7.5.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 112/8


Toelichtingen op de gecombineerde nomenclatuur van de Europese Gemeenschappen

(2008/C 112/03)

Gelet op artikel 9, lid 1, onder a), tweede gedachtenstreepje, van Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 (1) met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief, worden de toelichtingen op de gecombineerde nomenclatuur van de Europese Gemeenschappen (2) als volgt gewijzigd:

Op bladzijde 335 wordt de volgende tekst ingevoegd:

„8521 90 00

Andere

Deze onderverdeling omvat toestellen zonder beeldscherm die televisiesignalen kunnen ontvangen, zogenoemde „set-top boxen”, waarin een apparaat is ingebouwd dat een opname- of weergavefunctie uitvoert (bijvoorbeeld een harde schijf of een DVD-station).”.

Op bladzijde 339 wordt de volgende tekst ingevoegd:

„8528 71 13

Toestellen gestuurd door een microprocessor, uitgerust met een ingebouwde modem voor toegang tot het internet, een functie voor interactieve informatie-uitwisseling en de mogelijkheid tot ontvangst van televisiesignalen („settopboxen met communicatiefunctie”).

Deze onderverdeling omvat toestellen zonder scherm, zogenoemde settopboxen met communicatiefunctie, bestaande uit de volgende hoofdcomponenten:

een microprocessor;

een videotuner.

De aanwezigheid van een RF-connector is een indicatie dat een videotuner aanwezig kan zijn;

een modem.

Modems moduleren en demoduleren uitgaande en inkomende gegevenssignalen. Dit maakt tweerichtingscommunicatie mogelijk om toegang te krijgen tot het internet. Voorbeelden van dergelijke modems zijn: V.34-, V.90-, V.92-, DSL — of kabelmodems. Een indicatie van de aanwezigheid van een dergelijk modem is een RJ 11-connector.

Toestellen die een zelfde functie als die van een modem vervullen maar die geen signalen moduleren en demoduleren worden niet aangemerkt als zijnde modems. Voorbeelden van dergelijke toestellen zijn ISDN-, WLAN- of Ethernet-apparaten. Een indicatie van de aanwezigheid van een dergelijke modem is een RJ 45-connector.

Het modem moet in de settopbox zijn ingebouwd. Settopboxen die geen ingebouwde modem hebben maar een extern modem gebruiken, zijn van deze onderverdeling uitgesloten (bijvoorbeeld een set die bestaat uit een settopbox en een extern modem).

Het Transmission Control Protocol/Internet Protocol (TCP/IP) moet als geïnstalleerde software in de settopbox aanwezig zijn.

Settopboxen van deze onderverdeling moeten de gebruiker van het toestel in staat stellen toegang tot het internet te krijgen. Het toestel moet in staat zijn ook internettoepassingen in een „interactieve informatie-uitwisseling”-modus, zoals een e-mailcliënt- of berichtendienst, te kunnen verwerken met gebruikmaking van UDP- of TCP/IP-verbindingen.

Settopboxen waarin een apparaat is ingebouwd dat een opname- of weergavefunctie uitvoert (bijvoorbeeld een harde schijf of een DVD-station) vallen niet onder deze onderverdeling (onderverdeling 8521 90 00).

8528 71 19

Andere

Zie de laatste alinea van de toelichting op onderverdeling 8528 71 13.

8528 71 90

Andere

Deze onderverdeling omvat toestellen zonder beeldscherm die ontvangtoestellen voor televisie zijn waarin echter geen videotuner is ingebouwd (bijvoorbeeld zogenoemde IP-streaming boxes).

Zie ook de laatste alinea van de toelichting op onderverdeling 8528 71 13.”.


(1)  PB L 256 van 7.9.1987, blz.1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 275/2008 (PB L 85 van 27.3.2008, blz. 3).

(2)  PB C 50 van 28.2.2006, blz. 1.