52008DC0333

Aanbeveling van de Commissie aan de Raad de Commissie te machtigen onderhandelingen te voeren met het oog op de opstelling van een internationaal juridisch bindend instrument betreffende maatregelen van de havenstaten om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen /* COM/2008/0333 def. */


[pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

Brussel, 28.5.2008

COM(2008) 333 definitief

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD

de Commissie te machtigen onderhandelingen te voeren met het oog op de opstelling van een internationaal juridisch bindend instrument betreffende maatregelen van de havenstaten om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen

I. TOELICHTING

In de jongste vergadering van de Visserijcommissie van de FAO werd overeengekomen dat een internationaal juridisch bindend instrument betreffende maatregelen van de havenstaten om IOO-visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen dient te worden opgesteld met het oog op de voorlegging ervan in de 28e zitting van de Visserijcommissie van de FAO in februari 2009[1].

In september 2007 heeft in Washington een raadpleging van deskundigen over dit onderwerp plaatsgevonden.

Tijdens een zitting van 23 tot en met 27 juni 2008 zal een technische raadpleging plaatsvinden waaraan alle leden van de FAO kunnen deelnemen en die tot doel zal hebben de laatste hand te leggen aan het ontwerp van een internationaal instrument betreffende maatregelen van de havenstaten.

Maatregelen van de havenstaten zijn aangemerkt als een cruciaal hulpmiddel voor de strijd van de internationale gemeenschap tegen IOO-visserij. Dit heeft met name geleid tot de goedkeuring door de FAO in 2005 van de modelregeling voor maatregelen van de havenstaten ter bestrijding van IOO-visserij. Die modelregeling bevat minimumnormen als basis voor de vaststelling door de staten van maatregelen om onder buitenlandse vlag varende vissersvaartuigen die hun havens wensen te gebruiken, te onderwerpen aan toezicht, controles en inspecties. Het betreft een niet-bindend instrument dat op vrijwillige basis wordt toegepast.

Bovendien hebben sommige regionale organisaties voor visserijbeheer (ROVB's) bindende regelingen voor havenstaten ingesteld die de leden van die organisaties moeten toepassen om toezicht uit te oefenen op de rechtmatigheid van aanlandingen, overladingen en andere activiteiten in hun havens. Binnen sommige ROVB's zijn ook specifieke regels vastgesteld die tot doel hebben de toegang tot havens te ontzeggen aan vaartuigen die door de organisatie zijn opgenomen in een lijst van vaartuigen die IOO-visserij hebben bedreven of ondersteund.

De Gemeenschap is lid van de FAO en ook van 13 ROVB's. Binnen de ROVB's aangenomen regelingen voor havenstaten zijn ten uitvoer gelegd door middel van Gemeenschapsrecht. Het Gemeenschapsrecht bevat ook algemene regels met betrekking tot de aanlanding van visserijproducten door vaartuigen van derde landen in havens van de Gemeenschap.

De bestrijding van IOO-visserij is een wezenlijk onderdeel van het gemeenschappelijk visserijbeleid en de Gemeenschap dient internationale samenwerking op dit gebied te kunnen bevorderen door actief en constructief deel te nemen aan de onderhandelingen over een internationaal instrument betreffende maatregelen van de havenstaten.

Behalve aan de bovenstaande overwegingen dient ook aandacht te worden geschonken aan het volgende:

- volgens vaste rechtspraak van het Europees Hof van Justitie (gebaseerd op de prejudiciële beslissing met betrekking tot Kramer en anderen en daarna altijd bevestigd) heeft de EG exclusieve externe bevoegdheid op visserijgebied met het oog op de instandhouding van de biologische rijkdommen van de zee;

- op 17 oktober 2007 heeft de Commissie het voorstel voor een verordening betreffende IOO-visserij goedgekeurd;

- in punt I b) van de bevoegdheidsverklaring van de EG bij haar toetreding tot de FAO staat dat de EG exclusieve bevoegdheid op visserijgebied met het oog op de instandhouding van de biologische rijkdommen van de zee heeft;

- in punt 2.1 van de interinstitutionele regeling die de Raad en de Commissie bij de toetreding van de EG tot de FAO hebben gesloten, staat dat voor vraagstukken die onder de exclusieve bevoegdheid van de EG vallen, de Commissie het woord voert en namens de EG haar stem uitbrengt;

- in zaak C-25/94 betreffende de nalevingsovereenkomst in FAO-verband heeft het Europees Hof van Justitie bepaald dat die regeling tussen Raad en Commissie ook geldt wanneer FAO-organen onderhandelingen voeren over een FAO-overeenkomst.

II. AANBEVELING

In het licht van het voorgaande beveelt de Commissie aan:

- dat de Raad de Commissie machtigt met andere belanghebbende partijen te onderhandelen met het oog op de opstelling van een internationaal juridisch bindend instrument betreffende maatregelen van de havenstaten om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen;

- dat, aangezien in overeenstemming met het Verdrag de Commissie deze onderhandelingen zal voeren namens de Europese Gemeenschap, de Raad een speciaal comité aanwijst om de Commissie bij deze taak bij te staan;

- dat de Raad de hieraan gehechte onderhandelingsrichtsnoeren verstrekt.

BIJLAGE

Onderhandelingsrichtsnoeren

De Commissie voert namens de Gemeenschap onderhandelingen met het oog op de opstelling van een internationaal juridisch bindend instrument betreffende maatregelen van de havenstaten dat erop is gericht IOO-visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen.

De Commissie ziet erop toe dat de tekst van de overeenkomst strookt met het internationale recht, en in het bijzonder met de bepalingen van het Verdrag van de VN inzake het recht van de zee, de VN-Overeenkomst betreffende de instandhouding en het beheer van de grensoverschrijdende en de over grote afstanden trekkende visbestanden en de Overeenkomst om de naleving van de internationale instandhoudings- en beheersmaatregelen door vissersvaartuigen op de volle zee te bevorderen.

De Commissie handelt tevens in overeenstemming met de doelstellingen die door de Gemeenschap worden nagestreefd in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid, en houdt, voor zover de overeenkomst van belang is voor ontwikkelingslanden, rekening met de beleidslijnen die zijn bepaald in de context van het proces van "beleidscoherentie voor ontwikkeling".

De Commissie ondersteunt de totstandbrenging van een instrument dat de partijen bij dat instrument ertoe verbindt maatregelen vast te stellen om:

- tegen te gaan dat hun havens worden gebruikt door vaartuigen die IOO-visserij bedrijven of ondersteunen;

- vaartuigen te inspecteren die in hun havens aanwezig zijn en vermoedelijk dergelijke visserij hebben bedreven of ondersteund;

- in overeenstemming met het internationale recht voor een passende vervolgactie naar aanleiding van inspecties te zorgen en passende maatregelen te nemen ten aanzien van vaartuigen waarvoor kan worden aangetoond dat zij IOO-visserij hebben bedreven of ondersteund.

De Commissie bevordert de inpassing van de overeenkomst in een geïntegreerde aanpak om IOO-visserij tegen te gaan, te voorkomen en te beëindigen die met name is gebaseerd op internationale maatregelen op het gebied van samenwerking, toezicht en controle die gelden voor de gehele keten van visserij en bijbehorende activiteiten ("van het net tot het bord").

De Commissie ziet erop toe dat de overeenkomst daadwerkelijk tot doel heeft IOO-visserij aan te pakken zonder vaartuigen te discrimineren die vissen met inachtneming van de geldende wet- en regelgeving, verordeningen of instandhoudings- en beheersmaatregelen.

De Commissie steunt het standpunt dat de bepalingen van de overeenkomst minimumnormen dienen te bevatten die voor de partijen bij de overeenkomst geen beletsel vormen om, als havenstaat en in overeenstemming met het internationale recht, strengere maatregelen tegen IOO-visserij vast te stellen.

De Commissie ziet erop toe dat de overeenkomst passende bepalingen bevat die het de Gemeenschap mogelijk maken partij bij de overeenkomst te worden.

De Commissie brengt bij de Raad verslag uit over het resultaat van de onderhandelingen en over de problemen die eventueel tijdens de onderhandelingen rijzen.

[1] Cf. punt 68 van het verslag over de zevenentwintigste zitting van de Visserijcommissie van de FAO (Rome, 5-9 maart 2007): "De dringende noodzaak van een uitgebreid samenstel van maatregelen van de havenstaten erkennend, nam de Visserijcommissie nota van de sterke steun voor het Noorweegse voorstel een nieuw juridisch bindend instrument te ontwikkelen dat is gebaseerd op de modelregeling voor maatregelen van de havenstaten ter bestrijding van IOO-visserij en het internationale actieplan om IOO-visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen. De Visserijcommissie onderschreef het volgende tijdschema: een raadpleging van deskundigen in de tweede helft van 2007 om een ontwerpovereenkomst voor te bereiden en een technische raadpleging in de eerste helft van 2008 om de laatste hand te leggen aan de tekst van het instrument, waarna het instrument wordt voorgelegd aan de Visserijcommissie in haar achtentwintigste zitting in 2009. Veel leden legden er de nadruk op dat het in het nieuwe instrument dient te gaan om minimumnormen voor de havenstaten waarbij er ook flexibiliteit moet zijn om strengere maatregelen te kunnen nemen, en sommige leden beklemtoonden dat het instrument geen afbreuk mag doen aan andere eerder overeengekomen maatregelen, bijvoorbeeld op het gebied van de noodzakelijke capaciteitsvermindering.".