18.12.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 308/51


Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2 van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van de geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

2009/C 308/14

Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 7 van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag. Bezwaarschriften moeten de Commissie bereiken binnen zes maanden te rekenen vanaf de datum van deze bekendmaking.

SAMENVATTING

VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD

„PEMENTO DE HERBÓN”

EG-nummer: ES-PDO-0005-0509-15.11.2005

BOB ( X ) BGA ( )

Deze samenvatting bevat de belangrijkste gegevens uit het productdossier ter informatie.

1.   Bevoegde dienst van de Lidstaat:

Naam:

Subdirección General de Calidad Agroalimentaria y Agricultura Ecológica — Dirección General de Industrias y Mercados Agroalimentarios — Secretaría General de Medio Rural del Ministerio de Medio Ambiente, y Medio Rural y Marino de España

Adres:

Paseo Infanta Isabel, 1

28071 Madrid

ESPAÑA

Tel.

+34 913475394

Fax

+34 913475410

E-mail:

sgcaae@mapya.es

2.   Groepering:

Naam:

S.A.T. PIMERBÓN y otro.

Adres:

Herbón s/n- Padrón (A Coruña)

Tel.

+34 981810803

Fax

E-mail:

Samenstelling:

Producenten/verwerkers ( X ) Andere samenstelling ( )

3.   Productcategorie:

Categorie 1.6 —

Groenten, fruit en granen, in ongewijzigde of verwerkte staat.

4.   Productdossier:

(samenvatting van de bij artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 voorgeschreven gegevens)

4.1.   Naam:

„Pemento de Herbón”

4.2.   Beschrijving:

De pepers, die vallen onder de Beschermende Oorsprongsbenaming (BOB) „Pemento de Herbón”, zijn de vruchten van de soort Capsicum annuun L, behorende tot het lokale ecotype van de variëteit „Padrón”. Het product moet afkomstig zijn van percelen die staan ingeschreven in het register dat door het controleorgaan wordt beheerd. De vrucht, die in een vroegtijdig stadium van haar rijpingsproces wordt geoogst (handelsmaat) zodat zij vers kan worden verhandeld, heeft de volgende kenmerken:

Fysieke en organoleptische kenmerken

Vorm: Kleine (type C4, volgens de indeling van Pochard), langgerekte 3- of 4-hokkige vrucht;

Gewicht: tussen 3,5 en 4,5 gram per eenheid;

Lengte van de vrucht: tussen 3,5 en 5,5 cm;

Maximale doorsnede (breedte): tussen 1,5 en 2 cm;

Apex: verzonken;

Lengte van de steel: tussen 3,5 en 6 cm;

Schil: glad en glanzend met een lichtgroene kleur;

Dikte van de tussenwand of het vruchtvlees: dun, ongeveer 1,5 mm;

Snede in de lengterichting: trapezoïdaal;

Verhouding tussen het gewicht van de vrucht en de zaden: 3,2 (gemiddelde waarde);

Geur en smaak: matig intensief van geur, zoet van smaak, kan lichtelijk scherp zijn.

Een van de meest distinctieve organoleptische kenmerken van de „Pemento de Herbón” is dat niet alle vruchten scherpsmakend zijn, maar dat dit incidenteel voorkomt („uns pican e outros non” luidt het bekende gezegde over dit product). De „te pikante” planten en vruchten, die slechts een licht prikkelend gevoel in de mond achterlaten, worden met grote zorg door de producenten geselecteerd en verwijderd. De wijze waarop, uitgaande van een van origine scherpe variëteit, uiteindelijk dit product is verkregen, vormt misschien wel het belangrijkste bewijs voor de „know-how” van de producenten in het gebied, zoals nader wordt besproken in punt 4.6.

Chemische kenmerken (gemiddelde waarden)

Uitgedrukt in g/100 g vers gewicht: water (91), glucose (0,85), fructose (0,75), sacharose (niet aangetroffen), zetmeel (0,81), vezel (2,2), pectine (0,73);

Uitgedrukt in mg/100 g vers gewicht: citroenzuur (28), fumaarzuur (1,1), appelzuur (208), oxaalzuur (140), vitamine C (24), chlorofyl a (7,9), chlorofyl b (3,4), luteïne (1,6), β-caroteen (9,2).

4.3.   Geografisch gebied:

Het afgebakende geografische gebied van de productiezone die onder de BOB „Pemento de Herbón” valt, is tegelijk ook het gebied voor het verwerken en verpakken van het product, en omvat de volgende gemeenten: Padrón, Dodro en Rois, behorende tot de regio O Sar, gelegen in het zuiden van de provincie A Coruña, en Pontecesures en Valga in de regio Caldas, gelegen in het noorden van de provincie Pontevedra.

Dit gebied op de hellingen langs de Atlantische kust van Galicië, bestaat uit een aantal laag gelegen valleien; het wordt begrensd door de rivieren Ulla en Sar en wordt beschermd door de verschillende siërra’s en het schiereiland Barbanza, die de regio isoleren en zorgen voor de juiste bodemkundige en klimatologische omstandigheden voor dit gewas. Het gebied vormt, volgens de beschrijving van Abel Bouhier (La Galice Essai geographique d’analyse et d’interpretation d’un vieux complèxe agraire. La Roche-Sur_Yvon. 1979. Vol. I), een klein „openfield”, typisch voor het Atlantische kustgebied, met een oorspronkelijke structuur van terrassen en akkers (agras); aangezien het verplichte wisselbouwsysteem reeds in 1960 grotendeels werd afgeschaft, kon een systeem van gespecialiseerde teelt worden ingevoerd. De oorsprongsbenaming „Hérbon” is het toponiem van de gelijknamige parochie (typische Galicische deelgemeente) die onder de gemeente Padrón valt en waar zich het klooster bevindt van San Antonio de Herbón, waarmee de introductie van deze uit Amerika afkomstige peper is verbonden.

4.4.   Bewijs van de oorsprong:

De traceerbaarheid van het product wordt gewaarborgd dankzij de identificatie die in elk stadium van de productie en de afzet plaatsvindt.

Om te garanderen dat de specificaties van het productdossier worden gerespecteerd, houdt het controleorgaan twee registers bij die continu worden geactualiseerd: één voor producenten en aanplantingen en één voor opslagplaatsen en verpakkingsinstallaties.

Alleen de pepers die op de in het productdossier voorgeschreven wijze en met inachtneming van de aanvullende voorschriften worden geteeld op de aanplantingen en door de producenten die in het daartoe bestemde register zijn ingeschreven, komen in aanmerking voor de BOB „Pemento de Herbón”. Op dezelfde wijze komen uitsluitend de in de in het daartoe bestemde register ingeschreven installaties verpakte pepers in aanmerking voor de BOB.

De geregistreerde producenten zijn bovendien verplicht de daadwerkelijk geproduceerde en op de markt gebrachte hoeveelheid „Pemento de Herbón” met BOB te laten opnemen in de speciaal voor dit doel ingestelde registers. Het controleorgaan controleert of de door de verpakkingsbedrijven op de markt gebrachte hoeveelheden overeenstemmen met de productie van de landbouwers en of de laatstgenoemde hoeveelheid ook overeenkomt met het maximale rendement van de geregistreerde percelen.

Alle natuurlijke personen of rechtspersonen en in het register ingeschreven grondbezitters, almede de aanplantingen, de opslagplaatsen, de verpakkingsinstallaties en de producten, kunnen door het controleorgaan worden geïnspecteerd en gecontroleerd, met als doel te verifiëren of de producten met BOB voldoen aan de criteria van het productdossier en aan de aanvullende voorschriften. De controles bestaan uit de inspectie van aanplantingen, opslagplaatsen en verpakkingsinstallaties, het inzien van de documenten en het toezicht op de naleving van de fysieke kenmerken (gewicht en lengte van de vrucht, dikte van het vruchtvlees …), zoals beschreven in punt 4.2 van dit document, waarbij ook wordt nagegaan of de geoogste pepers compleet, gezond en schoon zijn en vrij zijn van ziekten en gebreken. Bovendien kunnen multiresidu-analyses worden uitgevoerd om na te gaan of de voor gewasbeschermingsmiddelen geconstateerde waarden de wettelijk vastgestelde maximumwaarde voor residuen niet overschrijden.

De hele productie wordt op de markt gebracht in verpakkingen die voorzien zijn van een genummerd identificatie-etiket voor de BOB.

Het verpakken van de pepers moet plaatsvinden in het desbetreffende geografische gebied, waardoor de bescherming van de bijzondere kenmerken en de kwaliteit van de pepers worden gewaarborgd. Dit is verplicht omdat de peper van de BOB „Pemento de Herbón” een dunne wand heeft die zeer gevoelig is voor dehydratatie. Daarom moeten de pepers direct na de oogst worden verpakt en verkocht. Gewoonlijk worden de pepers binnen 24 uur na het oogsten verpakt en gedistribueerd en zelden later dan binnen 48 uur. Het elimineren van vertragingen en andere onnodige tijdverspillende bezigheden is essentieel voor de kwaliteitswaarborg van het product.

Bovendien gaat het om een delicaat product, dat dwingt tot extreme voorzichtigheid bij het verwerken en verpakken in niet al te zware zakken (400 gram), om bederf en veranderingen in de organoleptische kenmerken te vermijden.

Een ander element dat het vers verpakken rechtvaardigt, is de praktijk van het selecteren na de oogst: de producenten elimineren tijdens het verpakkingsproces op basis van hun expertise en knowhow de pepers die niet onder de oorsprongsbenaming kunnen worden verkocht, met name de exemplaren die zeer scherp van smaak kunnen zijn. Deze worden herkend aan hun kleur (minder intens), op gevoel (strak gespannen schil die onder druk openbarst) en aan hun vorm (hoekiger dan normaal). Deze controle, die essentieel is voor de kwaliteitsbescherming van dit product, kan slechts worden uitgevoerd wanneer het verpakken plaatsvindt in de productiezone.

4.5.   Werkwijze voor het verkrijgen van het product:

Zowel de zorgvuldige selectie door landbouwers uit het gebied van pepers die bestemd zijn voor de productie van zaaizaad, als de individuele selectie van de voor de handel bestemde pepers staat garant voor een product van de hoogste kwaliteit.

De procedure voor het verkrijgen van het product wordt hierna beschreven:

Vermeerderen en verpoten

Elk jaar selecteren de landbouwers uit het afgebakende gebied op basis van hun expertise en knowhow zorgvuldig de planten die bestemd zijn voor de productie van zaaizaad voor het volgende seizoen. Eerst worden de planten visueel geïnspecteerd, waarbij men verschillende criteria in acht neemt voor de selectie van de beste exemplaren (gezond en sterk, met 3-hokkige vruchten zonder vervormingen of vlekken). In aansluiting hierop vindt er in situ een eerste ruwe keuring plaats van de geselecteerde planten, met als doel de intensiteit van de scherpe smaak te bepalen (capsaïcinegehalte); om de gewenste zachte smaak te verkrijgen, worden slechts enkele licht pikante exemplaren geaccepteerd, omdat deze smaak een zeer opvallend organoleptisch kenmerk van „Pemento de Herbón” is, in tegenstelling tot producten uit andere gebieden, waarvan het capsaïcinegehalte veel groter is.

De voor zaaidoeleinden geselecteerde vruchten worden, zodra zij rijp zijn (rode kleur), geoogst en in het water gelegd om de zaden van de placenta los te weken. De verkregen zaden worden daarna snel gedroogd om te voorkomen dat zij hun kiemkracht verliezen. De zaden of kweekplanten zijn afkomstig van landbouwers die in het register van producenten en aanplantingen staan ingeschreven. Het voorbereiden van de zaaibedden en het zaaien zelf vinden plaats van oktober tot en met januari.

Deze kweek kan zowel plaatsvinden in de open lucht als onder beschutting. Bij de kweek onder beschutting wordt geen gebruik gemaakt van verwarming of kunstlicht; de beschutting heeft immers uitsluiten tot doel hebben de plantjes te beschermen tegen mogelijke vorsten zodoende enkele weken vroeger, namelijk vanaf begin oktober, met de zaai te kunnen beginnen, zonder dat dit zichtbare gevolgen heeft voor de natuurlijke kweekomstandigheden. Het uitplanten onder beschutting gebeurt rechtstreeks in de grond en vindt plaats in februari en maart, zodat de vruchten in mei kunnen worden geoogst. In de open lucht vindt het uitplanten plaats in de maanden april en mei, zodat er in juni–juli kan worden geoogst. De plantdichtheid onder beschutting bedraagt 2-4 planten per vierkante meter, waarbij de plantjes gewoonlijk met raffiadraad op verschillende hoogtes worden vastgesnoerd. In de open lucht bedraagt de plantdichtheid 3-5 planten per vierkante meter.

Productiebeperkingen

Zowel in de open lucht als onder beschutting geteelde pepers vallen onder de bescherming van de BOB „Pemento de Herbón”. De maximaal toegestane rendementen bedragen 3,5 kg/m2 voor de teelt in de open lucht en 6 kg/m2 voor die onder beschutting.

Teeltwerkzaamheden

Bij de teelt van „Pemento de Herbón” is irrigatie onontbeerlijk. Irrigatie stimuleert namelijk de fysiologische ontwikkeling van dit gewas, maar moet „aan de voet” van de plant gebeuren, aangezien anders de bloesem of eventueel de vrucht zou kunnen worden beschadigd. Bovendien is irrigatie essentieel om waterstress te vermijden, omdat hoge temperaturen (boven 30 °C), gecombineerd met een lage luchtvochtigheid en een droge grond een aanzienlijke stijging van het capsaïcinegehalte van de vrucht tot gevolg heeft. Bemesting moet erop gericht zijn het evenwicht en de concentraties van voedingsstoffen in de grond en in de plant te handhaven. Daarbij dient rekening met de hoeveelheid voedingsstoffen die door het gewas wordt opgenomen, met het groeistadium van de plant, met de vruchtbaarheid van de grond en met de aanvoer van voedingsstoffen uit andere bronnen (water, organisch materiaal, enz.).

Eventuele plagen en/of ziekten worden bestreden met behulp van diverse teeltmethoden zoals ontsmetting van het zaad of behandeling van de zaaibedden. Indien toch fytosanitaire middelen moeten worden gebruikt, moeten de werkzame stoffen daarvan het milieu zo weinig mogelijk belasten, uiterst doeltreffend en weinig toxisch zijn en de minste residuproblemen opleveren; zij moeten zo weinig mogelijk gevolgen hebben voor de omringende fauna en zorgen voor de minste resistentieproblemen.

Oogsten

De pepers worden tijdens het hoogseizoen voor de productie dagelijks met de hand geoogst. De nog onrijpe vruchten worden geoogst op het ogenblik waarop de landbouwer, vertrouwend op zijn ervaring, van oordeel is dat zij zodanig zijn ontwikkeld dat zij bij de eigenlijke verkoop voldoen aan de criteria van punt 4.2. Er wordt zo vaak geoogst als nodig is om producten van uitstekende kwaliteit te kunnen leveren, waarbij gebruik wordt gemaakt van de noodzakelijke materiële (snijgereedschap, vergaarbakken, containers, enz.) en personele middelen om schade aan het product te voorkomen.

Vervoer en opslag

De pepers worden vervoerd in recipiënten van hard materiaal om te voorkomen dat ze geplet worden. Het lossen wordt op dusdanige wijze uitgevoerd dat de producten bij het vallen slechts minimaal worden beschadigd. De opslagplaatsen dienen op correcte wijze te worden geventileerd. Bij de conservering van het product moet worden gestreefd naar optimale klimatologische omstandigheden, namelijk een temperatuur tussen 7 en 13 °C en een luchtvochtigheid tussen 90 en 95 %.

Selectie na het oogsten, verpakken en in de handel brengen

Nogmaals, de voor de handel geschikte pepers worden geselecteerd door de landbouwers zelf op basis van hun ervaring, en de ongeschikte exemplaren worden verwijderd. Deze operatie, die deels al tijdens het oogsten gebeurt, vindt hoofdzakelijk plaats net vóór het verpakken. De producenten selecteren met de hand alleen die vruchten die voldoen aan de strikte vereisten voor kleur (men opteert voor die met een intensere kleur), gevoel (mogen onder druk niet openbarsten, de schil mag niet te hard zijn en de pepers met een geringe verhouding tussen het gewicht van de vrucht en de zaden worden verwijderd) en vorm (de toegestane kromming moet minimaal zijn). Aan de hand van deze criteria worden de pepers één voor één geselecteerd op basis van een knowhow die van generatie op generatie werd doorgegeven. De producenten kiezen de exemplaren die over de unieke kenmerken beschikken. Pepers die niet aan deze criteria voldoen, mogen niet onder de oorsprongsbenaming in de handel worden gebracht.

Het product wordt verkocht in zakken van ongeveer 400 gram, gemaakt van een materiaal dat geschikt is voor de verpakking van levensmiddelen en voldoet aan de geldende wetgeving. De pepers mogen ook in andere verpakkingen worden aangeboden, op voorwaarde dat de kwaliteit van het product hier niet onder lijdt. Het product wordt van 1 mei tot 31 oktober verhandeld. De periode kan gewijzigd worden wanneer dat raadzaam is in verband met de kenmerken van het product, bijvoorbeeld vanwege klimatologische omstandigheden.

4.6.   Verband:

Het begin van de teelt in Galicië wordt geassocieerd met de zaden die in de 17e eeuw door de Franciscaanse monniken van het klooster van Herbón (behorende tot Padrón) werden meegebracht uit de Mexicaanse regio Tabasco. De gedroogde of vermalen peper wordt al sinds het einde van de 18e eeuw in Herbón verhandeld en vormde een belangrijke bron van inkomsten (Archivo Nacional de Simancas. Catastro de la Ensenada. Provincia de Santiago. Libro 253, fol. 1). Vanaf dat moment doen rasveredeling en traditionele methoden voor het oogsten van vroegrijpe vruchten hun intrede. De kloostergemeenschap geeft deze kennis door aan de landbouwers binnen haar invloedssfeer en er ontstaat een hoog gespecialiseerd productiesysteem waarbij het zaad zelfs deel gaat uitmaken van de bruidsschat, maar het productiegebied nooit mag verlaten. Dankzij de speciale geografische, bodemkundige en klimatologische omstandigheden van het gebied, het genetische isolement als gevolg van zelfbestuiving en de speciale selectiemethoden op basis van de knowhow van de landbouwers ontstond er een zeer gedifferentieerd en commercieel winstgevend product dat zich eeuwenlang tot dit geografische gebied beperkte, zoals onder meer A. Bouhier het in de jaren 60 van de vorige eeuw formuleerde: „het telen van pepers, zeer gespecialiseerd en zeer productief, in de kleine sector Herbón-Padrón”.

De geringe hoogte boven zeeniveau, de beschermde ligging van de productievalleien in het bergachtige gebied en de nabijheid van de kust zorgen voor zeer gedifferentieerde klimatologische kenmerken, met een verhoogde kans op regen (gemiddelde jaarlijkse neerslag van ongeveer 1 500 mm), winden uit voornamelijk zuidoostelijke en noordelijke richting, zachte temperaturen en zeer bescheiden temperatuurschommelingen, met een gemiddelde jaartemperatuur van 15 °C die in de koudste maanden zelden lager is dan 3 °C. Dit microklimaat vormt ongetwijfeld een belangrijk element voor het verkrijgen van de specifieke kenmerken van „Pemento de Herbón”.

De bodemkundige kenmerken worden bepaald door twee factoren, het oorspronkelijke lithologische materiaal en het klimaat, waardoor er als gevolg van zowel veranderend gesteente als alluviale sedimenten een zure bodem is ontstaan. Deze grond beschikt bovendien over een aanzienlijke dichtheid, weinig stenen aan de oppervlakte, een duidelijk zanderige structuur en een goede afwatering, die hem voor dit gewas zeer geschikt maakt.

Daarom hebben de milde temperaturen, de geringe temperatuurschommelingen, evenals de grond in het gebied en de traditionele teeltmethoden direct invloed op de morfologische en organoleptische kenmerken van de peper, in het bijzonder op de kleur en de verhouding tussen het gewicht van de vrucht en de zaden, die met een gemiddelde waarde van 3,2 aanzienlijk lager ligt dan in andere productiegebieden en die op zijn beurt resulteert in een laag capsaïcinegehalte in het weefsel (0,114 mg capsaïcine/gram droog gewicht bij afzet van de vrucht). Diverse wetenschappelijke werken tonen aan dat de in het afgebakende gebied gekweekte „Pemento de Herbón” eenvoudig kan worden onderscheiden van andere, in een warmer klimaat (naar waar de productie is uitgebreid) gekweekte pepers van dezelfde variëteit. Het gaat hierbij niet alleen om de morfologische en organoleptische kenmerken, maar ook om de lengte van de vrucht (tussen 3,5 en 5,5 cm) en de hoeveelheid sterol, ook wel stigmasterol genoemd, die bij de „Pemento de Herbón” gemiddeld 1,304 % bedraagt, tegenover 5,164 % bij pepers van dezelfde variëteit die in het zuiden van Spanje worden geteeld. Op basis van het percentage aan stigmasterol de „Pemento de Herbón” met absolute zekerheid te onderscheiden van pepers uit andere geografische gebieden.

Bovendien heeft de eeuwenoude traditie van de plaatselijke landbouwers, die voortdurend de beste planten hebben geselecteerd en in stand gehouden, en terzelfder tijd de productietechnieken hebben aangepast aan de omstandigheden van het terrein, geresulteerd in een zeer streekgebonden product met uitstekende culinaire kwaliteiten. Hierbij moet zeker worden opgemerkt dat deze continue bescherming en rasveredeling tot uiting komen in het exclusieve gebruik van zaad dat door landbouwers uit het afgebakende gebied is geteeld; er wordt dus geen zaad gebruikt van de commerciële variëteit „Padrón”, dat wel in andere geografische regio’s wordt gebruikt. Deze speciale selectie, zowel van het kweekmateriaal als van de vruchten na de oogst, verleent de „Pemento de Herbón” BOB zijn speciale kwaliteit en zijn aparte karakter. Het is interessant om te vermelden dat de „Pemento de Herbón” hetzelfde is overkomen als enkele druivenvariëteiten: de registratie van de oorspronkelijke, uit de productiezone afkomstige commerciële variëteit „Padrón” heeft ervoor gezorgd dat het gewas zich heeft verspreid naar andere, verder weg gelegen gebieden. De speciale organoleptische kenmerken zijn hierbij echter verloren gegaan, zodat de „Pemento de Herbón” nog steeds een gewild product is waarvoor een hogere prijs wordt betaald dan voor andere pepers, soms zelf meer dan het dubbele.

Het gebruik van teeltsystemen onder beschutting, dat al decennialang door een deel van de landbouwers uit het gebied wordt toegepast, is een bewijs dat productietechnieken kunnen worden aangepast zonder dat de interactie tussen het milieu en de specifieke kenmerken van het product daaronder lijden: het betreft hier eenvoudige tunnels van plastic folie, waarin de omgevingsomstandigheden voor het gewas niet echt worden gecontroleerd. Aangezien bij deze teeltwijze geen gebruik wordt gemaakt van verwarming of kunstlicht en de planten direct in de grond worden geplant, blijven de planten in grote mate blootgesteld aan de krachten van de natuur.

4.7.   Controlestructuur:

Naam:

Instituto Galego da Calidade Alimentaria (INGACAL)

Adres:

Rúa Fonte dos Concheiros, 11 bajo

15703 Santiago de Compostela

ESPAÑA

Tel.

+34 881997276

Fax

+34 981546676

E-mail:

ingacal@xunta.es

El INGACAL is een openbare instelling die ressorteert onder de Consellería do Medio Rural de la Xunta de Galicia.

4.8.   Etikettering:

De pepers die onder de Beschermende Oorsprongsbenaming „Pemento de Herbón” in de handel worden gebracht, moeten zijn voorzien van een commercieel etiket dat overeenstemt met het merk van de desbetreffende producent/verpakker, een door het controleorgaan goedgekeurd alfanumeriek etiket en het officiële logo van de Beschermende Oorsprongsbenaming. Het commerciële etiket en het etiket van de BOB zelf moeten zijn voorzien van de vermelding Denominación de Origen Protegida„Pemento de Herbón”. Bovendien moet op het commerciële etiket de variëteit van de pepers worden aangegeven met de woorden „variedad Padrón”.