18.1.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 15/23


Advies van het Comité van de Regio's over „De mobilisering van particuliere en openbare investeringen voor herstel en structurele verandering op lange termijn: de ontwikkeling van publiek-private partnerschappen”

2011/C 15/05

HET COMITÉ VAN DE REGIO'S DOET DE VOLGENDE AANBEVELINGEN:

PPP-projecten moeten niet in de eerste plaats worden gezien als een financiële oplossing voor de korte termijn, maar vanuit een levenscyclusperspectief worden beschouwd: van planning, financiering en bouw tot en met bedrijfsvoering. Hierbij wordt uitgegaan van de kosten die met de hele duur van het project en de looptijd van contracten kan soms wel 30 jaar bedragen gemoeid zijn.

PPP-projecten zijn geen universele oplossing; voor elk project, openbare dienst en innovatie moet worden bekeken of samenwerking met het bedrijfsleven meerwaarde oplevert.

Volgens het CvdR is het nog te vroeg voor een regeling voor concessies op diensten door de Commissie. Wil de Commissie in de aanbestedingsrichtlijnen van de EU toch plaats inruimen voor concessies op diensten, dan dient deze regeling absoluut zo eenvoudig en flexibel mogelijk te zijn. Als voorbeeld zouden in dit geval de regelingen in de richtlijn over bouwconcessies moeten gelden en zeker niet de regelingen voor de aanbesteding van diensten.

Rapporteur

:

Segersten-Larsson (SE/EVP), lid van de provincieraad van Värmland

Referentiedocument

:

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's over De mobilisering van particuliere en openbare investeringen voor herstel en structurele verandering op lange termijn: de ontwikkeling van publiek-private partnerschappen

COM(2009) 615 final

I.   BELEIDSAANBEVELINGEN

HET COMITÉ VAN DE REGIO'S,

1.

Het is een goede zaak dat de EU en haar lidstaten ambitieuze herstelplannen uitvoeren met het doel de financiële sector te stabiliseren en de gevolgen van de financiële en economische crisis voor burgers en de reële economie te beperken. Het is wel belangrijk dat ook lokale en regionale overheden hierbij worden betrokken.

2.

De Commissie wijst er terecht op dat publiek-private partnerschappen (PPP's) in het kader van deze herstelinspanningen op ruimere schaal kunnen zorgen voor doeltreffende manieren om infrastructuurprojecten uit te voeren, openbare diensten te verrichten en te innoveren.

3.

PPP-projecten moeten niet in de eerste plaats worden gezien als een financiële oplossing voor de korte termijn, maar vanuit een levenscyclusperspectief worden beschouwd: van planning, financiering en bouw tot en met bedrijfsvoering. Hierbij wordt uitgegaan van de kosten die met de hele duur van het project en de looptijd van contracten kan soms wel 30 jaar bedragen gemoeid zijn.

4.

PPP-projecten zijn geen universele oplossing; voor elk project, openbare dienst en innovatie moet worden bekeken of samenwerking met het bedrijfsleven meerwaarde oplevert.

5.

Om onaangename verrassingen en ernstige gevolgen voor hun budget te voorkomen zouden lokale en regionale overheden goed moeten kijken naar eventuele grensoverschrijdende leasingregelingen voor openbare infrastructuur die zij al zijn aangegaan of die zij nog in overweging hebben.

6.

Financiële oplossingen verschillen per lidstaat. In bepaalde lidstaten hebben lokale overheden bijvoorbeeld de mogelijkheid om zelf geld te lenen of grote investeringen te financieren. Gezien deze verschillen kan publiek-private samenwerking alleen in bepaalde gevallen worden gebruikt om overheidsmiddelen doeltreffender te beheren en om grote projecten vlotter uit te voeren.

7.

Publiek-private samenwerking kan een goede manier zijn om publieke investeringen te beheren, maar uiteindelijk is het aan lokale en regionale overheden om uit te maken welke methode zich het best leent voor de verschillende projecten, openbare diensten en innovaties. Een belangrijke voorwaarde voor publiek-private partnerschappen is dat wordt nagegaan wie het beste de verschillende risico's kan dragen.

8.

Het is toe te juichen dat de structuurfondsen of de Europese Investeringsbank onder bepaalde voorwaarden geld kunnen fourneren dat gebruikt kan worden om PPP-projecten te ondersteunen.

9.

Het CvdR is het met de Commissie eens dat publiek-private samenwerking een van de manieren kan zijn om de door klimaatverandering ontstane problemen op te lossen en dat PPP-projecten groei en werkgelegenheid in de publieke en de particuliere sector van de EU ten goede kunnen komen.

10.

Kleine en middelgrote ondernemingen moeten betere mogelijkheden krijgen om deel te nemen aan PPP's. Vaak wordt het potentieel dat zij in dit verband hebben ten aanzien van economische groei en duurzame werkgelegenheid namelijk niet goed benut.

11.

Zij kunnen vaak ook het best beoordelen hoe openbare diensten gefinancierd moeten worden. Gemeenten en regio's hebben diverse rollen: zij organiseren, sturen en controleren niet alleen, maar voeren ook zelf (in-house) activiteiten uit. Lokale en regionale overheden dienen duidelijk te zijn over de doelstellingen die in het algemeen belang gehaald moeten worden, de kwaliteit van de dienstverlening en het prijsbeleid. Bovendien moeten zij nagaan hoe het met de verwezenlijking van deze doelstellingen staat.

12.

Het begrip „partnerschap” heeft een veel bredere betekenis gekregen dan wat er oorspronkelijk mee bedoeld werd. Het zou daarom goed zijn om PPP's voortaan restrictiever te definiëren, namelijk als relaties met een langetermijnkarakter waarbij grote economische uitdagingen worden aangegaan en de risico's gedeeld worden. Voor een relevante discussie over eventuele verdere activiteiten op dit gebied in de EU is het daarom van groot belang dat het begrip „publiek-privaat partnerschap” duidelijker wordt omschreven.

De mening van het CvdR over voorstellen van de Commissie voor vijf belangrijke maatregelen in 2010

Het voorstel van de Commissie om een PPP-groep op te zetten

13.

Met de toename van PPP's is het belangrijk dat een systeem voor internationale steun en uitwisseling van ervaringen wordt opgezet. Van lidstaat tot lidstaat lopen de omstandigheden echter sterk uiteen, en bovendien heeft een partnerschap alleen kans van slagen als bij de ontwikkeling ervan de lokale en regionale omstandigheden als uitgangspunt worden genomen. Het zou dan ook goed zijn om steun en knowhow in de verschillende lidstaten zeker te stellen.

14.

Als op EU-niveau een orgaan of groep wordt opgericht dient het lokale en regionale niveau daarin absoluut vertegenwoordigd te zijn en moet het CvdR de mogelijkheid krijgen om vertegenwoordigers van het lokale en regionale niveau aan te wijzen.

Het voorstel van de Commissie met de EIB samen te werken om de voor PPP's beschikbare financiële middelen uit te breiden

15.

Bij grootscheepse investeringen moet er altijd uiterst scherp op worden toegezien dat lokale en regionale overheden en particuliere ondernemingen wat de terugbetaling betreft niet in een onmogelijke situatie terechtkomen. Partnerschappen gaan namelijk gepaard met economische verplichtingen die zich over zeer lange periodes uitstrekken. De structuurfondsen zijn van groot belang voor PPP's. De EIB moet een steeds grotere rol krijgen om succesvolle en innovatieve partnerschappen mogelijk te helpen maken.

Het voorstel van de Commissie de relevante regels en praktijken aan een onderzoek te onderwerpen om, wanneer er sprake is van communautaire financiering, ervoor te zorgen dat er geen discriminatie is bij de toewijzing van openbare middelen

16.

De inspanningen van de Commissie om ervoor te zorgen dat in de gehele EU bij het toekennen van openbare aanbestedingen en concessies de grondbeginselen van het EG-Verdrag (bv. transparantie, gelijke kansen, proportionaliteit en wederzijds vertrouwen) worden gewaarborgd, verdienen alle lof.

17.

De Commissie zou nog meer inspanningen kunnen doen om in het aanbestedingsrecht ruimte te creëren om PPP’s aan te gaan.

Het voornemen van de Commissie om een efficiënter kader voor innovatie voor te stellen, waarbij de EU de mogelijkheid krijgt om deel te nemen aan privaatrechtelijke organen en rechtstreeks in specifieke projecten te investeren.

18.

Voordat het CvdR zijn standpunt kan bepalen over de mogelijkheid van de EU om deel te nemen aan privaatrechtelijke organen en rechtstreeks in specifieke projecten te investeren, moet hier eerst meer duidelijkheid over komen en dient ook een subsidiariteitstoets te worden uitgevoerd.

Het voornemen van de Commissie om een voorstel voor een juridisch instrument op het gebied van concessieovereenkomsten in overweging te nemen, op basis van de huidige effectbeoordeling.

19.

Volgens het CvdR is het nog te vroeg voor een regeling voor concessies op diensten door de Commissie. Wil de Commissie in de aanbestedingsrichtlijnen van de EU toch plaats inruimen voor concessies op diensten, dan dient deze regeling absoluut zo eenvoudig en flexibel mogelijk te zijn. Als voorbeeld zouden in dit geval de regelingen in de richtlijn over bouwconcessies moeten gelden en zeker niet de regelingen voor de aanbesteding van diensten.

20.

Conform besluiten van het Hof van Justitie mag een toekomstige ontwikkeling van PPP's niet leiden tot minder arbeidsmogelijkheden voor mensen met speciale behoeften.

Brussel, 5 oktober 2010

De voorzitster van het Comité van de Regio's

Mercedes BRESSO