52007PC0467

Voorstel voor een besluit van de Raad houdende afsluiting van het overleg met de Republiek Fiji-eilanden krachtens artikel 96 van de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst en artikel 37 van de verordening tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking /* COM/2007/0467 def. */


[pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

Brussel, 10.8.2007

COM(2007) 467 definitief

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

houdende afsluiting van het overleg met de Republiek Fiji-eilanden krachtens artikel 96 van de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst en artikel 37 van de verordening tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking

(door de Commissie ingediend)

TOELICHTING

Op 27 februari 2007 heeft de Europese Unie besloten met de Republiek Fiji-eilanden overleg te starten krachtens artikel 96 van de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst (hierna ook wel "Overeenkomst van Cotonou" genoemd). Zij nam dit besluit naar aanleiding van de militaire machtsovername in Fiji van 5 december 2006, die een schending vormde van alle drie de essentiële elementen genoemd in artikel 9 van de Overeenkomst van Cotonou: de mensenrechten, de democratische beginselen en de rechtsstaat. Na uitvoerige voorbereidende contacten tussen de partijen is op 18 april 2007 het formele overleg krachtens artikel 96 van de Overeenkomst van Cotonou en artikel 37 van de verordening tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking van start gegaan.

De bijeenkomst was constructief en op de toekomst gericht en bood gelegenheid voor een openhartige uitwisseling van standpunten. De bijeenkomst werd bijgewoond door drie vertegenwoordigers van de interim-regering van de Fiji-eilanden, die in de gelegenheid werden gesteld om de standpunten van de interim-regering toe te lichten. Voorts presenteerde Fiji een document, waarvan de EU nota heeft genomen. Verder nam een groep van ambassadeurs van ACS-landen samen met vertegenwoordigers van het ACS-secretariaat deel aan het overleg.

De interim-regering van Fiji stemde op de bijeenkomst in met enkele verbintenissen ten aanzien van de drie essentiële elementen. Deze verbintenissen zijn:

A. Eerbiediging van de democratische beginselen

Verbintenis nr. 1

Er worden binnen 24 maanden na 1 maart 2007 vrije en eerlijke verkiezingen gehouden, afhankelijk van de bevindingen van de evaluatie door de onafhankelijke auditeurs die zijn benoemd door het secretariaat van het Pacific Islands Forum. De procedures die voorafgaan aan de organisatie van de verkiezingen en de organisatie van de verkiezingen zelf worden gecontroleerd en waar nodig aangepast of herzien op basis van wederzijds overeengekomen ijkpunten. Dit houdt met name het volgende in:

- de interim-regering keurt vóór 30 juni 2007 een tijdschema goed met daarin de data waarop de verschillende stappen moeten worden voltooid die nodig zijn ter voorbereiding van de nieuwe parlementsverkiezingen;

- in het tijdschema worden het tijdstip van de verkiezingen, de vaststelling van de grenzen van de nieuwe kiesdistricten en de hervorming van de kieswet gespecificeerd;

- de vaststelling van de grenzen van de nieuwe kiesdistricten en de hervorming van de kieswet geschieden in overeenstemming met de grondwet;

- er worden in overeenstemming met de grondwet maatregelen genomen voor het goed functioneren van het verkiezingsbureau, waaronder de benoeming van een verkiezingstoezichthouder vóór 30 september 2007;

- de benoeming van de vicepresident geschiedt in overeenstemming met de grondwet;

Verbintenis nr. 2

De interim-regering houdt bij de goedkeuring van belangrijke wetgevende, fiscale en andere beleidsinitiatieven en veranderingen rekening met overleg dat is gepleegd met maatschappelijke organisaties en andere betrokkenen.

B. Rechtsstaat

Verbintenis nr. 1

De interim-regering spant zich tot het uiterste in om intimiderend bedoelde verklaringen van veiligheidsinstanties te vermijden.

Verbintenis nr. 2

De interim-regering eerbiedigt de grondwet van 1997 en garandeert dat grondwettelijke instellingen, zoals de mensenrechtencommissie van de Fiji-eilanden, de Commissie voor de openbare dienst en de Commissie grondwettelijke instellingen normaal en onafhankelijk kunnen functioneren. De aanzienlijke onafhankelijkheid en het functioneren van de Grote Raad van Stamhoofden worden gewaarborgd.

Verbintenis nr. 3

De onafhankelijkheid van het justitiële apparaat wordt volledig gerespecteerd, zodat dit ongestoord kan functioneren en zijn vonnissen door alle betrokkenen worden geëerbiedigd. Daarbij wordt met name het volgende gegarandeerd:

- de interim-regering zorgt ervoor dat het tribunaal bedoeld in artikel 138 (3) van de grondwet uiterlijk op 15 juli 2007 wordt aangesteld;

- benoemingen en/of ontslagen van rechters geschieden voortaan strikt in overeenstemming met de grondwettelijke bepalingen en procedurele voorschriften;

- leger, politie en interim-regering onthouden zich van inmenging in de activiteiten van het justitiële apparaat. Alle beroepen binnen het justitiële apparaat worden ten volle geëerbiedigd.

Verbintenis nr. 4

Alle strafrechtelijke procedures in verband met corruptie worden via de gepaste justitiële kanalen afgehandeld; alle andere organen die worden ingesteld om vermeende gevallen van corruptie te onderzoeken, werken samen binnen de grondwettelijke grenzen.

C. Mensenrechten en fundamentele vrijheden

Verbintenis nr. 1

De interim-regering stelt al het noodzakelijke in het werk om ervoor te zorgen dat vermeende mensenrechtenschendingen worden onderzocht of in behandeling worden genomen in overeenstemming met de verschillende procedures en binnen de daarvoor bestemde fora, overeenkomstig de wetgeving van de Fiji-eilanden.

Verbintenis nr. 2

De interim-regering stelt alles in het werk om de noodtoestand in mei 2007 op te heffen, afhankelijk van eventuele bedreigingen van de nationale veiligheid of de openbare orde en veiligheid.

Verbintenis nr. 3

De interim-regering zorgt ervoor dat de mensenrechtencommissie van de Fiji-eilanden volledig onafhankelijk en in overeenstemming met de grondwet kan functioneren.

Verbintenis nr. 4

De vrijheid van meningsuiting en de mediavrijheid worden in al hun vormen gewaarborgd, in overeenstemming met de grondwet.

D. Naleving van de verbintenissen

Verbintenis nr. 1

De interim-regering verbindt zich ertoe regelmatig een dialoog te voeren, zodat kan worden vastgesteld of er vooruitgang is geboekt, en verleent de autoriteiten/vertegenwoordigers van de EU en de EG onbeperkt toegang tot informatie over alle vraagstukken die verband houden met de mensenrechten en het vreedzaam herstel van de democratie en de rechtsstaat in Fiji.

Verbintenis nr. 2

De interim-regering werkt volledig mee met eventuele missies van de EU en de EG met het oog op de evaluatie van en het toezicht op de vooruitgang.

Verbintenis nr. 3

De interim-regering stelt eenmaal in de drie (3) maanden te beginnen op 30 juni 2007 voortgangsverslagen op met betrekking tot de essentiële elementen van de Overeenkomst van Cotonou en de verbintenissen.

Bepaalde vraagstukken kunnen alleen effectief worden aangepakt met een pragmatische benadering, rekening houdende met de realiteit van het heden en vooruitblikkend op de toekomst.

________

Indien de interim-regering deze verbintenissen nakomt, kan de constitutionele democratie uiterlijk op 1 maart 2009 worden hersteld. In die omstandigheden zou het leger terug kunnen keren naar de rol die het krachtens de grondwet heeft, en zich onthouden van illegale inmenging in de politiek van het land.

In de geest van partnerschap waarop de Overeenkomst van Cotonou is gegrond en gezien de belangrijke verbintenissen die Fiji is aangegaan en de positieve uitkomst van het overleg, heeft de EU zich bereid verklaard het overgangsproces te ondersteunen. Met name zal de EU de dialoog met de interim-regering van Fiji in stand houden en nog intensiveren om te zorgen voor een zo spoedig mogelijke terugkeer naar de eerbiediging van de mensenrechten, de democratie en de rechtsstaat, bij uitblijven waarvan volledige normalisering van de samenwerking niet mogelijk zal zijn. De dialoog zal worden gevoerd met het doel bij te dragen tot de totstandbrenging van een duurzame democratische orde en de aanpak van de "staatsgrepencultuur" in Fiji, teneinde het land de democratie en stabiliteit te geven die het nodig heeft voor de bescherming van de menselijke waardigheid en om te voorzien in optimale omstandigheden voor duurzame ontwikkeling. De EU zal de dialoog en samenwerking met het Pacific Islands Forum en zijn lidstaten, betreffende Fiji, verder versterken. Het Pacific Islands Forum speelt een belangrijke rol bij de aanpak van de crisis in Fiji.

De EU heeft zich bereid verklaard de ontwikkelingen zeer nauwlettend te volgen, op basis van de verbintenissen inzake toezicht en controle die Fiji op zich heeft genomen. De EU zal de vorderingen controleren die worden gemaakt bij de naleving van de verbintenissen. In deze context is het van bijzonder belang dat in een vroeg stadium maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat uiterlijk 1 maart 2009 geloofwaardige verkiezingen kunnen plaatsvinden.

Bij de afsluiting van het overleg stelt de Commissie, rekening houdende met de positieve uitkomst ervan tot dusver, voor passende maatregelen goed te keuren op basis van artikel 96, lid 2, onder c), van de Overeenkomst van Cotonou en artikel 37 van de verordening tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking, als uiteengezet in aangehecht besluit.

De maatregelen worden voorgesteld met het oog op de ondersteuning van het overgangsproces, waarvan erkend wordt dat het enkele positieve resultaten heeft opgeleverd en de interim-regering heeft gemotiveerd vastberaden vooruitgang te blijven boeken met betrekking tot de essentiële elementen van de Overeenkomst van Cotonou.

Gedurende de periode van toezicht zal een versterkte politieke dialoog worden gevoerd met de autoriteiten van Fiji, teneinde de vorderingen met betrekking tot de essentiële elementen van de Overeenkomst van Cotonou te beoordelen.

Indien de uitvoering van de verbintenissen snel en soepel verloopt, of daarentegen juist wordt vertraagd, stopgezet of ongedaan wordt gemaakt, behoudt de EU zich het recht voor de passende maatregelen te wijzigen door een nieuw besluit van de Raad tot wijziging van het onderhavige voorstel.

Gezien het bovenstaande, en in overeenstemming met de artikelen 3 en 37 van de verordening tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking en de artikelen 9 en 96 van de Overeenkomst van Cotonou, stelt de Commissie voor dat de Raad het overleg met de Republiek Fiji-eilanden afsluit en aangehecht besluit goedkeurt.

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

houdende afsluiting van het overleg met de Republiek Fiji-eilanden krachtens artikel 96 van de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst en artikel 37 van de verordening tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst, ondertekend in Cotonou op 23 juni 2000[1] en gewijzigd in Luxemburg op 25 juni 2005[2], en met name op artikel 96,

Gelet op het Intern akkoord inzake maatregelen en procedures voor de tenuitvoerlegging van de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst[3], en met name op artikel 3,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1905/2006 van het Europees Parlement en de Raad tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking[4], en met name op artikel 37,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) De in artikel 9 van de Overeenkomst van Cotonou bedoelde essentiële elementen zijn geschonden.

(2) De waarden bedoeld in artikel 3 van de verordening tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking zijn geschonden.

(3) Op 18 april 2007 is, overeenkomstig artikel 96 van de Overeenkomst van Cotonou en artikel 37 van de verordening tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking, overleg geopend met de ACS-landen en de Republiek Fiji-eilanden, waarbij de autoriteiten van de Republiek Fiji-eilanden specifieke verbintenissen zijn aangegaan om de door de Europese Unie geïdentificeerde problemen te verhelpen.

(4) Bepaalde hiervoor genoemde verbintenissen hebben tot enkele concrete initiatieven geleid; vele belangrijke maatregelen met betrekking tot de essentiële elementen van de Overeenkomst van Cotonou en de verordening tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking moeten echter nog worden genomen,

BESLUIT:

Artikel 1

Het overleg met de Republiek Fiji-eilanden krachtens artikel 96 van de Overeenkomst van Cotonou en artikel 37 van de verordening tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking wordt hierbij afgesloten.

Artikel 2

De in de aangehechte brief uiteengezette maatregelen worden goedgekeurd als passende maatregelen zoals bedoeld in artikel 96, lid 2, onder c), van de Overeenkomst van Cotonou en artikel 37 van de verordening tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt goedgekeurd. Het wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie .

Het is geldig voor een periode van 24 maanden, gerekend vanaf de dag van goedkeuring door de Raad. Het wordt regelmatig getoetst, ten minste ieder halfjaar.

Gedaan te Brussel,

Voor de Raad

De voorzitter

BIJLAGE

Ontwerpbrief

Z.E. Ratu Josefa ILOILOPresident van de Republiek Fiji-eilandenSuvaFiji

Excellentie,

De Europese Unie hecht groot belang aan de bepalingen van artikel 9 van de Overeenkomst van Cotonou en artikel 3 van de verordening tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking. Het ACS-EG-partnerschap is gebaseerd op de eerbiediging van de mensenrechten, de democratische beginselen en de rechtsstaat, die essentiële elementen zijn van de Overeenkomst van Cotonou en de grondslag vormen van onze betrekkingen.

Op 11 december 2006 heeft de Raad van de Europese Unie de militaire machtsovername in Fiji veroordeeld.

In overeenstemming met artikel 96 van de Overeenkomst van Cotonou, en omdat de militaire machtsovername van 5 december 2006 een schending vormde van de in artikel 9 van die overeenkomst genoemde essentiële elementen, heeft de EU Fiji uitgenodigd voor het in de overeenkomst bedoelde overleg, om de situatie grondig te onderzoeken en voorzover nodig maatregelen te nemen om tot een oplossing te komen.

Het formele gedeelte van dat overleg ging op 18 april 2007 van start in Brussel. De interim-regering van Fiji hield een uiteenzetting op basis van een memorandum van 18 april 2007 over de redenen voor de militaire machtsovername van 5 december 2006, de ontwikkelingen met betrekking tot de situatie in het land sinds de machtsovername en over het programma van de interim-regering voor de overgangsperiode.

De EU heeft nota genomen van het memorandum van de interim-regering aan de EU van 18 april 2007.

De EU was verheugd dat de interim-regering enkele belangrijke verbintenissen bevestigde met betrekking tot de mensenrechten en de fundamentele vrijheden, de eerbiediging van de democratische beginselen en de rechtsstaat, zoals hierna wordt aangegeven, en positieve stappen heeft voorgesteld met betrekking tot hun tenuitvoerlegging. Fiji stemde ook in met nauwe samenwerking met betrekking tot het toezicht op en de controle van de verbintenissen.

De tenuitvoerlegging van de meeste toezeggingen die bij de opening van het overleg werden gedaan, zal over een langere periode plaatsvinden. Bijgevolg moet gedurende langere tijd nauwlettend toezicht worden gehouden op hun tenuitvoerlegging. De EU benadrukt dat, na de geloofwaardige algemene verkiezingen die in mei 2006 nog in Fiji werden gehouden en in het licht van de bevindingen en aanbevelingen van de EU-verkiezingsmissie, en met name het eindrapport van de hoofdverkiezingswaarnemer van de EU, Europees Parlementslid Istvan Szent-Ivanyi, de EU van mening is dat nieuwe en geloofwaardige verkiezingen kunnen worden gehouden binnen de afgesproken termijn, dat wil zeggen vóór 28 februari 2009.

De EU wijst op het belang van snelle en volledige naleving van de in de bijlage bij deze bijlage opgenomen verbintenissen.

De EU merkt op dat de interim-regering, in overeenstemming met de overeengekomen verbintenissen, op 31 mei 2007 de noodtoestand heeft opgeheven en op 19 juni 2007 haar instemming heeft betuigd met de bevindingen en aanbevelingen van de onafhankelijke verkiezingsdeskundigen van het Pacific Islands Forum.

In de geest van partnerschap die ten grondslag ligt aan de Overeenkomst van Cotonou en in het licht van de positieve uitkomst van het overleg, verklaarde de EU zich bereid te helpen bij de tenuitvoerlegging van de verbintenissen die Fiji is aangegaan.

De EU heeft de volgende passende maatregelen goedgekeurd als bedoeld in artikel 96, lid 2, onder c), van de herziene Overeenkomst van Cotonou en artikel 37 van de verordening tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking:

- humanitaire hulp en directe steun aan maatschappelijke organisaties mogen worden voortgezet;

- samenwerkingsactiviteiten die reeds lopende of nog in voorbereiding zijn, met name in het kader van het 8e en 9e EOF, mogen worden voortgezet;

- de eindevaluatie van het 9e EOF wordt niet stopgezet;

- samenwerkingsactiviteiten die de terugkeer naar de democratie bevorderen en leiden tot beter bestuur, mogen worden voortgezet, behalve in bepaalde zeer uitzonderlijke omstandigheden;

- de tenuitvoerlegging van begeleidende maatregelen voor de hervorming van de suikersector in 2006 mag worden voortgezet. De financieringsovereenkomst is op 19 juni 2007 op technisch niveau in Fiji ondertekend. De financieringsovereenkomst omvat overigens een opschortingsclausule;

- de instemming van de interim-regering op 19 juni 2007 met het rapport van 7 juni 2007 van de onafhankelijke verkiezingsdeskundigen van het Pacific Islands Forum is in overeenstemming met verbintenis nr. 1, waarover de interim-regering op 18 april 2007 met de EU een akkoord bereikte. Bijgevolg mag de voorbereiding en ondertekening van het meerjaarlijkse indicatieve programma voor de begeleidende maatregelen van de suikerhervorming in 2008-2010 doorgaan;

- de opstelling, de ondertekening op technisch niveau en de tenuitvoerlegging van het landenstrategiedocument en het nationale indicatieve programma voor het 10e EOF met daarbij een indicatieve financiële bijdrage, alsmede de mogelijke toewijzing van een stimuleringstranche van maximaal 25% van dat bedrag, is afhankelijk van de naleving van de verbintenissen met betrekking tot de mensenrechten en de rechtsstaat; daarbij geldt met name dat de interim-regering de grondwet moet respecteren; dat de onafhankelijkheid van het justitiële apparaat moet worden gerespecteerd; dat alle vermeende mensenrechtenschendingen moeten worden onderzocht of in behandeling worden genomen op basis van de verschillende procedures en binnen de daarvoor bestemde fora op de Fiji-eilanden; verder moet de interim-regering zich tot het uiterste inspannen om intimiderend bedoelde verklaringen van veiligheidsinstanties te vermijden;

- de suikertoewijzing voor 2007 is nul;

- de suikertoewijzing voor 2008 wordt beschikbaar gemaakt, mits er voldoende indicaties zijn van de geloofwaardige en tijdige voorbereiding van de verkiezingen, in overeenstemming met de overeengekomen verbintenissen; dit betreft met name het tijdstip van de verkiezingen, de vaststelling van de grenzen van de nieuwe kiesdistricten en de hervorming van de kieswet in overeenstemming met de grondwet; er moeten maatregelen zijn genomen voor het goed functioneren van het verkiezingsbureau, waaronder de benoeming van een verkiezingstoezichthouder vóór 30 september 2007, in overeenstemming met de grondwet;

- de suikertoewijzing voor 2009 wordt beschikbaar gemaakt, mits er een legitieme regering is;

- de suikertoewijzing voor 2010 is afhankelijk van de vorderingen met de tenuitvoerlegging van de suikertoewijzing voor 2009 en de voortzetting van het democratisch proces;

- aanvullende steun voor de voorbereiding en tenuitvoerlegging van de voornaamste verbintenissen, met name de steun voor het voorbereiden en/of houden van verkiezingen, is mogelijk bovenop de steun die in deze brief wordt beschreven;

- de regionale samenwerking, en de deelname van Fiji daaraan, blijft intact;

- de samenwerking met de Europese Investeringsbank en het Centrum voor de Ontwikkeling van het Bedrijfsleven mag worden voortgezet, mits de gedane verbintenissen op tijd worden nagekomen.

De controle op de naleving van de verbintenissen geschiedt overeenkomstig de in de bijlage genoemde verbintenissen met betrekking tot regelmatige dialoog, samenwerking met missies en rapportage.

Voorts verwacht de EU van Fiji dat het volledig samenwerkt met het Pacific Islands Forum wat betreft de tenuitvoerlegging van de aanbevelingen van de Groep van Eminente Personen die door het Forum van de ministers van Buitenlandse zaken op hun bijeenkomst van 16 maart 2007 in Vanuatu zijn goedgekeurd.

De Europese Unie blijft de situatie in Fiji nauwlettend volgen. Op grond van artikel 8 van de Overeenkomst van Cotonou zal met Fiji een versterkte politieke dialoog worden gevoerd met het oog op de eerbiediging van de mensenrechten, het herstel van de democratie en de eerbiediging van de rechtsstaat.

Indien de tenuitvoerlegging van de verbintenissen door de interim-regering wordt vertraagd, wordt stopgezet of ongedaan wordt gemaakt, behoudt de EU zich het recht voor de passende maatregelen te wijzigen.

De EU benadrukt dat de privileges van Fiji in de samenwerking met de EU afhankelijk zijn van de eerbiediging van de essentiële elementen van de Overeenkomst van Cotonou en de waarden bedoeld in de verordening tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking. Teneinde de EU ervan te overtuigen dat de interim-regering bereid is de verbintenissen volledig na te komen, is het van essentieel belang dat er snelle en substantiële vorderingen worden gemaakt bij de naleving van de verbintenissen.

Met bijzondere hoogachting,

Gedaan te Brussel,

Voor de Commissie

Voor de Raad

BIJLAGE BIJ DE BIJLAGE

MET DE REPUBLIEK FIJI-EILANDEN OVEREENGEKOMEN VERBINTENISSEN

A. Eerbiediging van de democratische beginselen

Verbintenis nr. 1

Er worden binnen 24 maanden na 1 maart 2007 vrije en eerlijke verkiezingen gehouden, afhankelijk van de bevindingen van de evaluatie door de onafhankelijke auditeurs die zijn benoemd door het secretariaat van het Pacific Islands Forum. De procedures die voorafgaan aan de organisatie van de verkiezingen en de organisatie van de verkiezingen zelf zullen worden gecontroleerd en waar nodig aangepast en herzien op basis van wederzijds overeengekomen ijkpunten. Dit houdt met name het volgende in:

- de interim-regering keurt vóór 30 juni 2007 een tijdschema goed met daarin de data waarop de verschillende stappen moeten worden voltooid die nodig zijn ter voorbereiding van de nieuwe parlementsverkiezingen;

- in het tijdschema worden het tijdstip van de verkiezingen, de vaststelling van de grenzen van de nieuwe kiesdistricten en de hervorming van de kieswet gespecificeerd;

- de vaststelling van de grenzen van de nieuwe kiesdistricten en de hervorming van de kieswet geschieden in overeenstemming met de grondwet;

- er worden in overeenstemming met de grondwet maatregelen genomen voor het goed functioneren van het verkiezingsbureau, waaronder de benoeming van een verkiezingstoezichthouder vóór 30 september 2007;

- de benoeming van de vicepresident geschiedt in overeenstemming met de grondwet.

Verbintenis nr. 2

De interim-regering houdt bij de goedkeuring van belangrijke wetgevende, fiscale en andere beleidsinitiatieven en veranderingen rekening met overleg dat is gepleegd met maatschappelijke organisaties en andere betrokkenen.

B. Rechtsstaat

Verbintenis nr. 1

De interim-regering spant zich tot het uiterste in om intimiderend bedoelde verklaringen van veiligheidsinstanties te vermijden.

Verbintenis nr. 2

De interim-regering eerbiedigt de grondwet van 1997 en garandeert dat grondwettelijke instellingen, zoals de Mensenrechtencommissie van de Fiji-eilanden, de Commissie voor de openbare dienst en de Commissie grondwettelijke instellingen normaal en onafhankelijk kunnen functioneren. De aanzienlijke onafhankelijkheid en het functioneren van de Grote Raad van Stamhoofden worden gewaarborgd.

Verbintenis nr. 3

De onafhankelijkheid van het justitiële apparaat wordt volledig gerespecteerd, zodat dit ongestoord kan functioneren en zijn vonnissen door alle betrokkenen worden geëerbiedigd. Daarbij wordt met name het volgende gegarandeerd:

- de interim-regering zorgt ervoor dat het tribunaal bedoeld in artikel 138 (3) van de grondwet uiterlijk op 15 juli 2007 wordt aangesteld;

- benoemingen en/of ontslagen van rechters geschieden voortaan strikt in overeenstemming met de grondwettelijke bepalingen en procedurele voorschriften;

- leger, politie en interim-regering onthouden zich van inmenging in de activiteiten van het justitiële apparaat. Alle beroepen binnen het justitiële apparaat worden ten volle geëerbiedigd.

Verbintenis nr. 4

Alle strafrechtelijke procedures in verband met corruptie worden via de gepaste justitiële kanalen afgehandeld; alle andere organen die worden ingesteld om vermeende gevallen van corruptie te onderzoeken, werken samen binnen de grondwettelijke grenzen.

C. Mensenrechten en fundamentele vrijheden

Verbintenis nr. 1

De interim-regering stelt al het noodzakelijke in het werk om ervoor te zorgen dat vermeende mensenrechtenschendingen worden onderzocht of in behandeling worden genomen in overeenstemming met de verschillende procedures en binnen de daarvoor bestemde fora, overeenkomstig de wetgeving van de Fiji-eilanden.

Verbintenis nr. 2

De interim-regering stelt alles in het werk om de noodtoestand in mei 2007 op te heffen, afhankelijk van eventuele bedreigingen van de nationale veiligheid of de openbare orde en veiligheid.

Verbintenis nr. 3

De interim-regering zorgt ervoor dat de Mensenrechtencommissie van de Fiji-eilanden volledig onafhankelijk en in overeenstemming met de grondwet kan functioneren.

Verbintenis nr. 4

De vrijheid van meningsuiting en de mediavrijheid worden in al hun vormen gewaarborgd, in overeenstemming met de grondwet.

D. Naleving van de verbintenissen

Verbintenis nr. 1

De interim-regering verbindt zich ertoe regelmatig een dialoog te voeren, zodat kan worden vastgesteld of er vooruitgang is geboekt, en verleent de autoriteiten/vertegenwoordigers van de EU en de EG onbeperkt toegang tot informatie over alle vraagstukken die verband houden met de mensenrechten en het vreedzaam herstel van de democratie en de rechtsstaat in Fiji.

Verbintenis nr. 2

De interim-regering werkt volledig mee met eventuele missies van de EU en de EG met het oog op de evaluatie van en het toezicht op de vooruitgang.

Verbintenis nr. 3

De interim-regering stelt eenmaal in de drie (3) maanden te beginnen op 30 juni 2007 voortgangsverslagen op met betrekking tot de essentiële elementen van de Overeenkomst van Cotonou en de verbintenissen.

Bepaalde vraagstukken kunnen alleen effectief worden aangepakt met een pragmatische benadering, rekening houdende met de realiteit van het heden en vooruitblikkend op de toekomst.

[1] PB L 317 van 15.12.2000, blz. 3.

[2] PB L 287 van 28.10.2005, blz. 4.

[3] PB L 317 van 15.12.2000, blz. 376.

[4] PB L 378 van 27.12.2006, blz. 41.