2010/0036 (COD) Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1215/2009 van de Raad tot vaststelling van uitzonderlijke handelsmaatregelen ten behoeve van de landen en gebieden die deelnemen aan of verbonden zijn met het stabilisatie- en associatieproces van de Europese Unie /* COM/2010/0054 def. - COD 2010/0036 */
[pic] | EUROPESE COMMISSIE | Brussel, 22.2.2010 COM(2010)54 definitief 2010/0036 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1215/2009 van de Raad tot vaststelling van uitzonderlijke handelsmaatregelen ten behoeve van de landen en gebieden die deelnemen aan of verbonden zijn met het stabilisatie- en associatieproces van de Europese Unie TOELICHTING 1. Bij Verordening (EG) nr. 2007/2000[1] verleent de Europese Unie uitzonderlijke en onbeperkte rechtenvrije toegang tot de EU-markt voor bijna alle producten uit de landen en gebieden die deelnemen aan of verbonden zijn met het stabilisatie- en associatieproces. Het voornaamste doel van deze maatregelen is de economieën van de Westelijke Balkan een nieuwe impuls te geven door hun bevoorrechte toegang te verlenen tot de EU-markt. De economische ontwikkeling moet op haar beurt de politieke stabiliteit in de gehele regio bevorderen. 2. Omdat Verordening (EG) nr. 2007/2000 van de Raad herhaaldelijk en ingrijpend werd gewijzigd, werd zij bij Verordening (EG) nr. 1215/2009 van de Raad van 30 november 2009[2] gecodificeerd. 3. Deze handelspreferenties werden toegekend voor een periode die afloopt op 31 december 2010, en gelden momenteel voor Bosnië en Herzegovina, Servië en Kosovo[3] voor alle onder Verordening (EG) nr. 1215/2009 vallende producten. De producten van oorsprong uit Albanië, de Republiek Kroatië, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië of Montenegro blijven onder de bepalingen van Verordening (EG) nr. 1215/2009 vallen wanneer zulks wordt vermeld of wanneer de in Verordening (EG) nr. 1215/2009 vastgestelde maatregelen gunstiger zijn dan de handelsconcessies die in het kader van bilaterale overeenkomsten tussen de Europese Unie en die landen worden toegekend. 4. Op 16 juni 2008 werd de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en Bosnië en Herzegovina ondertekend. In afwachting van de afronding van de ratificatieprocedures is op 1 juli 2008 de Interimovereenkomst betreffende de handel en aanverwante zaken tussen de Europese Unie en Bosnië en Herzegovina in werking getreden. 5. Op 29 april 2008 werd de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en Servië ondertekend. In afwachting van de inwerkingtreding ervan wordt sinds 8 december 2009 de Interimovereenkomst betreffende de handel en aanverwante zaken tussen de Europese Unie en Servië ten uitvoer gelegd en is deze op 1 februari 2010 in werking getreden. 6. Aangezien de interimovereenkomsten / stabilisatie- en associatieovereenkomsten aan Bosnië en Herzegovina en Servië handelsconcessies toekennen voor dezelfde producten als die welke in de autonome handelspreferenties zijn vastgesteld, moeten deze concessies uit Verordening (EG) nr. 1215/2009 van de Raad worden geschrapt. Het gaat daarbij om de preferentiële tariefcontingenten voor "baby beef", suiker en suikerproducten, bepaalde wijnen, alsook bepaalde visserijproducten. 7. Op 14 oktober 2009 heeft de Europese Commissie een mededeling vastgesteld met als titel Kosovo∗ – Op weg naar de Europese Unie , waarin werd aanbevolen de autonome handelsmaatregelen te verlengen. 8. De Raad Algemene Zaken verklaart in zijn conclusies van 8 december 2009 dat hij in verband met de betrekkingen van de EU met Kosovo belang hecht aan maatregelen met betrekking tot handel, onverminderd de standpunten van de lidstaten over de statuskwestie. 9. In zijn resolutie van 26 november 2009 over het uitbreidingsstrategiedocument voor 2009 van de Commissie met betrekking tot de landen van de westelijke Balkan, IJsland en Turkije roept het Europees Parlement de Commissie op al het mogelijke te doen om de gevolgen van de economische crisis voor de landen van de westelijke Balkan te beperken. 10. Door de opheffing van de handelspreferenties zou de begunstigden een objectief economisch voordeel in hun handelsverkeer met de EU worden ontnomen. Dit zou zeer negatieve gevolgen kunnen hebben voor de algemene economische prestaties van de landen van de westelijke Balkan, wat op zijn beurt repercussies zou hebben voor hun binnenlands hervormings- en overgangsproces. Bovendien zou hun economisch herstel serieus in gevaar kunnen worden gebracht. 11. Dit voorstel wijzigt bepaalde elementen van Verordening (EG) nr. 1215/2009 met het oog op de verlenging van de geldigheidsduur ervan tot en met 31 december 2015 en met het oog op bepaalde aanpassingen in verband met de inwerkingtreding van bilaterale overeenkomsten met Bosnië en Herzegovina en Servië. Voorts worden bij de artikelen 2 en 10 van Verordening (EG) nr. 1215/2009 bepaalde bevoegdheden aan de Raad toegekend die niet gebaseerd zijn op Besluit 1999/468/EG van de Raad tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden. De Commissie zal een voorstel doen met het doel al die procedures in het gemeenschappelijke handelsbeleid te herzien in het licht van het systeem van uitvoeringshandelingen, als bedoeld in artikel 291 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en de op grond van artikel 291, lid 3, vastgestelde verordening inzake de algemene voorschriften en beginselen betreffende de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie. In dat voorstel zullen ook de artikelen 2 en 10 van Verordening (EG) nr. 1215/2009 aan bod komen. Dit voorstel zal zo spoedig mogelijk worden ingediend nadat de Commissie een voorstel over de algemene voorschriften en beginselen betreffende de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie heeft goedgekeurd. 12. Deze verordening heeft geen financiële gevolgen voor de begroting van de Gemeenschap. De toepassing van deze verordening zal, vergeleken met de huidige situatie, niet tot een derving van douane-inkomsten leiden. 13. In het licht van het bovenstaande heeft dit voorstel tot doel de geldigheidsduur van Verordening (EG) nr. 1215/2009 van de Raad te verlengen tot en met 31 december 2015. Dit voorstel wijzigt Verordening (EG) nr. 1215/2009 van de Raad teneinde rekening te houden met veranderingen in de daaronder vallende producten. 14. Om de handel niet te verstoren, moet deze verordening vóór 31 december 2010 worden vastgesteld en in het Publicatieblad van de Europese Unie worden bekendgemaakt. Indien dit niet mogelijk is, moeten overweging 8 en artikel 3, tweede alinea, die in het voorstel tussen haakjes staan, volledig in de verordening worden opgenomen om ervoor te zorgen dat zij, bij wijze van uitzondering, met terugwerkende kracht wordt toegepast. 2010/0036 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1215/2009 van de Raad tot vaststelling van uitzonderlijke handelsmaatregelen ten behoeve van de landen en gebieden die deelnemen aan of verbonden zijn met het stabilisatie- en associatieproces van de Europese Unie HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name op artikel 207, lid 2, Gezien het voorstel van de Commissie, Na toezending van het voorstel aan de nationale parlementen, Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure, Overwegende hetgeen volgt: (1) Bij Verordening (EG) nr. 2007/2000 van de Raad van 18 september 2000[4] zijn uitzonderlijke handelsmaatregelen vastgesteld ten behoeve van de landen en gebieden die deelnemen aan of verbonden zijn met het stabilisatie- en associatieproces van de Europese Unie; deze maatregelen voorzien in onbeperkte rechtenvrije toegang tot de EU-markt voor bijna alle producten van oorsprong uit de landen en douanegebieden die deelnemen aan of verbonden zijn met het stabilisatie- en associatieproces. Omdat Verordening (EG) nr. 2007/2000 van de Raad herhaaldelijk en ingrijpend werd gewijzigd, werd zij bij Verordening (EG) nr. 1215/2009 van de Raad van 30 november 2009[5] gecodificeerd. (2) Op 16 juni 2008 is in Luxemburg een stabilisatie- en associatieovereenkomst ondertekend tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en Bosnië en Herzegovina, anderzijds. In afwachting van de voltooiing van de nodige procedures voor de inwerkingtreding van die overeenkomst, is een Interimovereenkomst betreffende de handel en aanverwante zaken tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en Bosnië en Herzegovina, anderzijds, ondertekend en gesloten. De interimovereenkomst is op 1 juli 2008 in werking getreden[6]. (3) Op 29 april 2008 is in Luxemburg een stabilisatie- en associatieovereenkomst ondertekend tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Servië, anderzijds. In afwachting van de voltooiing van de nodige procedures voor de inwerkingtreding van die overeenkomst, is een Interimovereenkomst betreffende de handel en aanverwante zaken tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de Republiek Servië, anderzijds, ondertekend en gesloten. De interimovereenkomst is op 1 februari 2010 in werking getreden[7]. (4) De stabilisatie- en associatieovereenkomsten en de interimovereenkomsten stellen een contractuele handelsregeling in tussen de Europese Unie en Bosnië en Herzegovina, en tussen de Europese Unie en Servië. Daarom moet Verordening (EG) nr. 1215/2009 worden gewijzigd door Bosnië en Herzegovina en Servië te verwijderen uit de lijst van begunstigden van de tariefconcessies die op grond van de contractuele regelingen voor dezelfde producten zijn toegekend, en moeten de volumes van de globale tariefcontingenten voor specifieke producten waarvoor op grond van de contractuele regelingen tariefcontingenten zijn toegekend, worden aangepast. Bosnië en Herzegovina en Servië moeten echter begunstigden van Verordening (EG) nr. 1215/2009 blijven voor zover die verordening voorziet in concessies die gunstiger zijn dan de concessies op grond van de contractuele regelingen. Verordening (EG) nr. 1215/2009 van de Raad loopt af op 31 december 2010. Verordening (EG) nr. 1215/2009 van de Raad blijft het belangrijkste instrument inzake de handelsbetrekkingen met Kosovo[8]. Verdere toegang tot de markt van de Europese Unie is van cruciaal belang voor de economische ontwikkeling van Kosovo en de hele regio. Dit zal geen negatieve gevolgen voor de Europese Unie hebben. (5) Om die redenen is het passend de geldigheidsduur van Verordening (EG) nr. 1215/2009 van de Raad te verlengen tot en met 31 december 2015. (6) Om de naleving van de internationale verplichtingen van de EU te garanderen, moeten de in deze verordening bedoelde preferenties afhankelijk worden gemaakt van de voortzetting of verlenging van de bestaande door de Europese Unie verkregen ontheffing van WTO-verplichtingen. (7) Ter bescherming van het economische belang van de marktdeelnemers moet worden voorzien in overgangsmaatregelen voor goederen die op de datum van inwerkingtreding van deze verordening in doorvoer zijn of tijdelijk in een douane-entrepot zijn opgeslagen. (8) [Om de handel niet te verstoren, moet deze verordening met ingang van 1 januari 2011 worden toegepast, daar Verordening (EG) nr. 1215/2009 van de Raad op 31 december afloopt,] HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: Artikel 1 Verordening (EG) nr. 1215/2009 wordt als volgt gewijzigd: (1) Artikel 1 wordt vervangen door: "Artikel 1 Preferentiële regelingen 1. Onverminderd de bijzondere bepalingen in artikel 3 gelden voor producten van oorsprong uit het douanegebied van Kosovo, andere dan die welke onder de posten 0102, 0201, 0202, 0301, 0302, 0303, 0304, 0305, 1604, 1701, 1702 en 2204 van de gecombineerde nomenclatuur vallen, bij invoer in de EU geen kwantitatieve beperkingen of maatregelen van gelijke werking noch douanerechten en heffingen van gelijke werking. 2. Producten van oorsprong uit Albanië, Bosnië en Herzegovina, Kroatië, de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Montenegro en Servië blijven onder deze verordening vallen wanneer dit zo is aangegeven. Zij komen ook in aanmerking voor de bij deze verordening toegekende concessies als deze gunstiger zijn dan die welke in het kader van bilaterale overeenkomsten tussen de Europese Unie en die landen worden toegekend.". (2) Artikel 2, lid 1, onder a), wordt vervangen door: "a) de bepalingen betreffende de oorsprong in deel I, titel IV, hoofdstuk 2, afdeling 2, van Verordening (EEG) nr. 2454/93 moeten in acht zijn genomen;". (3) Artikel 3, lid 2, wordt vervangen door: "2. De douanerechten die gelden bij invoer in de EU van de in bijlage II omschreven "baby beef"-producten van oorsprong uit het douanegebied van Kosovo, bedragen 20% van het ad-valoremrecht en 20% van het in het gemeenschappelijke douanetarief vastgestelde specifieke recht, binnen een jaarlijks tariefcontingent van 475 ton geslacht gewicht. Verzoeken om invoer binnen dit contingent moeten vergezeld gaan van een door de bevoegde instanties van het gebied van uitvoer afgegeven certificaat van echtheid, waarin wordt verklaard dat de goederen van oorsprong zijn uit het betrokken gebied en aan de omschrijving in bijlage II bij deze verordening voldoen. Dit certificaat wordt volgens de procedure bedoeld in artikel 195, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten (integrale-GMO-verordening)[9] door de Commissie vastgesteld.". (4) Artikel 3, lid 3, wordt geschrapt. (5) Artikel 4 wordt vervangen door: "Artikel 4 Toepassing van het tariefcontingent voor "baby beef" Nadere regels voor de toepassing van het tariefcontingent voor "baby beef"-producten worden door de Commissie vastgesteld volgens de procedure bedoeld in artikel 195, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten (integrale-GMO-verordening).". (6) Artikel 12, tweede alinea, wordt vervangen door: "Zij is van toepassing tot en met 31 december 2015. De in deze verordening toegekende preferenties komen geheel of gedeeltelijk te vervallen indien zij niet zijn toegestaan op grond van een door de Wereldhandelsorganisatie verleende ontheffing. Zij gelden niet meer vanaf de dag waarop de ontheffing vervalt. De Commissie zal tijdig genoeg een bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie publiceren om de marktdeelnemers en de bevoegde instanties daarvan in kennis te stellen. In het bericht zal worden gespecificeerd welke in deze verordening toegekende preferenties niet meer gelden en vanaf welke datum dat het geval is.". (7) Bijlage I wordt vervangen door de bijlage bij deze verordening. Artikel 2 Goederen die op 1 januari 2011 ofwel in doorvoer zijn, ofwel tijdelijk in de EU zijn opgeslagen in een douane-entrepot of een vrije zone en waarvoor vóór die datum een bewijs van oorsprong uit Bosnië en Herzegovina of Servië overeenkomstig titel IV, hoofdstuk 2, afdeling 2, van Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie[10] is afgegeven, blijven tot en met 1 mei 2011 onder Verordening (EG) nr. 1215/2009 vallen. Artikel 3 Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie . [Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2011.] Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. Gedaan te Brussel, Voor het Europees Parlement Voor de Raad De voorzitter De voorzitter BIJLAGE BIJLAGE I BETREFFENDE DE IN ARTIKEL 4, LID 1, BEDOELDE TARIEFCONTINGENTEN Onverminderd de bepalingen voor de uitlegging van de gecombineerde nomenclatuur wordt de omschrijving van de goederen geacht slechts een indicatieve waarde te hebben, aangezien in het kader van deze bijlage de GN-codes het preferentiestelsel bepalen. Wanneer de GN-code wordt voorafgegaan door de aanduiding "ex", wordt het preferentiestelsel zowel door de strekking van de GN-code als door de bijbehorende omschrijving bepaald. Volg-nr. | GN-code | Omschrijving | Omvang contingent per jaar1 | Begunstigden | Recht | 09.1571 | 0301 91 10 | Forel (Salmo trutta, Oncorhynchus mykiss, Oncorhynchus clarki, Oncorhynchus aguabonita, Oncorhynchus gilae, Oncorhynchus apache en Oncorhynchus chrysogaster): levend; vers of gekoeld; bevroren; gedroogd, gezouten of gepekeld, gerookt; filets en ander visvlees; meel, poeder en pellets, geschikt voor menselijke consumptie | 15 ton | Douanegebied van Kosovo | 0% | 0301 91 90 | 0302 11 10 | 0302 11 20 | 0302 11 80 | 0303 21 10 | 0303 21 20 | 0303 21 80 | 0304 19 15 | 0304 19 17 | ex 0304 19 18 | ex 0304 19 91 | 0304 29 15 | 0304 29 17 | ex 0304 29 18 | ex 0304 99 21 | ex 0305 10 00 | ex 0305 30 90 | 0305 49 45 | ex 0305 59 80 | ex 0305 69 80 | 09.1573 | 0301 93 00 | Karper: levend; vers of gekoeld; bevroren; gedroogd, gezouten of gepekeld, gerookt; filets en ander visvlees; meel, poeder en pellets, geschikt voor menselijke consumptie | 20 ton | Douanegebied van Kosovo | 0% | 0302 69 11 | 0303 79 11 | ex 0304 19 18 | ex 0304 19 91 | ex 0304 29 18 ex 0304 99 21 ex 0305 10 00 ex 0505 30 90 ex 0305 49 80 ex 0305 59 80 ex 0305 69 80 | 09.1575 | ex 0301 99 80 | Zeebrasem (Dentex dentex en Pagellus spp.): levend; vers of gekoeld; bevroren; gedroogd, gezouten of gepekeld, gerookt; filets en ander visvlees; meel, poeder en pellets, geschikt voor menselijke consumptie | 45 ton | Douanegebied van Kosovo | 0% | 0302 69 61 | 0303 79 71 | ex 0304 19 39 | ex 0304 19 99 | ex 0304 29 99 | ex 0304 99 99 | ex 0305 10 00 | ex 0305 30 90 | ex 0305 49 80 | ex 0305 59 80 | ex 0305 69 80 | 09.1577 | ex 0301 99 80 | Zeebaars (Dicentrarchus labrax): levend; vers of gekoeld; bevroren; gedroogd; gezouten of gepekeld, gerookt; filets en ander visvlees; meel, poeder en pellets, geschikt voor menselijke consumptie | 30 ton | Douanegebied van Kosovo | 0% | 0302 69 94 | ex 0303 77 00 | ex 0304 19 39 | ex 0304 19 99 | ex 0304 29 99 | ex 0304 99 99 | ex 0305 10 00 | ex 0305 30 90 | ex 0305 49 80 | ex 0305 59 80 | ex 0305 69 80 | 09.1515 | ex 2204 21 93 | Wijn van verse druiven met een effectief alcoholvolumegehalte van niet meer dan 15 vol.-%, andere dan mousserende wijn | 50 000 hl2 | Albanië5, Bosnië en Herzegovina7, Kroatië3, Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië4, Montenegro6, Servië8 of douanegebied van Kosovo | Vrij | ex 2204 21 94 | ex 2204 21 95 | ex 2204 21 96 | ex 2204 21 97 | ex 2204 21 98 | ex 2204 29 93 | ex 2204 29 94 ex 2204 29 95 ex 2204 29 96 ex 2204 29 97 ex 2204 29 98 | 1 Globaal volume per tariefcontingent voor invoer van oorsprong uit de begunstigde landen. 2 Het volume van dit globaal tariefcontingent wordt verlaagd indien het volume van het afzonderlijke tariefcontingent onder volgnummer 09.1588 voor bepaalde wijnen van oorsprong uit Kroatië wordt verhoogd. 3 Voor wijn van oorsprong uit de Republiek Kroatië geldt de toegang tot dit globaal tariefcontingent pas nadat beide afzonderlijke tariefcontingenten vastgesteld in het aanvullend wijnprotocol met Kroatië zijn opgebruikt. Die afzonderlijke tariefcontingenten zijn geopend onder de volgnummers 09.1588 en 09.1589. 4 Voor wijn van oorsprong uit de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië geldt de toegang tot dit globaal tariefcontingent pas nadat beide afzonderlijke tariefcontingenten vastgesteld in het aanvullend wijnprotocol met de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië zijn opgebruikt. Die afzonderlijke tariefcontingenten zijn geopend onder de volgnummers 09.1588 en 09.1559. 5 Voor wijn van oorsprong uit de Republiek Albanië geldt de toegang tot dit globale tariefcontingent pas nadat beide afzonderlijke tariefcontingenten vastgesteld in het aanvullend wijnprotocol met Albanië zijn opgebruikt. Die afzonderlijke tariefcontingenten zijn geopend onder de volgnummers 09.1512 en 09.1513. 6 Voor wijn van oorsprong uit Montenegro geldt de toegang tot het globale tariefcontingent pas nadat het afzonderlijke tariefcontingent vastgesteld in het wijnprotocol met Montenegro is opgebruikt. Dat afzonderlijke tariefcontingent is geopend onder volgnummer 09.1514. 7 Voor wijn van oorsprong uit Bosnië en Herzegovina geldt de toegang tot het globale tariefcontingent pas nadat beide afzonderlijke tariefcontingenten vastgesteld in het wijnprotocol met Bosnië en Herzegovina zijn opgebruikt. Die afzonderlijke tariefcontingenten zijn geopend onder de volgnummers 09.1528 en 09.1529. 8 Voor wijn van oorsprong uit Servië geldt de toegang tot het globale tariefcontingent pas nadat beide afzonderlijke tariefcontingenten vastgesteld in het wijnprotocol met Servië zijn opgebruikt. Die afzonderlijke tariefcontingenten zijn geopend onder de volgnummers 09.1526 en 09.1527. FINANCIEEL MEMORANDUM VOOR VOORSTELLEN DIE UITSLUITEND GEVOLGEN HEBBEN VOOR DE ONTVANGSTENZIJDE VAN DE BEGROTING 1. BENAMING VAN HET VOORSTEL Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1215/2009 van de Raad tot vaststelling van uitzonderlijke handelsmaatregelen ten behoeve van de landen en gebieden die deelnemen aan of verbonden zijn met het stabilisatie- en associatieproces van de Europese Unie 2. BEGROTINGSONDERDELEN Hoofdstuk en artikel: 120 Begroot bedrag voor het betrokken jaar (2010): 14 079 700 000 € 3. FINANCIËLE GEVOLGEN ( Het voorstel heeft geen financiële gevolgen X Het voorstel heeft geen financiële gevolgen voor de uitgaven maar wel voor de ontvangsten, namelijk: in miljoenen euro's (tot op een decimaal) Begrotings-onderdeel | Ontvangsten[11] | Periode van 12 maanden met ingang van 1.1.2011 | [Jaar n] | Artikel 120 | Gevolgen voor de eigen middelen | 0,3 | Situatie na de actie | [n+1] | [n+2] | [n+3] | [n+4] | [n+5] | Artikel … | Artikel … | 4. FRAUDEBESTRIJDINGSMAATREGELEN In geval van fraude of niet-verlening van administratieve medewerking bij de verificatie van het bewijs van oorsprong, of in geval van niet-voldoening aan de voorwaarden om voor de preferentiële regeling in aanmerking te komen, kan de Commissie maatregelen nemen om de in Verordening (EG) nr. 1215/2009 van de Raad bedoelde regeling geheel of gedeeltelijk te schorsen. 5. ANDERE OPMERKINGEN De berekening van de financiële gevolgen is gebaseerd op handelsgewogen MBN-tarieven op GS2-niveau. De berekening is gemaakt op basis van de cijfers voor 2008. De gevolgen voor de eigen middelen zijn uitgedrukt als nettobedrag (d.w.z. brutobedrag min 25% aan inningskosten). Met betrekking tot de preferentiële behandeling voor groenten en fruit is de berekening gebaseerd op de volledige afschaffing van het tarief. Het werkelijke verlies is echter een fractie van de vermelde bedragen, omdat de preferentiële behandeling slechts betrekking heeft op een specifiek element van de totale MBN-waarde. Tabel 2: Belangrijkste invoer in de EU uit Kosovo naar invoerregeling en geraamd "verlies" van EU-tariefinkomsten, 2008 (miljoenen euro's en %) GS2 | EU-invoer* | Preferentiële invoer | MBN-0-invoer | MBN-tarief** | "Tariefverlies" | miljoenen euro's | miljoenen euro's | miljoenen euro's | % | miljoenen euro's | Subtotaal | 64,2 | 8,7 | 54,8 | n.v.t. | 0,4 | Overige GS2-invoer | 13,9 | 0,4 | 13,3 | n.v.t. | n.v.t. | ALLE PRODUCTEN | 78,1 | 9,2 | 68,1 | n.v.t. | n.v.t. | Bron: COMEXT en TRAINS. Noot: * Min invoer onder "onbekende" regeling. ** Handelsgewogen [1] PB L 240 van 23.9.2000, blz. 1. [2] PB L 328 van 15.12.2009, blz. 1. [3] Als gedefinieerd bij Resolutie 1244/99 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties. [4] PB L 240 van 23.9.2000, blz. 1. [5] PB L 328 van 15.12.2009, blz. 1. [6] PB L 233 van 30.8.2008, blz. 6. [7] PB L 28 van 30.1.2010, blz. 2. [8] Als gedefinieerd bij Resolutie 1244/99 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties. [9] PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1. [10] PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1. [11] Voor traditionele eigen middelen (landbouwrechten, suikerheffingen en douanerechten) moeten nettobedragen worden vermeld, d.w.z. na aftrek van 25% aan inningskosten.