21.9.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 244/8


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2022/1624 VAN DE COMMISSIE

van 20 september 2022

tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2018/607 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op stalen kabels van oorsprong uit de Volksrepubliek China, zoals uitgebreid tot stalen kabels verzonden vanuit Marokko en de Republiek Korea, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit deze landen, naar aanleiding van een nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen overeenkomstig artikel 11, lid 2, van Verordening (EU) 2016/1036 van het Europees Parlement en de Raad

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2016/1036 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Unie (“de basisverordening”) (1), en met name artikel 11, lid 3, en artikel 13, lid 4,

Overwegende hetgeen volgt:

1.   PROCEDURE

1.1.   Voorafgaande onderzoeken en geldende maatregelen

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 1796/1999 (2) heeft de Raad definitieve antidumpingrechten ingesteld op stalen kabels van oorsprong uit de Volksrepubliek China (“de VRC”), Hongarije, India, Mexico, Polen, Zuid-Afrika en Oekraïne (“de oorspronkelijke maatregelen”).

(2)

Bij Verordening (EG) nr. 1858/2005 (3) heeft de Raad, naar aanleiding van een nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen op grond van artikel 11, lid 2, van de basisverordening, de oorspronkelijke maatregelen ten aanzien van de invoer van stalen kabels van oorsprong uit de VRC, India, Zuid-Afrika en Oekraïne gehandhaafd. De maatregelen die van toepassing waren op invoer van oorsprong uit Mexico, zijn op 18 augustus 2004 komen te vervallen (4). Aangezien Hongarije en Polen op 1 mei 2004 tot de Europese Unie toetraden, zijn de maatregelen op die datum beëindigd. De maatregelen die van toepassing waren op invoer van oorsprong uit India, zijn op 17 november 2010 komen te vervallen (5).

(3)

In mei 2010 heeft de Raad, in verband met een antiontwijkingsonderzoek overeenkomstig artikel 13 van de basisverordening (“de antiontwijkingsmaatregel”), bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 400/2010 (6) het bij Verordening (EG) nr. 1858/2005 ingestelde definitieve antidumpingrecht op stalen kabels van oorsprong uit de VRC uitgebreid tot stalen kabels verzonden vanuit de Republiek Korea, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit de Republiek Korea. Aan bepaalde Koreaanse producenten-exporteurs werd vrijstelling van de antiontwijkingsmaatregel verleend, aangezien niet was vastgesteld dat zij de definitieve antidumpingrechten ontweken.

(4)

In januari 2012 heeft de Raad, naar aanleiding van een nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen op grond van artikel 11, lid 2, van de basisverordening, bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 102/2012 (7) een antidumpingrecht ingesteld op stalen kabels van oorsprong uit onder meer de VRC, zoals uitgebreid tot de invoer uit de Republiek Korea. Bij dezelfde verordening heeft de Raad de procedure ten aanzien van de invoer van stalen kabels van oorsprong uit Zuid-Afrika beëindigd.

(5)

In april 2018 heeft de Commissie, naar aanleiding van een nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen op grond van artikel 11, lid 2, van de basisverordening, bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/607 (8) een antidumpingrecht ingesteld op stalen kabels van oorsprong uit de VRC, zoals uitgebreid tot onder meer de Republiek Korea.

(6)

De thans geldende definitieve antidumpingrechten bedragen 60,4 %.

1.2.   Verzoek om naamswijziging

(7)

Op 6 mei 2020 heeft Young Heung Iron & Steel Co., Ltd, een van de Koreaanse producenten-exporteurs aan wie vrijstelling van de antiontwijkingsmaatregel als bedoeld in overweging 3 was verleend, de Commissie ervan in kennis gesteld dat zij haar naam had gewijzigd in Youngwire (“Youngwire” of “de onderneming”).

(8)

Youngwire heeft de Commissie verzocht te bevestigen dat de naamswijziging niet van invloed is op haar aanspraak op vrijstelling van het uitgebreide antidumpingrecht die haar onder haar vroegere naam was verleend.

(9)

De Commissie heeft de verstrekte informatie onderzocht en heeft geconcludeerd dat bij Youngwire een reorganisatie heeft plaatsgevonden, onder meer door de verwerving van de activa van een andere Koreaanse exporteur die eveneens onder de vrijstelling valt, te weten Dae Heung Industrial Co. Ltd.

(10)

De Commissie was van mening dat deze ingrijpende wijzigingen, die in het kader van het verzoek om naamswijziging aan het licht zijn gekomen, van invloed hadden kunnen zijn op de voorwaarden voor de onderneming om voor een vrijstelling van de antiontwijkingsmaatregelen in aanmerking te komen.

(11)

Daarom bestonden er volgens de Commissie voldoende aanwijzingen dat de omstandigheden op grond waarvan de vrijstelling Youngwire onder haar vroegere naam was verleend, mogelijk ingrijpend waren gewijzigd en dat deze wijzigingen van blijvende aard waren, zodat de opening van een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek was gerechtvaardigd.

1.3.   Opening van een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek

(12)

Op 5 augustus 2021 heeft de Commissie, overeenkomstig artikel 11, lid 3, juncto artikel 13, lid 4, van de basisverordening, op basis van de in de overwegingen 9 tot en met 11 vermelde informatie op eigen initiatief besloten een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek te openen dat uitsluitend betrekking heeft op de aan Youngwire onder haar vroegere naam verleende vrijstelling. Het nieuwe onderzoek had tot doel vast te stellen of Youngwire nog steeds recht heeft op vrijstelling van de antiontwijkingsmaatregel.

1.4.   Tijdvak van het nieuwe onderzoek

(13)

Het onderzoek had betrekking op de periode van 1 januari 2015 tot en met 30 juni 2021 (“het tijdvak van het nieuwe onderzoek”). Voor het onderzoektijdvak werden gegevens verzameld om onder meer na te gaan of er zich na de reorganisatie van de onderneming een verandering in de structuur van het handelsverkeer heeft voorgedaan en over welke procedures en controles Youngwire eventueel beschikt om te voorkomen dat Chinese producten als Koreaanse producten worden verkocht en dat aldus de rechten worden ontweken. Meer gedetailleerde gegevens, waaronder verkoop- en aankoopgegevens op transactieniveau, werden voor de periode van 1 juli 2020 tot en met 30 juni 2021 (“de verslagperiode”) verzameld.

1.5.   Belanghebbenden

(14)

In het bericht van opening (9) is de belanghebbenden verzocht contact met de Commissie op te nemen om aan het nieuwe onderzoek mee te werken. Bovendien heeft de Commissie Youngwire specifiek van de opening van het nieuwe onderzoek in kennis gesteld en haar verzocht daaraan mee te werken.

(15)

De belanghebbenden zijn in de gelegenheid gesteld opmerkingen te maken over de opening van het nieuwe onderzoek en te verzoeken te worden gehoord door de Commissie en/of de raadadviseur-auditeur in handelsprocedures.

1.5.1.   Vragenlijsten

(16)

De Commissie heeft Youngwire een vragenlijst toegezonden, die deze ook heeft beantwoord.

1.5.2.   Controlebezoek

(17)

De Commissie heeft alle gegevens verzameld en gecontroleerd die zij nodig achtte om vast te stellen of Youngwire nog steeds recht op vrijstelling van de antiontwijkingsmaatregel heeft. Overeenkomstig artikel 16 van de basisverordening is een controlebezoek afgelegd bij Youngwire in Changwon en Busan, Republiek Korea.

2.   ONDERZOCHT PRODUCT

(18)

Dit nieuwe onderzoek betreft hetzelfde product als in het oorspronkelijke onderzoek en de daarop volgende nieuwe onderzoeken in verband met het vervallen van de maatregelen, namelijk stalen kabels, gesloten kabels daaronder begrepen, met uitzondering van roestvrijstalen kabels, met een grootste dwarsdoorsnede van meer dan 3 mm, van oorsprong uit de VRC (“het onderzochte product”), momenteel ingedeeld onder de GN-codes ex 7312 10 81, ex 7312 10 83, ex 7312 10 85, ex 7312 10 89 en ex 7312 10 98 (Taric-codes 7312108119, 7312108319, 7312108519, 7312108919 en 7312109819), zoals uitgebreid tot dezelfde kabels verzonden uit de Republiek Korea, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit de Republiek Korea (Taric-codes 7312108113, 7312108313, 7312108513, 7312108913 en 7312109813).

3.   ONDERZOEK NAAR DE AAN YOUNG HEUNG/YOUNGWIRE VERLEENDE VRIJSTELLING

(19)

Zoals vermeld in overweging 12, was het lopende gedeeltelijke tussentijdse nieuwe onderzoek beperkt tot de vraag of de aan Youngwire verleende vrijstelling na de reorganisatie nog steeds geldig is. Bij het onderzoek werd met name nagegaan of de onderneming betrokken was bij ontwijkingspraktijken zoals beschreven in artikel 13, leden 1 en 2, van de basisverordening.

(20)

Overeenkomstig artikel 13, lid 1, van de basisverordening heeft de Commissie eerst onderzocht of er als gevolg van de reorganisatie en naamswijziging van Youngwire een verandering in de structuur van het handelsverkeer met betrekking tot de onderneming is opgetreden.

3.1.   Verandering in de structuur van het handelsverkeer

(21)

De uitvoer van Youngwire naar de Unie was in het tijdvak van het nieuwe onderzoek over het geheel genomen vrij stabiel gebleven, zonder dat zich na de reorganisatie merkbare veranderingen hadden voorgedaan. Er was evenmin sprake van een toename van de invoer uit de VRC tijdens het tijdvak van het nieuwe onderzoek vóór of na de reorganisatie.

(22)

Tijdens het antiontwijkingsonderzoek was Youngwire een van de producenten die verbonden waren met een producent-exporteur uit de VRC op wie de oorspronkelijke maatregelen van toepassing waren. Er was echter geen bewijs dat deze banden waren gevestigd of gebruikt om de geldende maatregelen ten aanzien van de invoer van oorsprong uit de VRC te ontwijken, zodat de vrijstelling werd verleend. Uit het huidige onderzoek is gebleken dat deze situatie na de reorganisatie van Youngwire niet was gewijzigd.

(23)

Het onderzoek heeft ook aan het licht gebracht dat Youngwire het onderzochte product voor een deel bij haar verbonden onderneming in de VRC kocht. Het onderzochte product dat zij voor en na de reorganisatie en de naamswijziging bij haar verbonden onderneming in de VRC kocht, werd echter uitsluitend op de binnenlandse markt in de Republiek Korea en op andere uitvoermarkten doorverkocht, maar niet naar de Unie uitgevoerd. Bovendien zijn de bij haar verbonden onderneming gekochte hoeveelheden na de reorganisatie niet toegenomen. Derhalve heeft de Commissie geconcludeerd dat er geen bewijs was dat er na de reorganisatie van Youngwire of tijdens het tijdvak van het nieuwe onderzoek een verandering in de structuur van het handelsverkeer in de zin van artikel 13, lid 1, van de basisverordening met betrekking tot de onderneming is opgetreden.

3.2.   Doorvoer van in de VRC geproduceerde stalen kabels via de verbonden onderneming in de Republiek Korea

(24)

De Commissie heeft voorts onderzocht of er sprake was van praktijken, processen of werkzaamheden als bedoeld in artikel 13, lid 1, derde alinea, van de basisverordening die op ontwijking wijzen. In dit verband is de Commissie eerst nagegaan of de onderneming in werkelijkheid genoeg stalen kabels produceerde zodat de geproduceerde hoeveelheid overeenkwam met de naar de Unie uitgevoerde hoeveelheid. Zij heeft vastgesteld dat de onderneming inderdaad genoeg stalen kabels produceerde zodat de geproduceerde hoeveelheid overeenkwam met de naar de Unie uitgevoerde hoeveelheid.

(25)

Verder heeft de onderneming, zoals vermeld in overweging 21, het onderzochte product ook voor een deel bij haar verbonden onderneming in de VRC gekocht. De Commissie heeft de procedures en controles onderzocht waarmee moest worden voorkomen dat Chinese producten als Koreaanse producten worden verkocht en dat aldus de rechten worden ontweken. Zij heeft daarom de IT-systemen doorgelicht die Youngwire gebruikte om de door haarzelf geproduceerde producten gedurende het productieproces en de verkoop te traceren, en heeft de bewijsstukken inhoudelijk getoetst om er zeker van te zijn dat de vrijstelling van de antiontwijkingsmaatregelen alleen gold voor naar de Unie uitgevoerde en door de onderneming geproduceerde producten. Dit omvatte ook een inhoudelijk onderzoek van de transacties die gedurende het gehele tijdvak van het nieuwe onderzoek plaatsvonden.

(26)

Uit het onderzoek is gebleken dat met het traceringssysteem van de onderneming werd gewaarborgd dat de producten waarvoor de vrijstelling van de antiontwijkingsmaatregel gold, door Youngwire in haar eigen productiefaciliteiten in de Republiek Korea waren geproduceerd.

(27)

Op basis hiervan heeft de Commissie geconcludeerd dat de naar de markt van de Unie uitgevoerde onderzochte producten duidelijk traceerbaar waren en dat de onderneming in het tijdvak van het nieuwe onderzoek geen in de VRC geproduceerde producten naar de markt van de Unie had doorgevoerd.

3.3.   Assemblage

(28)

De Commissie heeft eveneens onderzocht of er aanwijzingen waren dat de geldende antidumpingmaatregelen werden ontweken door assemblage in de zin van artikel 13, lid 2, van de basisverordening.

(29)

Overeenkomstig artikel 13, lid 2, van de basisverordening wordt assemblage geacht ontwijking van de geldende maatregelen in te houden wanneer:

a)

de assemblagewerkzaamheden sinds of kort vóór de opening van het antidumpingonderzoek zijn aangevangen of aanmerkelijk zijn toegenomen en de betrokken delen afkomstig zijn uit het land waarop de maatregelen van toepassing zijn, en

b)

de delen 60 % of meer uitmaken van de totale waarde van de delen van het geassembleerde product; ontwijking wordt echter niet geacht plaats te vinden indien de waarde die tijdens de assemblage- of voltooiingswerkzaamheden aan de ingevoerde delen wordt toegevoegd meer dan 25 % van de fabricagekosten bedraagt, en

c)

de corrigerende werking van het recht, gezien de prijzen en/of hoeveelheden van het geassembleerde soortgelijke product, wordt ondermijnd, en wordt bewezen dat er dumping plaatsvindt ten aanzien van de voor soortgelijke producten eerder vastgestelde normale waarden.

(30)

De Commissie heeft gedetailleerde informatie over de inkoop van grondstoffen door Youngwire alsmede over de productieprocessen en de kostenberekening van Youngwire verzameld en geverifieerd. Uit het onderzoek is gebleken dat de waarde van de ingevoerde en in het productieproces gebruikte grondstoffen de drempel van 60 % van de totale waarde van de delen van het geassembleerde product in de zin van artikel 13, lid 2, van de basisverordening niet overschreed. De Commissie heeft ook vastgesteld dat de aan de ingevoerde delen toegevoegde waarde de in artikel 13, lid 2, van de basisverordening vastgelegde drempel van 25 % overschreed.

(31)

Op grond hiervan is uit het onderzoek gebleken dat er geen assemblage heeft plaatsgevonden die als ontwijking van de maatregelen in de zin van artikel 13, lid 2, van de basisverordening zou kunnen worden aangemerkt. Gezien deze bevindingen hoefden de overige criteria van artikel 13, lid 2, van de basisverordening niet te worden beoordeeld.

4.   CONCLUSIE EN MEDEDELING VAN FEITEN EN OVERWEGINGEN

(32)

Op basis van het bovenstaande is bij het onderzoek niet gebleken van ontwijkingspraktijken waarbij Youngwire betrokken was. Bijgevolg zal het gedeeltelijke tussentijdse nieuwe onderzoek worden beëindigd zonder dat de aan Youngwire verleende vrijstelling van de uitgebreide rechten wordt ingetrokken.

(33)

De Commissie heeft ook vastgesteld dat de naamswijziging naar behoren bij de bevoegde autoriteiten in de Republiek Korea is geregistreerd. In het licht van de bevindingen van dit gedeeltelijke tussentijdse nieuwe onderzoek hebben de naamswijziging en de daarmee verband houdende wijziging van de organisatie niet geleid tot nieuwe betrekkingen met andere groepen ondernemingen die niet door de Commissie zijn onderzocht of die gevolgen kunnen hebben voor het recht van de exporteur om in aanmerking te komen voor de vrijstelling van de ontwijkingsmaatregelen als vastgesteld in Uitvoeringsverordening (EU) nr. 400/2010 en bevestigd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/607.

(34)

Deze naamswijziging is dus niet van invloed op de bevindingen van de Commissie in Uitvoeringsverordening (EU) nr. 400/2010, en met name niet op de aan de onderneming verleende vrijstelling van het antidumpingrecht.

(35)

De naamswijziging moet gelden met ingang van de datum waarop de onderneming de Commissie ervan in kennis heeft gesteld dat zij haar naam heeft gewijzigd, zoals in overweging 7 vermeld.

(36)

Gezien de constateringen in de bovenstaande overwegingen heeft de Commissie het passend geacht Uitvoeringsverordening (EU) 2018/607 te wijzigen om de gewijzigde naam van de onderneming waaraan voorheen aanvullende Taric-code C969 was toegewezen, in aanmerking te nemen.

(37)

De belanghebbenden zijn hiervan in kennis gesteld en zij hebben de gelegenheid gekregen opmerkingen te maken.

(38)

De Commissie heeft alleen opmerkingen van Youngwire ontvangen. De onderneming was het eens met de bevindingen en de conclusies van de Commissie. Zij heeft echter opgemerkt dat zij wegens de lange duur van de procedures — dat wil zeggen de tijd die voor dit tussentijdse nieuwe onderzoek nodig was, en bovendien de bij de opening hiervan opgetreden vertraging — het betrokken product onder de naam Young Heung Iron naar de Unie uitvoerde. Om die reden heeft de onderneming de Commissie verzocht de naamswijziging pas vanaf de datum van inwerkingtreding van de onderhavige verordening van kracht te laten worden, of anders de aanvullende code A969 met ingang van 6 mei 2020 toe te wijzen aan Youngwire, en voor de periode van 6 mei 2020 tot de datum van inwerkingtreding van de onderhavige verordening aan Young Heung Iron & Steel Co., Ltd Volgens de onderneming zou deze oplossing in overeenstemming zijn met de bevindingen van het onderzoek waaruit blijkt dat de twee namen op dezelfde onderneming betrekking hadden.

(39)

In dit verband heeft de Commissie geconcludeerd dat Young Heung Iron & Steel Co., Ltd en Youngwire voor de toepassing van het antidumpingrecht in feite dezelfde onderneming zijn. Aangezien de onderneming onder een van beide namen aanspraak op vrijstelling van rechten blijft behouden, acht de Commissie het passend dat deze verordening pas vanaf de datum van inwerkingtreding ervan effect sorteert wat de naamswijziging van de onderneming betreft.

(40)

Deze verordening is in overeenstemming met het advies van het bij artikel 15, lid 1, van Verordening (EU) 2016/1036 ingestelde comité,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Artikel 1, lid 3, van Uitvoeringsverordening (EU) 2018/607 wordt als volgt gewijzigd:

“Young Heung Iron & Steel Co., Ltd, 71-1 Sin-Chon Dong, Changwon City, Gyungnam

A969”

wordt vervangen door

“YOUNGWIRE, 71-1 Sin-Chon Dong, Changwon City, Gyungnam

A969”

De aanvullende Taric-code A969, die voorheen aan Young Heung Iron & Steel Co., Ltd was toegewezen, is met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze verordening van toepassing op YOUNGWIRE.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 20 september 2022.

Voor de Commissie

De voorzitter

Ursula VON DER LEYEN


(1)  PB L 176 van 30.6.2016, blz. 21.

(2)  Verordening (EG) nr. 1796/1999 van de Raad van 12 augustus 1999 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op de invoer van stalen kabels uit de Volksrepubliek China, Hongarije, India, Mexico, Polen, Zuid-Afrika en Oekraïne, tot definitieve inning van het op deze invoer ingestelde voorlopige antidumpingrecht en tot beëindiging van de antidumpingprocedure in verband met deze invoer uit de Republiek Korea (PB L 217 van 17.8.1999, blz. 1).

(3)  Verordening (EG) nr. 1858/2005 van de Raad van 8 november 2005 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op de invoer van stalen kabels uit de Volksrepubliek China, India, Zuid-Afrika en Oekraïne naar aanleiding van een herzieningsonderzoek op grond van artikel 11, lid 2, van Verordening (EG) nr. 384/96 (PB L 299 van 16.11.2005, blz. 1).

(4)  Mededeling in verband met het vervallen van bepaalde antidumpingmaatregelen (PB C 203 van 11.8.2004, blz. 4).

(5)  Bericht van het vervallen van bepaalde antidumpingmaatregelen (PB C 311 van 16.11.2010, blz. 16).

(6)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 400/2010 van de Raad van 26 april 2010 tot uitbreiding van het bij Verordening (EG) nr. 1858/2005 ingestelde definitieve antidumpingrecht op stalen kabels van oorsprong uit onder meer de Volksrepubliek China tot stalen kabels verzonden vanuit de Republiek Korea, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit de Republiek Korea, en tot beëindiging van het onderzoek betreffende de invoer van stalen kabels verzonden vanuit Maleisië (PB L 117 van 11.5.2010, blz. 1).

(7)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 102/2012 van de Raad van 27 januari 2012 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op stalen kabels van oorsprong uit de Volksrepubliek China en Oekraïne, zoals uitgebreid tot stalen kabels verzonden uit Marokko, Moldavië en de Republiek Korea, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit deze landen, na een nieuw onderzoek bij het vervallen van de maatregelen overeenkomstig artikel 11, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 en tot beëindiging van de procedure van het nieuwe onderzoek bij het vervallen van de maatregelen betreffende de invoer van stalen kabels uit Zuid-Afrika overeenkomstig artikel 11, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 (PB L 36 van 9.2.2012, blz. 1).

(8)  Uitvoeringsverordening (EU) 2018/607 van de Commissie van 19 april 2018 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op stalen kabels van oorsprong uit de Volksrepubliek China, zoals uitgebreid tot stalen kabels verzonden vanuit Marokko en de Republiek Korea, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit deze landen, naar aanleiding van een nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen overeenkomstig artikel 11, lid 2, van Verordening (EU) 2016/1036 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 101 van 20.4.2018, blz. 40).

(9)  Bericht van opening van een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek van de antidumpingmaatregelen die van toepassing zijn op de invoer van stalen kabels van oorsprong uit de Volksrepubliek China, zoals uitgebreid tot de invoer van stalen kabels verzonden uit de Republiek Korea, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit de Republiek Korea (PB C 313 van 5.8.2021, blz. 9).