25.11.2022 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 305/1 |
GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2022/2300 VAN DE COMMISSIE
van 30 augustus 2022
tot aanvulling van Verordening (EU) 2021/847 van het Europees Parlement en de Raad met bepalingen betreffende de vaststelling van een monitoring- en evaluatiekader voor het Fiscalis-programma voor samenwerking op het gebied van belastingen
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) 2021/847 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2021 tot vaststelling van het Fiscalis-programma voor samenwerking op het gebied van belastingen en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1286/2013 (1), en met name artikel 14, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De indicatoren om verslag uit te brengen over de vooruitgang van het Fiscalis-programma zoals vastgesteld bij Verordening (EU) 2021/847 (hierna “het programma” genoemd) bij de verwezenlijking van de specifieke doelstellingen die zijn vastgelegd in artikel 3, lid 2, van die verordening, zijn opgenomen in bijlage II bij de verordening. |
(2) |
De in bijlage II bij Verordening (EU) 2021/847 opgenomen indicatoren zijn weliswaar geschikt voor de jaarlijkse prestatiemonitoring, maar schieten tekort voor een uitgebreide monitoring en evaluatie van de activiteiten en resultaten van het programma bij de verwezenlijking van de specifieke doelstellingen ervan. Daarom moeten extra indicatoren worden vastgesteld als onderdeel van het monitoring- en evaluatiekader. Met behulp van deze extra indicatoren moeten de outputs, resultaten en effecten van het programma worden gemeten. |
(3) |
Met het oog op een efficiënte, doeltreffende en tijdige verzameling van gegevens voor de monitoring en de evaluatie van het programma moeten proportionele rapportagevereisten worden opgelegd waarbij dubbele rapportage wordt voorkomen en de administratieve lasten zo veel mogelijk beperkt blijven. |
(4) |
Om deze gedelegeerde handeling af te stemmen op de rapportageperiode die aan het monitoring- en evaluatiekader van het programma gekoppeld is, moet zij met terugwerkende kracht van toepassing zijn met ingang van 1 januari 2022, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Indicatoren en rapportagevereisten voor het toezichts- en evaluatiekader
1. Bij de monitoring en de evaluatie van het programma overeenkomstig de artikelen 14 en 15 van Verordening (EU) 2021/847 worden de volgende indicatoren gebruikt als onderdeel van het monitoring- en evaluatiekader:
a) |
de in bijlage II bij Verordening (EU) 2021/847 vastgestelde indicatoren; |
b) |
de in de bijlage bij deze verordening vastgestelde indicatoren, met behulp waarvan de outputs, resultaten en effecten van het programma worden gemeten. |
2. De in lid 1 bedoelde indicatoren worden jaarlijks gemeten, met uitzondering van de effectindicatoren als bedoeld in punt 1), a), en punt 3) van de bijlage bij deze verordening, die om de twee jaar en in het kader van de tussentijdse en de eindevaluatie worden gemeten, overeenkomstig artikel 15 van Verordening (EU) 2021/847.
3. Op verzoek van de Commissie verstrekken de ontvangers van de middelen van het programma haar gegevens en informatie die betrekking hebben op de in lid 1 bedoelde indicatoren en van nut zijn voor het monitoring- en evaluatiekader.
Artikel 2
Inwerkingtreding en toepassing
Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2022.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 30 augustus 2022.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
BIJLAGE
Lijst van extra indicatoren met betrekking tot het monitoring- en evaluatiekader van het Fiscalis-programma als bedoeld in de artikelen 14 en 15 van Verordening (EU) 2021/847
A. Outputindicatoren
1) |
Ontwikkeling van de gemeenschappelijke componenten van de Europese elektronische systemen (EES):
|
2) |
Oplevering van de gemeenschappelijke componenten van de EES:
|
3) |
Betrouwbaarheid van de EES (capaciteit van het gemeenschappelijk communicatienetwerk). |
4) |
Betrouwbaarheid van de IT-ondersteuning:
|
5) |
Niveau van ondersteuning voor capaciteitsopbouw door middel van samenwerkingsacties (kwaliteit van de samenwerkingsacties). |
6) |
Mate van bekendheid met het programma. |
B. Resultaatsindicatoren
1) |
Niveau van samenhang tussen de belastingwetgeving en het belastingbeleid en de uitvoering ervan (mate waarin nieuwe gemeenschappelijke componenten van de EES een coherente uitvoering van het Unierecht en -beleid faciliteren). |
2) |
Gebruik van de belangrijkste EES die de interconnectiviteit en inlichtingenuitwisseling moeten versterken (aantal uitgewisselde berichten tussen systemen). |
3) |
Niveau van operationele samenwerking tussen nationale autoriteiten:
|
4) |
Operationele prestaties van de nationale autoriteiten:
|
C. Effectindicatoren
1) |
Ontwikkeling van de bescherming van de financiële en economische belangen van de Unie en de lidstaten:
|
2) |
Bijdrage aan een betere werking van de interne markt (aantal precontentieuze procedures en inbreukzaken met betrekking tot belastingen). |
3) |
Ontwikkeling van het concurrentievermogen van de Unie en van eerlijke concurrentie binnen de Unie (vooraf ingevulde belastingaangiften of belastingaanslagen). |