30.12.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 324/75


VERSLAG

over de jaarrekening van de Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden betreffende het begrotingsjaar 2003, vergezeld van de antwoorden van de Stichting

(2004/C 324/11)

INHOUD

1

INLEIDING

2-5

OORDEEL VAN DE REKENKAMER

6-12

OPMERKINGEN

Tabellen 1-4

Antwoorden van de Stichting

INLEIDING

1.

De Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden (hierna: „Stichting”) werd opgericht bij Verordening (EEG) nr. 1365/75 van de Raad (1). Zij dient bij te dragen aan het uitwerken en verwezenlijken van betere levens- en arbeidsomstandigheden in de Europese Unie door de ontwikkeling en verspreiding van de kennis op dit gebied. Tabel 1 geeft een overzicht van de bevoegdheden en activiteiten van de Stichting op grond van de gegevens die zij heeft verstrekt.

OORDEEL VAN DE REKENKAMER

2.

Dit verslag is krachtens artikel 185, lid 2, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad (2) aan het Europees Parlement en de Raad gericht.

3.

De Rekenkamer heeft de jaarrekening van de Stichting voor het per 31 december 2003 afgesloten begrotingsjaar onderzocht. Overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EEG) nr. 1365/75 is de begroting onder de verantwoordelijkheid van haar directeur uitgevoerd. Tot diens verantwoordelijkheid behoren de opstelling en indiening van de rekening (3), overeenkomstig de in ditzelfde artikel voorgeschreven interne financiële bepalingen. De Rekenkamer is krachtens artikel 248 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehouden, deze rekening te onderzoeken.

4.

De Rekenkamer heeft haar controle uitgevoerd overeenkomstig haar controlebeleidslijnen en -normen. Deze vormen een aanpassing van de algemeen aanvaarde internationale controlenormen aan het specifieke karakter van de communautaire context. Zij heeft de administratie gecontroleerd en de in dit kader noodzakelijk geachte controleprocedures toegepast.

5.

De Rekenkamer heeft aldus redelijke zekerheid verkregen dat de jaarrekening van het per 31 december 2003 afgesloten begrotingsjaar betrouwbaar is en dat de onderliggende verrichtingen over het geheel genomen wettig en regelmatig zijn. De hierna-volgende opmerkingen doen niets af aan het controleoordeel dat de Rekenkamer in dit verslag uitspreekt.

OPMERKINGEN

6.

De uitvoering van de kredieten van het begrotingsjaar 2003 en de uit het voorgaande begrotingsjaar overgedragen kredieten is weergegeven in tabel 2. De tabellen 3 en 4 geven een samenvatting van de winst- en verliesrekening en de balans van de Stichting over het begrotingsjaar 2003.

7.

De Stichting heeft in het kader van het Phare-programma een overeenkomst met de Commissie ondertekend. Uit hoofde hiervan is de Stichting een miljoen euro toegewezen, waarvan in 2003 639 000 euro is ontvangen. Deze middelen worden buiten de begroting om beheerd. Er had een gewijzigde begroting moeten worden opgesteld.

8.

De winst- en verliesrekening geeft een verlies te zien dat sinds meerdere begrotingsjaren oploopt en waarvoor de Stichting de Commissie om terugbetaling heeft verzocht. De Commissie beschouwde de betrokken betaling als deel van de subsidie voor het begrotingsjaar 2003, wat erop neerkomt dat het verlies niet wordt vereffend. Krachtens de nieuwe voorschriften in het financieel reglement van de Stichting moet een negatief resultaat bij de begrotingsuitvoering van een bepaald jaar leiden tot een gewijzigde begroting (4) in het daaropvolgende jaar.

9.

Het nieuwe financieel reglement van de Stichting en de uitvoeringsbepalingen daarbij zijn op 28 maart 2003 vastgesteld door de raad van beheer. Deze regelgeving (5) schrijft de invoering voor van een nieuw systeem voor interne controle (met inbegrip van interne audit), dat pas begin 2004 is voltooid.

10.

Krachtens lid 1, sub e), van artikel 43 van het financieel reglement van de Stichting dient de rekenplichtige de door de ordonnateur vastgestelde systemen voor het verschaffen of onderbouwen van de boekhoudkundige gegevens te valideren. Deze validering is gedurende het begrotingsjaar niet verricht.

11.

Volgens de basisverordening uit 1975 is de belangrijkste doelstelling van de Stichting, bij te dragen tot de verwezenlijking van betere levens- en arbeidsomstandigheden door middel van de ontwikkeling en verspreiding van de kennis op dit gebied. Zij dient in het bijzonder de arbeidsomstandigheden van de mens, de organisatie van het werk, de specifieke problemen van bepaalde categorieën werknemers, de aspecten op lange termijn van de milieuverbetering alsmede de spreiding van de menselijke activiteiten in de tijd en in de ruimte te analyseren. In de praktijk houden andere, nadien opgerichte organen (Europees Milieuagentschap, Europees Agentschap voor de veiligheid en de gezondheid op het werk) zich met bepaalde aspecten van deze onderwerpen bezig. De Stichting daarentegen heeft zich toegelegd op het analyseren van specifiekere aspecten, zoals arbeidsverhoudingen.

12.

De activiteiten van de Stichting vinden plaats in het kader van vierjarige programma's, waarvan het laatste de periode 2001-2004 bestrijkt. Ofschoon dit laatste programma er in beginsel op was gericht, de activiteiten meer op enkele kernterreinen te concentreren, heeft de Stichting in 2002 aan de drie bestaande terreinen een nieuw toegevoegd. De Stichting dient, in samenwerking met andere organen die aspecten op het terrein van haar bevoegdheid bestrijken, de opzet van haarwerkprogramma te herzien om te verzekeren dat de hoofdprioriteiten naar behoren worden gedekt, zo mogelijk synergieën te ontwikkelen en dubbel werk te voorkomen. De door de Commissie voorgestelde herziening van de basisverordening van de Stichting is hiervoor de aangewezen gelegenheid.

Dit verslag werd door de Rekenkamer te Luxemburg vastgesteld op haar vergadering van 29 en 30 september 2004.

Voor de Rekenkamer

Juan Manuel FABRA VALLÉS

President


(1)  PB L 139 van 30.5.1975, blz. 1.

(2)  PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

(3)  Zoals voorgeschreven in artikel 83, lid 3, van het financieel reglement van de Stichting, zijn de definitieve rekeningen over het begrotingsjaar 2003 opgesteld op 3 september 2004, waarna ze zijn toegezonden aan de Rekenkamer. Deze rekeningen zijn op 24 september 2004 bij de Rekenkamer ingekomen. De rekeningen zijn verkort weergegeven in de tabellen bij dit verslag.

(4)  Artikel 16 van het nieuwe financieel reglement.

(5)  Artikel 38 van het nieuwe financieel reglement van de Stichting.


Tabel 1

Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden (Dublin)

Communautaire bevoegdheden volgens het Verdrag

Bevoegdheden van de Stichting zoals omschreven in Verordening

(EEG) nr. 1365/75 van de Raad van 26 mei 1975

Organisatie

Ter beschikking van de Stichting gestelde middelen (gegevens voor 2002)

Producten en diensten

„De Gemeenschap en de lidstaten stellen zich, indachtig sociale grondrechten (…) ten doel (…) de gestage verbetering van de levensomstandigheden en arbeidsvoorwaarden, (…) het optreden van de lidstaten [wordt] op de volgende gebieden door de Gemeenschap ondersteund en aangevuld: (…) b) de arbeidsvoorwaarden; c) de sociale zekerheid en de sociale bescherming van werknemers; d) de bescherming van werknemers bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst, e) de informatie en de raadpleging van de werknemers; f) de vertegenwoordiging en collectieve verdediging van de belangen van werknemers en werkgevers, met inbegrip van de medezeggenschap; g) de werkgelegenheidsvoorwaarden voor onderdanen van derde landen; h) de integratie van personen die van de arbeidsmarkt zijn uitgesloten; i) de gelijkheid van mannen en vrouwen (…)”

(Excerpt uit de artikelen 136 en 137 van het Verdrag)

Opdracht

De Stichting heeft als opdracht betere levens- en arbeidsomstandig- heden te verwezenlijken door de ontwikkeling en verspreiding van de kennis op dit gebied.

Zij dient zich in het bijzonder bezig te houden met:

de arbeids- omstandigheden van de mens,

de organisatie van het werk en met name de wijze waarop gestalte wordt gegeven aan de arbeidstaak,

de specifieke problemen van bepaalde categorieën werknemers,

de aspecten op lange termijn van de milieu-verbetering,

de spreiding van de menselijke activiteiten in de tijd en in de ruimte.

Taken

De uitwisseling van informatie en ervaring op deze gebieden bevorderen;

de samenwerking tussen universiteiten, studie- en onderzoek-instellingen, overheids- instellingen en organisaties uit het sociaal-economische leven vergemakkelijken;

studies verrichten of laten verrichten en bijdragen tot de verwezenlijking van proefprojecten;

zo nauw mogelijk samenwerken met de bestaande gespecialiseerde organen.

1

Raad van beheer

Per lidstaat: een vertegenwoordiger van de regering, een vertegenwoordiger van de werkgevers- organisaties en een vertegenwoordiger van de werknemers- organisaties,

3 vertegenwoordigers van de Commissie.

2

Directeur

Benoemd door de Commissie op basis van een door de raad van beheer ingediende kandidatenlijst; voert de beslissingen van de raad van beheer uit en leidt de Stichting.

3

Het Comité van deskundigen bestaat uit 15 leden die door de Raad op voorstel van de Commissie zijn benoemd; verstrekt adviezen, met name over het werkprogramma.

4

Externe controle:

Rekenkamer

5

Kwijtingsautoriteit: Parlement op aanbeveling van de Raad

Definitieve begroting

16,8 miljoen euro (17,39 miljoen euro) waarvan 98,2 % (98,3 %) communautaire subsidie

Personeelsbestand per 31 december 2003:

88 (88) posten opgenomen in de lijst van het aantal ambten,

waarvan 76 (77) bezet,

+16 (20) overige arbeidsverbanden (hulpfunctionarissen, gedetacheerde nationale deskundigen, plaatselijke functionarissen en uitzendkrachten)

Totaal aantal werknemers: 92 (97)

waarvan er 60 (61) uitvoerende,

28 (32) administratieve en

4 (4) gemengde taken vervullen.

Levensomstandigheden

Enquête over de levenskwaliteit (28 landen, 26 000 interviews);

beheer en uitbreiding van een bank met vergelijkbare gegevens (lidstaten en kandidaat-lidstaten);

studie naar de werkgelegenheid in de gezondheidszorg;

studie naar het tijdbeheer tijdens een mensenleven.

Arbeidsomstandigheden

Rapport over arbeidsomstandigheden in de nieuwe lidstaten;

opzetten van een expertisenetwerk voor het nieuwe Waarnemingscentrum voor arbeidsomstandigheden (EWCO);

studies op het gebied van de sectoren horeca en wegvervoer;

inventarisatie van bestaande onderzoeken naar levens- en arbeidsomstandigheden.

Arbeidsverhoudingen

Ontwikkeling van indicatoren op het gebied van de financiële bijdrage;

studie over migratie en werkgelegenheid;

uitbreiding van het EIRO-netwerk (Europees waarnemingscentrum voor de arbeidsverhoudingen);

gezamenlijk rapport met de Commissie: „Ontwikkeling van de arbeidsverhoudingen in 2002”;

casestudies over de Europese ondernemingsraden van 37 multinationale ondernemingen.

Europees waarnemingscentrum voor verandering (EMCC)

Ontwikkeling van elektronische publicaties;

organisatie van vier seminars en twee workshops.

Transversale projecten

Rapport over de sociale verantwoordelijkheid van bedrijven.

Informatie

Voorlichtingsacties in de lidstaten en de kandidaat-lidstaten;

opzetten van zeven nationale verbindingscentra;

91 publicaties (vertalingen uitgezonderd).

Bron:Door de Stichting verstrekte gegevens.


Tabel 2

Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden — Begrotingsuitvoering voor het begrotingsjaar 2003

(miljoen euro)

Ontvangsten

Uitgaven

Herkomst van de ontvangsten

In de definitieve begroting van het begrotingsjaar opgenomen ontvangsten

Geïnde ontvangsten

Bestemming van de uitgaven

Kredieten van de definitieve begroting

Uit het vorige begrotingsjaar overgedragen kredieten

Beschikbare kredieten

(kredieten van het begrotingsjaar en uit het voorgaande begrotingsjaar overgedragen kredieten)

opgenomen

waarvoor verplichtingen zijn aangegaan

betaald

overgedragen

geannuleerd

nog af te wikkelen betalingsverplichtingen

betaald

geannuleerd

kredieten

waarvoor verplichtingen zijn aangegaan

betaald

overgedragen

geannuleerd

Communautaire subsidies

16,5

17,1

Titel I

Personeel

9,0

9,0

8,9

0,1

0,0

0,2

0,2

0,0

9,2

9,2

9,1

0,1

0,0

Overige subsidies

Titel II

Huishoudelijke uitgaven

1,2

1,2

1,0

0,2

0,0

0,7

0,7

0,0

1,9

1,9

1,7

0,2

0,0

Andere ontvangsten

0,3

0,1

Titel III

Beleidsuitgaven

6,6

6,6

3,8

2,8

0,0

3,1

3,0

0,1

9,7

9,7

6,8

2,8

0,1

Totaal

16,8

17,2

Totaal

16,8

16,8

13,7

3,1

0,0

4,0

3,9

0,1

20,8

20,8

17,6

3,1

0,1

Bron:Gegevens van de Stichting. Deze tabel vormt een samenvatting van de gegevens van de Stichting in haar eigen rekening.


Tabel 3

Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden – Winst- en verliesrekening over de begrotingsjaren 2003 en 2002

(1000 euro)

 

2003

2002

Ontvangsten

Subsidies van de Commissie

17 090

16 500

Diverse ontvangsten

47

62

Financiële inkomsten

35

57

Totaal ontvangsten (a)

17 172

16 619

Uitgaven

Personeel — Titel I van de begroting

Betalingen

8 927

9 111

Overgedragen kredieten

109

216

Huishoudelijke uitgaven — Titel II van de begroting

Betalingen

968

938

Overgedragen kredieten

224

683

Beleidsuitgaven — Titel III van de begroting

Betalingen

3 733

3 290

Overgedragen kredieten

2 817

3 105

Totaal uitgaven (b)

16 778

17 343

Resultaat van het begrotingsjaar (a – b)

394

– 724

Uit het vorige begrotingsjaar overgedragen saldo

–1 836

–1 209

Geannuleerde overgedragen kredieten

118

81

Niet-gebruikte heraanwendingen uit het begrotingsjaar

19

13

Geïnde ontvangsten Phare

639

0

Te innen ontvangsten Phare

361

0

Uitgaven Phare

–1 000

0

Wisselkoersverschillen

9

3

Saldo van het begrotingsjaar

–1 296

–1 836

Bron:Gegevens van de Stichting. Deze tabel vormt een samenvatting van de gegevens van de Stichting in haar eigen rekening.


Tabel 4

Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden — Balans per 31 december 2003 en 31 december 2002

(1000 euro)

Activa

2003

2002

Passiva

2003

2002

Vaste activa  (1)

 

 

Vast kapitaal

 

 

Immateriële vaste activa

27

31

Eigen vermogen

4 389

4 294

Gebouwen (2)

15 682

3 826

Herwaarderingsreserve

12 094

0

Meubilair en vervoermiddelen

142

139

Saldo van het begrotingsjaar

–1 296

–1 836

Computerapparatuur

107

149

Subtotaal

15 187

2 458

Technische uitrusting en ander materieel

518

105

Schulden op korte termijn

 

 

Duurzame bedrijfsmiddelen in aanbouw

0

31

Van rechtswege overgedragen kredieten

3 150

3 940

Subtotaal

16 476

4 281

Niet-automatisch overgedragen kredieten

0

64

Voorraden

 

 

Uitgaven Phare

329

0

Kantoorbenodigdheden

7

13

Salarisinhoudingen

0

139

Subtotaal

7

13

Subtotaal

3 479

4 143

Vorderingen op korte termijn

 

 

Tussenrekeningen

 

 

Commissie vorderingen Phare

361

0

Opnieuw te gebruiken ontvangsten

22

150

Voorschotten

2

11

Uitgestelde ontvangsten

2

1 840

In te vorderen BTW

281

274

Lopende betalingen

0

30

Te innen invorderingsopdrachten

5

1 840

Subtotaal

24

2 020

Diverse debiteuren

41

13

 

 

 

Subtotaal

690

2 138

 

 

 

Kasrekeningen

 

 

 

 

 

Banken

1 331

1 960

 

 

 

Kas

3

1

 

 

 

Voorschotkas

183

228

 

 

 

Subtotaal

1 517

2 189

 

 

 

Totaal

18 690

8 621

Totaal

18 690

8 621

Bron:Gegevens van de Stichting. Deze tabel vormt een samenvatting van de gegevens van de Stichting in haar eigen rekening.


(1)  Vermeld is de nettowaarde van de vaste activa. De gegevens van 2002 zijn herbewerkt om ze vergelijkbaar te maken.

(2)  De Stichting heeft besloten, over te gaan tot herwaardering van het onroerend goed in haar bezit (12,1 miljoen euro).

Bron:Gegevens van de Stichting. Deze tabel vormt een samenvatting van de gegevens van de Stichting in haar eigen rekening.


ANTWOORDEN VAN DE STICHTING

7.

De Phare-activiteit werd geacht niet in aanmerking te komen voor opname in de begroting van de Stichting, daar deze niet expliciet genoemd wordt in haar oprichtingsverordening. De Stichting neemt kennis van de opmerking van de Rekenkamer en zal de Phare-middelen in haar volgende begrotingen integreren.

8.

De Stichting staat in contact met de diensten van de Commissie om het probleem van het geaccumuleerde verlies en de behandeling van verliezen of winsten in de toekomst op te helderen.

9.

In november 2003 werd met de invoering van een financiële en operationele verificatiefunctie de interne controlefunctie voltooid. Deze wordt naast ander controlewerk door een gespecialiseerde eenheid uitgevoerd. De interne audit wordt door de dienst Interne audit van de Commissie verricht.

10.

De rekenplichtige vertrouwt op de valideringen uitgevoerd door de diensten van de Commissie, die de door de Stichting gebruikte boekhoudkundige systemen hebben verstrekt.

12.

De Stichting heeft bij de ontwikkeling van haar programma’s synergieën met andere organen ontwikkeld om ervoor te zorgen dat elk orgaan binnen gemeenschappelijke thematische bevoegdheidsterreinen verantwoordelijk is voor complementaire aspecten, zodat dubbel werk wordt voorkomen. Een en ander is geformaliseerd in gemeenschappelijke verklaringen met bijvoorbeeld het Europees Agentschap voor de veiligheid en de gezondheid op het werk in Bilbao.