENI geantwoord dat zij de bevindingen in de mededeling van punten van bezwaar betwist. Op 27 november 2009 vond een hoorzitting plaats. Op 4 februari 2010 heeft ENI toezeggingen aan de Commissie gedaan als antwoord op de in de mededeling van punten van bezwaar vastgestelde bezwaren (6). Op 5 maart 2010 is, overeenkomstig artikel 27, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1/2003, in het Publicatieblad van de Europese Unie een bekendmaking gepubliceerd met een samenvatting van de bezwaren van de Commissie en de voorgestelde toezeggingen, en het verzoek aan belanghebbenden hun opmerkingen aangaande de voorvermelde toezeggingen binnen een termijn van één maand vanaf de publicatie van die bekendmaking mee te delen (7). Op 27 april 2010 heeft de Commissie ENI ingelicht over de opmerkingen die zij na de publicatie van de bekendmaking van belanghebbenden heeft ontvangen. Op 10 mei 2010 heeft ENI een aantal verduidelijkingen met betrekking tot de opmerkingen van belanghebbenden gezonden. Op grond van artikel 18 van Verordening (EG) nr. 1/2003 gevraagde aanvullende informatie werd op 24 mei 2010 door de onderneming verstrekt.

(3)

Op 8 juli 2010 heeft ENI, rekening houdende met de antwoorden op de markttest, een gewijzigde versie van de toezeggingen gezonden (hierna „de definitieve toezeggingen” genoemd).

(4)

Het Adviescomité voor mededingingsregelingen en economische machtsposities heeft op 9 september 2010 een gunstig advies uitgebracht (8). Op 13 september 2010 heeft de raadadviseur-auditeur zijn eindverslag ingediend (9).

3.   IN DE MEDEDELING VAN PUNTEN VAN BEZWAAR VASTGESTELDE BEZWAREN

(5)

Volgens de mededeling van punten van bezwaar van de Commissie heeft ENI mogelijk misbruik gemaakt van haar machtspositie in de zin van artikel 102 VWEU door systematisch en constructief de strategie toe te passen de gaslevering te weigeren op haar internationale pijpleidingen die gas naar Italië transporteren, meer bepaald op de TENP (10)-, Transitgas (11)- en TAG (12)-pijpleidingen.

(6)

De strategie van een systematische en constructieve leveringsweigering kan de kansen van ENI's concurrenten verminderd hebben om via ENI's internationale netwerk gas naar Italië te transporteren (door capaciteit te hamsteren, door capaciteit op minder aantrekkelijke voorwaarden aan te bieden en door investeringen in aanvullende capaciteit strategisch te beperken). De afscherming van de toegang tot de importpijpleidingen zou derhalve het vermogen en de prikkels van de concurrenten verminderen om een daadwerkelijke mededinging op de stroomafwaartse markten voor gaslevering in Italië te ontwikkelen. De Commissie is tot de conclusie gekomen dat ENI zich mogelijk met een strategie ingelaten heeft om de internationale transportcapaciteit opzettelijk krap te houden teneinde de import van gas naar Italië door derden te beperken en haar winst op de stroomafwaartse markten voor gaslevering veilig te stellen. De Commissie is van oordeel dat in deze zaak, zoals vastgesteld in de mededeling van punten van bezwaar, die strategie om de gaslevering te weigeren een gevolg zou zijn van het inherente belangenconflict waarmee een exploitant met een machtspositie als ENI geconfronteerd wordt doordat die tegelijkertijd het transport en de levering van gas controleert. Die praktijk zou dan ten koste gaan van andere transporteurs, de mededinging en uiteindelijk de eindverbruikers op de stroomafwaartse markten voor gaslevering in Italië.

4.   TOEZEGGINGEN

(7)

ENI heeft toegezegd haar huidige belangen in ondernemingen die betrokken zijn bij de exploitatie van pijpleidingen voor internationaal gastransport (TENP, Transitgas en TAG) (13) van de hand te zullen doen aan een geschikte koper die onafhankelijk van en zonder bindingen met ENI opereert en op het eerste gezicht geen mededingingsbezwaren doet rijzen.

(8)

Wat TAG betreft, zal ENI haar belang aan een overheidsinstantie van de hand doen waarover de Italiaanse overheid rechtstreeks of onrechtstreeks zeggenschap heeft (14).

(9)

Voor de periode vanaf 22 december 2009 tot de afronding van de verkoop zegt ENI tevens toe geen transportcontracten te verlengen of te vernieuwen of in haar belang als transporteur geen nieuwe transportcontracten af te sluiten op TAG-, TENP- en Transitgas-pijpleidingen, met uitzondering van mogelijke latere veilingen en andere procedures voor de openbare toewijzing van reverse flow-transportcapaciteit naar andere markten dan de Italiaanse.

(10)

De uiteindelijke toezeggingen van ENI zijn afdoende om de in de mededeling van punten van bezwaar genoemde mededingingsbezwaren daadwerkelijk weg te nemen. De bezwaren zijn weggenomen aangezien het concurrentieverstorende gedrag van ENI voortkwam uit haar belang om haar marges op de gaslevering te beschermen ten koste van inkomsten uit het transport. In dat verband zijn de voorgestelde oplossingen, op voorwaarde dat de deelnemingen in pijpleidingen aan geschikte kopers van de hand worden gedaan die onafhankelijk van en zonder bindingen met ENI opereren en op het eerste gezicht geen mededingingsbezwaren doen rijzen, passend om dit uit de verticale integratie van de onderneming voortkomende structurele belangenconflict op te lossen.

(11)

De toezeggingen in hun definitieve vorm zijn tevens noodzakelijk omdat geen enkele gedragsmaatregel even efficiënt zou zijn als de afstoting van de ENI-deelnemingen bij de transportnetbeheerders om de genoemde bezwaren weg te nemen. De toezegging van ENI om haar aandelen in internationale pijpleidingen voor gastransport (TENP, Transitgas en TAG) af te stoten, is een structurele maatregel van het type dat in de mededeling van punten van bezwaar wordt overwogen. Zonder die structurele oplossing zouden de prikkels voor een verticaal geïntegreerde gasonderneming om verder concurrentieverstorend gedrag te vertonen, niet zijn weggenomen, wat ertoe had kunnen leiden dat de vermeende inbreuk niet daadwerkelijk beëindigd werd.

(12)

Niet het minst gezien het grote aantal gasklanten op de Italiaanse stroomafwaartse markt en de aanzienlijke potentiële schade voor die klanten dienen de toezeggingen als passend en evenredig te worden beschouwd.

5.   CONCLUSIE

(13)

In het licht van de voorgestelde toezeggingen wordt in het besluit vastgesteld dat er voor de Commissie geen reden tot optreden meer is en dat de procedure in deze zaak moet worden beëindigd, onverminderd artikel 9, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1/2003.


(1)  Vanaf 1 december 2009 zijn de artikelen 81 en 82 VEG respectievelijk de artikelen 101 en 102 VWEU geworden. De respectieve bepalingen zijn in wezen identiek. Voor zover van toepassing, dienen in dit besluit de verwijzingen naar de artikelen 101 en 102 VWEU te worden gelezen als verwijzingen naar de artikelen 81 en 82 VEG.

(2)  PB L 1 van 4.1.2003, blz. 1.

(3)  PB L 1 van 4.1.2003, blz. 1.

(4)  PB L 123 van 27.4.2004, blz. 18.

(5)  Overeenkomstig artikel 27, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1/2003, juncto artikel 10, lid 1, van Verordening (EG) nr. 773/2004. De mededeling van punten van bezwaar geldt ook als de voorlopige beoordeling in de zin van artikel 9 van Verordening (EG) nr. 1/2003.

(6)  Overeenkomstig artikel 9, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1/2003.

(7)  PB C 55 van 5.3.2010, blz. 13.

(8)  Zie bladzijde 5 van dit Publicatieblad.

(9)  Zie bladzijde 6 van dit Publicatieblad.

(10)  De TENP/Transitgas-pijpleidingen maken het mogelijk Noord-Europees gas via Duitsland en Zwitserland naar Italië te importeren. ENI heeft (samen met E.ON) gezamenlijke zeggenschap over de TENP-pijpleiding. ENI heeft met name zeggenschap over Gas Transport GmbH, dat op zijn beurt een zeggenschapsbelang van 49 % in Trans Europa Naturgas Pipeline GmbH & Co heeft, dat de TENP-pijpleiding bezit en exploiteert. ENI heeft de uitsluitende zeggenschap over de transportnetbeheerder — Eni Gas Transport Deutschland SpA — die de TENP-pijpleiding voor het deel van de transportrechten van ENI exploiteert (d.w.z. […] % van de TENP-capaciteit).

(11)  ENI heeft (samen met Swissgas) gezamenlijke zeggenschap over de Transitgas-pijpleiding. ENI bezit 46 % van Transitgas AG. ENI heeft eveneens de uitsluitende zeggenschap over transportnetbeheerder Eni Gas Transport International SA (ENI GTI), die een deel van Transitgas beheert en exploiteert, in overeenstemming met de capaciteitsrechten die ENI op die pijpleiding heeft (d.w.z. levert diensten met betrekking tot het transport van aardgas, waaronder het op de markt brengen van de ongeveer […] % van de transportcapaciteit van ENI).

(12)  De TAG-pijpleiding maakt het mogelijk gas vanuit Rusland naar Italië te importeren. ENI heeft (samen met OMV) gezamenlijke zeggenschap over de transportnetbeheerder (Trans Austria Gasleitung GmbH) die alle capaciteitsrechten voor het transport van aardgas via de TAG-pijpleiding bezit. ENI heeft recht op ongeveer […] % van de transportrechten van de bestaande capaciteit op de TAG-pijpleiding.

(13)  ENI heeft zich er met name toe verbonden haar deelnemingen in de transportnetbeheerders en, indien van toepassing, de vehikels die de aandelen van de transportnetbeheerders aanhouden en de activa bezitten, af te stoten.

(14)  De Commissie was van oordeel dat Cassa Depositi e Prestiti Spa (CDP) als een geschikte koper voor TAG kan worden beschouwd.