18.1.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 14/1


GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2021/37 VAN DE COMMISSIE

van 7 december 2020

tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1675 tot aanvulling van Richtlijn (EU) 2015/849 van het Europees Parlement en de Raad, met betrekking tot de schrapping van Mongolië uit de in punt I van de bijlage opgenomen tabel

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn (EU) 2015/849 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2015 inzake de voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering, tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 2005/60/EG van het Europees Parlement en de Raad en Richtlijn 2006/70/EG van de Commissie (1), en met name artikel 9, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Unie moet zorgen voor een doeltreffende bescherming van de integriteit en de goede werking van haar financiële stelsel en van de interne markt tegen witwaspraktijken en terrorismefinanciering. In Richtlijn (EU) 2015/849 is bepaald dat de Commissie derde landen moet identificeren met in hun regelgeving voor de bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering (“AML/CFT”) strategische tekortkomingen die een aanzienlijke bedreiging vormen voor het financiële stelsel van de Unie.

(2)

In Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1675 van de Commissie (2) worden derde landen met een hoog risico geïdentificeerd die strategische tekortkomingen vertonen. Deze verordening moet in voorkomend geval worden herzien, in het licht van de vooruitgang die deze derde landen met een hoog risico hebben geboekt bij het wegwerken van de strategische tekortkomingen in hun regelgeving voor de bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering. De Commissie moet in haar beoordelingen rekening houden met nieuwe informatie afkomstig van internationale organisaties en normgevers, zoals de Financial Action Task Force (FATF).

(3)

Rekening houdend met de hoge mate van integratie van het internationale financiële stelsel, de nauwe banden tussen marktdeelnemers, het hoge aantal grensoverschrijdende transacties naar/vanuit de Unie en de mate waarin de markt is opengesteld, wordt ervan uitgegaan dat elke AML/CFT-bedreiging voor het internationale financiële stelsel ook een bedreiging vormt voor het financiële stelsel van de Unie.

(4)

Overeenkomstig de criteria van Richtlijn (EU) 2015/849 houdt de Commissie, overeenkomstig artikel 9, lid 4, van Richtlijn (EU) 2015/849, rekening met de recente beschikbare informatie, in het bijzonder de recent uitgebrachte publieke verklaringen (“Public Statements”) van de FATF, de documenten “Improving Global AML/CFT Compliance: on-going process” van de FATF en FATF-verslagen van de International Cooperation Review Group in verband met de risico’s van afzonderlijke derde landen.

(5)

In oktober 2019 heeft de FATF Mongolië geïdentificeerd als een land dat in zijn AML/CFT-regelgeving strategische tekortkomingen vertoont waarvoor Mongolië samen met de FATF een actieplan had ontwikkeld. Op basis hiervan en uitgaande van de recentste relevante informatie is de Commissie in haar beoordeling van mei 2020 tot de conclusie gekomen dat Mongolië moest worden beschouwd als een derde land dat in zijn AML/CFT-regelgeving strategische tekortkomingen vertoonde die een aanzienlijke bedreiging voor het financiële stelsel van de Unie vormden volgens de in artikel 9 van Richtlijn (EU) 2015/849 opgenomen criteria. Ook werd opgemerkt dat Mongolië schriftelijk een politieke toezegging op hoog niveau had gedaan om de vastgestelde tekortkomingen aan te pakken en samen met de FATF een actieplan had ontwikkeld.

(6)

Het is van het grootste belang dat de Commissie derde landen permanent monitort en de ontwikkelingen van hun juridische en institutionele kaders, de bevoegdheden en procedures van de bevoegde instanties en de doelgerichtheid van hun AML/CFT-regelgeving beoordeelt, met het oog op bijwerking van de bijlage bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1675.

(7)

De FATF was ingenomen met de aanzienlijke vorderingen die Mongolië heeft gemaakt bij de verbetering van zijn AML/CFT-regelgeving en merkte op dat het land de nodige wet- en regelgevingskaders heeft vastgesteld om de toezeggingen die het in zijn actieplan heeft gedaan met betrekking tot de door de FATF vastgestelde strategische tekortkomingen, na te komen. Het land is dus niet langer onderworpen aan monitoring door de FATF in het kader van haar lopende wereldwijde nalevingsproces ten aanzien van de bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering. Het land zal zijn werkzaamheden met de met de FATF vergelijkbare regionale organisaties voortzetten om zijn AML/CFT-regelgeving verder te verbeteren.

(8)

De Commissie heeft de informatie met betrekking tot de vorderingen bij de aanpak van de strategische tekortkomingen van Mongolië beoordeeld.

(9)

In haar beoordeling heeft de Commissie geconcludeerd dat Mongolië op basis van de beschikbare informatie geen strategische tekortkomingen meer vertoont in zijn AML/CFT-regelgeving. Mongolië heeft de doeltreffendheid van zijn AML/CFT-regelgeving versterkt en de daarmee verband houdende technische tekortkomingen aangepakt om de toezeggingen van zijn actieplan met betrekking tot de door de FATF vastgestelde strategische tekortkomingen na te komen. Deze maatregelen zijn voldoende uitgebreid en voldoen aan de nodige vereisten om te oordelen dat de uit hoofde van artikel 9 van Richtlijn (EU) 2015/849 vastgestelde strategische tekortkomingen zijn aangepakt.

(10)

Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1675 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

In de tabel in punt I (“Derde landen met een hoog risico die schriftelijk een politieke toezegging op hoog niveau hebben gedaan om de vastgestelde tekortkomingen aan te pakken en die samen met de FATF een actieplan hebben ontwikkeld”) van de bijlage bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1675 wordt de volgende regel geschrapt:

10

Mongolië

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 7 december 2020.

Voor de Commissie

De voorzitter

Ursula VON DER LEYEN


(1)  PB L 141 van 5.6.2015, blz. 73.

(2)  Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1675 van de Commissie van 14 juli 2016 tot aanvulling van Richtlijn (EU) 2015/849 van het Europees Parlement en de Raad door de identificatie van derde landen met een hoog risico die strategische tekortkomingen vertonen (PB L 254 van 20.9.2016, blz. 1).