10.7.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 175/17 |
UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2023/1431 VAN DE COMMISSIE
van 30 juni 2023
betreffende vrijstellingen van het uitgebreide antidumpingrecht op bepaalde rijwielonderdelen van oorsprong uit de Volksrepubliek China overeenkomstig Verordening (EG) nr. 88/97
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) 2016/1036 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Unie (1), en met name artikel 13, lid 4,
Gezien Verordening (EG) nr. 71/97 van de Raad van 10 januari 1997 tot uitbreiding van het definitieve antidumpingrecht, ingesteld bij Verordening (EEG) nr. 2474/93 voor rijwielen van oorsprong uit de Volksrepubliek China op de invoer van bepaalde onderdelen van rijwielen uit de Volksrepubliek China en tot heffing van het uitgebreide recht op dergelijke uit hoofde van Verordening (EG) nr. 703/96 geregistreerde invoer (2), en met name artikel 3,
Gezien Uitvoeringsverordening (EU) 2020/45 van de Commissie van 20 januari 2020 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1379 wat betreft de uitbreiding bij Verordening (EG) nr. 71/97 van de Raad van het antidumpingrecht op rijwielen van oorsprong uit de Volksrepubliek China tot bepaalde rijwielonderdelen van oorsprong uit de Volksrepubliek China (3),
Gezien Verordening (EG) nr. 88/97 van de Commissie van 20 januari 1997 tot goedkeuring van de vrijstelling van de invoer van bepaalde delen van rijwielen, van oorsprong uit de Volksrepubliek China, van de uitbreiding bij Verordening (EG) nr. 71/97 van de Raad van het bij Verordening (EEG) nr. 2474/93 van de Raad ingestelde antidumpingrecht (4), en met name de artikelen 4 tot en met 7,
Na kennisgeving aan de lidstaten,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Als gevolg van de uitbreiding bij Verordening (EG) nr. 71/97 van het antidumpingrecht op rijwielen van oorsprong uit de Volksrepubliek China (“de VRC”) geldt momenteel een antidumpingrecht op hoofdbestanddelen van rijwielen van oorsprong uit de VRC die in de Unie worden ingevoerd (“het uitgebreide recht”). |
(2) |
Krachtens artikel 3 van Verordening (EG) nr. 71/97 is de Commissie bevoegd de nodige maatregelen vast te stellen om goedkeuring te geven voor de vrijstelling van de invoer van hoofdbestanddelen van rijwielen die geen ontwijking van het antidumpingrecht inhoudt. |
(3) |
Die uitvoeringsmaatregelen zijn opgenomen in Verordening (EG) nr. 88/97 (“de vrijstellingsverordening”), waarbij het specifieke stelsel van vrijstelling is ingevoerd. |
(4) |
Op basis hiervan heeft de Commissie een aantal rijwielassemblagebedrijven van het uitgebreide recht vrijgesteld (“de vrijgestelde partijen”). |
(5) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2023/611 (5) van 17 maart 2023 heeft de Commissie in het Publicatieblad van de Europese Unie de bijgewerkte lijst van de onderzochte partijen en de lijst van de vrijgestelde partijen bekendgemaakt. |
(6) |
Voor de toepassing van het onderhavige besluit zijn de definities van artikel 1 van de vrijstellingsverordening van toepassing. |
1. AANVRAGEN OM VRIJSTELLING
(7) |
De Commissie heeft tussen 15 juli 2020 en 1 februari 2023 van de in de tabellen 1 en 2 vermelde partijen aanvragen om vrijstelling ontvangen met de informatie die nodig is om te kunnen vaststellen of deze aanvragen op grond van artikel 4 van de vrijstellingsverordening ontvankelijk zijn. |
(8) |
De partijen die om vrijstelling hebben verzocht, zijn in de gelegenheid gesteld op de gevolgtrekkingen van de Commissie met betrekking tot de ontvankelijkheid van hun aanvragen te reageren. |
(9) |
De opmerkingen van Decathlon Sp. z o.o. Polen met betrekking tot de datum van inwerkingtreding van de schorsing van de betaling van de rechten voor de onderzochte partijen zijn behandeld en afgewezen in de overwegingen 22 tot en met 27 van Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1461 van de Commissie van 26 augustus 2022. (6) |
(10) |
Overeenkomstig artikel 5, lid 1, van de vrijstellingsverordening is, in afwachting van een beslissing over de gegrondheid van de aanvragen van de partijen die om vrijstelling hebben verzocht, de betaling van het uitgebreide recht met betrekking tot de invoer van hoofdbestanddelen van rijwielen die door deze in de onderstaande tabellen 1 en 2 vermelde partijen voor het vrije verkeer zijn aangegeven, geschorst met ingang van de datum waarop de Commissie hun respectieve naar behoren gestaafde aanvragen in de zin van artikel 4, leden 1 en 2, van de vrijstellingsverordening heeft ontvangen. |
2. GOEDKEURING VAN VRIJSTELLING
(11) |
Het onderzoek naar de gegrondheid van de aanvraag van de in tabel 1 vermelde partij is afgesloten. Tabel 1
|
(12) |
De Commissie heeft tijdens haar onderzoek vastgesteld dat de waarde van de onderdelen van oorsprong uit de VRC minder dan 60 % bedroeg van de totale waarde van de onderdelen van alle rijwielen die de in tabel 1 vermelde partij heeft geassembleerd. |
(13) |
Bijgevolg heeft de Commissie geconcludeerd dat de door de in tabel 1 vermelde partij uitgevoerde assemblageverrichtingen niet binnen de werkingssfeer van artikel 13, lid 2, van Verordening (EU) 2016/1036 vallen. |
(14) |
Om die reden en overeenkomstig artikel 7, lid 1, van de vrijstellingsverordening voldeed de in tabel 1 vermelde partij aan de voorwaarden voor vrijstelling van het uitgebreide recht. |
(15) |
Overeenkomstig artikel 7, lid 2, van de vrijstellingsverordening moet de vrijstelling van kracht worden met ingang van de datum waarop de naar behoren gestaafde aanvraag in de zin van artikel 4, leden 1 en 2, van de vrijstellingsverordening is ontvangen. Derhalve moet de douaneschuld van de om vrijstelling verzoekende partij met betrekking tot het uitgebreide recht met ingang van dezelfde datum geacht worden niet te hebben bestaan. |
(16) |
De belanghebbende is in kennis gesteld van de gevolgtrekkingen van de Commissie met betrekking tot de gegrondheid van haar aanvraag en is in de gelegenheid gesteld daarop te reageren. |
(17) |
Aangezien de vrijstelling uitsluitend geldt ten aanzien van de partij die uitdrukkelijk in tabel 1 wordt vermeld, moet de vrijgestelde partij de Commissie (7) onverwijld van elke wijziging hiervan in kennis stellen (bv. naar aanleiding van een wijziging van de naam, de rechtsvorm of het adres, of naar aanleiding van het opzetten van nieuwe assemblage-eenheden). |
(18) |
In geval van wijziging van de referentiegegevens moet de vrijgestelde partij relevante informatie verstrekken, onder meer over alle wijzigingen van haar met assemblage verband houdende activiteiten. Waar nodig werkt de Commissie de referentiegegevens dienovereenkomstig bij. |
3. SCHORSING VAN DE BETALING VAN HET RECHT VOOR ONDERZOCHTE PARTIJEN
(19) |
Het onderzoek naar de gegrondheid van de aanvragen van de in tabel 2 vermelde partijen loopt nog. In afwachting van een beslissing over de gegrondheid van hun aanvragen is de betaling van het uitgebreide recht door deze partijen geschorst. |
(20) |
Aangezien de schorsingen uitsluitend gelden ten aanzien van de partijen die uitdrukkelijk in tabel 2 worden vermeld, moeten deze partijen de Commissie (8) onverwijld van elke wijziging hiervan in kennis stellen (bv. naar aanleiding van een wijziging van de naam, de rechtsvorm of het adres, of naar aanleiding van het opzetten van nieuwe assemblage-eenheden). |
(21) |
In geval van wijziging van de referentiegegevens moet de betrokken partij alle relevante informatie verstrekken, onder meer over alle wijzigingen van haar met assemblage verband houdende activiteiten. Waar nodig werkt de Commissie de referentiegegevens van die partij bij. Tabel 2
|
4. BIJWERKING VAN DE REFERENTIEGEGEVENS VAN VRIJGESTELDE PARTIJEN
(22) |
De in tabel 3 vermelde vrijgestelde partijen hebben de Commissie tussen 28 juni 2022 en 10 maart 2023 ervan in kennis gesteld dat hun namen en adressen zijn gewijzigd. De Commissie heeft na onderzoek van de ingediende informatie geconcludeerd dat deze wijzigingen, wat de in de vrijstellingsverordening opgenomen voorwaarden voor vrijstelling of schorsing betreft, geen gevolgen voor de assemblagewerkzaamheden hebben. |
(23) |
De krachtens artikel 7, lid 1, van de vrijstellingsverordening toegestane vrijstelling voor die partijen blijft ongewijzigd, maar de verwijzingen naar die partijen moeten worden bijgewerkt. Tabel 3
|
5. NIET-ONTVANKELIJK GEACHTE AANVRAAG VOOR VRIJSTELLING
(24) |
Op 8 juli 2022 heeft de in tabel 4 vermelde partij hebben een aanvraag voor vrijstelling ingediend die niet-ontvankelijk werd geacht in de zin van artikel 4, lid 4, van de vrijstellingsverordening, omdat deze niet aan de voorwaarden van artikel 4, leden 1 en 2, van die verordening voldeed. Tabel 4
|
(25) |
De in tabel 4 vermelde partij is in kennis gesteld van de gevolgtrekkingen van de Commissie en is in de gelegenheid gesteld daarop te reageren. De Commissie heeft verder geen reacties op haar gevolgtrekkingen ontvangen. |
6. PARTIJ TEN AANZIEN WAARVAN DE VRIJSTELLING WORDT INGETROKKEN
(26) |
Op 8 september 2022 is de Commissie ervan in kennis gesteld dat de in tabel 5 vermelde vrijgestelde partij haar activiteiten heeft geliquideerd en gestaakt. Op 18 juli 2022 is Cicli Elios srl door de Italiaanse rechter failliet verklaard. |
(27) |
Bijgevolg heeft de Commissie geconcludeerd dat de aan Cicli Elios srl verleende vrijstelling overeenkomstig artikel 10 van de vrijstellingsverordening met ingang van 18 juli 2022 moet worden ingetrokken. |
(28) |
De in tabel 5 vermelde partij is in kennis gesteld van de gevolgtrekkingen van de Commissie en is in de gelegenheid gesteld daarop te reageren. |
(29) |
Cicli Elios srl heeft gereageerd door middel van een verzoek aan de Commissie om de intrekking van haar vrijstelling te heroverwegen. |
(30) |
Na het verzoek naar behoren te hebben beoordeeld, heeft de Commissie geconcludeerd dat geen nieuwe argumenten naar voren zijn gebracht ter onderbouwing van een herbeoordeling van de eerder meegedeelde gevolgtrekkingen. Derhalve is de intrekking van de vrijstelling bevestigd en is de partij hiervan in kennis gesteld, Tabel 5
|
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
De in de tabel in dit artikel vermelde partij wordt vrijgesteld van de uitbreiding bij Verordening (EG) nr. 71/97 van het bij Verordening (EEG) nr. 2474/93 ingestelde definitieve antidumpingrecht op rijwielen van oorsprong uit de Volksrepubliek China tot bepaalde rijwielonderdelen uit de Volksrepubliek China.
Overeenkomstig artikel 7, lid 2, van Verordening (EG) nr. 88/97 wordt de vrijstelling van kracht met ingang van de datum waarop de aanvraag van de partij is ontvangen. Deze datum wordt vermeld in de tabelkolom “Geldig vanaf”.
De vrijstelling geldt uitsluitend ten aanzien van de partij die uitdrukkelijk in de tabel in dit artikel wordt vermeld.
De vrijgestelde partij stelt de Commissie onverwijld in kennis van elke wijziging van haar naam en adres en verstrekt daarbij alle relevante informatie, met name over wijzigingen van haar met assemblage verband houdende activiteiten die de vrijstellingsvoorwaarden betreffen.
Vrijgestelde partij
Aanvullende Taric-code |
Naam |
Adres |
Geldig vanaf |
C720 |
Propain Bicycles GmbH |
Schachenstraße 39, 88267 Vogt, Duitsland |
1.7.2021 |
Artikel 2
De in de tabel in dit artikel vermelde partijen zijn overeenkomstig artikel 6 van Verordening (EG) nr. 88/97 in onderzoek.
De schorsingen van de betaling van het uitgebreide antidumpingrecht overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EG) nr. 88/97 worden van kracht met ingang van de datum waarop de respectieve schorsingsaanvragen van de partijen zijn ontvangen. Deze data worden vermeld in de tabelkolom “Geldig vanaf”.
Deze schorsingen van betaling gelden uitsluitend ten aanzien van de onderzochte partijen die specifiek in de tabel in dit artikel worden vermeld.
De onderzochte partijen stellen de Commissie onverwijld in kennis van alle met de schorsingsvoorwaarden verband houdende wijzigingen van hun assemblagewerkzaamheden en verstrekken de Commissie ten bewijze daarvan alle relevante informatie. Deze wijzigingen omvatten alle wijzigingen van de namen, activiteiten, rechtsvormen of adressen van de partijen, maar zijn daartoe niet beperkt.
Onderzochte partijen
Aanvullende Taric-code |
Naam |
Adres |
Geldig vanaf |
||
C557 |
Berria Bike S.L. |
|
30.3.2022 |
||
C860 |
Profil Bicycles CZ s.r.o. |
|
20.2.2022 |
||
C863 |
Decathlon Sp. z o.o. |
|
21.3.2022 |
||
C896 |
Cyclision s.r.o. |
|
8.8.2022 |
||
C991 |
Bicicletas Mendiz S.A. |
|
26.10.2022 |
||
899I |
Adrisport sas |
|
21.4.2023 |
Artikel 3
De bijgewerkte referentiegegevens van de in de tabel in dit artikel vermelde vrijgestelde partijen worden vermeld in de kolom “Nieuwe referentiegegevens”. Deze bijwerkingen worden van kracht met ingang van de data die worden vermeld in de tabelkolom “Geldig vanaf”.
De bijbehorende aanvullende Taric-codes in de tabelkolom “Aanvullende Taric-code”, die voorheen waren toegekend aan die vrijgestelde partijen, blijven ongewijzigd.
Vrijgestelde partijen/partijen ten aanzien waarvan de betaling van het recht is geschorst, en waarvoor de referentiegegevens worden bijgewerkt
Aanvullende Taric-code |
Oude referentiegegevens |
Nieuwe referentiegegevens |
Geldig vanaf |
||||||
C009 |
|
|
1.7.2022 |
||||||
A576 |
|
|
9.2.2023 |
||||||
A726 |
|
|
19.4.2023 |
Artikel 4
De aanvraag voor vrijstelling die is ingediend door de in de tabel in dit artikel vermelde partij, is niet-ontvankelijk en wordt derhalve afgewezen overeenkomstig artikel 4, lid 4, van Verordening (EG) nr. 88/97.
De afwijzing wordt van kracht met ingang van de datum die wordt vermeld in de tabelkolom “Geldig vanaf”.
Partij ten aanzien waarvan de aanvraag voor vrijstelling wordt afgewezen
Naam |
Adres |
Geldig vanaf |
||
Cycle Center 53-11 BV |
|
28.7.2022 |
Artikel 5
De vrijstelling van de betaling van het uitgebreide antidumpingrecht wordt ingetrokken ten aanzien van de in de tabel in dit artikel vermelde partij.
De intrekking wordt van kracht met ingang van de datum die wordt vermeld in de tabelkolom “Geldig vanaf”.
Partij ten aanzien waarvan de vrijstelling wordt ingetrokken
Aanvullende Taric-code |
Naam |
Adres |
Geldig vanaf |
||
8605 |
Cicli Elios srl |
|
18.7.2022 |
Artikel 6
Dit besluit is gericht tot de lidstaten alsmede tot de in de artikelen 1 tot en met 5 vermelde partijen en wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Brussel, 30 juni 2023.
Voor de Commissie
Valdis DOMBROVSKIS
Uitvoerend vicevoorzitter
(1) PB L 176 van 30.6.2016, blz. 21.
(2) PB L 16 van 18.1.1997, blz. 55.
(3) PB L 16 van 21.1.2020, blz. 7.
(4) PB L 17 van 21.1.1997, blz. 17.
(5) Uitvoeringsverordening (EU) 2023/611 van de Commissie van 17 maart 2023 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 88/97 tot goedkeuring van de vrijstelling van de invoer van bepaalde delen van rijwielen, van oorsprong uit de Volksrepubliek China, van de uitbreiding bij Verordening (EG) nr. 71/97 van de Raad van het bij Verordening (EEG) nr. 2474/93 van de Raad ingestelde antidumpingrecht (PB L 80 van 20.3.2023, blz. 67).
(6) Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1461 van de Commissie van 26 augustus 2022 betreffende vrijstellingen van het uitgebreide antidumpingrecht op bepaalde rijwielonderdelen van oorsprong uit de Volksrepubliek China overeenkomstig Verordening (EG) nr. 88/97 (PB L 229 van 5.9.2022, blz. 69).
(7) De partij wordt verzocht het volgende e-mailadres te gebruiken: TRADE-BICYCLE-PARTS@ec.europa.eu.
(8) De partijen wordt verzocht het volgende e-mailadres te gebruiken: TRADE-BICYCLE-PARTS@ec.europa.eu.