13.1.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 8/142


UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2022/39 VAN DE COMMISSIE

van 12 januari 2022

tot vaststelling van voorschriften voor het format en de tijdschema’s voor de indiening van nationale werkprogramma’s en jaarverslagen inzake gegevensverzameling in de visserij- en de aquacultuursector en tot intrekking van de Uitvoeringsbesluiten (EU) 2016/1701 en (EU) 2018/1283

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn (EU) 2017/1004 van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2017 betreffende de instelling van een Uniekader voor de verzameling, het beheer en het gebruik van gegevens in de visserijsector en voor de ondersteuning van wetenschappelijk advies over het gemeenschappelijk visserijbeleid en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 199/2008 van de Raad (1), en met name artikel 6, lid 5, en artikel 11, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens Verordening (EU) nr. 1380/2013 van het Europees Parlement en de Raad (2) moeten de lidstaten de biologische, milieugerelateerde, technische en sociaal-economische gegevens die nodig zijn voor het visserijbeheer, verzamelen.

(2)

Krachtens artikel 6, lid 1, van Richtlijn (EU) 2017/1004 verzamelen de lidstaten zulke gegevens in het kader van een nationaal werkprogramma. Dergelijke programma’s, die uiterlijk op 15 oktober van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin ze van toepassing zijn bij de Commissie moeten worden ingediend, moeten worden opgesteld overeenkomstig het meerjarenprogramma van de Unie voor de verzameling, het beheer en het gebruik van gegevens in de visserij- en de aquacultuursector (“EU-meerjarenprogramma”).

(3)

In het EU-meerjarenprogramma is voorzien bij Gedelegeerd Besluit (EU) 2021/1167 van de Commissie (3) en Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1168 van de Commissie (4).

(4)

Overeenkomstig artikel 6, lid 5, van Richtlijn (EU) 2017/1004 kan de Commissie uitvoeringshandelingen vaststellen met voorschriften inzake de procedures, het format en de tijdschema’s met betrekking tot de indiening van deze werkprogramma’s.

(5)

Er moet worden voorzien in het format van de nationale werkprogramma’s overeenkomstig de gegevensvereisten van het EU-meerjarenprogramma. Om ervoor te zorgen dat de uiterste datum voor de indiening van nationale werkprogramma’s voor de periode vanaf 2022, met name 15 oktober 2021, wordt gehaald, is het format waarin dit besluit voorziet, op 19 juli 2021 ter beschikking gesteld van de lidstaten, die ermee hebben ingestemd om hun werkprogramma’s op dit format te baseren.

(6)

De geldigheidsduur van de nationale werkprogramma’s was afgestemd op het tijdschema van het EU-meerjarenprogramma. Omdat het huidige EU-meerjarenprogramma niet op een bepaalde datum afloopt, moet de geldigheidsduur van de nationale werkprogramma’s worden vastgelegd in dit besluit. De eerste nationale werkprogramma’s die overeenkomstig dit besluit worden ingediend, moeten een periode van drie tot zes jaar, beginnend op 1 januari 2022, bestrijken om de nodige stabiliteit van de gegevensverzameling te waarborgen. De toepassingsperiode van een enkel werkprogramma of van opeenvolgende nationale werkprogramma’s mag niet langer duren dan 31 december 2027, zodat deze in overeenstemming is met de programmeringsperiode van Verordening (EU) 2021/1139 van het Europees Parlement en de Raad (5) tot oprichting van het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur.

(7)

Overeenkomstig artikel 11, lid 1, van Richtlijn (EU) 2017/1004 leggen de lidstaten de Commissie jaarlijks een verslag voor over de uitvoering van hun nationale werkprogramma’s voor gegevensverzameling in de visserij- en aquacultuursector. De Commissie kan uitvoeringshandelingen vaststellen met voorschriften inzake de procedures, het format en de tijdschema’s voor de indiening en de goedkeuring van die verslagen.

(8)

Er moet worden voorzien in het format van de jaarverslagen overeenkomstig de gegevensvereisten van het EU-meerjarenprogramma. Aangezien de jaarverslagen en de nationale werkprogramma’s op hetzelfde format zijn gebaseerd, moeten de lidstaten dat format gebruiken voor de verslaglegging over de uitvoering van de nationale werkprogramma’s die vanaf 1 januari 2022 van kracht zijn.

(9)

Aangezien de jaarverslagen en de nationale werkprogramma’s op hetzelfde format zijn gebaseerd, moeten de lidstaten het format van Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1283 van de Commissie (6) gebruiken voor de verslaglegging over de uitvoering van de nationale werkprogramma’s voor 2021.

(10)

Met het oog op tijdige bekendmaking van de resultaten van de nationale werkprogramma’s voor gegevensverzameling en op tijdige verstrekking van gegevens aan de eindgebruikers moet de termijn voor de indiening van de jaarverslagen worden vastgesteld op 31 mei van het jaar volgend op het jaar waarin het werkprogramma is uitgevoerd.

(11)

De Commissie heeft de aanbevelingen van het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij in acht genomen (7). Ook werden vertegenwoordigers van de lidstaten gehoord in specifieke deskundigengroepen.

(12)

Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1701 van de Commissie (8) en Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1283 bevatten regels voor de indiening van de nationale werkprogramma’s en jaarverslagen overeenkomstig de gegevensvereisten van het vorige EU-meerjarenprogramma. Die besluiten moeten worden ingetrokken, aangezien dit besluit voorziet in de regels voor de indiening van die programma’s en verslagen overeenkomstig de nieuwe gegevensvereisten.

(13)

De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor de visserij en de aquacultuur,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Inhoud en toepassingsperiode van de werkprogramma’s

1.   De bijlage bij het onderhavige besluit bevat het format van de nationale werkprogramma’s voor gegevensverzameling overeenkomstig het meerjarenprogramma van de Unie voor de verzameling, het beheer en het gebruik van gegevens in de visserij- en de aquacultuursector (“EU-meerjarenprogramma”) dat is vastgesteld bij Gedelegeerd Besluit (EU) 2021/1167 en Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1168.

2.   De eerste nationale werkprogramma’s hebben betrekking op een periode van ten minste drie jaar en ten hoogste zes jaar, die ingaat op 1 januari 2022 en uiterlijk op 31 december 2027 afloopt. De toepassingsperiode van eventuele opeenvolgende nationale werkprogramma’s loopt uiterlijk op 31 december 2027 af.

Artikel 2

Inhoud en termijn voor de indiening van jaarverslagen

1.   De jaarverslagen over de uitvoering van de werkprogramma’s voor gegevensverzameling overeenkomstig het EU-meerjarenprogramma worden ingediend volgens het format van de bijlage bij dit besluit.

2.   Uiterlijk op 31 mei van elk jaar dienen de lidstaten de jaarverslagen over de uitvoering van de werkprogramma’s voor gegevensverzameling in het voorgaande kalenderjaar in.

Artikel 3

Intrekking van Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1701 en Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1283

1.   Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1701 en Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1283 worden ingetrokken.

2.   Uiterlijk op 31 mei 2022 dienen de lidstaten de jaarverslagen in op basis van het format van Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1283.

Artikel 4

Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 12 januari 2022.

Voor de Commissie

De voorzitter

Ursula VON DER LEYEN


(1)   PB L 157 van 20.6.2017, blz. 1.

(2)  Verordening (EU) nr. 1380/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 inzake het gemeenschappelijk visserijbeleid, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1954/2003 en (EG) nr. 1224/2009 van de Raad en tot intrekking van Verordeningen (EG) nr. 2371/2002 en (EG) nr. 639/2004 van de Raad en Besluit 2004/585/EG van de Raad (PB L 354 van 28.12.2013, blz. 22).

(3)  Gedelegeerd Besluit (EU) 2021/1167 van de Commissie van 27 april 2021 tot vaststelling van het meerjarenprogramma van de Unie voor de verzameling en het beheer van biologische, ecologische, technische en socio-economische gegevens in de visserij- en de aquacultuursector vanaf 2022 (PB L 253 van 16.7.2021, blz. 51).

(4)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1168 van de Commissie van 27 april 2021 tot vaststelling van de lijst van verplichte onderzoekssurveys op zee en de drempels als onderdeel van het meerjarenprogramma van de Unie voor de verzameling en het beheer van gegevens in de visserij- en de aquacultuursector vanaf 2022 (PB L 253 van 16.7.2021, blz. 92).

(5)  Verordening (EU) 2021/1139 van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2021 tot oprichting van het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur en tot wijziging van Richtlijn (EU) 2017/1004 (PB L 247 van 13.7.2021, blz. 1).

(6)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1283 van de Commissie van 24 augustus 2018 tot vaststelling van voorschriften inzake het format en de tijdschema’s voor de indiening van de jaarlijkse gegevensverzamelingsverslagen in de visserij- en de aquacultuursector (PB L 242 van 26.9.2018, blz. 1).

(7)  STECF 19-03, 20-01 verslagen van EWG 19-12, 20-16, 20-18 (link naar publicatie).

(8)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1701 van de Commissie van 19 augustus 2016 tot vaststelling van voorschriften inzake het format voor de indiening van werkprogramma’s voor gegevensverzameling in de visserij- en de aquacultuursector (PB L 260 van 27.9.2016, blz. 153).


BIJLAGE

I —   Format van de werkprogramma’s en de jaarverslagen

I.1   Algemene opmaak en redactionele beginselen

De werkprogramma’s en jaarverslagen bevatten informatie die in tabellen en tekstvakken is gegroepeerd. In deze bijlage worden deze tabellen en tekstvakken gegeven en worden de velden ervan beschreven.

Wanneer een lidstaat geen gegevensverzameling verricht in sectoren van bepaalde tabellen of tekstvakken, is hij niet verplicht de bijbehorende tabellen of tekstvakken op te nemen in het werkprogramma (WP) of het jaarverslag (JV). De lidstaten geven met (J/N) in de overzichtstabel van het werkprogramma aan welke tabellen en tekstvakken zijn opgenomen en welke niet.

De grijze gedeelten van tabellen en tekstvakken hebben alleen betrekking op de jaarverslagen. De overige delen hebben betrekking op de werkprogramma’s en moeten ongewijzigd worden gekopieerd naar het desbetreffende jaarverslag. Kolommen met formules moeten automatisch worden ingevuld.

I.2   Opstelling van het jaarverslag

De lidstaten dragen de informatie van hun vastgestelde werkprogramma’s eerst over naar elke overeenkomstige tabel en elk tekstvak in het jaarverslag en vullen vervolgens de extra grijze kolommen in.

Bij het opstellen van het jaarverslag bewerken de lidstaten geen enkele van de in de tabellen of tekstvakken opgenomen waarden die zijn overgenomen uit hun goedgekeurde werkprogramma’s, met uitzondering van:

Tabel 1.2: voor vergaderingen die niet in het werkprogramma zijn opgenomen, kunnen aan het einde van de tabel extra rijen, gemarkeerd in grijs, worden ingevoegd.

Tabel 1.3: voor nieuwe overeenkomsten die niet zijn opgenomen in het werkprogramma, kunnen aan het einde van de tabel extra rijen, gemarkeerd in grijs, worden ingevoegd.

Tabel 2.1: soorten die niet in het werkprogramma zijn opgenomen, kunnen aan het einde van de tabel extra rijen, gemarkeerd in grijs, worden ingevoegd.

Tabel 2.2: nieuwe soorten, parameters of steekproefregelingen die niet in het werkprogramma zijn opgenomen, kunnen aan het einde van de tabel worden ingevoegd als extra rijen, gemarkeerd in grijs;

Tabel 2.5: nieuwe steekproefregelingen of -kaders die niet in het werkprogramma zijn opgenomen, kunnen aan het einde van de tabel worden ingevoegd als extra rijen, gemarkeerd in grijs.

Tabel 1.4 is alleen van toepassing op het jaarverslag. De lidstaten gebruiken deze tabel om aan te geven welke follow-up zij hebben gegeven aan de aanbevelingen en overeenkomsten inzake de gegevens die in het kader van het GVK op internationaal en EU-niveau worden verzameld.

Zo nodig geven de lidstaten in de relevante “AR comments” (Opmerkingen jaarverslag) in de tabellen en in de tekstvakken van het jaarverslag uitleg over afwijkingen van het werkprogramma. In de tekstvakken vermelden zij de maatregelen die worden genomen om afwijkingen van het werkprogramma in de toekomst te voorkomen.

I.3   Consistente naamgeving en codificatie, naleving van verdragen

De lidstaten maken in de tabellen en tekstvakken van de werkprogramma’s en jaarverslagen gebruik van consistente naamgeving en codering van vistuig, soorten, metiers, visgronden en dergelijke.

In voorkomend geval gebruiken de lidstaten codes en namen uit de relevante tabellen in de bijlagen bij de besluiten in het kader van het meerjarenprogramma van de EU en andere internationale verdragen, met inbegrip van die welke zijn overeengekomen door regionale coördinatiegroepen.

Indien een lidstaat in meerdere regio’s actief is, presenteert hij zijn gegevensverzamelingsactiviteiten per regio voor biologische gegevens en per supraregio voor economische gegevens. De regionale stratificatie is opgenomen in tabel 2 van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1168 van de Commissie. De lidstaat presenteert zijn activiteiten buiten de EU-wateren, gegroepeerd in regionale afdelingen en binnen de regio, per regionale organisatie voor visserij(-beheer) of een andere internationale organisatie. In de tabellen en de tekstvakken in de werkprogramma’s en jaarverslagen wordt dezelfde onderverdeling gehandhaafd.

II —   Beschrijving van tabellen en tekstvakken

1:   Algemene informatie

Kader voor gegevensverzameling op nationaal niveau

Algemene opmerking: gebruik dit tekstvak om te beschrijven hoe de gegevensverzameling wordt georganiseerd in uw lidstaat (betrokken instellingen, contactgegevens) en aan welke regionale coördinatiegroepen (RCG) uw lidstaat deelneemt.

Schets het algemene kader van het nationale programma voor gegevensverzameling met betrekking tot de relevante onderdelen van het meerjarenprogramma van de EU. Vermeld, indien van toepassing, belangrijke methodologische veranderingen in de aanpak ten opzichte van voorgaande jaren, en op welke afdeling(en) ze van toepassing zijn.

Geef volledige naam, acroniem en contactgegevens van alle instellingen die bijdragen aan de gegevensverzamelingsactiviteiten en beschrijf kort hun rol in het werkprogramma.

Als er een nationale website voor gegevensverzameling is, voeg dan de link toe.

(max. 1 000 woorden)


Tabel 1.1: Beschikbaarheid van gegevens

Algemene opmerking: met deze tabel wordt voldaan aan artikel 6, lid 3, punt e), van Richtlijn (EU) 2017/1004. Gebruik deze tabel om per gegevensreeks informatie te verstrekken over de beschikbaarheid van de gegevens.

Naam van het veld

Beschrijving

MS (Lidstaat)

Gebruik een drieletterige ISO 3166-1-landcode (bv. “DEU”). Zie de lijst met modelcodes “MS”.

Region (Regio)

Zie de lijst met modelcodes “Regions”. Indien de informatie op alle regio’s betrekking heeft, gebruik dan de code “all regions” (alle regio’s).

RFMO/RFO/IO

Gebruik het acroniem van de regionale organisatie voor visserijbeheer (Regional Fisheries Management Organisation — RFMO), de regionale visserijorganisatie (Regional Fisheries Organisation — RFO) of internationale organisatie (International Organisation — IO) die bevoegd is voor het beheer/advies inzake de soort/het bestand. Zie de lijst met modelcodes “RFMO/RFO/IO”. Indien er geen RFMO, RFO of IO van toepassing is, vermeld dan “NA” (niet van toepassing).

WP table (Tabel werkprogramma)

Vermeld de specifieke tabel in het werkprogramma met details van de desbetreffende gegevens.

Data set (Gegevensreeks)

Vermeld de gegevensreeks waarvoor informatie over de beschikbaarheid wordt verstrekt. Zie de lijst met modelcodes “Data set”.

Data subset (Subreeks van gegevens)

Vermeld de subreeks van gegevens waarvoor informatie over de beschikbaarheid wordt verstrekt. Zie de lijst met modelcodes “Data subset”.

Specific item (Specifiek punt)

Vrije tekst indien nodig

Implementation year (Uitvoeringsjaar)

Vermeld het (de) ja(a)r(en) waarin het werkprogramma wordt uitgevoerd.

Reference year (Referentiejaar)

Vermeld het jaar waarvoor gegevens worden verzameld (bv. “N”, “N-1”). Het uitvoeringsjaar is “N”.

Availability of the data (Beschikbaarheid van de gegevens)

Vermeld wanneer de gegevens die tijdens het referentiejaar zijn verzameld, naar verwachting beschikbaar komen. Wees zo nauwkeurig mogelijk (bv. “N+1”, “N+1-2e kwartaal”, “N+1, specifieke datum” enz.).

WP comments (Opmerkingen WP)

Eventuele verdere opmerkingen

Algemene opmerking: de lidstaten moeten informatie verstrekken over de beschikbaarheid van gegevens per gegevensreeks. Voor nieuwe gegevens die niet in het werkprogramma zijn opgenomen, kunnen aan het einde van de tabel extra rijen, gemarkeerd in grijs, worden toegevoegd.

Time when data were available (Tijdstip waarop de gegevens beschikbaar waren)

Vermeld wanneer de gegevens beschikbaar zijn gesteld.

AR comments (Opmerkingen JV)

Voeg opmerkingen toe om elke afwijking van het werkprogramma te verduidelijken.


Tabel 1.2: Geplande regionale en internationale coördinatie

Algemene opmerking: met deze tabel wordt voldaan aan artikel 7, lid 2, punt c), van Richtlijn (EU) 2017/1004. Gebruik deze tabel om informatie te verstrekken over de geplande deelname van de lidstaat aan vergaderingen met het oog op gegevensverzameling in het kader van het GVK.

Naam van het veld

Beschrijving

MS (Lidstaat)

Gebruik een drieletterige ISO 3166-1-landcode (bv. “DEU”). Zie de lijst met modelcodes “MS”.

Meeting acronym (Acroniem vergadering)

Vermeld een officieel acroniem voor vergaderingen die uw lidstaat wil bijwonen.

Vermeld ten minste de nationale coördinatievergadering, ook al heeft uw lidstaat besloten deze niet te organiseren; alle vergaderingen van de regionale coördinatiegroep waarbij uw lidstaat betrokken is; jaarlijkse vergaderingen van de regionale coördinatiegroep waarbij uw lidstaat niet betrokken is; de verbindingsvergadering; de vergadering van de nationale correspondenten. Als sommige vergaderingen niet kunnen worden gepland op het moment dat het werkprogramma wordt ingediend, kunt u de vergaderingen waaraan uw lidstaat heeft deelgenomen in het jaarverslag toevoegen. Indien uw lidstaat geen nationale vergadering organiseert of niet deelneemt aan een regionale coördinatiegroep, vermeld dat dan in de kolom “WP comments” (Opmerkingen WP).

Name of meeting (Naam van de vergadering)

Vermeld de volledige officiële naam van de vergaderingen die uw lidstaat voornemens is bij te wonen. Laat geen cellen leeg als u de kolom “Meeting acronym” (Acroniem vergadering) hebt ingevuld. Indien u geen nationale vergadering organiseert of niet deelneemt aan een regionale coördinatiegroep, vermeld dat dan in de kolom “WP comments” (Opmerkingen WP).

RFMO/RFO/IO

Gebruik het acroniem van de regionale organisatie voor visserijbeheer (Regional Fisheries Management Organisation — RFMO), de regionale visserijorganisatie (Regional Fisheries Organisation — RFO) of internationale organisatie (International Organisation — IO) die bevoegd is voor het beheer/advies inzake de soort/het bestand. Zie de lijst met modelcodes “RFMO/RFO/IO”. Indien er geen RFMO, RFO of IO van toepassing is, vermeld dan “NA” (niet van toepassing).

WP comments (Opmerkingen WP)

Eventuele verdere opmerkingen.

Algemene opmerking: de lidstaten moeten informatie verstrekken over het aantal vergaderingen in verband met het GVK dat zij hebben bijgewoond. Voor nieuwe vergaderingen die niet in het werkprogramma zijn opgenomen, kunnen aan het einde van de tabel extra rijen, gemarkeerd in grijs, worden toegevoegd.

Number of MS participants (Aantal deelnemers per lidstaat)

Vermeld het aantal deelnemers uit uw lidstaat per vergadering. Vul “0” in als er geen deelnemers de vergadering hebben bijgewoond.

AR comments (Opmerkingen JV)

Voeg opmerkingen toe om elke afwijking van het werkprogramma te verduidelijken.


Tabel 1.3: Bilaterale en multilaterale overeenkomsten

Algemene opmerking: met deze tabel wordt voldaan aan artikel 6, lid 3, punt f), van Richtlijn (EU) 2017/1004. Gebruik deze tabel om informatie te verstrekken over overeenkomsten met andere lidstaten en over de manier waarop Europese en internationale verplichtingen worden nagekomen. Vermeld alleen de huidige en de geplande overeenkomsten. Als een overeenkomst afloopt tijdens een door het werkprogramma bestreken periode, markeert u deze in de “AR comments” (Opmerkingen jaarverslag) als “obsolete” (verouderd) voor het jaar waarin deze niet langer van kracht is.

Naam van het veld

Beschrijving

MS (Lidstaat)

Gebruik een drieletterige ISO 3166-1-landcode (bv. “DEU”). Zie de lijst met modelcodes “MS”. Vermeld alle lidstaten die bij een overeenkomst betrokken zijn. Scheid meerdere vermeldingen met een puntkomma.

Name of the agreement (Naam van de overeenkomst)

Vermeld de naam van de overeenkomst. De betrokken lidstaten moeten dezelfde naam gebruiken voor dezelfde overeenkomst.

Contact persons (Contactpersonen)

Vermeld naam en e-mailadres van de nationale correspondent van elke lidstaat die bij de overeenkomst is betrokken.

Content (Inhoud)

Beschrijf kort het doel en de inhoud van de overeenkomst. Geef indien van toepassing bij “WP Comments” (Opmerkingen WP) een ondubbelzinnige, volledige referentie van de documentatie over de overeenkomst of een geldige link daarnaar.

Coordination (Coördinatie)

Beschrijf kort hoe en door wie de coördinatie gebeurt/zal gebeuren.

Description of sampling/sampling protocol/sampling intensity (Beschrijving steekproeftrekking/steekproefprotocol/steekproefintensiteit)

Beschrijf kort de steekproeftrekking in het kader van de overeenkomst.

Data transmission (Doorsturen van gegevens)

Vermeld welke lidstaat verantwoordelijk is/zal zijn voor het doorsturen van welke gegevensreeks.

Access to vessels (Toegang tot vaartuigen)

Geef met (Y/N) (ja/nee) aan of de overeenkomst enige vorm van toegang tot vaartuigen van andere partners inhoudt. Indien toegang wordt geïmpliceerd, vermeld dan welke (instappen, delen van steekproeven bij aanlanding enz.) in de kolom “WP comments” (Opmerkingen WP).

Validity (Geldigheid)

Vermeld het jaar waarin de overeenkomst afloopt of, indien deze jaarlijks automatisch wordt verlengd, het jaar waarin de overeenkomst werd of wordt ondertekend.

WP comments (Opmerkingen WP)

Eventuele verdere opmerkingen.

Algemene opmerking: de lidstaten moeten informatie verstrekken over wijzigingen in lopende overeenkomsten. Voor nieuwe overeenkomsten die niet zijn opgenomen in het werkprogramma, kunnen aan het einde van de tabel extra rijen, gemarkeerd in grijs, worden toegevoegd.

AR comments (Opmerkingen JV)

Voeg een opmerking toe indien de overeenkomsten gedurende het uitvoeringsjaar zijn gewijzigd. Gebruik “Ongoing” (Lopend) als de overeenkomst nog steeds operationeel is; “Obsolete” (Verouderd) als de overeenkomst niet langer van kracht is; “New” (Nieuw) als de overeenkomst is toegevoegd.


Tabel 1.4: Follow-up van aanbevelingen en overeenkomsten

Algemene opmerking: met deze tabel wordt voldaan aan artikel 6, lid 3, punt g), van Richtlijn (EU) 2017/1004. Gebruik deze tabel om informatie te verstrekken over de manier waarop uw lidstaat voornemens is de aanbevelingen en overeenkomsten betreffende gegevensverzameling in het kader van het GVK op Europees en internationaal niveau na te leven en hoe aan de Europese en internationale verplichtingen wordt voldaan.

Naam van het veld

Beschrijving

MS (Lidstaat)

Gebruik een drieletterige ISO 3166-1-landcode (bv. “DEU”). Zie de lijst met modelcodes “MS”.

Region (Regio)

Zie de lijst met modelcodes “Regions”. Indien de informatie op alle regio’s betrekking heeft, gebruik dan de code “all regions” (alle regio’s).

RFMO/RFO/IO

Gebruik het acroniem van de regionale organisatie voor visserijbeheer (Regional Fisheries Management Organisation — RFMO), de regionale visserijorganisatie (Regional Fisheries Organisation — RFO) of internationale organisatie (International Organisation — IO) die bevoegd is voor het beheer/advies inzake de soort/het bestand. Zie de lijst met modelcodes “RFMO/RFO/IO”. Indien geen RFMO, RFO of IO van toepassing is, vermeld dan “NA” (niet van toepassing).

Source of recommendation/agreement (Bron van aanbeveling/overeenkomst)

Vermeld de bron van de aanbeveling aan de hand van het acroniem van de betrokken regionale coördinatiegroep (Regional Coordination Group — RCG), Liaison Meeting (LM), WTECV-deskundigenwerkgroep (STECF Expert Working Group — EWG), bv. “LM 2020”, “STECF EWG 20-08”.

EU MAP section (Deel meerjarenprogramma van de EU)

Vermeld op welk punt van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma de aanbeveling betrekking heeft (bv. 1. Algemene beginselen, 5. Sociaal-economische gegevens over de visserij enz.). Indien een aanbeveling betrekking heeft op meerdere delen, vermeld deze dan allemaal. Indien een aanbeveling voor alle delen van het meerjarenprogramma van de EU geldt, vermeld dan “All” (Alle).

Topic (Onderwerp)

Vermeld het onderwerp waarop de aanbeveling betrekking heeft, bv. “Data quality” (Gegevenskwaliteit), “Surveys” (Onderzoeken) enz.

Recommendation number (Nr. aanbeveling)

Vermeld, indien van toepassing, het nummer van de aanbeveling.

Indien dat niet bestaat, vermeld dan “NA” (niet van toepassing).

Recommendation/Agreement (Aanbeveling/overeenkomst)

Vermeld alleen de aanbevelingen en overeenkomsten die op uw lidstaat van toepassing zijn. Aanbevelingen en overeenkomsten die niet van toepassing zijn op uw lidstaat (bv. over het mandaat van de deskundigengroep, over door de Commissie te ondernemen acties enz.), hoeven niet te worden vermeld. Voor overeenkomsten moeten de betrokken lidstaten dezelfde beschrijving toepassen voor dezelfde overeenkomst.

Follow-up action (Follow-upmaatregelen)

Beschrijf kort de genomen of de nog te nemen follow-upmaatregelen.

AR comments (Opmerkingen JV)

Eventuele verdere opmerkingen.


Tekstvak 1a: Beschrijving van het testonderzoek

Algemene opmerking: met dit tekstvak wordt voldaan aan hoofdstuk II, punt 1.2, van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma.

1.

Doelstelling van het testonderzoek

2.

Duur van het testonderzoek

3.

Methoden en verwachte resultaten van het testonderzoek

(max. 900 woorden per onderzoek)

Beknopte beschrijving van de resultaten (met inbegrip van afwijkingen t.o.v. de planning en in voorkomend geval de redenen daarvan).

Verwezenlijking van de aanvankelijk verwachte resultaten van het onderzoek en motivering indien dat niet het geval was.

Verwerking van de onderzoeksresultaten in de reguliere steekproeftrekking door de lidstaat.

(max. 900 woorden per onderzoek)


Tekstvak 1b: Andere gegevensverzamelingsactiviteiten

Algemene opmerking: gebruik dit tekstvak om informatie te verstrekken over andere gegevensverzamelingsactiviteiten die verband houden met uw operationele EFMZVA-programma en die in het werkprogramma en het jaarverslag moeten worden opgenomen. Beschrijf activiteiten die door het GVK worden gefinancierd, maar die voldoen aan doelstellingen in het kader van andere EFMZVA-prioriteiten, zoals mariene kennis, of activiteiten die door het GVK worden gefinancierd, maar die niet direct verband houden met de specifieke vereisten van het meerjarenprogramma van de EU of de modeltabellen van het werkprogramma, zoals zoetwatervisserijen. U kunt ook eenmalige specifieke onderzoeken voor een bepaalde eindgebruiker opnemen die niet tot de reguliere gegevensverzameling behoren.

1.

Doel van de gegevensverzamelingsactiviteit

2.

Duur van de gegevensverzamelingsactiviteit

3.

Methoden en verwachte resultaten van de gegevensverzamelingsactiviteit

(max. 900 woorden per activiteit)

Beknopte beschrijving van de resultaten (met inbegrip van afwijkingen t.o.v. de planning en in voorkomend geval de redenen daarvan).

Verwezenlijking van de aanvankelijk verwachte resultaten en motivering indien dat niet het geval was.

Follow-up van de activiteiten (wat zijn de volgende stappen, hoe worden de resultaten gebruikt).

(max. 900 woorden per activiteit)

2:   Biologische gegevens

Tabel 2.1: Lijst van vereiste soorten/bestanden

Algemene opmerking: met deze tabel wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punt a), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 2.1, a), van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Deze tabel is bedoeld voor een nadere omschrijving van de gegevens die moeten worden verzameld volgens tabel 1 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Gebruik deze tabel om een overzicht te geven van de verzameling van gegevens op het niveau van het gebied/bestand. Van alle exemplaren die deel hebben uitgemaakt van de steekproef, moet waar mogelijk de soort en de lengte worden bepaald. Andere biologische gegevens dan de lengte worden opgegeven in tabel 2.2 en kunnen gegevens omvatten die in het kader van de surveys op zee zijn verzameld.

Naam van het veld

Beschrijving

MS (Lidstaat)

Gebruik een drieletterige ISO 3166-1-landcode (bv. “DEU”). Zie de lijst met modelcodes “MS”.

Reference period (Referentieperiode)

Vermeld het jaar (de jaren) waarnaar de gegevens daadwerkelijk verwijzen. Selecteer de drie meest recente representatieve jaren vóór het eerste jaar van de periode van het werkprogramma (geen actualisering van de referentieperiode nodig binnen de periode van het werkprogramma), met beschikbare gegevens. Vermeld de referentiejaren als “2018-2020”.

Wanneer de referentieperiode verschilt van de meest recente drie jaren, verduidelijk dit dan in de kolom “WP comments” (Opmerkingen WP).

Region (Regio)

Zie de lijst met modelcodes “Regions”. Indien de informatie op alle regio’s betrekking heeft, gebruik dan de code “all regions” (alle regio’s).

RFMO/RFO/IO

Gebruik het acroniem van de regionale organisatie voor visserijbeheer (Regional Fisheries Management Organisation — RFMO), de regionale visserijorganisatie (Regional Fisheries Organisation — RFO) of internationale organisatie (International Organisation — IO) die bevoegd is voor het beheer/advies inzake de soort/het bestand. Zie de lijst met modelcodes “RFMO/RFO/IO”. Indien geen RFMO, RFO of IO van toepassing is, vermeld dan “NA” (niet van toepassing).

Species (Soorten)

Vermeld voor alle regio’s en gebieden waar de vissersvloot van uw lidstaat actief is, de wetenschappelijke naam van alle soorten/bestanden die in tabel 1 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma zijn opgenomen.

Wanneer de vloot actief is in een gecombineerde regio (bv. de Middellandse Zee en de Zwarte Zee), vermeld dan alle soorten voor die regio. U kunt aan het einde extra rijen toevoegen voor soorten of bestanden die niet zijn opgenomen in tabel 1 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma en waarvoor steekproeftrekking is voorgeschreven door uw lidstaat, RFMO’s of op het niveau van de mariene regio’s. Motiveer dergelijke toevoeging in de kolom “WP comments” (Opmerkingen WP).

Area (Gebied)

Vermeld het gebied van de vermelde soorten/bestanden overeenkomstig kolom 3 van tabel 1 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma.

Average landings in the reference years (tonnes) (Gemiddelde aanlandingen in de referentiejaren (ton))

Vermeld de gemiddelde aanlandingen per jaar in de statistische referentieperiode voor elke soort en elk bestand. Indien de soort helemaal niet is aangeland, schrijf dan “none” (geen). Vermeld het exacte aantal ton zonder decimalen.

Data source used for average national landings (Gegevensbron gebruikt voor gemiddelde nationale aanlandingen)

Vermeld de gegevensbron voor de gemiddelde nationale aanlandingen. Zie de lijst met modelcodes “Data Source” (Gegevensbron).

EU TAC (if any) (EU-TAC (indien van toepassing)) (%)

Enkel van toepassing voor bestanden waarvoor TAC- en quotaverordeningen gelden.

Vermeld “none” (geen) indien de lidstaat geen aandeel heeft in de EU-TAC voor het betrokken bestand.

Vermeld het percentage van het aandeel (waarde tussen 0 en 100) indien uw lidstaat een aandeel heeft in de EU-TAC voor het betrokken bestand.

Indien de TAC betrekking heeft op meerdere gecombineerde soorten, vermeld dan het percentage van het aandeel in de TAC voor elke soort en vermeld de combinatie in de kolom “WP comments” (Opmerkingen WP). Vermeld in het geval van een aanzienlijke quotaruil (meer dan 50 % van het TAC-aandeel) het volume van de ruil in de kolom “WP comments” (Opmerkingen WP).

Vermeld “NA” indien het bestand niet door een TAC wordt beheerd. Vul in dit geval de kolom “Share (%) in EU landings” (Aandeel (%) in de EU-aanlandingen) in.

Share (%) in EU landings (Aandeel (%) in de EU-aanlandingen)

Van toepassing voor alle bestanden waarvoor (nog) geen TAC’s zijn vastgesteld. Vermeld “none” (geen) indien uw lidstaat geen aanlandingen voor het betrokken bestand heeft. Vermeld het percentage van het aandeel (waarde tussen 0 en 100) indien uw lidstaat aanlandingen voor het betrokken bestand heeft.

Data source used for EU landings (Voor EU-aanlandingen gebruikte gegevensbron)

Vermeld de gegevensbron voor EU-aanlandingen. Zie de lijst met modelcodes “Data source” (Gegevensbron).

Threshold rules used (Toegepaste drempelregels)

Vermeld welke drempelregels er gelden wanneer een soort niet voor steekproeftrekking is geselecteerd. Vermeld “none” (geen) voor soorten die voor steekproeftrekking zijn geselecteerd. Vul voor diadrome soorten “None” (Geen) in omdat daarvoor in het EU-meerjarenprogramma geen drempels gelden. Gebruik de hiërarchie van regels: 1) “TAC < 10 %”, 2) “Aanlandingen < 10 %”, 3) “Aanlandingen < 200 t”.

Als uw lidstaat geen aanlandingen/vangsten heeft voor een bepaald “soort*gebied”, vul dan “Aanlandingen < 200 t” in.

Zie de lijst met modelcodes “Threshold rules used” (Toegepaste drempelregels).

Regional coordination agreement at stock level (Regionale coördinatieovereenkomst op het niveau van het bestand)

Geef met “Y” (ja) of “N” (neen) aan of er een regionale overeenkomst inzake steekproeftrekking uit het bestand is. Indien er sprake is van een regionale overeenkomst, vermeld dan de naam van de overeenkomst in tabel 1.3. Indien verschillende steekproefregelingen voor meerdere soorten van toepassing zijn op hetzelfde bestand en deze niet allemaal regionaal worden gecoördineerd, licht dan de situatie toe in de kolom “WP comments” (Opmerkingen WP).

Covered by a commercial sampling scheme for length (Vallen onder een commerciële steekproefregeling voor de lengte)

Geef met “Y” (ja) of “N” (neen) aan of voor de soort/het bestand een commerciële steekproef voor de lengte wordt uitgevoerd. Een bestand wordt geacht onder steekproeftrekking te vallen indien de lengtestructuren de afgelopen drie jaar routinematig naar de eindgebruikers zijn verzonden, of indien het onder een nieuw steekproefkader valt met een plan om de lengtestructuur in de toekomst naar de betrokken RFMO/RFO/IO te sturen.

Selected for sampling of biological variables (Geselecteerd voor steekproeftrekking met biologische variabelen)

Vul “Y” (ja) in als de soort/het bestand is geselecteerd voor steekproeftrekking voor ten minste één variabele uit tabel 2.2 van het werkprogramma en vul “N” (neen) in als dat niet het geval is. Zorg ervoor dat alle bestanden met een “Y” (ja) in dit veld in tabel 2.2 worden vermeld.

WP comments (Opmerkingen WP)

Eventuele verdere opmerkingen.

Algemene opmerking: de lidstaten moeten informatie verstrekken over het aantal gemeten vissen per soort/bestand. Voor nieuwe soorten/bestanden die niet in het werkprogramma zijn opgenomen, kunnen aan het einde van de tabel extra rijen, gemarkeerd in grijs, worden toegevoegd.

Achieved number of individuals measured for length at national level from commercial sampling (Uitgevoerd aantal exemplaren waarvan de lengte op nationaal niveau is gemeten aan de hand van commerciële steekproeven)

Vermeld het totale aantal vissen waarvan op nationaal niveau de lengte is bepaald in de commerciële visserij.

Achieved number of samples for length at national level from commercial sampling (Uitgevoerd aantal steekproeven voor de lengte op nationaal niveau aan de hand van commerciële steekproeven)

Vermeld het aantal steekproeven (primaire steekproefeenheden — PSU’s) van commerciële visserijen waaruit het aantal exemplaren is verkregen. Zelfs wanneer een soort niet voor steekproeftrekking is geselecteerd, maar er wel gegevens worden verzameld, moet hier het aantal steekproeven worden vermeld.

AR comments (Opmerkingen JV)

Voeg opmerkingen toe om mogelijke verschillen tussen het aantal uitgevoerde steekproeven en het op basis van het protocol verwachte aantal te verduidelijken. Vermeld in deze kolom of er in tekstvak 2.1 uitgebreide opmerkingen zijn gegeven. U kunt eventuele verdere opmerkingen toevoegen.


Tekstvak 2.1: Lijst van vereiste soorten/bestanden

Algemene opmerking: met dit tekstvak wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punt a), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 2.1, a), van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Dit tekstvak is van toepassing op het jaarverslag en vormt een aanvulling op tabel 2.1.

Afwijkingen van het werkprogramma

Vermeld de eventuele afwijkingen van de verworven gegevensverzameling (alleen lengten) ten opzichte van hetgeen was gepland.

In dit deel moeten de algemene oorzaken van afwijkingen van het werkprogramma (geplande vs. uitgevoerde gegevensverzameling) worden samengevat. Gedetailleerde opmerkingen over afwijkingen met betrekking tot specifieke soorten/bestanden moeten worden opgenomen in de kolom “AR comments” (Opmerkingen JV) van tabel 2.1.

Maatregelen om afwijkingen te voorkomen

Beschrijf welke maatregelen worden overwogen/zijn getroffen om in de toekomst afwijkingen te voorkomen en geef aan wanneer die maatregelen naar verwachting effect gaan sorteren. Als er geen afwijkingen zijn, is dit deel niet van toepassing.

(Eén tekstvak van max. 1 000 woorden per regio/RFMO/RFO/IO)


Tabel 2.2: Planning van de steekproeftrekking met biologische variabelen

Algemene opmerking: met deze tabel wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punt a), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 2.1, a), van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Deze tabel is bedoeld voor een nadere omschrijving van de biologische gegevens (met uitzondering van de lengte) die moeten worden verzameld volgens tabel 1 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Voor de in deze tabel vermelde soorten moeten biologische variabelen (leeftijd, gewicht, geslachtsverhouding, geslachtsrijpheid en vruchtbaarheid) worden getoond die volgens plan worden verzameld. De tabel moet ook gegevens bevatten die in het kader van de in tabel 2.6 vermelde surveys op zee worden verzameld, en gegevens van de in tabel 2.4 vermelde recreatievisserij. Voor commerciële visserij moet deze tabel in overeenstemming zijn met tabel 2.1.

Naam van het veld

Beschrijving

MS (Lidstaat)

Gebruik een drieletterige ISO 3166-1-landcode (bv. “DEU”). Zie de lijst met modelcodes “MS”.

Implementation year (Uitvoeringsjaar)

Vermeld het jaar waarin de activiteit wordt uitgevoerd. Vul één rij per uitvoeringsjaar in en vermeld alle jaren vanaf de periode van het werkprogramma.

Region (Regio)

Zie de lijst met modelcodes “Regions”. Indien de informatie op alle regio’s betrekking heeft, gebruik dan de code “all regions” (alle regio’s).

RFMO/RFO/IO

Gebruik het acroniem van de regionale organisatie voor visserijbeheer (Regional Fisheries Management Organisation — RFMO), de regionale visserijorganisatie (Regional Fisheries Organisation — RFO) of internationale organisatie (International Organisation — IO) die bevoegd is voor het beheer/advies inzake de soort/het bestand. Zie de lijst met modelcodes “RFMO/RFO/IO”. Indien geen RFMO, RFO of IO van toepassing is, vermeld dan “NA” (niet van toepassing).

Species (Soorten)

Vermeld voor alle regio’s en gebieden waar de vissersvloot van de lidstaat actief is, de wetenschappelijke naam van de soorten waarvoor steekproeftrekking met biologische variabelen verplicht is overeenkomstig tabel 1 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma.

Vermeld alleen de soorten met een “Y” in de kolom “Selected for sampling of biological variables” (Geselecteerd voor steekproeftrekking met biologische variabelen) van tabel 2.1.

Area (Gebied)

Vermeld het gebied van de vermelde soorten/bestanden overeenkomstig kolom 3 van tabel 1 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Vermeld voor gegevens die in het kader van de surveys op zee worden verzameld (tabel 2.6), of gegevens van de recreatievisserij (tabel 2.4) het (de) betrokken gebied(en) in de kolom “WP comments” (Opmerkingen WP).

Biological variable (Biologische variabele)

Vermeld de te verzamelen biologische variabele. Zie de lijst met modelcodes “Biological Variable” (Biologische variabele). Vermeld alleen biologische variabelen die u per soort/bestand tijdens de steekproefperiode ten minste eenmaal wilt verzamelen. Indien u van plan bent om in slechts één jaar een variabele te verzamelen, plaats dan “0” in de kolom “Number of individuals to sample” (Aantal in de steekproef op te nemen exemplaren) bij de andere jaren waarin geen steekproeftrekking voor deze variabele is gepland. Vermeld elke variabele op een aparte regel en vermijd het invoeren van meerdere variabelen in dezelfde cel. Alleen bij recreatievisserij mag u “lengte” als biologische variabele invullen.

Data collection requested by end user (Verzameling van gegevens op verzoek van eindgebruiker)

Geef met “Y” (ja) of “N” (neen) aan of de gegevensverzameling gebaseerd is op een verzoek van een eindgebruiker. Voor gegevens die verplicht zijn in het kader van het meerjarenprogramma van de EU, wordt verwacht dat de standaardwaarde “Y” is. Vul voor aanvullende gegevens “Y” (bv. omdat een nationale instantie of regionale coördinatiegroep om een bepaald soort gegevensverzameling verzoekt) of “N” (bv. wanneer de gegevensverzameling anticipeert op toekomstig mogelijk gebruik) in.

Observation type (Type observatie)

Vermeld het type observatieactiviteit dat wordt gebruikt voor het verzamelen van gegevens voor het aangegeven type steekproefregeling. Zie de lijst met modelcodes “Observation type” (Type observatie).

Sampling scheme type (Type steekproefregeling)

Vermeld het gebruikte type steekproefregeling. Zie de lijst met modelcodes “Sampling scheme type” (Type steekproefregeling). De verwijzing naar de typen steekproefregelingen moet consistent zijn in alle tabellen waarin deze kolom is opgenomen. Elk type steekproefregeling moet in een aparte rij worden vermeld.

Vermeld voor verplichte onderzoekssurveys op zee alleen steekproefregelingen voor de belangrijkste doelsoorten zoals vermeld in tabel 1 van de bijlage bij het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma.

Sampling scheme identifier (Identificatiecode steekproefregeling)

Vermeld een unieke naam (vrije tekst) voor elke combinatie van “Observation type” (Type observatie)*“Sampling scheme type” (Type steekproefregeling). Gebruik dezelfde referentie in de tekstvakken en in bijlage 1.1. Gebruik voor verplichte onderzoekssurveys op zee het acroniem uit tabel 1 van de bijlage bij het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma — zie de lijst met modelcodes “Mandatory survey at sea” (Verplichte survey op zee).

Indien in het kader van een bi- of multilaterale overeenkomst de steekproef uit aanlandingen van uw lidstaat door een andere lidstaat wordt getrokken, moet in deze tabel een rij worden geplaatst met een verwijzing naar de identificatiecode van de steekproefregeling van de andere lidstaat.

Opportunistic (O) or planned (P) sampling (Gelegenheids- (O) of geplande (P) steekproef)

Als het aantal exemplaren dat deel uitmaakt van de steekproef, verband houdt met de steekproefregelingen in 2.4, 2.5 of 2.6, vul dan “O” (“opportunistic” (gelegenheidssteekproef)) in en vermeld geen cijfer (“N/A”) in de kolom “Number of individuals to sample” (Aantal in de steekproef op te nemen exemplaren).

Indien het aantal exemplaren dat deel uitmaakt van de steekproef, verband houdt met een specifieke steekproefregeling voor biologische variabelen, vul dan “P” (“planned” (gepland)) in en vermeld een cijfer in de kolom “Number of individuals to sample” (Aantal in de steekproef op te nemen exemplaren).

Number of individuals to sample (Aantal in de steekproef op te nemen exemplaren)

Vul “N/A” in het geval van een gelegenheidssteekproef (“O”) in en vermeld in het geval van een geplande steekproeftrekking (“P”) het geplande aantal. Vul “0” in als er voor een bepaald jaar geen verzameling is gepland.

Regional work plan name (Naam regionaal werkprogramma)

Vermeld in voorkomend geval de naam van het van kracht zijnde regionale werkprogramma. Gebruik een acroniem indien dit bestaat. Vul “N” (neen) in als er geen regionaal werkprogramma van toepassing is.

WP comments (Opmerkingen WP)

Eventuele verdere opmerkingen. Vermeld in het geval van een bi- of multilaterale overeenkomst inzake dit bestand*variabele de naam van de overeenkomst zoals aangegeven in tabel 1.3.

Algemene opmerking: de lidstaten moeten informatie verstrekken over het aantal gemeten vissen voor elke soort, het gebied, de biologische variabele en de steekproefregeling. Voor nieuwe soorten/variabelen/schema’s die niet in het werkprogramma zijn opgenomen, kunnen aan het einde van de tabel extra rijen, gemarkeerd in grijs, worden toegevoegd.

Achieved number of sampled individuals at national level (Aantal exemplaren waarvoor op nationaal niveau een steekproef is uitgevoerd)

Vermeld het totale aantal exemplaren waarvoor op nationaal niveau een steekproef is uitgevoerd. Vul “0” in als er in het verslagjaar geen steekproeftrekking heeft plaatsgevonden. U kunt “NA” invullen bij gelegenheidssteekproeftrekking uit onderzoekssurveys op zee.

Achieved number of samples (Aantal uitgevoerde steekproeven)

Vermeld het aantal steekproeven (PSU’s zoals gedefinieerd in bijlage 1.1) waaruit het aantal exemplaren is verkregen. Vul “0” in als er in het verslagjaar geen steekproeftrekking heeft plaatsgevonden. Vermeld “NA” bij onderzoekssurveys op zee.

Achieved % of sampled individuals at national level (% exemplaren waarvoor op nationaal niveau een steekproef is uitgevoerd)

Deze kolom wordt automatisch ingevuld op basis van een formule:

100*(“Achieved number of sampled individuals at national level” (Gerealiseerd aantal in de steekproef opgenomen exemplaren op nationaal niveau))/(“Number of individuals to sample” (Aantal in de steekproef op te nemen exemplaren))

Met “N/A” geeft u aan dat het om een gelegenheidssteekproef gaat of dat er geen steekproef is uitgevoerd voor een bepaalde variabele.

Indication if AR comments required concerning achieved % of sampled individuals (Vermelding of opmerkingen in het jaarverslag vereist zijn met betrekking tot het % exemplaren waarvoor een steekproef is uitgevoerd)

Deze kolom wordt automatisch ingevuld als het verschil tussen de uitgevoerde en de geplande metingen minder dan 90 % of meer dan 150 % bedraagt. Als de waarden buiten dat bereik liggen, wordt dat aangeduid met een “x” en wordt de lidstaat verzocht een opmerking toe te voegen in de kolom “AR comments” (Opmerkingen JV). U kunt de kolom “AR comments” (Opmerkingen JV) ook invullen zonder vermelding.

Met “N/A” geeft u aan dat het om een gelegenheidssteekproef gaat.

AR comments (Opmerkingen JV)

Voeg opmerkingen toe om eventuele afwijkingen van het werkprogramma te verduidelijken, met name als er in kolom T een verschil is gemeld. Indien sommige soorten zijn toegevoegd voor steekproeftrekking in het uitvoeringsjaar, geef dan een beknopte beschrijving van de reden. Vermeld in deze kolom of er in tekstvak 2.2 uitgebreide opmerkingen zijn gegeven. U kunt eventuele verdere opmerkingen toevoegen.


Tekstvak 2.2: Planning van de steekproeftrekking met biologische variabelen

Algemene opmerking: met dit tekstvak wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punt a), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 2.1, a), van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Dit tekstvak is van toepassing op het jaarverslag en vormt een aanvulling op tabel 2.2.

Afwijkingen van het werkprogramma

Vermeld de eventuele afwijkingen van de uitgevoerde verzameling van biologische gegevens (met uitzondering van de lengte) ten opzichte van wat was gepland.

In dit deel moeten de algemene oorzaken van afwijkingen van het werkprogramma (geplande vs. uitgevoerde gegevensverzameling) worden samengevat. Gedetailleerde opmerkingen over afwijkingen met betrekking tot specifieke soorten/bestanden moeten worden opgenomen in de kolom “AR comments” (Opmerkingen JV) van tabel 2.2.

Maatregelen om afwijkingen te voorkomen

Beschrijf welke maatregelen worden overwogen/zijn getroffen om in de toekomst afwijkingen te voorkomen en geef aan wanneer die maatregelen naar verwachting effect gaan sorteren. Als er geen afwijkingen zijn, is dit deel niet van toepassing.

(Eén tekstvak van max. 1 000 woorden per regio/RFMO/RFO/IO)


Tabel 2.3: Gegevensverzameling voor diadrome zoetwatersoorten

Algemene opmerking: met deze tabel wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punt a), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 2.1, b), en punt 2.3 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Gebruik deze tabel om een overzicht te geven van de te verzamelen gegevens uit de commerciële en recreatiezoetwater- en binnenvisserij op zalm, zeeforel en aal. Geef ook een overzicht van de te verzamelen gegevens van onderzoekssurveys naar zalm, zeeforel en aal in zoet water en naar aal in de relevante habitats, met inbegrip van de kustwateren. Gebruik de tabellen 2.1, 2.2 en 2.5 om de verzameling van gegevens over diadrome soorten van de commerciële visserij op zee te beschrijven.

Naam van het veld

Beschrijving

MS (Lidstaat)

Gebruik een drieletterige ISO 3166-1-landcode (bv. “DEU”). Zie de lijst met modelcodes “MS”.

Implementation year (Uitvoeringsjaar)

Vermeld het jaar waarin de activiteit wordt uitgevoerd. Vul één rij per uitvoeringsjaar in en vermeld alle jaren vanaf de periode van het werkprogramma.

Region (Regio)

Zie de lijst met modelcodes “Regions”. Indien de informatie op alle regio’s betrekking heeft, gebruik dan de code “all regions” (alle regio’s).

RFMO/RFO/IO

Gebruik het acroniem van de regionale organisatie voor visserijbeheer (Regional Fisheries Management Organisation — RFMO), de regionale visserijorganisatie (Regional Fisheries Organisation — RFO) of internationale organisatie (International Organisation — IO) die bevoegd is voor het beheer/advies inzake de soort/het bestand. Zie de lijst met modelcodes “RFMO/RFO/IO”. Indien geen RFMO, RFO of IO van toepassing is, vermeld dan “NA” (niet van toepassing).

Species (Soorten)

Vermeld de wetenschappelijke naam van de soort. Vermeld alle soorten uit tabel 3 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma, ook al komt een soort niet voor in de lidstaat.

Management unit/River (Beheereenheid/rivier)

Vermeld voor zalm en zeeforel de rivier. Vermeld voor aal de beheereenheid voor aal (Eel Management Unit — EMU).

Body of water (Waterlichaam)

Vul de naam van de rivier (voor zalm en zeeforel) of een ander waterlichaam (voor aal) in.

Species present in the MS (Soort aanwezig in de lidstaat)

Geef met “Y” (ja) of “N” (neen) aan of de soort in de lidstaat aanwezig is, ook als deze geen deel uitmaakt van de steekproef.

Observation type (Type observatie)

Vermeld het type observatieactiviteit dat wordt gebruikt voor het verzamelen van gegevens voor het aangegeven type steekproefregeling. Zie de lijst met modelcodes “Observation type” (Type observatie).

Sampling scheme type (Type steekproefregeling)

Vermeld het gebruikte type steekproefregeling. Zie de lijst met modelcodes “Sampling scheme type” (Type steekproefregeling). De verwijzing naar de typen steekproefregelingen moet consistent zijn in alle tabellen waarin deze kolom is opgenomen.

Elk type steekproefregeling moet in een aparte rij worden vermeld.

Sampling scheme identifier (Identificatiecode steekproefregeling)

Vermeld een unieke naam (vrije tekst) voor elke combinatie van “Observation type” (Type observatie)*“Sampling scheme type” (Type steekproefregeling). Gebruik dezelfde referentie in de tekstvakken en in bijlage 1.1.

Reasons for not sampling (Redenen waarom geen steekproef is verricht)

Indien de soort verplicht is volgens tabel 3 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma of op regionaal niveau is geselecteerd, maar niet is verzameld, vermeld dan de reden(en) waarom geen steekproef is verricht voor deze soort, in voorkomend geval met specifieke verwijzingen en wetenschappelijk bewijs (bv. soorten die niet in het gebied voorkomen, regelgeving/wetgeving in het land enz.).

Life stage (Levensfase)

Vermeld de levensfase van de soort (bv. glas, rood, schier, parr, smolt, volwassen enz.). Zie de lijst met modelcodes “Life stage” (Levensfase).

Agreed at RCG (Overeengekomen in regionale coördinatiegroep)

De op aal, zalm en zeeforel te monitoren rivieren en andere waterlichamen worden in de regionale coördinatiegroepen aangewezen, terwijl de afspraken op nationaal niveau worden uitgevoerd.

Geef met “Y” (ja) of “N” (neen) aan of er een aanbeveling van de regionale coördinatiegroep of een regionale overeenkomst is om op bepaalde plaatsen steekproeven te trekken.

Fishery/Independent data collection (Visserij/onafhankelijke gegevensverzameling)

Vermeld of de gegevens afkomstig zijn van commerciële of recreatievangsten (F = visserij) of van andere bronnen (I = onafhankelijk).

Diadromous variable (Diadrome variabele)

Vermeld de te verzamelen variabelen.

Voorbeelden: de abundantie van de aanwas (glasaal), de abundantie van de permanente bestanden (rode aal), het aantal, het gewicht en de geslachtsratio van emigrerende schieraal, de abundantie van jonge zalm (smolt en parr) en het aantal stroomopwaarts trekkende exemplaren in rivieren voor volwassen zalm en zeeforel.

Indien variabelen niet rechtstreeks worden verzameld, maar worden geraamd, beschrijf dan de ramingsmethode in tekstvak 2.3. Vul elke variabele op een aparte rij in.

Zie de lijst met modelcodes “Diadromous variable” (Diadrome variabele).

Methods (Methoden)

Vermeld de gebruikte methoden (bv. tonnara’s, elektrovisserij, tellers, logboeken enz. of een combinatie van deze methoden) waaruit de gegevens worden afgeleid. Beschrijf de steekproefmethode/-strategie ook in het kwaliteitsdocument (bijlage 1.1).

Unit (Eenheid)

Vermeld voor elke methode de geplande eenheid voor gegevensrapportering (bv. aantal, locaties, aantal exemplaren enz.).

Planned minimum number of units (Gepland minimumaantal eenheden)

Vermeld de geplande minimumaantallen voor de gekozen eenheid (bv. aantal tonnara’s, aantal tellers, aantal locaties elektrovisserij enz.).

Frequency (Frequentie)

Vermeld de geplande steekproeffrequentie. Zie de lijst met modelcodes “Frequency” (Frequentie). Als u “Other” (Andere) hebt ingevuld, vermeld de frequentie dan in de kolom “WP comments” (Opmerkingen WP).

WP comments (Opmerkingen WP)

Eventuele verdere opmerkingen.

Algemene opmerking: deze tabel moet informatie over de behaalde aantallen en korte uitleg over eventuele afwijkingen van het werkprogramma bevatten.

Achieved number of units (Aantal uitgevoerde eenheden)

Vermeld het aantal uitgevoerde eenheden.

Achieved % of units (% uitgevoerde eenheden)

Het percentage uitgevoerde eenheden. Deze kolom wordt automatisch ingevuld op basis van een formule:

100*(“Achieved number of units” (Aantal uitgevoerde eenheden))/(“Planned minimum number of units” (Gepland minimumaantal eenheden)).

Indication if AR comments required concerning achieved number of units (Vermelding of opmerkingen in het jaarverslag vereist zijn met betrekking tot het aantal uitgevoerde eenheden)

Deze kolom wordt automatisch ingevuld als het verschil tussen het geplande en het uitgevoerde aantal eenheden kleiner is dan 90 % of groter is dan 150 %. Als de waarden buiten dat bereik liggen, wordt dat aangeduid met een “x” en wordt de lidstaat verzocht een opmerking toe te voegen in de kolom “AR comments” (Opmerkingen JV). U kunt de kolom “AR comments” (Opmerkingen JV) ook invullen zonder vermelding.

AR comments (Opmerkingen JV)

Voeg opmerkingen toe om eventuele afwijkingen van het werkprogramma te verduidelijken, met name als er een verschil is tussen het “Achieved number of units” (Uitgevoerde aantal eenheden) en het “Planned number of units” (Geplande aantal eenheden). Vermeld in deze kolom of er in tekstvak 2.3 uitgebreide opmerkingen zijn gegeven. U kunt eventuele verdere opmerkingen toevoegen.


Tekstvak 2.3: Gegevensverzameling voor diadrome zoetwatersoorten

Algemene opmerking: met dit tekstvak wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punt a), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 2.1, b), en punt 2.3 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Gebruik dit tekstvak om een overzicht te geven van de methodiek die wordt gebruikt voor het verzamelen van gegevens uit de commerciële en recreatiezoetwater- en binnenvisserij op zalm, zeeforel en aal. Geef ook een overzicht van de te verzamelen gegevens van onderzoekssurveys naar zalm, zeeforel en aal in zoet water en naar aal in de relevante habitats, met inbegrip van de kustwateren.

Voor de gegevensverzameling geselecteerde methode.

Beschrijf kort de methode voor het verzamelen van de variabelen in tabel 2.3. Gedetailleerde beschrijvingen moeten worden opgenomen in bijlage 1.1. Indien variabelen niet direct worden verzameld, maar worden geraamd, moet de methode voor de raming hier worden beschreven.

(max. 250 woorden per soort en gebied)

Zijn de geplande aantallen bereikt? Ja/Neen

Als het antwoord neen is, geef dan een verklaring voor de niet-conformiteit en zet uiteen welke maatregelen zijn genomen om gevallen van niet-conformiteit te voorkomen.

(max. 500 woorden per soort en gebied)


Tabel 2.4: Recreational fisheries (Recreatievisserij)

Algemene opmerking: met deze tabel wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punt a), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 2.2, van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Deze tabel is bedoeld voor een nadere omschrijving van de gegevens die moeten worden verzameld volgens hoofdstuk II, punt 2.2, van de bijlage bij het gedelegeerd besluit. Gebruik deze tabel om de gegevens te omschrijven die moeten worden verzameld volgens tabel 4 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma, die ook betrekking heeft op recreatievangsten op zee en in zoet water. Gebruik tabel en tekstvak 2.3 voor diadrome zoetwatersoorten.

Naam van het veld

Beschrijving

MS (Lidstaat)

Gebruik een drieletterige ISO 3166-1-landcode (bv. “DEU”). Zie de lijst met modelcodes “MS”.

Implementation year (Uitvoeringsjaar)

Vermeld het jaar waarin de activiteit wordt uitgevoerd. Vul één rij per uitvoeringsjaar in en vermeld alle jaren vanaf de periode van het werkprogramma.

Region (Regio)

Zie de lijst met modelcodes “Regions”. Indien de informatie op alle regio’s betrekking heeft, gebruik dan de code “all regions” (alle regio’s).

RFMO/RFO/IO

Gebruik het acroniem van de regionale organisatie voor visserijbeheer (Regional Fisheries Management Organisation — RFMO), de regionale visserijorganisatie (Regional Fisheries Organisation — RFO) of internationale organisatie (International Organisation — IO) die bevoegd is voor het beheer/advies inzake de soort/het bestand. Zie de lijst met modelcodes “RFMO/RFO/IO”. Indien geen RFMO, RFO of IO van toepassing is, vermeld dan “NA” (niet van toepassing).

Species (Soorten)

Vermeld de wetenschappelijke naam van de soorten/bestanden die deel uitmaken van een steekproef bij de recreatievisserij. Vermeld ten minste de soorten uit tabel 4 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma, tenzij op regionaal niveau een alternatieve lijst is overeengekomen. Neem ook soorten op die naar voren zijn gekomen bij de proefstudies en/of beheersbehoeften voor de recreatievisserij en/of die overeengekomen zijn op regionaal niveau, ook indien de soort niet in de lidstaat aanwezig is. Vermeld de elasmobranchii en de over grote afstanden trekkende ICCAT-soorten afzonderlijk (één regel per soort). Voor steekproefregelingen voor meerdere soorten, zoals telefonische surveys of screeningsurveys, kunt u “All species” (“Alle soorten”) invullen.

Area(s) covered (Betrokken gebied(en))

Vermeld de gebieden die onder de visserij en/of steekproeftrekking zullen vallen. Het gebied moet een deel van het gebied of, indien van toepassing, het volledige gebied zijn dat is aangegeven in tabel 4 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma., voor de in die tabel vermelde soorten. Gebruik tabel 2.3 voor de zoetwaterrecreatievisserij op aal, zalm en zeeforel.

Species present in the MS (Soort aanwezig in de lidstaat)

Geef met “Y” (ja) of “N” (neen) aan of de soort in de lidstaat aanwezig is, ook indien hiervoor geen steekproef wordt verricht.

License (Vergunning)

Geef aan of een instantie waaraan taken zijn gedelegeerd een algemene, soortspecifieke, vistuigspecifieke, gebiedsspecifieke of geen vergunning vereist.

Zie de lijst met modelcodes “License” (Vergunning).

Reasons for not sampling (Redenen waarom geen steekproef is verricht)

Indien de soort verplicht is volgens tabel 4 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma of op regionaal niveau is geselecteerd, maar niet is verzameld, vermeld dan de reden(en) waarom geen steekproef is verricht voor deze soort, in voorkomend geval met specifieke verwijzingen en wetenschappelijk bewijs (bv. soorten die niet in het gebied voorkomen, regelgeving/wetgeving in het land enz.).

Agreed at RCG (Overeengekomen tijdens regionale coördinatiegroep)

De aanwijzing van soorten die van belang zijn, wordt op regionaal niveau overeengekomen. Geef met “Y” (ja) of “N” (neen) aan of er een aanbeveling van de regionale coördinatiegroep of een regionale overeenkomst is om de desbetreffende steekproef uit te voeren.

Is an annual estimate of the total catch planned? (Is er een jaarlijkse raming van de totale vangst gepland?)

Geef met “Y” (ja) of “N” (neen) aan of uw lidstaat voor de vermelde soort de raming van de vangst per soort (gewicht en/of aantallen) heeft gepland.

Is an estimate of the annual percentage of catch released alive planned? (Is er een raming van het jaarlijkse percentage vrijgelaten levende vangsten gepland?)

Geef met “Y” (ja) of “N” (neen) aan of uw lidstaat voor de vermelde soort de raming van het percentage vrijgelaten levende vissen per soort heeft gepland.

Leg in het kwaliteitsdocument (bijlage 1.1) uit hoe deze ramingen worden berekend.

Is the collection of biological variables planned? (Is de verzameling van biologische variabelen gepland?)

Geef met “Y” (ja) of “N” (neen) aan of uw lidstaat voornemens is om voor de vermelde soort de vangstsamenstelling (bv. lengte, leeftijdsstructuur) te ramen.

Is there a regional threshold for the collection of stock related biological variables? (Is er een regionale drempel voor de verzameling van aan het bestand gerelateerde biologische variabelen?)

Geef met “Y” (ja) of “N” (neen) aan of voor de vermelde soort een drempel geldt voor de verzameling van biologische gegevens over recreatievangsten, die op het niveau van de mariene regio is overeengekomen en wordt gecoördineerd op basis van de behoeften van de eindgebruikers. Deze kolom wordt alleen ingevuld wanneer in de vorige kolom “Y” is vermeld (“Is the collection of biological variables planned?” (Is de verzameling van biologische variabelen gepland?))

Observation type (Type observatie)

Vermeld het type observatieactiviteit dat wordt gebruikt voor het verzamelen van gegevens voor het aangegeven type steekproefregeling. Zie de lijst met modelcodes “Observation type” (Type observatie).

Sampling scheme type (Type steekproefregeling)

Vermeld het gebruikte type steekproefregeling. Zie de lijst met modelcodes “Sampling scheme type” (Type steekproefregeling). De verwijzing naar de typen steekproefregelingen moet consistent zijn in alle tabellen waarin deze kolom is opgenomen.

Elk type steekproefregeling moet in een aparte rij worden vermeld.

Sampling scheme identifier (Identificatiecode steekproefregeling)

Vermeld een unieke naam (vrije tekst) voor elke combinatie van “Observation type” (Type observatie)*“Sampling scheme type” (Type steekproefregeling). Gebruik dezelfde referentie in de tekstvakken en in bijlage 1.1.

Frequency (Frequentie)

Vermeld de geplande steekproeffrequentie. Zie de lijst met modelcodes “Frequency” (Frequentie).

Als u “Other” (Andere) hebt ingevuld, vermeld de frequentie dan in de kolom “WP comments” (Opmerkingen WP).

WP comments (Opmerkingen WP)

Eventuele verdere opmerkingen

Algemene opmerking: deze tabel moet informatie bevatten over de raming van de vangsthoeveelheden en het percentage vrijgelaten vangsten en over de door de lidstaten uitgevoerde verzameling van vangstsamenstellingsgegevens voor de recreatievisserij.

Estimated annual catch quantities by species (Geraamde jaarlijkse vangsthoeveelheden per soort)

Geef met “Y” (ja) of “N” (neen) aan of voor de vermelde soort de jaarlijkse vangsten in gewicht (ton) zijn geraamd voor het steekproefjaar.

Estimated annual percentage release (Geraamd jaarlijks percentage vrijlatingen)

Geef met “Y” (ja) of “N” (neen) aan of voor de vermelde soort het jaarlijkse percentage vrijlatingen is geraamd voor het steekproefjaar.

Collection of biological data (Verzameling van biologische gegevens)

Geef met “Y” (ja) of “N” (neen) aan of voor de vermelde soort de biologische gegevens zijn verzameld voor het steekproefjaar.

Evaluated by external experts/bodies (Geëvalueerd door externe deskundigen/organen)

Geef met “Y” (ja) of “N” (neen) aan of de survey is geëvalueerd door externe deskundigen/organen. Indien het antwoord “Y” luidt, vermeld dan de beoordelaar (bv. WGRFS, ICCAT) en geef in de kolom “AR comments” (Opmerkingen JV) nadere bijzonderheden over de evaluaties (jaar, deel van de survey, voortgang enz.).

AR comments (Opmerkingen JV)

Voeg opmerkingen toe om elke afwijking van het werkprogramma te verduidelijken.


Tekstvak 2.4: Recreational fisheries (Recreatievisserij)

Algemene opmerking: met dit tekstvak wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punt a), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 2.2, van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Gebruik dit tekstvak om een overzicht te geven van de methoden die worden gebruikt voor het verzamelen van gegevens over bij recreatievisserij gevangen zout- en zoetwatervis. Gebruik tabel en tekstvak 2.3 voor diadrome zoetwatersoorten.

Beschrijving van de steekproefregeling/survey overeenkomstig tabel 2.4.

(max. 900 woorden per gebied)

Afwijkingen van het werkprogramma

Vermeld in voorkomend geval op welke punten de uitgevoerde gegevensverzameling afwijkt van de planning in het werkprogramma en licht toe.

Maatregelen om afwijkingen te voorkomen

Beschrijf welke maatregelen worden overwogen/zijn getroffen om in de toekomst afwijkingen te voorkomen en geef aan wanneer die maatregelen naar verwachting effect gaan sorteren.

(max. 900 woorden per gebied)


Tabel 2.5: Beschrijving van het steekproefplan voor biologische gegevens

Algemene opmerking: met deze tabel wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punten a) en b), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 2.1, a), en punt 4.1 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Deze tabel heeft betrekking op de gegevens die moeten worden verzameld volgens tabel 1 en op grond van de verordeningen die zijn vermeld in tabel 2 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Gebruik deze tabel om alle commerciële visserijafhankelijke steekproefregelingen in de lidstaat weer te geven. De lidstaat dient alle steekproefkaders binnen het schema te vermelden, alsook het soort primaire steekproefeenheid (PSU) en het verwachte aantal PSU’s dat in het jaar van indiening beschikbaar zal zijn. Voor elk steekproefkader moet de lidstaat vermelden hoeveel PSU’s hij overweegt te ondernemen.

Naam van het veld

Beschrijving

MS (Lidstaat)

Gebruik een drieletterige ISO 3166-1-landcode (bv. “DEU”). Zie de lijst met modelcodes “MS”.

Reference period (Referentieperiode)

Vermeld het jaar (de jaren) waarnaar de gegevens daadwerkelijk verwijzen. Selecteer de drie meest recente representatieve jaren vóór het eerste jaar van de periode van het werkprogramma (geen actualisering van de referentieperiode nodig binnen de periode van het werkprogramma), met beschikbare gegevens. Vermeld de referentiejaren als “2018-2020”, “2017-2019”.

Wanneer de referentieperiode verschilt van de meest recente drie jaren, verduidelijk dit dan in de kolom “WP comments” (Opmerkingen WP).

Implementation year (Uitvoeringsjaar)

Vermeld het jaar waarin de activiteit wordt uitgevoerd. Vul één rij per uitvoeringsjaar in en vermeld alle jaren vanaf de periode van het werkprogramma.

Region (Regio)

Zie de lijst met modelcodes “Regions”. Indien de informatie op alle regio’s betrekking heeft, gebruik dan de code “all regions” (alle regio’s).

RFMO/RFO/IO

Gebruik het acroniem van de regionale organisatie voor visserijbeheer (Regional Fisheries Management Organisation — RFMO), de regionale visserijorganisatie (Regional Fisheries Organisation — RFO) of internationale organisatie (International Organisation — IO) die bevoegd is voor het beheer/advies inzake de soort/het bestand. Zie de lijst met modelcodes “RFMO/RFO/IO”. Indien geen RFMO, RFO of IO van toepassing is, vermeld dan “NA” (niet van toepassing).

Observation type (Type observatie)

Vermeld het type observatieactiviteit dat is gebruikt om de gegevens voor elk type steekproefregeling te verzamelen. Zie de lijst met modelcodes “Observation type” (Type observatie).

Sampling scheme type (Type steekproefregeling)

Vermeld het gebruikte type steekproefregeling. Zie de lijst met modelcodes “Sampling scheme type” (Type steekproefregeling). De verwijzing naar de typen steekproefregelingen moet consistent zijn in alle tabellen waarin deze kolom is opgenomen.

Elk type steekproefregeling moet in een aparte rij worden vermeld.

Species coverage (Betrokken soorten)

Geef aan of het type steekproefregeling*het type observatie betrekking heeft op alle of slechts een deel van de soorten. Zie de lijst met modelcodes “Species coverage” (Betrokken soorten).

Als u “Selected species/stocks” (Geselecteerde soorten/bestanden) invult, verstrek dan details in het kwaliteitsdocument (bijlage 1.1).

Sampling scheme identifier (Identificatiecode steekproefregeling)

Vermeld een unieke naam (vrije tekst) voor elke combinatie van “Observation type” (Type observatie)*“Sampling scheme type” (Type steekproefregeling)*“Species coverage” (Betrokken soorten). Gebruik dezelfde referentie in de tekstvakken en in bijlage 1.1.

Indien in het kader van een bi- of multilaterale overeenkomst de steekproef uit aanlandingen van uw lidstaat door een andere lidstaat wordt getrokken, moet in deze tabel een rij worden geplaatst met een verwijzing naar de identificatiecode van de steekproefregeling van de andere lidstaat.

Voeg een buiten het kader vallende rij toe per identificatiecode van de steekproefregeling toe, ook indien de volledige steekproefpopulatie wordt bestreken. Vermeld in dit geval “0” voor het geplande aantal PSU’s en dupliceer andere specificaties (bv. type observatie, frequentie, soort PSU enz.).

Sampling frame identifier (Identificatiecode steekproefkader)

Vermeld een unieke code of naam (vrije tekst) voor elk steekproefkader binnen de steekproefregeling. Gebruik dezelfde referentie in de tekstvakken.

Vul, om inzicht te verschaffen in de werkelijke dekking van de steekproefopzet, ten minste één rij per combinatie van “Region” (Regio)*“RFMO”*“Sampling scheme identifier” (Identificatiecode steekproefregeling) in voor buiten het kader vallende delen van de populatie. Dit wordt aanbevolen voor alle combinaties, maar moet ten minste worden ingevuld voor de combinaties waarbij “Sampling scheme type” (Type steekproefregeling) = “commercial fishing trip (commerciële visreis).

Sampling frame description (Beschrijving steekproefkader)

Beschrijf kort (vrije tekst) het steekproefkader (bv. trawlers in GDG 22, ringzegenvaartuigen aan de westkust, havens in het NW-gebied enz.). Voeg zo nodig een nadere beschrijving toe in tekstvak 2.5.

Sampling frame spatial coverage (Ruimtelijke dekking steekproefkader)

Vermeld de ruimtelijke dekking van het steekproefkader (bv. het ICES-gebied, het GDG (geografische deelgebied) van de GFCM, het NAFO-gebied, de ICCAT-steekproefgebieden enz.). De lidstaten beslissen zelf over de gebieden binnen het steekproefkader.

Frequency (Frequentie)

Vermeld de geplande steekproeffrequentie. Zie de lijst met modelcodes “Frequency” (Frequentie). Indien u “Unknown” (Onbekend) of “Other” (Andere) hebt ingevuld, licht dit dan toe in de kolom “WP comments” (Opmerkingen WP) of in tekstvak 2.5.

PSU type (Soort PSU)

Vermeld het soort primaire steekproefeenheid (PSU) binnen elk steekproefkader. Soorten PSU’s zijn: een visreis, vissersvaartuig, visdag, haven, reis, vaartuig*reis, vaartuig*week, haven*dag, haven*week, haven*maand enz.

Method of PSU selection (PSU-selectiemethode)

Vermeld de methode(n) voor de selectie van de primaire steekproefeenheid (PSU). Zie de lijst met modelcodes “PSU Selection” (PSU-selectie).

Catch fraction (Vangstdeel)

Vermeld welk deel van de vangst onder de steekproef zal vallen. Zie de lijst met modelcodes “Catch fraction” (Vangstdeel). Indien u “Other” (Andere) invult, beschrijf dan het vangstdeel in de kolom “WP comments” (Opmerkingen WP).

Average number of PSUs during the reference period (Gemiddeld aantal PSU’s in de referentieperiode)

Vermeld het gemiddelde aantal PSU’s per jaar in de referentieperiode. Omvat alle PSU’s, niet alleen de in de steekproef opgenomen PSU’s.

Planned number of PSUs (Gepland aantal PSU’s)

Vermeld het geplande aantal PSU’s dat jaarlijks in de steekproef moet worden opgenomen tijdens het (de) uitvoeringsja(a)r(en). Indien een steekproefregeling de gehele doelpopulatie bestrijkt, vul dan “0” in de buiten het kader vallende rij in.

PETS observation covered within the sampling scheme (Observatie van bedreigde en beschermde soorten die deel uitmaken van de steekproefregeling)

Vul “Y” (ja) in wanneer de observatie van bedreigde en beschermde soorten onder de identificatiecode van de steekproefregeling valt, en vul “N” (neen) in indien deze niet zijn opgenomen.

Does the sampling protocol allow for the quantification of PETS observation effort? (Maakt het steekproefprotocol de kwantificering van de observatie-inspanningen voor bedreigde en beschermde soorten mogelijk?)

Vul “Y” (ja) in als de observatie-inspanningen voor bedreigde en beschermde soorten kan worden gekwantificeerd.

De observatie-inspanningen kunnen betrekking hebben op een hele reis of een deel van een reis. Een gedeeltelijke observatie van een reis kan een bekend deel van trekken, sortering/verwerking of vangst omvatten.

Regional work plan name (Naam regionaal werkprogramma)

Vermeld in voorkomend geval de naam van het van kracht zijnde regionale werkprogramma. Gebruik een acroniem indien dit bestaat. Vul “N” (neen) in als er geen regionaal werkprogramma van toepassing is.

WP comments (Opmerkingen WP)

Eventuele verdere opmerkingen of aanvullende informatie indien in de vorige kolommen “Other” (Andere) is gebruikt. Vermeld in het geval van een bi- of multilaterale overeenkomst inzake deze steekproefregeling de naam van de overeenkomst zoals aangegeven in tabel 1.3.

Algemene opmerking: deze tabel moet informatie bevatten over het door de lidstaten behaalde steekproefniveau en ook over de monitoring van incidentele vangsten van bedreigde en beschermde soorten. Aan het einde van de tabel kan een nieuw schema/kader, dat niet in het werkprogramma is opgenomen, worden ingevoegd, als extra rijen en gemarkeerd in het grijs.

Total number of PSUs in the implementation year (Totaal aantal PSU’s in het uitvoeringsjaar)

Vermeld het totale aantal PSU’s dat beschikbaar was voor selectie voor het aangegeven steekproefkader in het uitvoeringsjaar.

Achieved number of PSUs in the implementation year (Aantal uitgevoerde PSU’s in het uitvoeringsjaar)

Vermeld het aantal PSU’s waarvan de gegevens met succes zijn verzameld voor het aangegeven steekproefkader in het uitvoeringsjaar.

Achieved % of PSUs (% uitgevoerde PSU’s)

Het percentage PSU’s dat in het verslagjaar is uitgevoerd. Deze kolom wordt automatisch ingevuld op basis van een formule:

100*(“Achieved number of PSUs in the implementation year” (Aantal uitgevoerde PSU’s in het uitvoeringsjaar))/(“Planned number of PSUs in the implementation year” (Gepland aantal PSU’s in het uitvoeringsjaar))

Divergence (%) of implementation year vs. reference period (Afwijking (%) van uitvoeringsjaar ten opzichte van referentieperiode)

De procentuele afwijking van het uitvoeringsjaar ten opzichte van de referentieperiode. Deze kolom wordt automatisch ingevuld op basis van een formule:

100*(“Total number of PSUs in the implementation year” (Totaal aantal PSU’s in het uitvoeringsjaar))/(“Average number of PSUs during the statistics reference period” (Gemiddeld aantal PSU’s tijdens de statistische referentieperiode)

Met dit percentage wordt de omvang van het verschil tussen de bestaande situatie op het moment van de planning en de werkelijke situatie tijdens het steekproefjaar uitgedrukt.

Indication if AR comments are required concerning number of PSUs achieved (Vermelding of opmerkingen i.h.k.v. het jaarverslag over het aantal uitgevoerde PSU’s vereist zijn)

Deze kolom wordt automatisch ingevuld als het verschil tussen het geplande en het uitgevoerde aantal PSU’s kleiner is dan 90 % of groter is dan 150 %. Als de waarden buiten dat bereik liggen, wordt dat aangeduid met een “x” en wordt de lidstaat verzocht een opmerking toe te voegen in de kolom “AR comments” (Opmerkingen JV). U kunt de kolom “AR comments” (Opmerkingen JV) ook invullen zonder vermelding.

Number of unique active vessels in the sampling frame (Aantal unieke actieve vaartuigen binnen het steekproefkader)

Vermeld het aantal unieke actieve vaartuigen tijdens het uitvoeringsjaar voor het aangegeven steekproefkader, aan de hand van de definitie van “actief vaartuig” in hoofdstuk I van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma.

Geef deze informatie wanneer het mogelijk is het steekproefkader te koppelen aan vissersvaartuigen, met inbegrip van steekproeftrekking aan land.

Number of unique vessels sampled (Aantal unieke vaartuigen die deel uitmaken van de steekproef)

Vermeld het aantal unieke vaartuigen die deel hebben uitgemaakt van de steekproef tijdens het uitvoeringsjaar voor de opgegeven steekproefregeling en het opgegeven steekproefkader.

Geef deze informatie wanneer het mogelijk is steekproeven te koppelen aan vaartuigen, met inbegrip van steekproeftrekking aan land.

Number of fishing trips in the sampling frame (Aantal visreizen in het steekproefkader)

Vermeld het totale aantal visreizen voor de opgegeven steekproefregeling en het opgegeven steekproefkader.

Geef deze informatie wanneer het mogelijk is steekproeven te koppelen aan vaartuigen, met inbegrip van steekproeftrekking aan land.

Number of fishing trips sampled (Aantal visreizen in de steekproef)

Vermeld het aantal visreizen in de steekproef voor de opgegeven steekproefregeling en het opgegeven steekproefkader.

Geef deze informatie wanneer het mogelijk is steekproeven te koppelen aan vaartuigen, met inbegrip van steekproeftrekking aan land.

Percentage of sampled fishing trips where the observer dedicated time to record the bycatch of PETS (Percentage in de steekproef opgenomen visreizen waarbij de waarnemer tijd heeft besteed aan het registreren van de bijvangst van bedreigde en beschermde soorten)

Vermeld het percentage van de in de steekproef opgenomen reizen waarbij de waarnemer een speciale observatie met betrekking tot bedreigde en beschermde soorten heeft uitgevoerd. Deze observatie omvat ook gevallen waarin geen bijvangst van bedreigde en beschermde soorten werd geregistreerd, zolang de waarnemer op zoek was naar dergelijke exemplaren.

Als de observatie-inspanningen alleen op bepaalde bedreigde en beschermde soorten (zoogdieren, reptielen enz.) zijn gericht, vermeld dit dan in de kolom “AR comments” (Opmerkingen JV) en indien nodig in tekstvak 4.2.

Number of fishing trips sampled with PETS mitigation device (Aantal in de steekproef opgenomen visreizen met instrument ter beperking van bedreigde en beschermde soorten)

Vermeld voor de opgegeven steekproefregeling en het opgegeven steekproefkader het aantal in de steekproef opgenomen visreizen waarbij een instrument voor de beperking van bedreigde en beschermde soorten is gebruikt.

Number of species with length measurements (Aantal soorten waarvan de lengte is bepaald)

Vul het aantal soorten in waarvoor lengtemetingen zijn geregistreerd. Dit staat los van de soorten waarvoor biologische gegevens zijn verzameld.

AR comments (Opmerkingen JV)

Voeg opmerkingen toe om eventuele afwijkingen van het werkprogramma te verduidelijken, met name wat betreft het “Planned number of PSUs” (Gepland aantal PSU’s) en het “Achieved number of PSUs during the sampling year” (Uitgevoerd aantal PSU’s in het steekproefjaar). Vermeld in deze kolom of er in tekstvak 2.5 uitgebreide opmerkingen zijn gegeven.

U kunt eventuele verdere opmerkingen toevoegen.


Tekstvak 2.5: Beschrijving van het steekproefplan voor biologische gegevens

Algemene opmerking: met dit tekstvak wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punten a) en b), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 2.1, a), van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Dit tekstvak is een aanvulling op tabel 2.5.

Dit tekstvak is een aanvulling op de informatie over de steekproefregelingen in het kwaliteitsdocument (bijlage 1.1). Het is bedoeld om de aandacht te vestigen op aanvullende informatie over steekproefregelingen en steekproefkaders die de lidstaat nuttig acht om inzicht te krijgen in de steekproefopzet voor de regio en het (de) uitvoeringsja(a)r(en).

Aanvullende informatie over steekproefregelingen

U kunt specifieke contextuele informatie over een regio en het (de) uitvoeringsja(a)r(en) toevoegen, bijvoorbeeld om nieuwe ontwikkelingen die nog niet zijn uitgewerkt in het kwaliteitsdocument, regionale aanpassingen en/of toekomstperspectieven te belichten. Vul de informatie in onder dezelfde identificatiecode van de steekproefregeling als in tabel 2.5.

Aanvullende beschrijving van de steekproefkaders

U kunt een aanvullende beschrijving toevoegen aan de kolom “Sampling frame description” (Beschrijving steekproefkader) van tabel 2.5. Vul de informatie in onder dezelfde identificatiecode en naam als in de kolommen “Sampling frame identifier” (Identificatiecode steekproefkader) en “Sampling frame description” (Beschrijving steekproefkader) van tabel 2.5, en in dezelfde volgorde (identificatiecode steekproefkader + beschrijving steekproefkader).

(Eén tekstvak van max. 1 000 woorden per regio/RFMO/RFO/IO)

Afwijkingen van het werkprogramma

Vermeld in voorkomend geval op welke punten de uitgevoerde gegevensverzameling afwijkt van de planning in het werkprogramma en licht toe.

Maatregelen om afwijkingen te voorkomen

Beschrijf welke maatregelen worden overwogen/zijn getroffen om in de toekomst afwijkingen te voorkomen en geef aan wanneer die maatregelen naar verwachting effect gaan sorteren. Als er geen afwijkingen zijn, is dit deel niet van toepassing.

(Eén tekstvak van max. 1 000 woorden per regio/RFMO/RFO/IO)


Tabel 2.6: Onderzoekssurveys op zee

Algemene opmerking: met deze tabel wordt voldaan aan artikel 5, lid 1, punt b), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan de hoofdstukken I en II van de bijlage bij het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Deze tabel is bedoeld om nader te omschrijven welke in tabel 2 van de bijlage bij het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma bedoelde onderzoekssurveys op zee en welke aanvullende surveys door de lidstaat worden uitgevoerd.

Naam van het veld

Beschrijving

MS (Lidstaat)

Gebruik een drieletterige ISO 3166-1-landcode (bv. “DEU”). Zie de lijst met modelcodes “MS”.

Implementation year (Uitvoeringsjaar)

Vermeld het jaar waarin de activiteit wordt uitgevoerd. Vul één rij per uitvoeringsjaar in en vermeld alle jaren vanaf de periode van het werkprogramma.

Region (Regio)

Zie de lijst met modelcodes “Regions”. Indien de informatie op alle regio’s betrekking heeft, gebruik dan de code “all regions” (alle regio’s).

RFMO/RFO/IO

Gebruik het acroniem van de regionale organisatie voor visserijbeheer (Regional Fisheries Management Organisation — RFMO), de regionale visserijorganisatie (Regional Fisheries Organisation — RFO) of internationale organisatie (International Organisation — IO) die bevoegd is voor het beheer/advies inzake de soort/het bestand.

Zie de lijst met modelcodes “RFMO/RFO/IO”.

Indien er geen RFMO, RFO of IO van toepassing is, vermeld dan “NA” (niet van toepassing).

Name of research survey (Naam van de onderzoekssurvey)

Vul de naam in van de onderzoekssurvey op zee. Voor verplichte surveys moet de naam worden gebruikt die is vermeld in tabel 1 van de bijlage bij het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Zie de kolom “Description” (Beschrijving) in de lijst met modelcodes “Mandatory survey at sea” (Verplichte survey op zee).

De volgende zaken moeten ten minste worden vermeld:

de surveys waaraan uw lidstaat deelneemt, hetzij financieel, technisch, door middel van inspanningen of een combinatie daarvan;

op één soort gerichte verplichte surveys wanneer het TAC-aandeel van uw lidstaat (of het aandeel in de totale aanlandingen van de Unie) meer dan 0 % bedraagt, maar onder de drempelwaarde ligt (op basis van tabel 2.1 van het nationale werkprogramma);

meersoorten- en ecosysteemsurveys waarvoor op regionaal niveau drempels zijn vastgesteld voor de betreffende regio’s.

Onderzoekssurveys die niet verplicht zijn, mogen worden vermeld. Vermeld de namen van die surveys overeenkomstig de namen van de nationale surveys.

Research survey acronym (Acroniem onderzoekssurvey)

Vermeld het acroniem van de onderzoekssurvey op zee. Gebruik voor verplichte surveys het acroniem uit tabel 1 van de bijlage bij het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Zie de lijst met modelcodes “Mandatory survey at sea” (Verplichte survey op zee). De in deze tabel gebruikte acroniemen voor de surveys moeten overeenstemmen met de informatie in de kolom “Sampling scheme identifier” (Identificatiecode van de steekproefregeling) van tabel 2.2.

Mandatory research survey (Verplichte onderzoekssurvey)

Vul “Y” (ja) in als de onderzoekssurvey op zee is opgenomen in tabel 1 van de bijlage bij het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Als dat niet het geval is, vul dan “N” (neen) in.

Threshold rules used (Toegepaste drempelregels)

Geef aan welke drempelregels er eventueel voor uw lidstaat gelden op grond waarvan uw lidstaat niet aan de survey hoeft mee te doen. Zie de lijst met modelcodes “Threshold rules used” (Toegepaste drempelregels).

Vermeld voor verplichte surveys een van de volgende opties:

“None” (Geen): uw lidstaat moet aan de survey meedoen op een wijze die nader wordt beschreven in de kolom “Type of MS participation” (Type deelname van de lidstaat) in tabel 2.6;

“Implementing decision rule” (Regel uitvoeringsbesluit): uw lidstaat is op grond van het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma niet verplicht om aan de survey mee te doen;

“Regionally agreed rule” (Regionaal overeengekomen regel): uw lidstaat is op grond van een regionale overeenkomst niet verplicht om aan de survey mee te doen. Vermeld in dit geval de desbetreffende overeenkomst in vraag 4 van tekstvak 2.6.

Vul voor niet-verplichte surveys “None” (Geen) in.

Regional work plan name (Naam regionaal werkprogramma)

Vermeld in voorkomend geval de naam van het van kracht zijnde regionale werkprogramma. Gebruik een acroniem indien dit bestaat. Vul “N” (neen) in als er geen regionaal werkprogramma van toepassing is.

COST-sharing agreement signed by MS (Door de lidstaten ondertekende overeenkomst inzake kostendeling)

Vul “Y” (ja) in als uw lidstaat een overeenkomst inzake kostendeling heeft ondertekend. Als dat niet het geval is, vul dan “N” (neen) in. Indien een overeenkomst inzake kostendeling van toepassing is, verwijs dan naar de overeenkomst in tabel 1.3.

Type of MS participation (Type deelname van de lidstaat)

Vermeld de vorm van deelname zoals vermeld in de lijst met modelcodes “Type of MS participation” (Type deelname van de lidstaat). Vul deze kolom in voor alle onderzoekssurveys op zee die door uw lidstaat zijn uitgevoerd, ongeacht eventuele overeenkomsten op regionaal niveau. Het “type deelname van de lidstaat” aan een bepaalde survey heeft betrekking op de volledige survey voor alle lidstaten en niet alleen op het (de) gebied(en) dat (die) onder uw lidstaat valt (vallen).

“Financial” (Financieel) gaat alleen uit van financiële steun (meestal geregeld via een overeenkomst inzake kostendeling);

“Technical” (Technisch) omvat schepen of andere platformen, levering van materialen, ondersteuning bij de naverwerking van steekproeven (bv. laboratoriumwerkzaamheden) (meestal geregeld via een overeenkomst inzake kostendeling of een regionaal werkprogramma);

“Personnel” (Personeel) omvat de bijdragen van de opvarenden (meestal geregeld via een overeenkomst inzake kostendeling of een regionaal werkprogramma);

“Combination” (Combinatie) omvat elke combinatie van de bovengenoemde en/of internationaal gecoördineerde surveys met individuele lidstaten die hun deel uitvoeren;

“NA” (niet van toepassing) omvat de gevallen waarin geen andere lidstaat aan de survey deelneemt en geen andere lidstaat hetzelfde surveyacroniem gebruikt.

Beschrijf voor andere soorten deelname dan “Financial” (Financieel) het type deelname en/of de achtergrond ervan meer in detail bij vraag 4 in tekstvak 2.6.

Area(s) covered (Betrokken gebied(en))

Vermeld de gebieden waarop de survey betrekking zal hebben. Bij verplichte surveys moet het gebied een deel van het gebied of, indien van toepassing, het volledige gebied zijn dat is aangegeven in tabel 1 van de bijlage bij het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma.

Time period (month) (Periode (maand))

Vermeld de periode (kalendermaanden in door komma’s gescheiden getallen) waarop de survey van uw lidstaat betrekking zal hebben.

Frequency (Frequentie)

Vermeld de frequentie van de survey. Zie de lijst met modelcodes “Frequency” (Frequentie). Indien u “Unknown” (Onbekend) of “Other” (Andere) hebt ingevuld, licht dat dan toe in de kolom “WP comments” (Opmerkingen WP).

Relevant international planning group (Betrokken internationale planningsgroep)

Vermeld het acroniem van de betrokken internationale groep die belast is met de planning van de survey op zee en de overeenkomstige RFMO/RFO/IO (bv. IBTSWG-ICES of GFCM).

Zie de lijst met modelcodes “RFMO/RFO/IO”. Gebruik het acroniem van de planningsgroep in overeenstemming met de naamgeving binnen de RFMO/RFO/IO.

Indien er geen planningsgroep, RFMO, RFO of IO verantwoordelijk is voor de planning van de survey, vul dan “NA” (niet van toepassing) in.

Geef, indien beschikbaar, een link naar een webpagina met meer informatie over de planningsgroep voor de survey.

Days at sea planned (Gepland aantal zeedagen)

Vermeld het geplande aantal zeedagen voor de uitvoering van de onderzoekssurvey. Als de survey onderworpen is aan een overeenkomst inzake kostendeling en de deelname van uw lidstaat geen scheepstijd omvat (“Type of MS participation” (Type deelname van de lidstaat)), verwijs dan naar het nationale werkprogramma van de lidstaat die de survey plant en uitvoert.

Type of sampling activities (Soort steekproefactiviteiten)

Vermeld voor de hoofdactiviteiten om welk soort steekproefactiviteiten het gaat. De hoofdactiviteiten zijn die welke in de desbetreffende met de planning van de survey belaste groep zijn overeengekomen. U kunt ook aanvullende steekproefactiviteiten waartoe uw lidstaat besluit, vermelden. Begin een nieuwe regel voor elke soort steekproefactiviteit in een survey en vermeld daarbij opnieuw de informatie uit de vorige kolommen. Gebruik de volgende categorieën: trawltrekken, hydrografie, planktontrekken, akoestische profielen, zwerfvuiltrekken, steekproeven van bentische ongewervelde soorten, zeebodemmonitoring enz. Als de survey onderworpen is aan een overeenkomst inzake kostendeling en de deelname van uw lidstaat geen scheepstijd omvat (“Type of MS participation” (Type deelname van de lidstaat)), verwijs dan naar het nationale werkprogramma van de lidstaat die de survey plant en uitvoert.

Number of sampling activities planned (Aantal geplande steekproefactiviteiten)

Vermeld het aantal geplande steekproefactiviteiten. Als de survey onderworpen is aan een overeenkomst inzake kostendeling en de deelname van uw lidstaat geen scheepstijd omvat (“Type of MS participation” (Type deelname van de lidstaat)), verwijs dan naar het nationale werkprogramma van de lidstaat die de survey plant en uitvoert.

Research survey database (Databank van onderzoekssurveys)

Vul de naam in van de nationale of internationale databank waar de verzamelde gegevens worden opgeslagen. Voeg, indien beschikbaar, de link naar de databank toe. Indien er geen databank bestaat, vul dan “None” (Geen) in. Als de gegevens worden opgeslagen in nationale en internationale databanken, vul dan alleen deze laatste in.

Let wel: deze kolom is van toepassing op een databank waarin de gegevens worden opgeslagen.

Link to survey manual (Link naar handboek voor surveys)

Vermeld waar het handboek voor surveys te vinden is. Geef voor verplichte en internationaal gecoördineerde surveys een link naar het internationale handboek, ook al is er ook een nationaal handboek. Voor niet-verplichte surveys is een link naar het (inter)nationale handboek optioneel. Indien er geen link beschikbaar is, vul dan “No link available” (Geen link beschikbaar) in. Indien geen handboek beschikbaar is, vul dan “No manual available” (Geen handboek beschikbaar) in.

WP comments (Opmerkingen WP)

Eventuele verdere opmerkingen

In case of financial participation, has the payment been made? (Is de betaling in geval van financiële deelname verricht?)

Geef in geval van financiële deelname aan een onderzoekssurvey in het kader van een overeenkomst inzake kostendeling, met “Y” (ja) of “N” (neen) aan of de betaling is verricht. Indien geen overeenkomst inzake kostendeling van toepassing is, vul dan “NA” (niet van toepassing) in.

Days at sea achieved (Uitgevoerd aantal zeedagen)

Vermeld het aantal zeedagen dat tijdens de onderzoekssurvey is uitgevoerd. Als de survey onderworpen is aan een overeenkomst inzake kostendeling en de deelname van uw lidstaat geen scheepstijd omvat (“Type of MS participation” (Type deelname van de lidstaat)), verwijs dan naar het jaarverslag van de lidstaat die de survey uitvoert.

Number of sampling activities achieved (Aantal uitgevoerde steekproefactiviteiten)

Vermeld in de kolom “Number of sampling activities plannend” (Aantal geplande steekproefactiviteiten) het aantal doeleenheden dat tijdens de survey is uitgevoerd. Als de survey onderworpen is aan een overeenkomst inzake kostendeling en de deelname van uw lidstaat geen scheepstijd omvat (“Type of MS participation” (Type deelname van de lidstaat)), verwijs dan naar het jaarverslag van de lidstaat die de survey uitvoert.

Other data submissions (Andere ingediende gegevens)

Vul “Y” (ja) in als de onbewerkte gegevens worden ingediend bij andere wetenschappelijke instanties dan de desbetreffende databank, en “N” (neen) als dat niet het geval is.

Was the survey carried out within the official time period? (Is de survey binnen de officiële termijn uitgevoerd?)

Vul “Y” (ja) in als de onderzoekssurvey binnen de officiële termijn is uitgevoerd, en “N” (neen) als dat niet het geval is.

Als de survey onderworpen is aan een overeenkomst inzake kostendeling en de deelname van uw lidstaat geen scheepstijd omvat (“Type of MS participation” (Type deelname van de lidstaat)), verwijs dan naar het jaarverslag van de lidstaat die de survey uitvoert.

Was the sampling carried out within the official survey area? (Is de steekproef binnen het officiële surveygebied uitgevoerd?)

Vul “Y” (ja) in als de onderzoekssurvey binnen het officiële surveygebied is uitgevoerd, en “N” (neen) als dat niet het geval is.

Als de survey onderworpen is aan een overeenkomst inzake kostendeling en de deelname van uw lidstaat geen scheepstijd omvat (“Type of MS participation” (Type deelname van de lidstaat)), verwijs dan naar het jaarverslag van de lidstaat die de survey uitvoert.

Indication if AR comments required concerning number of sampling activities achieved (Vermelding of opmerkingen in het jaarverslag vereist zijn met betrekking tot het aantal uitgevoerde steekproefactiviteiten)

Deze kolom wordt automatisch ingevuld als het verschil tussen het geplande en het uitgevoerde aantal steekproefactiviteiten minder dan 90 % of meer dan 150 % bedraagt. Als de waarden buiten dat bereik liggen, wordt dat aangeduid met een “x” en wordt de lidstaat verzocht een opmerking toe te voegen in de kolom “AR comments” (Opmerkingen JV). U kunt de kolom “AR comments” (Opmerkingen JV) ook invullen zonder vermelding.

Indication if AR comments required concerning temporal and spatial coverage (Vermelding of opmerkingen in het jaarverslag vereist zijn met betrekking tot temporele en ruimtelijke dekking)

Deze kolom wordt automatisch ingevuld als de ruimtelijke of de temporele dekking niet is gerealiseerd. Indien in een van de kolommen “N” is gerapporteerd, wordt dit gemarkeerd met een “x” en wordt de lidstaat verzocht een opmerking in de kolom “AR comments” (Opmerkingen jaarverslag) te vermelden. U kunt de kolom “AR comments” (Opmerkingen JV) ook invullen zonder vermelding.

AR comments (Opmerkingen JV)

Voeg opmerkingen toe om elke afwijking van het werkprogramma te verduidelijken, met name als er een verschil is aangegeven in de kolommen AB en AC.

Vermeld in deze kolom of er in tekstvak 2.6 uitgebreide opmerkingen zijn gegeven. U kunt eventuele verdere opmerkingen toevoegen.


Tekstvak 2.6: Onderzoekssurveys op zee

Algemene opmerking: met dit tekstvak wordt voldaan aan artikel 5, lid 1, punt b), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan de hoofdstukken I en II van de bijlage bij het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Het is bedoeld om nader te omschrijven welke in tabel 2 van de bijlage bij het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma genoemde onderzoekssurveys op zee worden uitgevoerd. De lidstaten geven aan of de onderzoekssurvey is opgenomen in tabel 2 van het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma dan wel of het om een aanvullende survey gaat.

(Gebruik één tekstvak per survey)

Naam van de onderzoekssurvey

1.

Doelstellingen van de survey

Voor verplichte surveys: geef de volledige lijst van doelsoorten/ecosysteemcomponenten die zijn vastgesteld door de coördinatiegroep (in tegenstelling tot de doelsoorten in tabel 1 van het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma) alsook de internationale en aanvullende nationale doelstellingen. Voor niet-verplichte surveys: beschrijf het doel van de survey, met inbegrip van steekproefactiviteiten en de doelsoorten/ecosysteemcomponenten, de eindgebruiker en de wijze waarop de gegevens worden gebruikt.

2.

Beschrijving van de opzet van de survey en de methoden die tijdens de survey zijn gebruikt voor elk type gegevensverzameling dat in tabel 2.6 voor deze specifieke survey is opgenomen.

Vermeld de periode van de survey (zelfde als in tabel 2.6). Als er online documentatie over de opzet van de survey en de gebruikte methoden beschikbaar is in het Engels, kunt u naar die documentatie verwijzen.

3.

Beschrijf voor internationaal gecoördineerde surveys de deelnemende lidstaten/vaartuigen.

4.

Verstrek, indien van toepassing, nadere gegevens over het soort deelname en/of de toegepaste drempelovereenkomst.

Beschrijf voor andere vormen van deelname dan die van de categorie “Financial” (Financieel) het soort deelname en/of de achtergrond van het soort deelname meer in detail.

(max. 450 woorden per survey)

5.

Voeg voor internationaal gecoördineerde surveys een link toe naar het verslag van de meest recente vergadering van de coördinatiegroep.

Geef een link naar het verslag van de vergadering van de instantie die de survey coördineert (ICES, MEDITS-coördinatiegroep, MEDIAS-coördinatiegroep enz.). Verwijs voor surveys die niet internationaal gecoördineerd zijn naar een statusrapport (bv. Cruise-rapport).

6.

Geef aan waarvoor de resultaten van de survey hoofdzakelijk worden gebruikt (bv. indicatoren, abundantieramingen, milieu-indicatoren).

Geef aan in welke context de resultaten (routinematig) worden gebruikt, zowel op internationaal als op nationaal niveau.

Indien het nodig is kaarten van de stations van de uitgevoerde onderzoekssurveys te presenteren, voeg deze dan bij als bijlage. Verwijs duidelijk naar de bijlage en de kaartnummers.

7.

Uitgebreide opmerkingen

Uitgebreide opmerkingen in het kader van het jaarverslag kunnen onder deze rubriek worden geplaatst.

(max. 450 woorden per survey)

3:   Gegevens over visserijactiviteiten

Tabel 3.1: Strategie voor gegevensverzameling inzake variabelen betreffende de visserijactiviteit

Algemene opmerking: met deze tabel wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punt c), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 3, van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Deze tabel is bedoeld voor de variabelen die zijn vermeld in tabel 6 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma, met uitzondering van variabelen met betrekking tot de binnenwateren (aal), en om te beschrijven welke methode is gebruikt om ramingen af te leiden voor representatieve steekproeven wanneer geen gegevens moeten worden geregistreerd op grond van Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad of wanneer de op grond van Verordening (EG) nr. 1224/2009 verzamelde gegevens niet het juiste aggregatieniveau hebben voor het beoogde wetenschappelijke gebruik. Tabel 3.1 moet alleen worden ingevuld als aanvullende gegevensverzameling gepland is.

Naam van het veld

Beschrijving

MS (Lidstaat)

Gebruik een drieletterige ISO 3166-1-landcode (bv. “DEU”). Zie de lijst met modelcodes “MS”.

Implementation year (Uitvoeringsjaar)

Vermeld het jaar of een reeks jaren waarin de activiteit zal plaatsvinden, in het formaat “202X” of “202X-202X”.

Supra region (Supraregio)

Gebruik de naamgeving van tabel 2 van de bijlage bij het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Indien de informatie op alle supraregio’s betrekking heeft, vermeld dan “all supra regions” (alle supraregio’s). Zie de lijst met modelcodes “Supra region” (Supraregio).

Geo Indicator (Geo-indicator)

De “Geo Indicator” (Geo-indicator) maakt een onderscheid tussen vlootsegmenten die actief zijn in ultraperifere gebieden en vlootsegmenten die uitsluitend in niet-EU-wateren actief zijn (internationale wateren + partnerschapsovereenkomsten met derde landen inzake visserij). Als een geo-indicator niet relevant is voor een vlootsegment, gebruik dan de “NGI-code”. Zie de lijst met modelcodes “Geo Indicator” (Geo-indicator).

Region (Regio)

Zie de lijst met modelcodes “Regions”.

Indien de informatie op alle regio’s betrekking heeft, gebruik dan de code “all regions” (alle regio’s).

RFMO/RFO/IO

Gebruik het acroniem van de regionale organisatie voor visserijbeheer (Regional Fisheries Management Organisation — RFMO), de regionale visserijorganisatie (Regional Fisheries Organisation — RFO) of internationale organisatie (International Organisation — IO) die bevoegd is voor het beheer/advies inzake de soort/het bestand. Zie de lijst met modelcodes “RFMO/RFO/IO”. Indien er geen RFMO, RFO of IO van toepassing is, vermeld dan “NA” (niet van toepassing).

Activity indicator (Activiteitsindicator)

Gebruik de volgende activiteitsindicatoren: “Low active” (Laag actief); “Active” (Actief); en “NA” (Niet van toepassing). Als u een vlootsegment in verschillende activiteitsniveaus verdeelt, gebruik dan “L” voor de vaartuigen met een lage activiteit en “A” voor de vaartuigen met normale economische activiteit. De som van de vaartuigen met “L”- en “A”-activiteiten moet gelijk zijn aan de totale populatie van dat segment. De methode voor de toepassing van het activiteitsniveau is opgenomen in aanbeveling 5 van PGECON 2018. Indien geen activiteitsniveau wordt toegepast, gebruik dan “NA” (Niet van toepassing). Zie de lijst met modelcodes “Activity indicator” (Activiteitsindicator).

Segment or cluster name (Segment- of clusternaam)

Vul in geval van clustering de naam van een segment of cluster in.

Gebruik de naamgeving uit tabel 8 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Plaats een asterisk indien het segment met het oog op de gegevensverzameling en voor rapportagedoeleinden met een ander segment of andere segmenten is gebundeld, bijv. “boomkorvaartuigen 0-< 6 m*”. Zie de WP-richtsnoeren voor tekstvak 5.2, punt 1. Zie de codes voor “Fishing technique” en “Length class” in de MasterCodeList. Tabel 3.1 mag alleen de segmenten bevatten die in tabel 5.1 zijn opgegeven.

Fishing activity variable (Variabele betreffende visserijactiviteiten)

Gebruik de naamgeving uit tabel 6 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Vermeld variabelen, geen groepen van variabelen. Zie de lijst met modelcodes “Fishing Activity variable” (Variabele betreffende visserijactiviteiten).

Data Source (Gegevensbron)

Vermeld de gebruikte gegevensbronnen. Scheid meerdere gegevensbronnen met “,”. Zie de lijst met modelcodes “Data source” (Gegevensbron).

Data collection scheme (Gegevensverzamelingsregeling)

Vermeld de code van de gegevensverzamelingsregeling (C — Census (Telling); PSS — Probability Sample Survey (Aselecte steekproeven); NPS — Non-probability Sample Survey (Niet-aselecte steekproeven); IND — Indirecte survey, waarbij de variabele niet rechtstreeks wordt verzameld, maar wordt geraamd of afgeleid.). Zie de lijst met modelcodes “Data Collection scheme” (Gegevensverzamelingsregeling).

Planned sample rate (Gepland steekproefpercentage) (%)

Vermeld voor elke gegevensbron (%) het geplande dekkingspercentage, op basis van het aantal vaartuigen waarvoor aanvullende gegevens worden verzameld.

Als meerdere opgegeven “Data sources” (Gegevensbronnen) dezelfde “Data collection scheme” (Gegevensverzamelingsregeling) hebben, tel dan de percentages voor “Planned sample rate” (Gepland steekproefpercentage) op en vermeld ze op één regel.

Vermeld voor elke “Data collection scheme” (Gegevensverzamelingsregeling) met verschillende “Data source” (Gegevensbron) de waarden voor “Planned sample rate” (Gepland steekproefpercentage) op aparte regels.

Als de “Data source” (Gegevensbron) verband houdt met de controleverordening, kunnen de desbetreffende cijfers buiten beschouwing worden gelaten (aangezien dit in alle gevallen 100 % zou moeten zijn).

WP comments (Opmerkingen WP)

Eventuele verdere opmerkingen.

AR reference year (Referentiejaar jaarverslag)

Vermeld het jaar waarvoor gegevens zijn verzameld.

Number of vessels (Aantal vaartuigen)

Vermeld het aantal vaartuigen waarvoor aanvullende gegevens worden verzameld. De populatie is gebaseerd op de actieve en inactieve vaartuigen die op 31 december van het rapportagejaar zijn geregistreerd in het vissersvlootregister van de Unie als omschreven in Uitvoeringsverordening (EU) 2017/218 van de Commissie en vaartuigen die op die datum niet zijn opgenomen in het register, maar ten minste één dag hebben gevist gedurende het rapportagejaar.

Planned sample number (Gepland steekproefaantal)

In deze kolom wordt automatisch het aantal vaartuigen ingevuld waarvoor aanvullende gegevensverzameling is gepland.

“Planned sample number” (Gepland steekproefaantal) = “Number of vessels” (Aantal vaartuigen)*“Planned sample rate” (Gepland steekproefpercentage)

Achieved response number (Gehaald aantal reacties)

Vermeld het aantal reacties voor de aanvullende gegevensverzameling voor elk van de gegevensbronnen en variabelen.

Response rate (Reactiepercentage) (%)

Aantal reacties/steekproefgrootte

“Response rate (%)” (Reactiepercentage) = (“Achieved response number” (Gehaald aantal reacties)/“Planned sample number” (Gepland steekproefaantal)) %

Achieved coverage (Behaalde dekking) (%)

Behaalde dekking van het aantal vaartuigen waarvoor aanvullende gegevens worden verzameld.

“Achieved coverage (%)” (Behaalde dekking) = (“Achieved response number” (Gehaald aantal reacties)/“Number of vessels under complementary data collection” (Aantal vaartuigen waarvoor aanvullende gegevens worden verzameld)) %

AR comments (Opmerkingen JV)

Voeg opmerkingen toe om elke afwijking van het werkprogramma te verduidelijken.


Tekstvak 3.1: Strategie voor gegevensverzameling inzake variabelen betreffende de visserijactiviteit

Algemene opmerking: met dit tekstvak wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punt c), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 3.1, van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Het is de bedoeling dat hier de methode wordt beschreven die is gebruikt om ramingen af te leiden van representatieve steekproeven wanneer geen gegevens moeten worden geregistreerd op grond van Verordening (EG) nr. 1224/2009 of wanneer de op grond van Verordening (EG) nr. 1224/2009 verzamelde gegevens niet het juiste aggregatieniveau hebben voor het beoogde wetenschappelijke gebruik. Tekstvak 3.1 moet alleen worden ingevuld als aanvullende gegevensverzameling gepland is.

Leg uit waarom aanvullende gegevensverzameling wordt uitgevoerd.

Informatie over de steekproefregelingen is te vinden in het kwaliteitsdocument (bijlage 1.2). De lidstaat wordt echter verzocht hier aanvullende informatie te geven over de steekproefregelingen en steekproefkaders die noodzakelijk worden geacht om inzicht te krijgen in de feitelijke opzet van de steekproef die voor het (de) uitvoeringsja(a)r(en) is gepland.

(max. 900 woorden)

Afwijkingen van het werkprogramma

Geef een overzicht van de (eventuele) wijzigingen ten opzichte van het werkprogramma en licht toe.

Maatregelen om afwijkingen te voorkomen

Beschrijf kort welke maatregelen worden overwogen/zijn getroffen om in de toekomst afwijkingen te voorkomen en geef aan wanneer die maatregelen naar verwachting effect gaan sorteren. Als er geen afwijkingen zijn, is dit deel niet van toepassing.

(max. 900 woorden)


Tekstvak 3.2: Strategie voor gegevensverzameling inzake variabelen betreffende visserijactiviteiten (voor commerciële binnenvisserij op aal)

Algemene opmerking: met dit tekstvak wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punt c), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 3.2, van het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Het is bedoeld om de methoden en gegevensbronnen te beschrijven die worden gebruikt voor de raming van de vangstcapaciteit, de visserijinspanning en de aanlandingsgegevens.

Beschrijf de verzameling van gegevens over de aanlandingen, de inspanning en de capaciteit van de commerciële binnenvisserij op aal. Vermeld of beschrijf bijvoorbeeld het aantal visserijlichamen, de vangstmethoden en de daarbij gebruikte eenheden.

(max. 900 woorden)

Afwijkingen van het werkprogramma

Geef een overzicht van de (eventuele) wijzigingen ten opzichte van het werkprogramma en licht toe.

Maatregelen om afwijkingen te voorkomen

Beschrijf kort welke maatregelen worden overwogen/zijn getroffen om in de toekomst afwijkingen te voorkomen en geef aan wanneer die maatregelen naar verwachting effect gaan sorteren. Als er geen afwijkingen zijn, is dit deel niet van toepassing.

(max. 900 woorden)

4:   Impact van visserijactiviteiten op mariene biologische rijkdommen

Tabel 4.1 Maagbemonstering en -analyse

Algemene opmerking: met deze tabel wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punt b), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 4.3, van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Deze tabel is bedoeld voor een nadere beschrijving van het steekproefplan voor het verzamelen en analyseren van maaginhoud.

Naam van het veld

Beschrijving

MS (Lidstaat)

Gebruik een drieletterige ISO 3166-1-landcode (bv. “DEU”). Zie de lijst met modelcodes “MS”.

Implementation year (Uitvoeringsjaar)

Vermeld het jaar waarin de activiteit wordt uitgevoerd. Vul één rij per uitvoeringsjaar in en vermeld alle jaren vanaf de periode van het werkprogramma.

Region (Regio)

Zie de lijst met modelcodes “Regions”. Indien de informatie op alle regio’s betrekking heeft, gebruik dan de code “all regions” (alle regio’s).

RFMO/RFO/IO

Gebruik het acroniem van de regionale organisatie voor visserijbeheer (Regional Fisheries Management Organisation — RFMO), de regionale visserijorganisatie (Regional Fisheries Organisation — RFO) of internationale organisatie (International Organisation — IO) die bevoegd is voor het beheer/advies inzake de soort/het bestand. Zie de lijst met modelcodes “RFMO/RFO/IO”. Indien er geen RFMO, RFO of IO van toepassing is, vermeld dan “NA” (niet van toepassing).

Area(s) covered (Betrokken gebied(en))

Vermeld de gebieden waarop de survey betrekking zal hebben. Voor verplichte surveys moet het gebied overeenkomen met dat in tabel 1 van de bijlage bij het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma.

Observation type (Type observatie)

Vermeld het type observatieactiviteit dat wordt gebruikt voor het verzamelen van gegevens voor het aangegeven type steekproefregeling. Zie de lijst met modelcodes “Observation type” (Type observatie).

Sampling scheme type (Type steekproefregeling)

Vermeld het gebruikte type steekproefregeling. Zie de lijst met modelcodes “Sampling scheme type” (Type steekproefregeling). De verwijzing naar de typen steekproefregelingen moet consistent zijn in alle tabellen waarin deze kolom is opgenomen.

Elk type steekproefregeling moet in een aparte rij worden vermeld.

Sampling scheme identifier (Identificatiecode steekproefregeling)

Vermeld een unieke naam (vrije tekst) voor elke combinatie van “Observation type” (Type observatie)*“Sampling scheme type” (Type steekproefregeling). Gebruik dezelfde referentie in de tekstvakken en in bijlage 1.1. Gebruik voor verplichte onderzoekssurveys op zee het acroniem uit tabel 1 van de bijlage bij het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma — zie de lijst met modelcodes “Mandatory survey at sea” (Verplichte survey op zee).

Regional work plan name (Naam regionaal werkprogramma)

Vermeld in voorkomend geval de naam van het van kracht zijnde regionale werkprogramma. Gebruik een acroniem indien dit bestaat. Vul “N” (neen) in als er geen regionaal werkprogramma van toepassing is.

Time period (quarter) (Periode (kwartaal))

Vermeld de periode (kwartalen, gescheiden door een komma indien er meer dan één is) die door uw lidstaat wordt bestreken. Indien een regionaal maagbemonsteringsplan van toepassing is, verwijs dan naar dat plan.

Species for stomach sampling (Soorten voor maagbemonstering)

Vermeld de wetenschappelijke naam van de soorten waarvoor maagbemonstering is gepland. Gebruik de soortnamen uit tabel 1 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma.

Expected number of stomachs (Verwacht aantal magen)

Vul het verwachte aantal maagmonsters in op basis van het steekproefprotocol (bv. als in het protocol vijf vissen per lengteklasse worden vermeld voor een soort, geef dan op basis van voorgaande jaren een raming van het aantal lengteklassen dat voor die soort mag worden verwacht, en vermenigvuldig met vijf).

Indien geen maagbemonsteringsprotocol van toepassing is, motiveer dan in de kolom “WP comments” (Opmerkingen WP) het verwachte aantal magen dat moet worden verzameld.

Link to stomach sampling protocol (Link naar maagbemonsteringsprotocol)

Geef aan waar het maagbemonsteringsprotocol kan worden geraadpleegd.

Geef een link naar een internationaal handboek, ook al is er ook een nationaal handboek.

Vul “N” (neen) in als er geen maagbemonsteringsprotocol beschikbaar is.

Metagenomic techniques (Metagenome technieken)

Vermeld “Y” (ja) als bij de maagbemonstering metagenome technieken worden gebruikt of “N” (neen) indien dat niet het geval is.

WP comments (Opmerkingen WP)

Eventuele verdere opmerkingen

Sampled number of stomachs (Bemonsterd aantal magen)

Vermeld het aantal verzamelde magen.

Was the sampling carried out within the planned time period(s)? (Is de steekproef binnen de geplande termijn(en) uitgevoerd?)

Geef met “Y” (ja) of “N” (neen) aan of de maagbemonstering binnen de geplande termijn is uitgevoerd.

Was the sampling carried out within the planned area(s)? (Is de steekproef binnen het (de) geplande gebied(en) uitgevoerd?)

Geef met “Y” (ja) of “N” (neen) aan of de maagbemonstering binnen het (de) geplande gebied(en) is uitgevoerd.

Indication if AR comments required concerning number of samples achieved (Vermelding of opmerkingen in het jaarverslag vereist zijn met betrekking tot het uitgevoerde aantal steekproeven)

Deze kolom wordt automatisch ingevuld als het verschil tussen het geplande en het uitgevoerde aantal steekproeven minder dan 90 % of meer dan 150 % bedraagt. Als de waarden buiten dat bereik liggen, wordt dat aangeduid met een “x” en wordt de lidstaat verzocht een opmerking toe te voegen in de kolom “AR comments” (Opmerkingen JV). U kunt de kolom “AR comments” (Opmerkingen JV) ook invullen zonder vermelding.

Indication if AR comments required concerning temporal and spatial coverage (Vermelding of opmerkingen in het jaarverslag vereist zijn met betrekking tot temporele en ruimtelijke dekking)

Deze kolom wordt automatisch ingevuld als de ruimtelijke en de temporele dekking niet zijn gerealiseerd. Indien in een van de kolommen “N” (neen) is gerapporteerd, wordt dit gemarkeerd met een “x”, en wordt de lidstaat verzocht een opmerking in de kolom “AR comments” (Opmerkingen JV) te vermelden. U kunt de kolom “AR comments” (Opmerkingen JV) ook invullen zonder vermelding.

AR comments (Opmerkingen JV)

Voeg opmerkingen toe om elke afwijking van het werkprogramma te verduidelijken, met name als er een verschil is aangegeven in de kolommen P en Q. Vermeld in deze kolom of er in tekstvak 4.1 uitgebreide opmerkingen zijn gegeven. U kunt eventuele verdere opmerkingen toevoegen.


Tekstvak 4.2: Bijvangsten van kwetsbare soorten

Algemene opmerking: met dit tekstvak wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punten a) en b), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 4.1, van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Dit tekstvak is een aanvulling op tabel 2.5.

Dit tekstvak is een aanvulling op de informatie over de steekproefregelingen in het kwaliteitsdocument (bijlage 1.1). Het is bedoeld om de aandacht te vestigen op informatie over steekproefregelingen en steekproefkaders voor bijvangsten van kwetsbare soorten.

Aanvullende informatie over de planning van de observatie van bijvangsten van kwetsbare soorten (indien reeds ingevuld in bijlage 1.1, geef aan waar deze te vinden is):

Heeft er een beoordeling plaatsgevonden van het relatieve bijvangstrisico voor de verschillende vistuigtypen/metiers en is daarmee rekening gehouden bij de opzet van de steekproef?

Wat zijn de vistuigtypen/metiers met het grootste bijvangstrisico per soort/taxa van bedreigde en beschermde soorten in een bepaalde regio?

Welke methoden worden gebruikt om de observatie-inspanningen te berekenen?

Volgen de steekproefopzet en het steekproefprotocol de aanbevelingen van de desbetreffende deskundigengroepen? Geef passende referenties op. Als er geen deskundigengroepen zijn, moeten de opzet en het protocol in de tekst worden toegelicht.

Aanvullende informatie over waarnemersprotocollen (indien reeds ingevuld in bijlage 1.1, geef aan waar deze te vinden zijn):

Bevat het protocol voor waarnemers aan boord een controle op zeldzame exemplaren in de vangst bij het openen van de kuil? Zo JA, moet de waarnemer volgens de instructies aangeven of de kuil bij een trek NIET is gecontroleerd?

In kieuwnetten en bij lijnvissen: bevat het protocol voor waarnemers aan boord de instructie dat de waarnemer moet aangeven in hoever het inhaalproces is waargenomen bij (grote) incidentele bijvangsten die uit het net glijden?

Bij grote vangsten: bevat het protocol de instructie dat de waarnemer bij het sorteren van de vangst (d.w.z. aan de transportband) op zeldzame exemplaren moet controleren? Heeft de waarnemer de instructie gekregen om aan te geven welk percentage van het sorteer- of inhaalproces op “trekniveau” is gecontroleerd?

Aanvullende informatie over steekproefregelingen

U kunt specifieke contextuele informatie over een regio en het (de) uitvoeringsja(a)r(en) toevoegen, bijvoorbeeld om nieuwe ontwikkelingen die nog niet zijn uitgewerkt in het kwaliteitsdocument, regionale aanpassingen en/of toekomstperspectieven te belichten. Vul de informatie in onder dezelfde identificatiecode van de steekproefregeling als in tabel 2.5.

Aanvullende beschrijving van de steekproefkaders

U kunt een aanvullende beschrijving toevoegen aan de kolom “Sampling frame description” (Beschrijving steekproefkader) van tabel 2.5. Vul de informatie in onder dezelfde identificatiecode en naam als in de kolommen “Sampling frame identifier” (Identificatiecode steekproefkader) en “Sampling frame description” (Beschrijving steekproefkader) van tabel 2.5, en in dezelfde volgorde (identificatiecode steekproefkader + beschrijving steekproefkader).

(Eén tekstvak van max. 1 000 woorden per regio/RFMO/RFO/IO)

Resultaten

Verstrek, indien beschikbaar, aanvullende informatie in dit tekstvak. Dit kan bijvoorbeeld beknopte informatie zijn over het aantal exemplaren dat is geregistreerd als bijvangst per soort, vistuiggroep en monitoringmethode, met informatie over de toestand van de dieren (d.w.z. zijn ze levend vrijgelaten, zijn ze dood of zijn ze verzameld voor bemonsteringsdoeleinden).

Afwijkingen van het werkprogramma

De lidstaat vermeldt in voorkomend geval op welke punten de uitgevoerde gegevensverzameling afwijkt van de planning in het werkprogramma en geeft uitleg over die afwijkingen.

Maatregelen om afwijkingen te voorkomen

De lidstaat beschrijft de maatregelen die worden overwogen/zijn getroffen om in de toekomst afwijkingen te voorkomen en geeft aan wanneer die maatregelen naar verwachting effect gaan sorteren. Als er geen afwijkingen zijn, is dit deel niet van toepassing.

(Eén tekstvak van max. 1 000 woorden per regio/RFMO/RFO/IO)


Tekstvak 4.3: Gevolgen van de visserij voor mariene habitats

Algemene opmerking: met dit tekstvak wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punten a) en b), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 4.2, van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Het bevat informatie over aanvullende studies over de gevolgen van de visserij voor mariene habitats.

1.

Doelstelling van de studie

2.

Duur van de studie

3.

Methoden en verwachte resultaten van de studie

(max. 900 woorden per onderzoek)

Beknopte beschrijving van de resultaten (met inbegrip van afwijkingen t.o.v. de planning en in voorkomend geval de redenen daarvan).

Verwezenlijking van de aanvankelijk verwachte resultaten en motivering indien dat niet het geval was.

Follow-up van de activiteiten (wat zijn de volgende stappen, hoe de resultaten gebruikt).

(max. 900 woorden per onderzoek)

5:   Economische en sociale gegevens in visserijen

Tabel 5.1: Totale vlootpopulatie en clustering

Algemene opmerking: deze tabel is bedoeld om de omvang van vlootsegmenten en clusterregelingen aan te geven. De populatie omvat alle actieve en inactieve vaartuigen die op 31 december van het rapportagejaar zijn geregistreerd in het vissersvlootregister van de Unie als omschreven in Uitvoeringsverordening (EU 2017/218 van de Commissie en vaartuigen die op die datum niet zijn opgenomen in het register, maar ten minste één dag hebben gevist gedurende het rapportagejaar.

Naam van het veld

Beschrijving

MS (Lidstaat)

Gebruik een drieletterige ISO 3166-1-landcode (bv. “DEU”). Zie de lijst met modelcodes “MS”.

Implementation year (Uitvoeringsjaar)

Vermeld het jaar of een reeks jaren waarin de activiteit zal plaatsvinden, in het formaat “202X” of “202X-202X”.

Supra region (Supraregio)

Gebruik de naamgeving van tabel 2 van de bijlage bij het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Indien de informatie op alle supraregio’s betrekking heeft, vermeld dan “all supra regions” (alle supraregio’s). Zie de lijst met modelcodes “Supra region” (Supraregio).

Geo Indicator (Geo-indicator)

De “Geo Indicator” (Geo-indicator) maakt een onderscheid tussen vlootsegmenten die actief zijn in ultraperifere gebieden en vlootsegmenten die uitsluitend in niet-EU-wateren actief zijn (internationale wateren + partnerschapsovereenkomsten met derde landen inzake visserij). Als een geo-indicator niet relevant is voor een vlootsegment, gebruik dan de “NGI-code”. Zie de lijst met modelcodes “Geo Indicator” (Geo-indicator).

Activity indicator (Activiteitsindicator)

Gebruik de volgende activiteitsindicatoren: “Low active” (Laag actief); “Active” (Actief); en “NA” (Niet van toepassing). Als u een vlootsegment in verschillende activiteitsniveaus verdeelt, gebruik dan “L” voor de vaartuigen met een lage activiteit en “A” voor de vaartuigen met normale economische activiteit. De som van de vaartuigen met “L”- en “A”-activiteiten moet gelijk zijn aan de totale populatie van dat segment. De methode voor de toepassing van het activiteitsniveau is opgenomen in aanbeveling 5 van PGECON 2018. Indien geen activiteitsniveau wordt toegepast, gebruik dan “NA” (Niet van toepassing). Zie de lijst met modelcodes “Activity indicator” (Activiteitsindicator).

Fishing technique (Vangsttechniek)

Gebruik de naamgeving uit tabel 8 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Zie de lijst met modelcodes “Fishing technique” (Vangsttechniek).

Length class (Lengteklasse)

Gebruik de naamgeving uit tabel 8 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Plaats een asterisk indien het segment, met het oog op de gegevensverzameling, met (een) ander(e) segment(en) is gebundeld.

Zie de lijst met modelcodes “Length Class” (Lengteklasse).

Segment or Cluster Name (Segment- of clusternaam)

Vul in geval van clustering de naam van een segment of cluster in.

Gebruik de naamgeving uit tabel 8 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Plaats een asterisk indien het segment met het oog op de gegevensverzameling en voor rapportagedoeleinden met een ander segment of andere segmenten is gebundeld, bijv. “boomkorvaartuigen 0-< 6 m*”. Zie de WP-richtsnoeren voor tekstvak 5.2, punt 1. Zie de codes voor “Fishing technique” en “Length class” in de MasterCodeList.

Total population (WP) (Totale populatie (werkprogramma))

Vermeld het aantal vaartuigen als omschreven in hoofdstuk II, punt 5.1, van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma, op basis van de informatie die beschikbaar is op het moment dat het werkprogramma wordt ingediend.

WP comments (Opmerkingen WP)

Eventuele verdere opmerkingen.

AR reference year (Referentiejaar jaarverslag)

Vul het jaar in waarvoor gegevens zijn verzameld.

Total population (AR) (Totale populatie (jaarverslag))

De populatie bestaat uit alle actieve en inactieve vaartuigen die op 31 december van het rapportagejaar zijn geregistreerd in het vissersvlootregister van de Unie als omschreven in Uitvoeringsverordening (EU) 2017/218 van de Commissie en vaartuigen die op die datum niet zijn opgenomen in het register, maar ten minste één dag hebben gevist gedurende het rapportagejaar.

AR comments (Opmerkingen JV)

Eventuele verdere opmerkingen.


Tabel 5.2: Economic and social variables for fisheries data collection strategy (Economische en sociale variabelen voor de strategie voor het verzamelen van gegevens over visserijen)

Algemene opmerking: met deze tabel wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punt d), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 5, van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Deze tabel is bedoeld voor een nadere omschrijving van de gegevens die moeten worden verzameld volgens de tabellen 7 en 9 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Gebruik deze tabel om een overzicht te geven van de populatie voor economische en sociale gegevens over de visserijsector.

Naam van het veld

Beschrijving

MS (Lidstaat)

Gebruik een drieletterige ISO 3166-1-landcode (bv. “DEU”). Zie de lijst met modelcodes “MS”.

Implementation year (Uitvoeringsjaar)

Vermeld het jaar of een reeks jaren waarin de activiteit zal plaatsvinden, in het formaat “202X” of “202X-202X”.

Supra region (Supraregio)

Gebruik de naamgeving van tabel 2 van de bijlage bij het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Indien de informatie op alle supraregio’s betrekking heeft, vermeld dan “all supra regions” (alle supraregio’s). Zie de lijst met modelcodes “Supra region” (Supraregio).

Geo Indicator (Geo-indicator)

De “Geo Indicator” (Geo-indicator) maakt een onderscheid tussen vlootsegmenten die actief zijn in ultraperifere gebieden en vlootsegmenten die uitsluitend in niet-EU-wateren actief zijn (internationale wateren + partnerschapsovereenkomsten met derde landen inzake visserij). Indien een geo-indicator niet relevant is, gebruik dan de “NGI”-code. Zie de lijst met modelcodes “Geo Indicator” (Geo-indicator).

Activity indicator (Activiteitsindicator)

Gebruik de volgende activiteitsindicatoren: laag actief; actief en NA. Als u een vlootsegment in verschillende activiteitsniveaus verdeelt, gebruik dan “L” voor de vaartuigen met een lage activiteit en “A” voor de vaartuigen met normale economische activiteit. De som van de vaartuigen met “L”- en “A”-activiteiten moet gelijk zijn aan de totale populatie van dat segment. De methoden voor de toepassing van het activiteitsniveau is opgenomen in aanbeveling 5 van PGECON 2018. Als het activiteitsniveau niet wordt toegepast, gebruik dan “NA”. Zie de lijst met modelcodes “Activity indicator” (Activiteitsindicator).

Type of variables (E/S) (Soort variabelen (E/S))

Vul de categorie in waartoe de variabelen behoren: “E” (economisch) of’S” (sociaal). Zie de kolom “Description” (Beschrijving) in de lijst met modelcodes “Economic and Social Variables” (Economische en sociale variabelen).

Segment or cluster name (Segment- of clusternaam)

Vul in geval van clustering de naam van een segment of cluster in.

Gebruik de naamgeving uit tabel 8 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Plaats een asterisk indien het segment met het oog op de gegevensverzameling en voor rapportagedoeleinden met een ander segment of andere segmenten is gebundeld, bijv. “boomkorvaartuigen 0-< 6 m*”. Zie de WP-richtsnoeren voor tekstvak 5.2, punt 1. Zie de codes voor “Fishing technique” en “Length class” in de MasterCodeList. Voor het verzamelen van sociale gegevens kunt u de “All segments”-code gebruiken uit de lijst “Segment or cluster name” in de MasterCodeList.

Economic and social variables (Economische en sociale variabelen)

Gebruik de naamgeving uit kolom 2 van tabel 7 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma voor de economische variabelen en tabel 9 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma voor de sociale variabelen. Zie de kolom “Description” (Beschrijving) voor de lijst “Economic and Social Variables” (Economische en sociale variabelen) in de lijst met modelcodes.

Data Source (Gegevensbron)

Vermeld de gebruikte gegevensbronnen. Als er voor sommige variabelen geen gegevensverzameling is gepland, vul dan “NA” (niet van toepassing) in.

Scheid meerdere gegevensbronnen met “;”. Zie de lijst met modelcodes “Data source” (Gegevensbron).

Data collection scheme (Gegevensverzamelingsregeling)

Vermeld de code van de gegevensverzamelingsregeling (C — Census (Telling); PSS — Probability Sample Survey (Aselecte steekproeven); NPS — Non-probability Sample Survey (Niet-aselecte steekproeven); IND — Indirecte survey, waarbij de variabele niet rechtstreeks wordt verzameld, maar wordt geraamd of afgeleid.). Als er voor sommige variabelen geen gegevensverzameling is gepland, vul dan “NA” (Niet van toepassing) in.

Zie de lijst met modelcodes “Data Collection scheme” (Gegevensverzamelingsregeling).

Planned sample rate (Gepland steekproefpercentage) (%)

Vermeld het geplande steekproefpercentage (%) op basis van de populatie. Als er voor sommige variabelen geen gegevensverzameling is gepland, vul dan “N” (neen) in.

Als meerdere opgegeven “Data sources” (Gegevensbronnen) dezelfde “Data collection scheme” (Gegevensverzamelingsregeling) hebben, tel dan de percentages voor “Planned sample rate” (Gepland steekproefpercentage) op en vermeld ze op één regel.

Vermeld voor elke “Data source” met een andere “Data collection scheme” de waarden voor “Planned sample rate” op aparte regels.

Als de “Data source” (Gegevensbron) verband houdt met de controleverordening, kunnen de desbetreffende cijfers buiten beschouwing worden gelaten (aangezien dit in alle gevallen 100 % zou moeten zijn).

WP comments (Opmerkingen JV)

Geef aan of uw lidstaat kruiscontroles verricht van gegevensbronnen die samen met de belangrijkste gegevensbron zijn gebruikt, en beschrijf het proces in bijlage 1.2.

Eventuele verdere opmerkingen.

AR reference year (Referentiejaar jaarverslag)

Vul het jaar in waarvoor gegevens zijn verzameld.

Total population (Totale populatie)

Vul het totale populatieaantal in. Dit getal moet consistent zijn met de kolom “Total population (AR)” (Totale populatie (jaarverslag)) in tabel 5.1.

Updated planned sample rate (%) (Bijgewerkt gepland steekproefpercentage (%))

Vermeld het steekproefpercentage (%) dat tijdens het steekproefproces is bijgewerkt (op basis van bijgewerkte informatie).

Updated planned sample number (Bijgewerkt gepland steekproefaantal)

In deze kolom worden automatisch gehele getallen (geen fracties) ingevuld.

“Updated planned sample number” (Bijgewerkt gepland steekproefaantal) = “Total population” (Totale populatie)*“Updated planned sample rate (%)” (Bijgewerkt gepland steekproefpercentage (%))

Achieved response number (Gehaald aantal reacties)

Vermeld het aantal ontvangen reacties.

Response rate (Reactiepercentage) (%)

Aantal reacties/steekproefgrootte

“Response rate (%)” (Reactiepercentage (%)) = (“Achieved response number” (Gehaald aantal reacties)/“Updated planned sample number” (Bijgewerkt gepland steekproefaantal)) %

Achieved coverage (Behaalde dekking) (%)

“Achieved coverage (%)” (Behaalde dekking (%)) = (“Achieved response number” (Gehaald aantal reacties)/“Total population (AR)” (Totale populatie (jaarverslag)) %

Updated planned sample rate/Planned sample rate (%) (Bijgewerkt gepland steekproefpercentage/Gepland steekproefpercentage (%))

“Updated planned sample rate (%)” (Bijgewerkt gepland steekproefpercentage (%))/“Planned sample rate (%)” (Gepland steekproefpercentage (%))

AR comments (Opmerkingen JV)

Voeg opmerkingen toe om elke afwijking van het werkprogramma te verduidelijken.


Tekstvak 5.2: Economic and social variables for fisheries data collection strategy (Economische en sociale variabelen voor de strategie voor het verzamelen van gegevens over visserijen)

Algemene opmerking: met dit tekstvak wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punt d), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004, en aan hoofdstuk II, punt 5n van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Het is bedoeld voor een nadere omschrijving van de gegevens die moeten worden verzameld volgens de tabellen 7, 8 en 9 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma.

1.   Beschrijving van clustering

Wanneer een vlootsegment minder dan tien vaartuigen telt, geldt het volgende:

(a)

clustering kan noodzakelijk zijn om het steekproefplan op te stellen en de economische variabelen op te geven;

(b)

de lidstaten dienen op te geven welke vlootsegmenten op nationaal niveau zijn samengevoegd en dienen de clustering aan de hand van een statistische analyse te verantwoorden;

(c)

in hun jaarverslag dienen de lidstaten het aantal in de steekproef opgenomen vaartuigen voor ieder vlootsegment op te geven ongeacht eventuele clustering bij de verzameling of de verstrekking van de gegevens.

Clustering moet worden beschreven en er moet informatie worden verstrekt over de segmenten die geclusterd zijn.

De lidstaat moet als volgt onderscheid maken tussen segmenten die voor clustering in aanmerking worden genomen:

(a)

belangrijke segmenten met specifieke kenmerken;

(b)

segmenten die vergelijkbaar zijn met andere segmenten;

(c)

niet-belangrijke segmenten met specifieke kenmerken.

Het belang van vlootsegmenten moet worden beoordeeld in termen van aanlandingen (waarde en volume) en/of inspanning. De vergelijkbaarheid moet worden aangetoond aan de hand van de kennis van deskundigen over visserijpatronen of over beschikbare gegevens over aanlandingen en/of visserij-inspanningen.

Voor elk van de beschreven gevallen moet de lidstaat de volgende benaderingen voor clustering toepassen op basis van de verschillende kenmerken van vlootsegmenten:

(a)

belangrijke segmenten met specifieke kenmerken;

(b)

dergelijke segmenten mogen niet worden geclusterd tenzij dit om redenen van vertrouwelijkheid strikt noodzakelijk is voor de rapportage van gegevens. De gegevens moeten voor deze segmenten afzonderlijk worden verzameld en in de nationale totalen worden opgenomen (tenzij afzonderlijke identificatie als gevolg daarvan mogelijk wordt);

(c)

segmenten die vergelijkbaar zijn met andere segmenten;

(d)

dergelijke segmenten kunnen worden geclusterd voor steekproefdoeleinden en om redenen van vertrouwelijkheid. De samengevoegde segmenten moeten worden geselecteerd aan de hand van criteria die door de lidstaat volledig moeten worden toegelicht en gemotiveerd. Met name de aanpak om de vergelijkbaarheid te bepalen, moet door de lidstaat duidelijk worden beschreven;

(e)

niet-belangrijke segmenten met specifieke kenmerken;

(f)

dergelijke segmenten kunnen worden geclusterd voor steekproefdoeleinden en om redenen van vertrouwelijkheid. Deze segmenten kunnen worden samengevoegd met andere niet-belangrijke segmenten. Clustering van deze segmenten met andere belangrijke segmenten moet worden vermeden. De lidstaat moet toelichten op welke wijze het lagere niveau van belang is bepaald en om welke redenen de geclusterde segmenten zijn geselecteerd. Clusters moeten de naam krijgen van het qua aantal vaartuigen of economisch belang grootste segment.

2.   Beschrijving van de activiteitsindicator

Indien de lidstaat een activiteitsindicator gebruikt om het vlootsegment in verschillende activiteitsniveaus onder te verdelen, gebruik dan “L” voor vaartuigen met een lage activiteit en “A” voor de vaartuigen met normale economische activiteit. Geef een beschrijving van de gebruikte activiteitsmethode.

3.   Afwijking van de definities van RCG ECON (voordien PGECON)

Beschrijf en motiveer eventuele afwijkingen van de definities van variabelen zoals vermeld in het richtsnoer betreffende het meerjarenprogramma van de EU die op de GVK-website is gepubliceerd.

Indien geen PIM wordt gevolgd, geeft dan aan welke alternatieve methoden worden gebruikt en waarom.

(max. 900 woorden)

Afwijkingen van het werkprogramma

Geef een overzicht van de (eventuele) wijzigingen ten opzichte van het werkprogramma en licht deze toe.

Maatregelen om afwijkingen te voorkomen

Beschrijf kort welke maatregelen worden overwogen/zijn getroffen om in de toekomst afwijkingen te voorkomen en geef aan wanneer die maatregelen naar verwachting effect gaan sorteren. Als er geen afwijkingen zijn, is dit deel niet van toepassing.

(max. 900 woorden)

6:   Economische en sociale gegevens in de aquacultuur

Tabel 6.1: Economische en sociale variabelen voor de strategie voor het verzamelen van gegevens over de aquacultuur

Algemene opmerking: met deze tabel wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punt e), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 6, van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Deze tabel is bedoeld voor een nadere omschrijving van de gegevens die moeten worden verzameld volgens de tabellen 9, 10 en 11 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Gebruik deze tabel om een overzicht te geven van de verzameling van economische en sociale gegevens uit de aquacultuursector. Vul tabel 6.1 niet in als de aquacultuurproductie in uw lidstaat onder de EU-drempel van 1 % ligt. Vul de toegepaste drempel in tekstvak 6.1 in en leg uit waarom deze drempel is toegepast.

Naam van het veld

Beschrijving

MS (Lidstaat)

Gebruik een drieletterige ISO 3166-1-landcode (bv. “DEU”). Zie de lijst met modelcodes “MS”.

Implementation year (Uitvoeringsjaar)

Vermeld het jaar of een reeks jaren waarin de activiteit zal plaatsvinden, in het formaat “202X” of “202X-202X”.

Aquaculture techniques (Aquacultuurtechnieken)

Vermeld de segmentering van gegevens per soort en techniek voor de aquacultuur, zoals vermeld in tabel 11 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Voor definities van teelttechnieken, zie Verordening (EG) nr. 762/2008. Het verzamelen van gegevens is niet verplicht als de door de lidstaat toegepaste drempel niet wordt overschreden. Zie de lijsten “Aquaculture technique” (Aquacultuurtechniek) en “Aquaculture species group” (Aquacultuursoortengroep) in de lijst met modelcodes.

Aquaculture species group (Aquacultuursoortengroep)

Vermeld de segmentering van gegevens per soort en techniek voor de aquacultuur, zoals vermeld in tabel 11 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Voor definities van teelttechnieken, zie Verordening (EG) nr. 762/2008. Het verzamelen van gegevens is niet verplicht als de door de lidstaat toegepaste drempel niet wordt overschreden. Zie de lijsten “Aquaculture technique” (Aquacultuurtechniek) en “Aquaculture species group” (Aquacultuursoortengroep) in de lijst met modelcodes.

Type of variables (E/S) (Soort variabelen (E/S))

Vul de categorie in waartoe de variabelen behoren: “E” (economisch) of’S” (sociaal). Zie de kolom “Description” (Beschrijving) in de lijst met modelcodes “Economic and Social Variables” (Economische en sociale variabelen).

Economic and social variables (Economische en sociale variabelen)

Gebruik de naamgeving uit kolom 2 van tabel 10 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma voor de economische variabelen en tabel 9 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma voor de sociale variabelen. Zie de lijst met modelcodes “Economic and Social Variables” (Economische en sociale variabelen).

Data Source (Gegevensbron)

Vermeld de gebruikte gegevensbronnen. Scheid meerdere gegevensbronnen met “,”. Zie de lijst met modelcodes “Data source” (Gegevensbron).

Data collection scheme (Gegevensverzamelingsregeling)

Vermeld de code van de gegevensverzamelingsregeling (C — Census (Telling); PSS — Probability Sample Survey (Aselecte steekproeven); NPS — Non-probability Sample Survey (Niet-aselecte steekproeven); IND — Indirecte survey, waarbij de variabele niet rechtstreeks wordt verzameld, maar wordt geraamd of afgeleid.). Zie de lijst met modelcodes “Data Collection scheme” (Gegevensverzamelingsregeling).

Aquaculture thresholds (Aquacultuurdrempels)

Vermeld de drempel die wordt toegepast overeenkomstig hoofdstuk II, punt 7, van de bijlage bij het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma.

Zie de lijst met modelcodes “Aquaculture thresholds” (Aquacultuurdrempels).

Planned sample rate (Gepland steekproefpercentage) (%)

Vermeld het geplande steekproefpercentage (%) op basis van de populatie, zoals gedefinieerd in hoofdstuk II, punt 6.1, van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Als er voor sommige variabelen geen gegevensverzameling is gepland, vul dan “N” (neen) in.

Als meerdere opgegeven “Data sources” (Gegevensbronnen) dezelfde “Data collection scheme” (Gegevensverzamelingsregeling) hebben, tel dan de percentages voor “Planned sample rate” (Gepland steekproefpercentage) op en vermeld ze op één regel.

Vermeld voor elke “Data collection scheme” (Gegevensverzamelingsregeling) met verschillende “Data source” (Gegevensbron) de waarden voor “Planned sample rate” (Gepland steekproefpercentage) op aparte regels.

WP comments (Opmerkingen JV)

Geef aan of uw lidstaat kruiscontroles verricht van gegevensbronnen die zijn gebruikt in combinatie met de belangrijkste gegevensbron, en beschrijf het proces in bijlage 1.2.

Eventuele verdere opmerkingen.

AR reference year (Referentiejaar jaarverslag)

Vermeld het jaar waarvoor gegevens zijn verzameld.

Number of enterprises (Aantal ondernemingen)

Vermeld het aantal ondernemingen in het segment.

Updated planned sample rate (%) (Bijgewerkt gepland steekproefpercentage (%))

Vermeld het steekproefpercentage (%) dat tijdens het steekproefproces is bijgewerkt (op basis van bijgewerkte informatie).

Updated planned sample number (Bijgewerkt gepland steekproefaantal)

In deze kolom worden automatisch gehele getallen (geen fracties) ingevuld.

“Updated planned sample number” (Bijgewerkt gepland steekproefaantal) = “Number of enterprises” (Aantal ondernemingen)*“Updated planned sample rate (%)” (Bijgewerkt gepland steekproefpercentage (%))

Achieved response number (Gehaald aantal reacties)

Vermeld het aantal ontvangen reacties.

Response rate (Reactiepercentage) (%)

Aantal reacties/steekproefgrootte

“Response rate (%)” (Reactiepercentage (%)) = (“Achieved response number” (Gehaald aantal reacties)/“Updated planned sample number” (Bijgewerkt gepland steekproefaantal)) %

Achieved coverage (Behaalde dekking) (%)

“Achieved coverage (%)” (Behaalde dekking (%)) = (“Achieved response number” (Gehaald aantal reacties)/“Number of enterprises” (Aantal ondernemingen)) %

Updated planned sample rate/Planned sample rate (%) (Bijgewerkt gepland steekproefpercentage/Gepland steekproefpercentage (%))

“Updated planned sample rate (%)” (Bijgewerkt gepland steekproefpercentage (%))/“Planned sample rate (%)” (Gepland steekproefpercentage (%))

AR comments (Opmerkingen JV)

Voeg opmerkingen toe om elke afwijking van het werkprogramma te verduidelijken.


Tekstvak 6.1: Economische en sociale variabelen voor de strategie voor het verzamelen van gegevens over de aquacultuur

Algemene opmerking: met dit tekstvak wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punt e), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 6 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Het is bedoeld voor een nadere omschrijving van de gegevens die moeten worden verzameld volgens de tabellen 10 en 11 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma.

1.   Beschrijving van de toepassing van de drempel

Vermeld een percentage voor de productie van de lidstaat uit de meest recente aquacultuurproductie in de EU die aan Eurostat is gemeld. Beschrijf en motiveer de toegepaste drempel(s).2. Afwijking van de definities van RCG ECON (voordien PGECON)

Beschrijf en motiveer eventuele afwijkingen van de definities van variabelen zoals vermeld in het richtsnoer betreffende het meerjarenprogramma van de EU die op de GVK-website is gepubliceerd.

(max. 900 woorden)

Afwijkingen van het werkprogramma

Geef een overzicht van de (eventuele) wijzigingen ten opzichte van het werkprogramma en licht toe.

Maatregelen om afwijkingen te voorkomen

Beschrijf kort welke maatregelen worden overwogen/zijn getroffen om in de toekomst afwijkingen te voorkomen en geef aan wanneer die maatregelen naar verwachting effect gaan sorteren. Als er geen afwijkingen zijn, is dit deel niet van toepassing.

(max. 900 woorden)

7:   Economische en sociale gegevens bij de visverwerking

Tabel 7.1: Economic and social variables for fish processing data collection strategy (Economische en sociale variabelen voor de strategie voor het verzamelen van gegevens over de visverwerking)

Algemene opmerking: met deze tabel wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punt f), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 7, van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Deze tabel is bedoeld voor een nadere omschrijving van de gegevens die moeten worden verzameld volgens het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma voor aanvullende gegevensverzameling. Gebruik deze tabel om een overzicht te geven van de verzameling van economische en sociale gegevens over de verwerkende industrie. Omschrijf de gegevensverzameling voor variabelen waarover Eurostat geen gegevens heeft of waarvoor aanvullende steekproeftrekking vereist is. Er kunnen economische en sociale gegevens worden verzameld voor visverwerkende bedrijven met minder dan tien werknemers, voor bedrijven waar visverwerking een nevenactiviteit is en voor variabelen waarover Eurostat geen gegevens heeft.

De aanvullende gegevensverzameling voor visverwerking kan op vrijwillige basis worden uitgevoerd.

Naam van het veld

Beschrijving

MS (Lidstaat)

Gebruik een drieletterige ISO 3166-1-landcode (bv. “DEU”). Zie de lijst met modelcodes “MS”.

Implementation year (Uitvoeringsjaar)

Vermeld het jaar of een reeks jaren waarin de activiteit zal plaatsvinden, in het formaat “202X” of “202X-202X”.

Fish processing segment (Visverwerkingssegment)

Gebruik het aantal werkzame personen als segmenteringscriterium, in overeenstemming met Eurostat-segmentering: bedrijven <= 10; bedrijven 11-49; bedrijven 50-249; ondernemingen > 250. Vul “NA” (niet van toepassing) in als er geen segmentering wordt toegepast. Zie de lijst met modelcodes “Fish processing segment” (Visverwerkingssegment).

Type of variables (E/S) (Soort variabelen (E/S))

Vul de categorie in waartoe de variabelen behoren: “E” (economisch) of’S” (sociaal). Zie de kolom “Description” (Beschrijving) in de lijst met modelcodes “Economic and Social Variables” (Economische en sociale variabelen).

Economic and social variables (Economische en sociale variabelen)

Gebruik de codes van de lijst met modelcodes “Economic and Social Variables” (Economische en sociale variabelen), overeenkomstig bijlage V bij het PGECON-verslag van 2020.

Fish processing activity (Visverwerkende activiteit)

Gebruik de codes van de lijst met modelcodes “Fish processing activity” (Visverwerkende activiteit).

Data Source (Gegevensbron)

Vermeld de gebruikte gegevensbronnen. Scheid meerdere gegevensbronnen met “,”. Zie de lijst met modelcodes “Data source” (Gegevensbron).

Data collection scheme (Gegevensverzamelingsregeling)

Vermeld de code van de gegevensverzamelingsregeling (C — Census (Telling); PSS — Probability Sample Survey (Aselecte steekproeven); NPS — Non-probability Sample Survey (Niet-aselecte steekproeven); IND — Indirecte survey, waarbij de variabele niet rechtstreeks wordt verzameld, maar wordt geraamd of afgeleid.). Zie de lijst met modelcodes “Data Collection scheme” (Gegevensverzamelingsregeling).

Planned sample rate (Gepland steekproefpercentage) (%)

De populatie kan betrekking hebben op ondernemingen waarvan de hoofdactiviteit is gedefinieerd volgens de Eurostat-definitie in NACE-code 15.20: “Verwerking en conservering van vis en visproducten”, en op ondernemingen waar visverwerking een nevenactiviteit is.

Als meerdere opgegeven “Data sources” (Gegevensbronnen) dezelfde “Data collection scheme” (Gegevensverzamelingsregeling) hebben, tel dan de percentages voor “Planned sample rate” (Gepland steekproefpercentage) op en vermeld ze op één regel.

Vermeld voor elke “Data collection scheme” (Gegevensverzamelingsregeling) met verschillende “Data source” (Gegevensbron) de waarden voor “Planned sample rate” (Gepland steekproefpercentage) op aparte regels.

WP comments (Opmerkingen JV)

Geef aan of uw lidstaat kruiscontroles verricht van gegevensbronnen die zijn gebruikt in combinatie met de belangrijkste gegevensbron, en beschrijf het proces in bijlage 1.2.

Eventuele verdere opmerkingen.

AR reference year (Referentiejaar jaarverslag)

Vul het jaar in waarvoor gegevens zijn verzameld.

Number of enterprises (Aantal ondernemingen)

Vermeld het aantal ondernemingen in het segment.

Updated planned sample rate (%) (Bijgewerkt gepland steekproefpercentage (%))

Vermeld het steekproefpercentage (%) dat tijdens het steekproefproces is bijgewerkt (op basis van bijgewerkte informatie).

Updated planned sample number (Bijgewerkt gepland steekproefaantal)

In deze kolom worden automatisch gehele getallen (geen fracties) ingevuld.

“Updated planned sample number” (Bijgewerkt gepland steekproefaantal) = “Number of enterprises” (Aantal ondernemingen)*“Updated planned sample rate (%)” (Bijgewerkt gepland steekproefpercentage (%))

Achieved response number (Gehaald aantal reacties)

Vermeld het aantal ontvangen reacties.

Response rate (Reactiepercentage) (%)

Aantal reacties/steekproefgrootte

“Response rate (%)” (Reactiepercentage (%)) = (“Achieved response number” (Gehaald aantal reacties)/“Updated planned sample number” (Bijgewerkt gepland steekproefaantal)) %

Achieved coverage (Behaalde dekking) (%)

“Achieved coverage (%)” (Behaalde dekking (%)) = (“Achieved response number” (Gehaald aantal reacties)/“Number of enterprises” (Aantal ondernemingen)) %

Updated planned sample rate/planned sample rate (%) (Bijgewerkt gepland steekproefpercentage/Gepland steekproefpercentage (%))

“Updated planned sample rate (%)” (Bijgewerkt gepland steekproefpercentage (%))/“Planned sample rate (%)” (Gepland steekproefpercentage (%))

AR comments (Opmerkingen JV)

Voeg opmerkingen toe om elke afwijking van het werkprogramma te verduidelijken.


Tekstvak 7.1: Economic and social variables for fish processing data collection strategy (Economische en sociale variabelen voor de strategie voor het verzamelen van gegevens over de visverwerking)

Algemene opmerking: met dit tekstvak wordt voldaan aan artikel 5, lid 2, punt f), en artikel 6, lid 3, punten a), b) en c), van Richtlijn (EU) 2017/1004 en aan hoofdstuk II, punt 7, van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma.

1.

Wanneer naast Eurostat-gegevens aanvullende visverwerkingsgegevens worden verzameld, moet de lidstaat uitleggen waarom.

2.

Afwijking van de definities van RCG ECON (voordien PGECON)

Beschrijf en motiveer eventuele afwijkingen van de definities van variabelen zoals vermeld in het richtsnoer betreffende het meerjarenprogramma van de EU die op de GVK-website is gepubliceerd.

(max. 900 woorden)

Afwijkingen van het werkprogramma

Geef een overzicht van de (eventuele) wijzigingen ten opzichte van het werkprogramma en licht toe.

Maatregelen om afwijkingen te voorkomen

Beschrijf kort welke maatregelen worden overwogen/zijn getroffen om in de toekomst afwijkingen te voorkomen en geef aan wanneer die maatregelen naar verwachting effect gaan sorteren. Als er geen afwijkingen zijn, is dit deel niet van toepassing.

(max. 900 woorden)

III   — Kwaliteitsverslagen die bij de werkprogramma’s en de jaarverslagen worden gevoegd

De werkprogramma’s en de jaarverslagen bevatten bijlagen met kwaliteitsverslagen. De modellen voor deze bijlagen zijn hieronder opgenomen. Voor het werkprogramma worden de witte velden ingevuld en voor het jaarverslag de grijze velden.

“BIJLAGE 1.1 — Kwaliteitsverslag voor de steekproefregeling voor biologische gegevens”

Gebruik deze bijlage om weer te geven of er documentatie in het gegevensverzamelingsproces (opzet, uitvoering van de steekproef, gegevensvergaring, gegevensopslag, bewaring van monsters en gegevensverwerking) bestaat en vermeld waar deze documentatie te vinden is. Geef, waar zulks aangegeven is, een korte beschrijving, zelfs als de documentatie in het Engels beschikbaar is. De namen van de steekproefregelingen en strata moeten identiek zijn aan die in de tabellen 2.2, 2.3, 2.4, 2.5, 2.6 en 4.1 van het werkprogramma/jaarverslag. Gebruik voor kwaliteitsinformatie over wetenschappelijke surveys het acroniem van de survey als identificatiecode van de steekproefregeling. Voor verplichte surveys, zie tabel 1 van de bijlage bij het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma en zie ook de lijst met modelcodes “Mandatory survey at sea” (Verplichte survey op zee).

LS:

Regio:

Identificatiecode steekproefregeling:

Type steekproefregeling:

Type observatie:

Geldigheidsduur: van wanneer tot wanneer

Korte beschrijving (max. 100 woorden): bv. een steekproefregeling voor het verzamelen van lengtemonsters uit commerciële aanlandingen aan land voor alle soorten die zijn vermeld in tabel 1 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Het schema heeft betrekking op het vasteland en alle ultraperifere gebieden (“RUP” in het Frans, het Portugees en het Spaans).

Beschrijving van de populatie

Doelpopulatie: vermeld de primaire steekproefeenheden (PSU’s), bv. alle nationale havens*dagen (informatie in vroegere tabel 4B). Voor onderzoekssurveys: vermeld de belangrijkste doelsoorten vanuit het oogpunt van de survey (in tegenstelling tot tabel 1 in de bijlage bij het uitvoeringsbesluit) en het belangrijkste surveygebied.

Populatie in de steekproef: geef aan welk deel van de doelpopulatie in de steekproef wordt opgenomen en welk deel van de doelpopulatie om een of andere reden niet bereikbaar is voor steekproeftrekking of ervan wordt uitgesloten, bv. grote havens die als afslagen zijn opgenomen, met uitzondering van alle kleinere havens, en geen steekproeftrekking tijdens de weekends. Beschrijf voor onderzoekssurveys op zee de doelsoorten bij op één soort gerichte surveys of de ecosysteemcomponenten (bv. demersale en pelagische soorten) bij surveys bij meerdere soorten.

Stratificatie: licht de logica toe die is gevolgd om de populatie en het aantal gegenereerde strata te stratificeren, bv. populatie die is gestratificeerd in drie geografische partijen (van A tot B, van B tot C en van C tot D). Elke partij wordt vervolgens per afslag gestratificeerd.

Opmerking jaarverslag: vermeld eventuele afwijkingen.

Steekproefopzet en -protocollen

Beschrijving steekproefopzet: beschrijf hoe de steekproeftoewijzing wordt gedefinieerd; de wijze waarop PSU’s en SSU’s worden geselecteerd voor steekproeftrekking; vermeld voor welk vangstdeel de steekproefregeling van toepassing is.

Is de steekproefopzet in overeenstemming met het 4S-beginsel?: Y/N/NA (Ja/neen/niet van toepassing) (NA bv. voor surveys en diadrome en recreatieve steekproefregelingen)

Regionale coördinatie: vermeld of de steekproefopzet en -protocollen zijn ontwikkeld als onderdeel van een regionale of multilaterale overeenkomst, en zo ja, verwijs naar de overeenkomst (tabel 1.3) en vermeld alle deelnemende lidstaten.

Link naar documentatie over de steekproefopzet: geef een link naar een webpagina waar de documentatie te vinden is. Indien er geen link beschikbaar is, maar de documentatie wel bestaat, geef dan een literatuurverwijzing (auteur(s), jaar en soort publicatie — bv. intern verslag). Indien er geen documentatie over de steekproefopzet bestaat, verstrek dan nadere gegevens in het tekstvak.

Naleving van internationale aanbevelingen: vul “Y” (ja) in als de steekproefopzet in overeenstemming is met internationale aanbevelingen, en “N” (neen) indien dat niet het geval is. Indien er op dit gebied geen deskundigen- of coördinatiegroepen bestaan, moet de steekproefopzet kort worden toegelicht in de tekst en op verzoek ter beschikking worden gesteld van de beoordelaars.

Link naar documentatie van het steekproefprotocol: geef een link naar een webpagina waar de documentatie te vinden is. Indien er geen link beschikbaar is, maar de documentatie wel bestaat, geef dan een literatuurverwijzing (auteur(s), jaar en soort publicatie — bv. intern verslag). Indien er geen documentatie over de steekproefopzet bestaat, verstrek dan nadere gegevens over het steekproefprotocol in dit tekstvak.

Opmerking jaarverslag: vermeld eventuele afwijkingen.

Uitvoering van de steekproeftrekking

Registratie van het percentage weigeringen: vermeld “Y” (ja), “N” (neen) of “NA” (niet van toepassing, in het geval van onderzoekssurveys). Indien “N” (neen), vermeld dan wanneer (jaar) documentatie beschikbaar zal zijn.

Monitoring van de voortgang van de steekproeftrekking binnen het steekproefjaar: geef aan hoe de steekproeftoewijzingen worden aangepast (indien nodig) en hoe deze worden opgevolgd. Welke mechanismen bestaan er om problemen op te lossen en beperkende maatregelen vast te stellen tijdens het steekproefjaar?

Opmerking jaarverslag: vermeld eventuele afwijkingen.

Gegevensvastlegging

Wijze van gegevensvastlegging: korte beschrijving (+ facultatieve foto). Vermeld welke middelen worden gebruikt voor het verzamelen van de gegevens, bv. weegschaal, meetapparatuur, speciale software enz.

Documentatie over gegevensvastlegging: geef een link naar een webpagina waar de documentatie te vinden is. Indien er geen link beschikbaar is, maar de documentatie wel bestaat, geef dan een literatuurverwijzing (auteur(s), jaar en soort publicatie — bv. intern verslag). Als er geen documentatie over gegevensvastlegging bestaat (bv. meetprotocollen, fasering van de geslachtsrijpheid, handboek voor het vastleggen van gegevens enz.), verstrek dan nadere gegevens in het tekstvak.

Documentatie over kwaliteitscontroles: vermeld “Y” (ja) of “N” (neen). Indien “N” (neen), vermeld dan wanneer (jaar) documentatie beschikbaar zal zijn. geef een link naar een webpagina waar de documentatie te vinden is. Indien er geen link beschikbaar is, maar de documentatie wel bestaat, geef dan een literatuurverwijzing (auteur(s), jaar en soort publicatie — bv. intern verslag). Indien er geen documentatie over de kwaliteitscontroles bestaat, verstrek dan nadere gegevens in het tekstvak.

Opmerking jaarverslag: vermeld eventuele afwijkingen.

Opslag van gegevens

Nationale databank: vermeld, indien van toepassing, de naam van de nationale databank. Zo niet, vermeld dan “NA” (niet van toepassing). Geef een link indien de databank via een website kan worden geraadpleegd.

Internationale databank: vermeld, indien van toepassing, de naam van de internationale databank(en) en van de organisatie die de databank beheert. Zo niet, vermeld dan “NA” (niet van toepassing). Geef een link indien de databank via een website kan worden geraadpleegd.

Documentatie over kwaliteitscontroles en gegevensvalidatie: geef een link naar de webpagina waar de documentatie te vinden is. Als die niet bestaat, verstrek dan nadere gegevens in het tekstvak.

Opmerking jaarverslag: vermeld eventuele afwijkingen.

Bewaring van monsters

Beschrijving van de bewaring: vermeld het type weke en harde delen die zijn bewaard (bv. leeftijdsstructuren, maag, plankton, genetica) en de plaats waar de monsters worden bewaard; de duur van de bewaring van de monsters; de wijze waarop de bewaring en het onderhoud, alsook de toegang tot de monsters worden georganiseerd; of de monsters worden bewaard onder auspiciën/de verantwoordelijkheid van een internationale organisatie en, zo ja, welke. Geef een link naar informatie over de hoeveelheden monsters die worden bewaard per soort/bestand, geografisch deelgebied en per jaar.

Analyse van de monsters: geef een korte beschrijving of verwijzingen naar documenten, met inbegrip van links naar webpagina’s (bv. handboeken voor leeftijdsbepaling, EG-verslagen en protocollen), indien van toepassing, wanneer informatie over de verwerking van de monsters wordt verstrekt.

Opmerking jaarverslag: vermeld eventuele afwijkingen.

Gegevensverwerking

Beoordeling van de nauwkeurigheid van de gegevens (bias en precisie): vermeld “Y” (ja) of “N” (neen). Indien “N” (neen), vermeld dan wanneer (jaar) documentatie beschikbaar zal zijn. geef een link naar een webpagina waar de documentatie te vinden is. Indien er geen link beschikbaar is, maar de documentatie wel bestaat, geef dan een literatuurverwijzing (auteur(s), jaar en soort publicatie — bv. intern verslag). Indien er geen documentatie over de beoordeling van de nauwkeurigheid van de gegevens bestaat, verstrek dan nadere gegevens in het tekstvak.

Bewerkings- en verrekeningsmethoden: vermeld “Y” (ja) of “N” (neen). Indien “N” (neen), vermeld dan wanneer (jaar) documentatie beschikbaar zal zijn. geef een link naar een webpagina waar de documentatie te vinden is. Indien er geen link beschikbaar is, maar de documentatie wel bestaat, geef dan een literatuurverwijzing (auteur(s), jaar en soort publicatie — bv. intern verslag). Indien er geen documentatie over de bewerkings- en verrekeningsmethoden bestaat, verstrek dan nadere gegevens in het tekstvak.

Kwaliteitsdocument met betrekking tot een gegevensreeks: is er een digital object identifier (DOI) aangemaakt? Is er een document met een samenvatting van het gevolgde ramingsproces?

Validatie van de definitieve gegevensreeks: hoe worden gegevensreeksen gevalideerd (kwaliteit gecontroleerd) voordat ze aan de eindgebruiker worden verstrekt?

Opmerking jaarverslag: vermeld eventuele afwijkingen.


Opmerking jaarverslag: gebruik dit tekstvak om zo nodig aanvullende opmerkingen te maken.

“BIJLAGE 1.2 — Kwaliteitsverslag voor de steekproefregeling voor sociaal-economische gegevens”

Gebruik deze bijlage om de kwaliteitsaspecten van het gegevensverzamelingsproces te beschrijven (opzet, uitvoering van steekproeven, gegevensvastlegging, gegevensopslag en -verwerking enz.). De bijlage moet voor elke steekproefregeling worden ingevuld. Gebruik, indien van toepassing, het handboek voor de steekproefopzet (document 2.1 van MARE/2016/22 SECFISH-studie).

Verstrek in alle delen onder elk punt informatie. Wis geen tekst die deel uitmaakt van de template.

Specificaties van de survey

“Sector name” (Bedrijfstak) verwijst naar sociaal-economische gegevens over de visserij, aquacultuur en de eventuele aanvullende gegevensverzameling voor visserijactiviteiten en visverwerking, zoals in de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma.

“Sampling scheme” (Steekproefregeling) verwijst naar de surveytechniek: door telling, steekproeftrekking, select of aselect, andere (met toelichting). Bij steekproeftrekking moet de steekproefopzet worden geschetst.

“Variables” (Variabelen) heeft betrekking op de tabellen 7, 9 en 10 van de bijlage bij het gedelegeerd besluit inzake het EU-meerjarenprogramma.

“Supra region” (Supraregio) heeft betrekking op tabel 2 van de bijlage bij het uitvoeringsbesluit inzake het EU-meerjarenprogramma. Indien de steekproefregeling in alle supraregio’s gelijk is, vermeld dan “Alle supra regions (Alle supraregio’s).

Sector name (Bedrijfstak):

Sampling scheme (Steekproefregeling):

Variables (Variabelen):

Supra region(s) (Supraregio(“s)):

Planning van de survey

1.

Geef een korte beschrijving van de populatie waarop de steekproefregeling van toepassing is, bv. “minder actieve vaartuigen die passief vistuig gebruiken”.

Opmerking jaarverslag: vermeld eventuele afwijkingen.

Opzet en strategie van de survey

1.

Vermeld de gegevensbronnen, bv. interviews, registers, logboeken, verkoopdocumenten, VMS, financiële rekeningen enz.

2.

Beschrijf hoe de steekproefgrootten zijn bepaald.

3.

Beschrijf de surveymethoden en -verspreiding, bv. formulieren per post, per e-mail, op een website, per telefoon, toegang tot andere gegevensreeksen enz.

4.

Beschrijf de rol van eventuele aanvullende informatie in de strategie, bv. voor validatie, kruisverwijzingen, als reservegegevensbron enz.

Opmerking jaarverslag: vermeld eventuele afwijkingen.

Ramingsopzet

1.

Beschrijf de methode voor de berekening van de raming van de populatie op basis van de steekproef.

2.

Beschrijf de methode voor de berekening van afgeleide gegevens, bv. verrekende waarden.

3.

Beschrijf de behandeling van niet-beantwoorde vragen.

Opmerking jaarverslag: vermeld eventuele afwijkingen.

Foutcontroles

1.

Beschrijf potentiële fouten en hoe en waar deze in het proces worden ontdekt, vermeden of verholpen, bv. duplicatie van gegevens, dubbeltelling, fout van de respondent, uploadfout, verwerkingsfout enz.

Opmerking jaarverslag: vermeld eventuele afwijkingen.

Opslag en documentatie van gegevens

1.

Beschrijf hoe de gegevens worden opgeslagen.

2.

Geef een link naar de webpagina waar eventuele aanvullende methodologische documentatie te vinden is.

Opmerking jaarverslag: vermeld eventuele afwijkingen.

Herziening

1.

Beschrijf hoe frequent de methoden worden beoordeeld, bv. herziening van segmentatie, surveymethode per segment, per variabele enz.

Opmerking jaarverslag: vermeld eventuele afwijkingen.

Geheimhouding

1.

Zijn procedures voor verwerking van vertrouwelijke gegevens voorhanden en zijn deze gedocumenteerd?

2.

Zijn protocollen voor de handhaving van de vertrouwelijkheid tussen GVK-partners voorhanden en zijn deze gedocumenteerd?

3.

Zijn protocollen voor de handhaving van de vertrouwelijkheid met externe gebruikers voorhanden en zijn deze gedocumenteerd?

4.

Zijn er problemen met de publicatie van gegevens om redenen van vertrouwelijkheid? Geef uitleg.

Opmerking jaarverslag: vermeld eventuele afwijkingen.


Opmerking jaarverslag: Gebruik dit tekstvak om zo nodig aanvullende opmerkingen te maken.