27.11.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 286/136


Woensdag, 18 juni 2008
Voorwaarden voor toegang tot het net voor grensoverschrijdende handel in electriciteit ***I

P6_TA(2008)0295

Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 18 juni 2008 inzake het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1228/2003 betreffende de voorwaarden voor toegang tot het net voor grensoverschrijdende handel in elektriciteit (COM(2007)0531 — C6-0320/2007 — 2007/0198(COD))

2009/C 286 E/44

(Medebeslissingsprocedure: eerste lezing)

Het Europees Parlement,

gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2007)0531),

gelet op artikel 251, lid 2 en artikel 95 van het EG-Verdrag, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C6-0320/2007),

gelet op artikel 51 van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie industrie, onderzoek en energie en de adviezen van de Commissie economische en monetaire zaken en de Commissie interne markt en consumentenbescherming (A6-0228/2008),

1.

hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, als geamendeerd door het Parlement;

2.

verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in dit voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;

3.

verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.


Woensdag, 18 juni 2008
P6_TC1-COD(2007)0198

Standpunt van het Europees Parlement in eerste lezing vastgesteld op 18 juni 2008 met het oog op de aanneming van Verordening (EG) nr. …/2008 van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1228/2003 betreffende de voorwaarden voor toegang tot het net voor grensoverschrijdende handel in elektriciteit

(Voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 95,

Gezien het voorstel van de Commissie ║,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1),

Gezien het advies van het Comité van de Regio's (2),

Volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag (3),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Met de interne markt voor elektriciteit, die sinds 1999 geleidelijk tot stand is gebracht, wordt beoogd alle afnemers in de Gemeenschap — zowel particulieren als ondernemingen — echte keuzevrijheid te bieden, nieuwe kansen voor het bedrijfsleven te scheppen en grensoverschrijdende handel te bevorderen, teneinde efficiëntieverbeteringen, concurrerende prijzen en een betere dienstverlening te bewerkstelligen en de voorzieningszekerheid en duurzaamheid in de hand te werken.

(2)

Richtlijn 2003/54/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2003 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit║ (4) en Verordening (EG) nr. 1228/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2003 betreffende de voorwaarden voor toegang tot het net voor grensoverschrijdende handel in elektriciteit (5) hebben in belangrijke mate bijgedragen tot de totstandkoming van een ║ interne elektriciteitsmarkt.

(3)

Momenteel kan echter niet worden gewaarborgd dat elke onderneming uit de Gemeenschap het recht heeft om in om het even welke lidstaat op gelijke voet elektriciteit te verkopen, zonder discriminatie of benadeling. Er is met name nog steeds geen sprake van een niet-discriminerende netwerktoegang en van een gelijk niveau van toezicht door de regelgevende instanties in de lidstaten en ook bestaan er nog steeds geïsoleerde markten .

(4)

In de mededeling van de Commissie van 10 januari 2007 ║ is benadrukt hoe belangrijk het is de interne elektriciteitsmarkt te voltooien en gelijke concurrentievoorwaarden voor alle elektriciteitsbedrijven uit de Gemeenschap tot stand te brengen. De mededelingen van de Commissie van dezelfde datum over de vooruitzichten voor de interne gas- en elektriciteitsmarkt ║ en met betrekking tot haar onderzoek op grond van artikel 17 van Verordening (EG) nr. 1/2003 naar de Europese gas- en elektriciteitssectoren ║ hebben aangetoond dat de huidige voorschriften en maatregelen niet het nodige kader verschaffen, noch voorzien in de verwezenlijking van fysische connecties , om de doelstelling van een goed functionerende, efficiënte en open interne markt te realiseren.

(5)

Verordening (EG) nr. 1228/2003 dient in de zin van deze mededelingen te worden aangepast om het regelgevingskader voor de interne elektriciteitsmarkt te verbeteren.

(6)

Er is meer in het bijzonder zowel behoefte aan het creëren van fysieke connecties als aan een grotere samenwerking en coördinatie tussen transmissiesysteembeheerders om een geleidelijke onderlinge afstemming van de technische en commerciële codes voor de verlening en het beheer van een daadwerkelijke en transparante toegang tot de transmissienetwerken over de grenzen heen te verwezenlijken, om, met inachtneming van het milieu, een gecoördineerde en voldoende toekomstgerichte planning en een deugdelijke ontwikkeling van het transmissiesysteem in de Gemeenschap te waarborgen, en om energie-efficiëntie, onderzoek en innovatie te stimuleren, met name met betrekking tot de penetratie van hernieuwbare energiebronnen en de verspreiding van koolstofarme technologie ║. Transmissiesysteembeheerders dienen hun netwerken volgens onderling afgestemde technische en marktcodes te beheren.

(7)

Teneinde in de Gemeenschap een optimaal beheer van het elektriciteitstransmissienetwerk te garanderen en grensoverschrijdende handel in elektriciteit en grensoverschrijdende levering van elektriciteit aan kleine afnemers mogelijk te maken, dient een Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders te worden opgericht. De taken van dit netwerk dienen te worden uitgeoefend met inachtneming van de communautaire mededingingsregels, die op de beslissingen van het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders van toepassing blijven. Deze taken moeten nauwkeurig worden omschreven en de daarbij gevolgde werkmethode moet efficiëntie, representativiteit en transparantie garanderen. Aangezien met een benadering op regionaal niveau effectievere vooruitgang kan worden geboekt, dienen de transmissiesysteembeheerders binnen de overkoepelende samenwerkingsstructuur regionale structuren op te zetten en er tegelijkertijd voor te zorgen dat de resultaten op regionaal niveau stroken met de codes en investeringsplannen op Gemeenschapsniveau. De lidstaten moeten de samenwerking bevorderen en moeten toezien op de effectieve werking van het netwerk op regionaal niveau. De samenwerking op regionaal niveau moet verenigbaar zijn met de vooruitgang naar een concurrerende en efficiënte interne elektriciteitsmarkt.

(8)

Om voor meer doorzichtigheid in het gehele transmissienetwerk voor elektriciteit in de Europese Unie te zorgen, moet de Commissie een routekaart opstellen, openbaar maken en deze regelmatig actualiseren. Op deze kaart moeten alle bruikbare elektriciteitstransmissienetwerken en alle mogelijke regionale verbindingen terug te vinden zijn.

(9)

Uit de marktonderzoeken die de nationale regelgevende instanties en de Commissie in de loop van de voorbije jaren hebben uitgevoerd, is gebleken dat de thans geldende transparantievereisten en voorschriften voor de toegang tot de infrastructuur ontoereikend zijn om een echte, goed functionerende efficiënte en open interne markt te waarborgen .

(10)

Gelijke toegang tot informatie over de fysieke toestand en de doelmatigheid van het systeem is noodzakelijk opdat alle marktdeelnemers zich een oordeel over de totale vraag- en aanbodsituatie kunnen vormen en de redenen voor bewegingen van de groothandelsprijs kunnen onderkennen. Dit betekent onder meer dat nauwkeuriger informatie moet worden verschaft over elektriciteitsopwekking, vraag en aanbod, netcapaciteit, stromen en onderhoud, balancering en reservecapaciteit.

(11)

Om het vertrouwen in de markt te versterken, moeten marktdeelnemers de zekerheid hebben dat misbruik effectief kan worden bestraft. De bevoegde autoriteiten moeten effectief de bevoegdheid krijgen vermoedens van marktmisbruik te onderzoeken. Daartoe moeten de bevoegde autoriteiten toegang hebben tot gegevens die informatie verschaffen over operationele beslissingen van leveranciers. Op de elektriciteitsmarkt worden tal van relevante beslissingen genomen door de producenten, die informatie daarover gedurende een bepaalde termijn ter beschikking van en gemakkelijk toegankelijk voor de bevoegde autoriteiten moeten houden. De bevoegde autoriteiten moeten er verder regelmatig op toezien dat de transmissiesysteembeheerders de regels naleven. Kleine producenten die de markt niet echt kunnen verstoren, dienen van deze verplichting te worden vrijgesteld.

(12)

Om voor huishoudelijke afnemers te kunnen concurreren, mogen leveranciers niet worden gehinderd wanneer zij nieuwe kleinhandelsmarkten willen betreden. Alle marktpartijen dienen derhalve kennis te hebben van de regels en verantwoordelijkheden die de leveringsketen kenmerken en deze regels en verantwoordelijkheden moeten worden geharmoniseerd teneinde de marktintegratie in de Gemeenschap in de hand te werken. De bevoegde autoriteiten moeten er regelmatig op toezien dat de marktdeelnemers de regels naleven.

(13)

Investeringen in belangrijke nieuwe infrastructuur moeten sterk worden aangemoedigd en tegelijkertijd moet de goede werking van de interne elektriciteitsmarkt worden gewaarborgd. Teneinde het positieve effect van vrijgestelde gelijkstroominterconnectoren op de mededinging te versterken en de voorzieningszekerheid te verbeteren, dient tijdens de planningsfase van een project de marktbelangstelling te worden gepeild en moeten voorschriften voor congestiebeheer worden uitgevaardigd. Ingeval gelijkstroominterconnectoren zich op het grondgebied van meer dan één lidstaat bevinden, dient het bij Verordening (EG) nr. …/2008 van het Europees Parlement en de Raad van … [tot oprichting van het Agentschap voor de samenwerking van regelgevende instanties voor energie]  (6) opgerichte Agentschap voor de samenwerking tussen energieregelgevers het verzoek om vrijstelling te behandelen, zodat beter rekening wordt gehouden met de grensoverschrijdende gevolgen van het verzoek en de administratieve verwerking ervan vlotter verloopt. Gezien het uitzonderlijke risicoprofiel van de uitvoering van zulke belangrijke infrastructuurprojecten moet bovendien de mogelijkheid worden geboden leveranciers en productieondernemingen voor de betrokken projecten een tijdelijke ontheffing van de volledige gevolgen van de ontvlechtingsvoorschriften te verlenen.

(14)

Verordening (EG) nr. 1228/2003 schrijft voor dat bepaalde maatregelen moeten worden vastgesteld overeenkomstig Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden (7).

(15)

Besluit 1999/468/EG is gewijzigd bij Besluit 2006/512/EG van de Raad  (8), waarbij de regelgevingsprocedure met toetsing is ingevoerd voor maatregelen van algemene strekking tot wijziging van niet-essentiële onderdelen van een volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag aangenomen besluit, onder meer door sommige van deze niet-essentiële onderdelen ║ of door het besluit met nieuwe niet-essentiële onderdelen aan te vullen.

(16)

Overeenkomstig de ║ verklaring van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie (9) betreffende Besluit 2006/512/EG vergt de toepassing van de regelgevingsprocedure met toetsing op reeds geldende, volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag aangenomen besluiten dat deze besluiten volgens de geldende procedures worden aangepast.

(17)

Met betrekking tot Verordening (EG) nr. 1228/2003 moet de Commissie in het bijzonder de bevoegdheid worden gegeven de noodzakelijke richtsnoeren vast te stellen of aan te nemen die voorzien in de minimale harmonisatie welke vereist is om de doelstellingen van deze verordening te verwezenlijken. Daar het maatregelen van algemene strekking betreft tot wijziging van niet-essentiële onderdelen van Verordening (EG) nr. 1228/2003 en ter aanvulling van Verordening (EG) nr. 1228/2003 met nieuwe niet-essentiële onderdelen, moeten zij volgens de in artikel 5 bis van Besluit 1999/468/EG bepaalde regelgevingsprocedure met toetsing worden vastgesteld.

(18)

Verordening (EG) nr. 1228/2003 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 1228/2003 wordt als volgt gewijzigd:

1)

aan artikel 1 wordt de volgende alinea toegevoegd:

„Deze verordening beoogt tevens het ontstaan van een goed functionerende en transparante groothandelsmarkt met een grote voorzieningszekerheid te bevorderen. Zij voorziet in mechanismen om ▐ regels daartoe te harmoniseren.”

2)

aan artikel 2, lid 2, wordt het volgende punt toegevoegd:

„h)

„Agentschap”: het bij Verordening (EG) nr. …/2008 van het Europees Parlement en de Raad van … [tot oprichting van het Agentschap voor de samenwerking van regelgevende instanties voor energie]  (10) opgerichte Agentschap voor de samenwerking tussen energieregelgevers.

3)

de volgende artikelen ║ worden ingevoegd:

„Artikel 2 bis

Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders voor elektriciteit

Alle transmissiesysteembeheerders werken samen op Gemeenschapsniveau door een Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders voor elektriciteit op te richten met de bedoeling een optimaal beheer en deugdelijke technische ontwikkeling van het Europees elektriciteitstransmissienetwerk te garanderen en de voltooiing van de interne elektriciteitsmarkt te bevorderen .

Artikel 2 ter

Oprichting van het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders voor elektriciteit

1.   Uiterlijk op […] dienen de transmissiesysteembeheerders voor elektriciteit bij de Commissie en het Agentschap de ontwerpstatuten, een lijst van toekomstige leden en het ontwerpreglement van orde, ▐ met het oog op de oprichting van het ║ Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders voor elektriciteit in.

2.   Binnen zes weken na ontvangst brengt het Agentschap aan de Commissie advies uit over de ontwerpstatuten, de ledenlijst en het ontwerpreglement van orde.

3.   Binnen drie maanden na ontvangst van het advies van het Agentschap brengt de Commissie advies uit over de ontwerpstatuten, de ledenlijst en het ontwerpreglement van orde.

4.   Binnen drie maanden na ontvangst van het advies van de Commissie gaan de transmissiesysteembeheerders over tot de oprichting van het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders voor elektriciteit en tot de aanneming en publicatie van zijn statuten en reglement van orde.

Artikel 2 quater

Taken van het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders voor elektriciteit

1.    Ter verwezenlijking van de in artikel 2 bis vermelde doelstellingen stelt het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders voor elektriciteit overeenkomstig de in artikel 2 quinquies, juncto artikel 6, lid 3 van Verordening (EG) nr. …/2008 [tot oprichting van het Agentschap voor samenwerking van regelgevende instanties voor energie] beschreven procedure de volgende documenten vast en legt deze aan het Agentschap voor:

a)

in samenwerking met marktdeelnemers en netwerkgebruikers opgestelde ontwerp-netwerkcodes op de in lid 3 vermelde terreinen;

b)

gemeenschappelijke netwerkbeheersinstrumenten en onderzoekplannen;

c)

om de twee jaar een investeringsplan voor tien jaar, waarin onder meer vooruitzichten inzake de toereikendheid van de elektriciteitsopwekking zijn opgenomen;

d)

maatregelen ter waarborging van real-time-coördinatie van netwerkexploitatie onder normale omstandigheden en in noodsituaties;

e)

richtsnoeren inzake coördinatie van technische samenwerking tussen communautaire transmissiesysteembeheerders en transmissiesysteem-beheerders van derde landen;

f)

een jaarlijks werkprogramma op basis van de door het Agentschap vastgestelde prioriteiten ;

g)

een jaarverslag; en

h)

jaarlijkse zomer- en wintervooruitzichten inzake de toereikendheid van de elektriciteitsopwekking.

2.   Het in lid 1, onder f), bedoelde jaarlijkse werkprogramma bevat een lijst en beschrijving van de netwerkcodes die in het desbetreffende jaar zullen worden opgesteld, een plan voor het gemeenschappelijke beheer van het netwerk en de onderzoek- en ontwikkelingsactiviteiten in de loop van dat jaar, alsook een indicatief tijdschema.

3.   De gedetailleerde netwerkcodes hebben betrekking op de volgende terreinen, rekening houdend met de in het jaarlijkse werkprogramma vastgelegde prioriteiten:

a)

voorschriften inzake veiligheid en betrouwbaarheid, waaronder interoperabiliteitsvoorschriften en procedures voor noodsituaties ;

b)

voorschriften voor netaansluiting en –toegang;

c)

grensoverschrijdende voorschriften voor capaciteitstoewijzing en congestiebeheer;

d)

voor het netwerk geldende transparantievoorschriften;

e)

voorschriften inzake balancering en geschillenbeslechting, met inbegrip van voorschriften inzake reservevermogen;

f)

▐ voorschriften inzake de vergoedingen tussen transmissiesysteembeheerders;

g)

energie-efficiëntie met betrekking tot elektriciteitsnetten.

4.   Het Agentschap houdt toezicht op de tenuitvoerlegging van de netwerkcodes door het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders voor elektriciteit .

5.   Om de twee jaar publiceert het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders voor elektriciteit een Gemeenschapsbreed tienjarig plan voor investeringen in het net na goedkeuring daarvan door het Agentschap . Het investeringsplan bevat een modellering van het geïntegreerde net, een scenario-ontwikkeling, een verslag inzake de toereikendheid van de elektriciteitsopwekking en een beoordeling van de veerkracht van het systeem. Het investeringsplan berust met name op de nationale investeringsplannen met inachtneming van regionale en communautaire aspecten van netwerkplanning, inclusief de bij Beschikking nr. 1364/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad (11). opgestelde richtsnoeren voor trans-Europese netwerken in de energiesector. Het investeringsplan geeft aan waar er sprake is van een tekort aan investeringen, met name met betrekking tot de grensoverschrijdende capaciteit en bevat gegevens over de investeringen in interconnectie en in andere infrastructuur die noodzakelijk is voor een doeltreffende handel en concurrentie en voor de voorzieningszekerheid. Bij het investeringsplan wordt een onderzoek gevoegd naar de belemmeringen voor de toename van grensoverschrijdende capaciteit van het werkwerk als gevolg van verschillende goedkeuringsprocedures of -praktijken.

De transmissiesysteembeheerders moeten het gepubliceerde investeringsplan uitvoeren.

6.   ▐ Het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders voor elektriciteit kan op eigen initiatief ter verwezenlijking van het in artikel 2 bis beschreven doel aan het Agentschap ontwerpnetwerkcodes voorstellen op alle terreinen die niet in artikel 3 vermeld zijn. Het Agentschap stelt de netwerkcodes vast overeenkomstig de in artikel 2 septies beschreven procedure en zorgt er daarbij voor dat deze codes niet in tegenspraak zijn met de richtsnoeren die overeenkomstig artikel 2 sexies zijn vastgesteld.

Artikel 2 quinquies

Toezicht door het Agentschap

1.   Het Agentschap oefent toezicht uit op de uitvoering van de in artikel 2 quater, lid 1, bedoelde taken van het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders voor elektriciteit.

2.     Het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders voor elektriciteit verzamelt alle relevante informatie met betrekking tot de tenuitvoerlegging van de netwerkcodes en bezorgt deze informatie ter evaluatie aan het Agentschap.

3.   Het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders voor elektriciteit dient ontwerpnetwerkcodes en de in artikel 2 quater, lid 1, bedoelde documenten ter goedkeuring in bij het Agentschap.

Het Agentschap ziet toe op de uitvoering van de netwerkcodes, het tienjarige investeringsplan en het jaarlijkse werkprogramma en neemt de resultaten van dit toezicht op in zijn jaarverslag. Indien de transmissiesysteembeheerders zich niet houden aan de netwerkcodes, het tienjarige investeringsplan of het jaarlijkse werkprogramma, brengt het Agentschap de Commissie op de hoogte .

Artikel 2 sexies

Ontwikkeling van richtsnoeren

1.    De Commissie stelt na overleg met het Agentschap een jaarlijkse prioriteitenlijst vast met de belangrijkste punten voor de ontwikkeling van de interne elektriciteitsmarkt.

2.    Naar aanleiding van de prioriteitenlijst geeft de Commissie het Agentschap het mandaat om binnen uiterlijk zes maanden ontwerprichtsnoeren te ontwikkelen, waarin fundamentele, duidelijke en objectieve beginselen worden vastgesteld voor de harmonisering van voorschriften, zoals bedoeld in artikel 2 quater.

3.    Bij het opstellen van deze richtsnoeren raadpleegt het Agentschap formeel het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders voor elektriciteit en andere belanghebbenden op een open en doorzichtige wijze.

4.    Het Agentschap stelt op grond van deze raadpleging ontwerprichtsnoeren vast. Het vermeldt de opmerkingen die bij de raadpleging zijn gemaakt en verklaart hoe daarmee rekening werd gehouden. Wanneer met opmerkingen geen rekening is gehouden, wordt dit gemotiveerd.

5.     De Commissie kan op eigen initiatief of op verzoek van het Agentschap dezelfde procedure voor een actualisering van de richtsnoeren toepassen.

Artikel 2 septies

Ontwikkeling van netwerkcodes

1.     Binnen zes maanden na de aanneming van de richtsnoeren door het Agentschap en overeenkomstig artikel 2 sexies geeft de Commissie het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders het mandaat voor de ontwikkeling van ontwerpnetwerkcodes, waarbij de in de richtsnoeren vastgestelde beginselen volledig in acht moeten worden genomen.

2.     Bij het opstellen van deze netwerkcodes houdt het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders rekening met de technische expertise van marktdeelnemers en netwerkgebruikers en houdt het deze op de hoogte van de geboekte vooruitgang.

3.     Het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders legt de ontwerpcodes voor aan het Agentschap.

4.     Het Agentschap houdt in verband met de netwerkcodes op een open en transparante wijze een formele raadpleging.

5.     Het Agentschap stelt op grond van deze raadpleging de ontwerpnetwerkcodes vast. Het vermeldt de opmerkingen die bij de raadpleging zijn gemaakt en verklaart hoe daarmee rekening werd gehouden. Wanneer met opmerkingen geen rekening is gehouden, wordt dit gemotiveerd.

6.     Op initiatief van het Agentschap of op verzoek van het Europees van transmissiesysteembeheerders kunnen overeenkomstig dezelfde procedure de bestaande codes worden herzien.

7.     De Commissie kan, op aanbeveling van het Agentschap, de netwerkcode voorleggen aan het in artikel 13, lid 1 bedoelde comité, ter definitieve vaststelling ervan overeenkomstig de regelgevingsprocedure met toetsing waarnaar in artikel 13, lid 2 wordt verwezen.

Artikel 2 octies

Raadplegingen

1.   Bij de uitvoering van zijn taken raadpleegt het Agentschap formeel en op een open en transparante wijze alle betrokken marktdeelnemers; bij de raadpleging worden producenten, leveranciers, afnemers, systeemgebruikers, distributiesysteembeheer-ders, met inbegrip van relevante (bedrijfstak)verenigingen, technische instanties en platforms van belanghebbenden betrokken.

2.   Alle documenten en notulen van vergaderingen die met de in lid 1 bedoelde onderwerpen verband houden, worden openbaar gemaakt.

3.   Alvorens de richtsnoeren en de codes vast te stellen, geeft het Agentschap aan welke opmerkingen in het kader van de raadpleging zijn ontvangen en hoe met deze opmerkingen rekening is gehouden. Wanneer met opmerkingen geen rekening is gehouden, wordt dit door het Agentschap gemotiveerd.

4.     Het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders voor elektriciteit werkt samen overeenkomstig artikel 2 septies, lid 2.

Artikel 2 nonies

Kosten

De kosten die met de in de artikelen 2 bis tot en met undecies genoemde werkzaamheden van het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders voor elektriciteit verband houden, worden gedragen door de transmissiesysteembeheerders en worden inbegrepen in de berekening van de tarieven. De regelgevende autoriteiten keuren deze kosten alleen goed als ze redelijk en evenredig zijn.

Artikel 2 decies

Regionale samenwerking tussen transmissiesysteembeheerders

1.   Binnen het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders voor elektriciteit brengen transmissiesysteembeheerders regionale samenwerking tot stand om bij te dragen tot de uitvoering van de in artikel 2 quater, lid 1, genoemde taken. Zij publiceren met name om de twee jaar een regionaal investeringsplan en mogen investeringsbeslissingen nemen op basis daarvan.

Het regionale investeringsplan mag niet indruisen tegen het in artikel 2 quater, lid 1, onder c), bedoelde tienjarige investeringsplan.

2.   De transmissiesysteembeheerders bevorderen het treffen van operationele regelingen om een optimaal beheer van het netwerk te verzekeren en bevorderen tevens de ontwikkeling van energiebeurzen, waar efficiënt, de gecoördineerde toewijzing van grensoverschrijdende capaciteit ▐ en de compatibiliteit van grensoverschrijdende balanceringsmechanismen .

Artikel 2 undecies

Technische samenwerking tussen communautaire transmissiesysteembeheerders en transmissiesysteembeheerders van derde landen

1.     Op de technische samenwerking tussen communautaire transmissiesysteembeheerders en transmissiesysteembeheerders van derde landen wordt toezicht gehouden door de nationale regelgevende autoriteiten.

2.     Als er in de loop van de technische samenwerking onverenigbaarheden aan het licht komen tussen de voorschriften en codes die door het agentschap zijn vastgesteld, vraagt de nationale regelgevende autoriteit het Agentschap om een verduidelijking.

4)

artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

a)

de titel komt als volgt te luiden: „Informatieverschaffing”;

b)

de volgende leden ║ worden toegevoegd:

„4.   De transmissiesysteembeheerders publiceren relevante gegevens over de voorspelde en feitelijke vraag, over de beschikbaarheid en het feitelijke gebruik van activa voor elektriciteitsproductie en basislast („load”), over de beschikbaarheid en het gebruik van het net en interconnectoren, en over balanceringsvermogen en reservecapaciteit.

5.   De betrokken marktdeelnemers verstrekken de benodigde gegevens aan de transmissiesysteembeheerders.

6.   Productiebedrijven die eigenaar of beheerder zijn van activa voor elektriciteitsproductie waarvan er één een geïnstalleerde capaciteit van ten minste 250 MW heeft, houden alle uurgegevens per installatie die noodzakelijk zijn om alle operationele transmissiebeslissingen en het biedingsgedrag op elektriciteitsbeurzen, veilingen van koppelingscapaciteit, reservemarkten en onderhandse markten te verifiëren, gedurende vijf jaar ter beschikking van de Commissie, de nationale regelgevende instantie, de nationale mededingingsautoriteit en het Agentschap ║. De bij te houden informatie per installatie en per uur omvat, maar is niet beperkt tot, gegevens over de beschikbare opwekkingscapaciteit en gecontracteerde reserves, met inbegrip van de allocatie van deze gecontracteerde reserves op installatieniveau, op het tijdstip waarop de biedingen worden verricht en wanneer de productie plaatsvindt.”

5)

artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

a)

In lid 1 worden de volgende alinea's toegevoegd :

De nationale regelgevende autoriteiten houden toezicht op het congestiebeheer binnen nationale elektriciteitssystemen en van interconnectoren .

De transmissiesysteembeheerders leggen hun procedures voor congestiebeheer, met inbegrip van capaciteitstoewijzing, ter goedkeuring voor aan de nationale regelgevende autoriteiten. De nationale regelgevende autoriteiten kunnen om wijziging van deze procedures vragen alvorens ze goed te keuren.

b)

lid 6 wordt vervangen door:

„6.   Eventuele ontvangsten uit de toewijzing van koppelingscapaciteit worden gebruikt voor de volgende doelen ▐:

a)

het garanderen dat de toegewezen capaciteit daadwerkelijk beschikbaar is; en

b)

investeringen in het net die de koppelingscapaciteit handhaven of vergroten.

Indien ontvangsten niet voor de in de eerste alinea, onder a) of b), genoemde doelen kunnen worden aangewend, worden zij op een aparte rekening gezet totdat zij voor deze doelen kunnen worden besteed. In zulk geval mogen de nationale regelgevende autoriteiten met goedkeuring van het Agentschap rekening houden met het beschikbare bedrag bij de goedkeuring van de methodiek ter berekening van de netwerktarieven, bij de beoordeling van de vraag of de tarieven gewijzigd moeten worden enerzijds en/of bij het besluit tot invoering van lokatiespecifieke signalen en/of maatregelen aan de vraagzijde zoals belastingverschuiving of counter-trading anderzijds.

6)

artikel 7 wordt vervangen door:

„Artikel 7

Nieuwe interconnectoren

1.   Nieuwe gelijkstroominterconnectoren tussen lidstaten kunnen op verzoek gedurende een beperkte periode van het bepaalde in artikel 6, lid 6, van deze verordening en in de artikelen 8, 10, 20 en artikel 22 quater, leden 4, 5 en 6 , van Richtlijn 2003/54/EG worden vrijgesteld, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

a)

de investering moet de mededinging in de elektriciteitsvoorziening bevorderen;

b)

de risico's die aan de investering zijn verbonden, zijn van dien aard dat de investering niet zou plaatsvinden tenzij er een vrijstelling wordt verleend;

c)

de interconnector moet eigendom zijn van een natuurlijke of rechtspersoon die op zijn minst qua rechtsvorm gescheiden is van de systeembeheerders in wier systemen die interconnector wordt ingebouwd;

d)

er worden tarieven in rekening gebracht bij de gebruikers van die interconnector;

e)

sedert de gedeeltelijke marktopening, als bedoeld in artikel 19 van Richtlijn 96/92/EG, is geen enkel deel van de kapitaal- of exploitatiekosten van de interconnector gerecupereerd uit enig bestanddeel van de tarieven die voor het gebruik van door de interconnector verbonden transmissie- of distributiesystemen in rekening zijn gebracht;

f)

de vrijstelling gaat niet ten koste van de mededinging of de efficiënte werking van de interne elektriciteitsmarkt, dan wel de efficiënte werking van het gereguleerde systeem waarmee de interconnector verbonden is.

2.   Lid 1 is in uitzonderlijke gevallen tevens van toepassing op wisselstroominterconnectoren, mits de investeringskosten en risico's bijzonder hoog zijn in vergelijking met de investeringskosten en risico's die normaliter gepaard gaan met de koppeling van twee aangrenzende binnenlandse transmissiesystemen door middel van een wisselstroominterconnector.

3.   Het bepaalde in lid 1 is ook van toepassing op aanzienlijke verhogingen van de capaciteit van bestaande interconnectoren.

4.   Het Agentschap kan per geval een besluit nemen over de in de leden 1, 2 en 3 bedoelde vrijstellingen. Een vrijstelling kan gelden voor het geheel of een deel van de capaciteit van de nieuwe interconnector of de aanzienlijk uitgebreide bestaande interconnector.

Bij het beslissen over een vrijstelling zal per geval worden gelet op de noodzaak om voorwaarden te stellen aangaande de duur van de vrijstelling en de niet-discriminerende toegang tot de interconnector. Bij het bepalen van deze voorwaarden zal met name rekening worden gehouden met de extra capaciteit die gebouwd gaat worden of de wijziging van bestaande capaciteit, de verwachte looptijd van het project en de nationale omstandigheden.

Alvorens een vrijstelling te verlenen, neemt het Agentschap een besluit over de voorschriften en mechanismen betreffende het beheer en de toewijzing van capaciteit. Het Agentschap eist dat de voorschriften voor congestiebeheer voorzien in de verplichting om onbenutte capaciteit op de markt aan te bieden, en dat gebruikers van de faciliteit gerechtigd zijn om hun gecontracteerde capaciteit op de secundaire markt te verhandelen. Bij de toetsing van de voorwaarden van lid 1, onder a), b) en f), ║ houdt het Agentschap rekening met de resultaten van deze procedure voor de toewijzing van capaciteit.

Het besluit tot verlening van vrijstelling, met inbegrip van eventuele voorwaarden als bedoeld in de tweede alinea, wordt naar behoren met redenen omkleed en wordt gepubliceerd. Het Agentschap overlegt met de betrokken regelgevende instanties.

5.   Het Agentschap doet de Commissie onverwijld een afschrift toekomen van elk verzoek om vrijstelling zodra het dit heeft ontvangen. Het besluit tot verlening van vrijstelling wordt door het Agentschap onverwijld ter kennis van de Commissie gebracht, samen met alle relevante informatie over het besluit. Die informatie kan in geaggregeerde vorm aan de Commissie worden voorgelegd om haar in staat te stellen een gefundeerd besluit te nemen. Deze informatie omvat in het bijzonder:

a)

de gedetailleerde redenen op grond waarvan het Agentschap de vrijstelling heeft verleend, met inbegrip van de financiële informatie ter staving van de noodzaak van een vrijstelling;

b)

de analyse van de gevolgen voor de mededinging en de effectieve werking van de interne elektriciteitsmarkt die het verlenen van de vrijstelling met zich meebrengt;

c)

de motivering omtrent de duur en het gedeelte van de totale capaciteit van de betrokken interconnector waarvoor de vrijstelling is verleend;

d)

het resultaat van het overleg met de betrokken nationale regelgevende instanties.

6.   Binnen twee maanden na ontvangst van een kennisgeving kan de Commissie een besluit nemen waarbij zij eist dat het Agentschap het besluit tot verlening van een vrijstelling wijzigt of intrekt. ║ Indien de Commissie om aanvullende informatie verzoekt, mag zij haar beslissing nemen binnen twee maanden na de dag volgende op die van de ontvangst van de volledige aanvullende informatie. ║ Deze termijn van twee maanden kan met instemming van zowel de Commissie als het Agentschap worden verlengd. Indien de gevraagde informatie niet binnen de in het verzoek gestelde termijn is verstrekt, wordt de kennisgeving als ingetrokken beschouwd, tenzij ofwel de termijn vóór het verstrijken ervan met instemming van zowel de Commissie als het Agentschap is verlengd, ofwel het Agentschap vóór het verstrijken van de termijn de Commissie in een behoorlijk gemotiveerde verklaring heeft medegedeeld dat het de kennisgeving als volledig beschouwt.

Het Agentschap geeft binnen een termijn van vier weken gevolg aan het besluit van de Commissie om het besluit tot verlening van de vrijstelling te wijzigen of in te trekken en stelt de Commissie daarvan in kennis.

De Commissie beschermt het vertrouwelijk karakter van commercieel gevoelige informatie.

De goedkeuring door de Commissie van een besluit tot toekenning van een vrijstelling verliest haar geldigheid twee jaar na de verlening ervan indien de bouw van de interconnector nog niet is aangevangen, en vijf jaar na de verlening ervan indien de interconnector nog niet operationeel is, tenzij de Commissie besluit dat een vertraging te wijten is aan grote administratieve belemmeringen of van een andere oorzaak in verband met het besluit, waarover de aanvrager echter geen controle heeft.

7.   De Commissie kan bestaande richtsnoeren voor de toepassing van de in lid 1 genoemde voorwaarden uitvaardigen en de bij de toepassing van de leden 4 en 5 te volgen procedure wijzigen . Zulke maatregelen, die niet-essentiële onderdelen van deze verordening beoogt te wijzigen door haar aan te vullen, worden vastgesteld volgens de in artikel 13, lid 2, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing. ║

8.     Vrijstellingen die overeenkomstig dit artikel zijn verleend en die op de datum van inwerkingtreding van Verordening (EG) nr. …/2008 van het Europees Parlement en de Raad van … [tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1228/2003 betreffende de voorwaarden voor toegang tot het net voor grensoverschrijdende handel in elektriciteit] (12) van toepassing zijn, blijven automatisch gelden.

7)

de volgende artikelen worden ingevoegd :

Artikel 7 bis

Wegnemen van administratieve belemmeringen voor de verhoging van de capaciteit

De lidstaten bezien hun bestaande procedures opnieuw om administratieve belemmeringen voor de verhoging van de omvang van interconnectorcapaciteit vast te stellen en weg te nemen. De lidstaten stellen vast welke segmenten van het netwerk versterking vereisen om het algemene niveau van grensoverschrijdende interconnectiecapaciteit te verhogen overeenkomstig het doel van een brede marktintegratie.

║Artikel 7 ter

Kleinhandelsmarkten

Teneinde het ontstaan van goed functionerende, doelmatige en transparante markten op regionaal en communautair niveau te bevorderen, zien de lidstaten erop toe dat de taken en verantwoordelijkheden van transmissiesysteembeheerders, distributiesysteembeheerders, leveranciers en afnemers, alsmede, indien nodig, andere marktdeelnemers nauwkeurig zijn omschreven wat contractuele regelingen, verbintenissen jegens afnemers, gegevensuitwisseling en geschillenbeslechting, gegevenseigendom en meteropneming betreft.

Deze voorschriften worden openbaar gemaakt, ▐ en worden aan het oordeel van de nationale regelgevende instanties onderworpen.”

8)

artikel 8 wordt vervangen door:

„Artikel 8

Richtsnoeren met betrekking tot het vergoedingsmechanisme tussen transmissienetbeheerders

1.   Waar passend kan de Commissie richtsnoeren vaststellen met betrekking tot het vergoedingsmechanisme tussen transmissiesysteembeheerders waarin het volgende wordt gespecificeerd, een en ander met inachtneming van de in de artikelen 3 en 4 vastgestelde beginselen:

a)

bijzonderheden omtrent de procedure tot vaststelling van de transmissiesysteembeheerders die gehouden zijn tot het betalen van vergoedingen voor grensoverschrijdende stromen, inclusief bijzonderheden omtrent de scheiding tussen beheerders van nationale transmissiesystemen waarvan de grensoverschrijdende stromen afkomstig zijn en die van de systemen waar die stromen eindigen, zulks in overeenstemming met artikel 3, lid 2;

b)

bijzonderheden omtrent de te volgen betalingsprocedure, met inbegrip van de vaststelling van het eerste tijdvak waarover een vergoeding verschuldigd is, zulks in overeenstemming met artikel 3, lid 3, tweede alinea;

c)

bijzonderheden omtrent de methoden ter bepaling van zowel de omvang als de soort van de opgetreden grensoverschrijdende stromen waarvoor krachtens artikel 3 een vergoeding moet worden betaald en de wijze waarop bepaalde hoeveelheden van die stromen als afkomstig van en/of eindigend in transmissiesystemen van individuele lidstaten worden aangemerkt, zulks in overeenstemming met artikel 3, lid 5;

d)

bijzonderheden omtrent de methode tot vaststelling van de kosten en de baten die gemoeid zijn met het optreden van grensoverschrijdende stromen, zulks in overeenstemming met artikel 3, lid 6;

e)

bijzonderheden omtrent de behandeling die binnen de context van het tussen transmissiesysteembeheerders toegepaste vergoedingsmechanisme is weggelegd voor elektriciteitsstromen die afkomstig zijn uit of eindigen in landen buiten de Europese Economische Ruimte; en

f)

de deelname aan het vergoedingsmechanisme van nationale systemen die via gelijkstroomlijnen met elkaar verbonden zijn, zulks in overeenstemming met artikel 3.

2.   In de richtsnoeren met betrekking tot het vergoedingsmechanisme tussen transmissienetbeheerders kunnen tevens passende regels worden vastgesteld die leiden tot een geleidelijke harmonisatie van de beginselen waarop de uit hoofde van de nationale tariefstelsels op producenten en afnemers („load”) toegepaste tarieven gebaseerd zijn, inclusief de doorwerking van het vergoedingsmechanisme tussen transmissiesysteembeheerders in nationale netwerktarieven en het inbouwen van passende en efficiënte, locatiespecifieke signalen, zulks in overeenstemming met de in artikel 4 vastgestelde beginselen.

De richtsnoeren met betrekking tot het vergoedingsmechanisme tussen transmissiesysteembeheers bepalen dat er passende en efficiënte, op communautair niveau geharmoniseerde locatiespecifieke signalen moeten worden ingebouwd.

Harmonisatie terzake mag de lidstaten niet beletten mechanismen toe te passen om ervoor te zorgen dat de tarieven voor toegang tot de netten voor de afnemers („load”) op hun gehele grondgebied vergelijkbaar zijn.

3.   In voorkomend geval kan de Commissie bijkomende begeleiding voorstellen die voorzien in de minimale harmonisatie die vereist is om de doelstellingen van deze verordening te verwezenlijken.▐

4.   De richtsnoeren voor het beheer en de toewijzing van beschikbare overdrachtcapaciteit van koppelingen tussen nationale systemen zijn opgenomen in de bijlage.

▐ ”

9)

artikel 12, lid 1, wordt vervangen door:

1.     Onverminderd lid 2 zorgen de lidstaten ervoor dat de nationale regelgevende autoriteiten effectief de bevoegdheden hebben te zorgen voor de naleving van deze verordening door hen of andere organen de wettelijke bevoegdheid te geven om bevelen tot naleving te geven en doeltreffende, afschrikkende en evenredige straffen op te leggen. De lidstaten stellen de Commissie uiterlijk op 1 januari 2010 van deze bepalingen in kennis daarvan en delen haar onverwijld alle latere wijzigingen mee.

10)

artikel 13, lid 2, wordt vervangen door:

„2.   Wanneer naar dit lid wordt verwezen, zijn artikel 5 bis, leden 1 tot en met 4, en artikel 7 van Besluit 1999/468/EG van toepassing, met inachtneming van artikel 8 van dat besluit.”

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te ║

Voor het Europees Parlement

De Voorzitter

Voor de Raad

De Voorzitter


(1)   PB C 211 van 19.8.2008, blz. 23 .

(2)   PB C 172 van 5.7.2008, blz. 55 .

(3)  Standpunt van het Europees Parlement van 18 juni 2008.

(4)  PB L 176 van 15.7.2003, blz. 37.

(5)  PB L 176 van 15.7.2003, blz. 1.

(6)  PB L …

(7)  PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23. ║.

(8)   PB L 200 van 22.7.2006, blz. 11 .

(9)  PB C 255 van 21.10.2006, blz. 1.

(10)  PB L …

(11)  PB L 262 van 22.9.2006, blz. 1

(12)   PBL …