3.6.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 136/32


Bekendmaking overeenkomstig artikel 27, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1/2003 van de Raad in zaak COMP/E-2/38.381 — De Beers-Alrosa

(2005/C 136/13)

(Voor de EER relevante tekst)

1.   Inleiding

(1)

De Europese Commissie heeft twee reeksen verbintenissen van De Beers Group of companies („De Beers”) en ALROSA Company Limited („ALROSA”) ontvangen in de loop van haar onderzoek krachtens de artikelen 81 en 82 van het EG-Verdrag en de artikelen 53 en 54 van de EER-Overeenkomst naar de handelsovereenkomst tussen deze twee ondernemingen.

(2)

Bij deze bekendmaking wil de Commissie de voorgestelde verbintenissen van De Beers en ALROSA, die tegemoetkomen aan de in haar voorlopige beoordeling van de aangemelde handelsovereenkomst gemaakte mededingingsbezwaren, aan een markttoets onderwerpen. Afhankelijk van de resultaten van die markttoets is de Commissie van plan een beschikking te geven krachtens artikel 9, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1/2003 van de Raad van 16 december 2002 met betrekking tot de uitvoering van de mededingingsregels van de artikelen 81 en 82 van het Verdrag (1). In die beschikking zou niet worden bepaald of er al dan niet inbreuk is gepleegd of nog steeds inbreuk wordt gepleegd.

2.   Samenvatting van de zaak

(3)

Krachtens Verordening nr. 17 hebben De Beers en ALROSA de Europese Commissie op 5 maart 2002 in kennis gesteld van een op 17 december 2001 gesloten handelsovereenkomst. Volgens deze handelsovereenkomst zou ALROSA De Beers ruwe diamanten leveren voor een bedrag van 800 miljoen USD per jaar over een periode van vijf jaar. Ten tijde van de aanmelding van de overeenkomst vertegenwoordigde dit bedrag ongeveer de helft van de productie van ALROSA en stemde het in de praktijk overeen met de hoeveelheid ruwe diamanten die ALROSA tijdens de vorige jaren had geëxporteerd uit de voormalige Sovjet-Unie via soortgelijke handelsovereenkomsten met De Beers. Volgens de genoemde handelsovereenkomst is de tenuitvoerlegging ervan afhankelijk van de bevestiging door de Europese Commissie dat zij niet in strijd is met de artikelen 81 en 82 van het EG-Verdrag.

(4)

De Beers is de grootste diamantmijnonderneming ter wereld. Naast haar volle dochtermijnbedrijven in Zuid-Afrika is De Beers productie-joint-ventures aangegaan met de regeringen van Botswana, Namibië en Tanzania. De onderneming heeft belangen in wereldwijde operaties betreffende diamantexploratie, het delven, terugwinnen, schatten, op de markt brengen, verhandelen, slijpen en polijsten van ruwe diamanten en de verkoop van juwelen. In de praktijk houdt dit de volledige diamantbedrijfskolom in van mijn tot consument.

(5)

ALROSA is de tweede grootste diamantmijnonderneming ter wereld en neemt ruim 98 % van de Russische diamantproductie voor haar rekening. Rusland is, naar waarde, het tweede grootste diamantproducerende land ter wereld (na Botswana). ALROSA heeft belangen in operaties in de hele Russische Federatie betreffende diamantexploratie, het delven, terugwinnen, schatten, slijpen en polijsten van ruwe diamanten, alsook de vervaardiging van juwelen.

(6)

Op 14 januari 2003 leidde de Commissie een procedure op grond van artikel 81 van het Verdrag in tegen De Beers en ALROSA en een procedure op grond van artikel 82 van het Verdrag tegen De Beers met betrekking tot de op 5 maart 2002 aangemelde handelsovereenkomst. Voorts verleende de Commissie toegang tot het dossier.

(7)

Op 1 juli 2003 werden aanvullende mededelingen van punten van bezwaar aan de partijen gezonden. Het enige doel daarvan was de rechtsgrondslag van de artikelen 53 en 54 van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte toe te voegen aan de mededelingen van punten van bezwaar van 14 januari 2003.

(8)

De mededelingen van punten van bezwaar waarnaar wordt verwezen in de punten 6 en 7 worden geacht de voorlopige beoordeling uit te maken als bedoeld in artikel 9, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1/2003.

(9)

Volgens de voorlopige beoordeling heeft De Beers een machtspositie op de wereldmarkt voor ruwe diamanten. Door de aangemelde handelsovereenkomst te sluiten met ALROSA, haar grootste concurrent, zou De Beers controle verkrijgen over een belangrijke voorzieningsbron op de markt voor ruwe diamanten, en aldus een groter marktaandeel verwerven, alsook toegang verkrijgen tot een uitgebreid gamma diamanten dat anders buiten haar bereik zou blijven. Dit zou het einde betekenen van ALROSA als voorzieningsbron op de markt buiten Rusland, terwijl de reeds bestaande marktmacht van De Beers nog zou worden vergroot, wat de toename of het behoud van de mededinging op de markt voor ruwe diamanten zou belemmeren.

(10)

Bij de voorlopige beoordeling werd ook vastgesteld dat De Beers, 's werelds grootste diamantproducent, volgens de aangemelde handelsovereenkomst zou optreden als distributeur van ongeveer de helft van de productie van haar grootste concurrent. Daar de handelsovereenkomst over aanzienlijke hoeveelheden gaat en wordt gesloten tussen de grootste twee ondernemingen op de markt voor ruwe diamanten, zou zij leiden tot een forse vermindering van de mededinging op deze markt.

3.   Verbintenissen

3.1.   De aangeboden verbintenissen

(11)

De partijen bij de procedure hebben op 31 maart 2003 schriftelijk gereageerd op de bezwaren van de Commissie en hun standpunten mondeling verdedigd tijdens een hoorzitting op 7 juli 2003, waarbij zij er met nadruk op wezen dat zij niet akkoord gingen met de voorlopige beoordeling van de Commissie. Wel zijn zij een aantal verbintenissen aangegaan die aan de bezwaren van de Commissie tegemoet dienen te komen. Deze verbintenissen worden hierna kort samengevat en zijn in extenso weergegeven op de website van het directoraat-generaal Concurrentie: http://europa.eu.int/comm/competition/antitrust/cases.

(12)

De Beers en ALROSA verbinden zich ertoe hun onderlinge omzet in ruwe diamanten gestaag te verminderen en de onderstaande jaarlijkse maximumbedragen aan door ALROSA aan De Beers te verkopen ruwe diamanten niet te overschrijden:

Jaar

Maximumomzet (in miljoen USD)

2005

700

2006

625

2007

550

2008

475

2009

400

2010

275

(13)

De Beers en ALROSA verbinden zich ertoe in 2011 en nadien het jaarlijkse maximumbedrag aan door ALROSA aan De Beers te verkopen ruwe diamanten te beperken tot 275 miljoen USD.

(14)

De Beers en ALROSA verplichten zich er verder toe de verbintenissen ten uitvoer te leggen door een soortgelijke handelsovereenkomst als de aangemelde (in het bijzonder wat betreft de prijsbepaling, sortering en schatting) te sluiten, waarin de verkoop van ruwe diamanten door ALROSA aan De Beers en de aankoop ervan door De Beers bij ALROSA wordt beperkt tot de in de punten 12 en 13 vermelde bedragen.

(15)

Een onafhankelijke derde partij zal door De Beers en ALROSA worden aangewezen om te controleren of de verbintenissen door De Beers en ALROSA worden nagekomen. De aanwijzing en de opdracht van deze onafhankelijke derde partij moeten door de Commissie worden goedgekeurd. Een afzonderlijk verslag over de nakoming van de verbintenissen door zowel ALROSA als De Beers zal ieder jaar bij de Commissie worden ingediend.

4.   Het voornemen van de Commissie

(16)

Afhankelijk van de resultaten van de markttoets is de Commissie voornemens een beschikking te geven krachtens artikel 9, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1/2003. Overeenkomstig artikel 27, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1/2003 nodigt zij belanghebbende derden uit haar hun opmerkingen kenbaar te maken door deze binnen één maand vanaf de datum van deze bekendmaking mee te delen.

(17)

Belanghebbende derden wordt verzocht ook een niet-vertrouwelijke versie van hun opmerkingen in te dienen waarin bedrijfsgeheimen en andere vertrouwelijke passages zijn geschrapt en vervangen door een niet-vertrouwelijke samenvatting, dan wel door de vermelding „[bedrijfsgeheim]” of „[vertrouwelijk]”.

(18)

Opmerkingen kunnen ter kennis van de Commissie worden gebracht per e-mail (COMP-GREFFE-ANTITRUST@cec.eu.int), per fax ((32-2) 295 01 28) of per post aan het onderstaande adres, met vermelding van de referentie „COMP/B-2/38.381/De Beers-Alrosa”:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie Antitrustzaken

B-1049 Brussel


(1)  PB L 1 van 4.1.2003, blz. 1.