14.1.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 9/3


GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2022/42 VAN DE COMMISSIE

van 8 november 2021

tot wijziging van de bijlagen II en III bij Verordening (EU) nr. 1307/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de nationale maxima en de nettomaxima voor rechtstreekse betalingen voor bepaalde lidstaten voor kalenderjaar 2022

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1307/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van voorschriften voor rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 637/2008 van de Raad en Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad (1), en met name artikel 6, lid 3, en artikel 7, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 11, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 moeten de lidstaten het bedrag aan rechtstreekse betalingen dat op grond van titel III, hoofdstuk 1, van die verordening voor een bepaald kalenderjaar aan een landbouwer wordt toegekend, met minstens 5 % verlagen voor het deel van het bedrag dat 150 000 EUR overschrijdt. Overeenkomstig artikel 7, lid 2, van die verordening moet de geraamde opbrengst van die verlaging beschikbaar worden gesteld als aanvullende steun voor maatregelen in het kader van plattelandsontwikkelingsprogramma’s.

(2)

Overeenkomstig artikel 11, lid 6, vierde alinea, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 hebben de lidstaten de Commissie uiterlijk op 1 augustus 2021 in kennis gesteld van hun besluit inzake de verlaging van het bedrag aan rechtstreekse betalingen en van de daaruit voortvloeiende geraamde opbrengst van de verlaging voor kalenderjaar 2022. In de kennisgevingen van Bulgarije, Tsjechië, Denemarken, Estland, Ierland, Griekenland, Spanje, Italië, Letland, Hongarije, Nederland, Polen, Portugal, Slowakije en Finland was de geraamde opbrengst groter dan nul.

(3)

België, Tsjechië, Denemarken, Duitsland, Griekenland, Frankrijk, Letland en Nederland hebben de Commissie overeenkomstig artikel 14, lid 1, zevende alinea, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 op of voor 1 augustus 2021 in kennis gesteld van hun besluit om een bepaald percentage van hun jaarlijkse nationale maximum voor kalenderjaar 2022 in begrotingsjaar 2023 beschikbaar te stellen als aanvullende steun uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (Elfpo).

(4)

Kroatië, Luxemburg, Hongarije, Malta, Polen en Portugal hebben de Commissie overeenkomstig artikel 14, lid 2, zevende alinea, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 op of voor 1 augustus 2021 in kennis gesteld van hun besluit om een bepaald percentage van hun Elfpo-toewijzing van 2023 beschikbaar te stellen als rechtstreekse betalingen voor kalenderjaar 2022.

(5)

Daarom moeten de bijlagen II en III bij Verordening (EU) nr. 1307/2013 zo worden aangepast dat de jaarlijkse nationale maxima en de jaarlijkse nettomaxima voor rechtstreekse betalingen in overeenstemming zijn met de besluiten van België, Bulgarije, Tsjechië, Denemarken, Duitsland, Estland, Ierland, Griekenland, Spanje, Frankrijk, Kroatië, Italië, Letland, Luxemburg, Hongarije, Malta, Nederland, Polen, Portugal, Slowakije en Finland.

(6)

De bijlagen II en III bij Verordening (EU) nr. 1307/2013 moeten derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(7)

Aangezien de wijzigingen die met de onderhavige verordening worden doorgevoerd, gevolgen hebben voor de toepassing van Verordening (EU) nr. 1307/2013 voor het jaar 2022, moet de onderhavige verordening met ingang van 1 januari 2022 van toepassing zijn,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlagen II en III bij Verordening (EU) nr. 1307/2013 worden gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2022.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 8 november 2021.

Voor de Commissie

De voorzitter

Ursula VON DER LEYEN


(1)  PB L 347 van 20.12.2013, blz. 608.


BIJLAGE

De bijlagen II en III bij Verordening (EU) nr. 1307/2013 worden als volgt gewijzigd:

1)

In bijlage II wordt de kolom van kalenderjaar 2022 vervangen door:

“Kalenderjaar

2022

België

471 996

Bulgarije

797 255

Tsjechië

848 107

Denemarken

783 029

Duitsland

4 522 439

Estland

193 576

Ierland

1 186 282

Griekenland

1 796 193

Spanje

4 797 439

Frankrijk

6 726 426

Kroatië

403 228

Italië

3 628 529

Cyprus

47 648

Letland

319 140

Litouwen

578 515

Luxemburg

33 432

Hongarije

1 305 715

Malta

5 244

Nederland

609 775

Oostenrijk

677 582

Polen

3 391 233

Portugal

685 528

Roemenië

1 919 363

Slovenië

131 530

Slowakije

396 034

Finland

517 532

Zweden

685 904 ”

2)

In bijlage III wordt de kolom van kalenderjaar 2022 vervangen door:

“Kalenderjaar

2022

België

472,0

Bulgarije

799,0

Tsjechië

847,1

Denemarken

782,3

Duitsland

4 522,4

Estland

193,6

Ierland

1 186,3

Griekenland

1 980,2

Spanje

4 856,0

Frankrijk

6 726,4

Kroatië

403,2

Italië

3 623,1

Cyprus

47,6

Letland

318,9

Litouwen

578,5

Luxemburg

33,4

Hongarije

1 275,5

Malta

5,2

Nederland

609,7

Oostenrijk

677,6

Polen

3 376,7

Portugal

685,6

Roemenië

1 919,4

Slovenië

131,5

Slowakije

394,5

Finland

517,5

Zweden

685,9”