16.7.2021 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 253/92 |
UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2021/1168 VAN DE COMMISSIE
van 27 april 2021
tot vaststelling van de lijst van verplichte onderzoekssurveys op zee en de drempels als onderdeel van het meerjarenprogramma van de Unie voor de verzameling en het beheer van gegevens in de visserij- en de aquacultuursector vanaf 2022
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) 2017/1004 van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2017 betreffende de instelling van een Uniekader voor de verzameling, het beheer en het gebruik van gegevens in de visserijsector en voor de ondersteuning van wetenschappelijk advies over het gemeenschappelijk visserijbeleid en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 199/2008 van de Raad (1), en met name artikel 4, lid 1, eerste en derde alinea,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Krachtens artikel 25 van Verordening (EU) nr. 1380/2013 van het Europees Parlement en de Raad (2) moeten de lidstaten biologische, ecologische, technische en sociaaleconomische gegevens verzamelen die nodig zijn voor het visserijbeheer. |
(2) |
In artikel 4, lid 1, van Verordening (EU) 2017/1004 is bepaald dat de Commissie een meerjarenprogramma van de Unie (MJP EU) moet vaststellen voor de verzameling, het beheer en het gebruik van gegevens in de visserijsector. |
(3) |
Het MJP EU is noodzakelijk voor het omschrijven en plannen van de activiteiten op het gebied van gegevensverzameling in de nationale werkprogramma’s van de lidstaten. Het bevat een gedetailleerde lijst van gegevensvereisten voor de verzameling en het beheer van biologische, ecologische en socio-economische gegevens, lijsten van verplichte surveys op zee en drempels voor de gegevensverzameling. Het MJP EU 2020-2021 werd vastgesteld bij Gedelegeerd Besluit (EU) 2019/910 van de Commissie (3) en Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/909 van de Commissie (4). Beide besluiten lopen op 31 december 2021 af. |
(4) |
Het onderhavige besluit bevat derhalve de lijst van verplichte onderzoekssurveys op zee en de drempels beneden welke het voor de lidstaten niet verplicht is om vanaf 1 januari 2022 gegevens van hun visserij- en aquacultuuractiviteiten te verzamelen of surveys op zee te verrichten, als bedoeld in artikel 5, lid 1, punten b) en c), van Verordening (EU) 2017/1004. Ook legt dit besluit de gebieden van de mariene regio’s vast waar gegevens moeten worden verzameld zoals bedoeld in artikel 9, lid 11, van die Verordening (EU) 2017/1004. |
(5) |
Overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Verordening (EU) 2017/1004 heeft de Commissie de desbetreffende regionale coördinatiegroepen en het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij geraadpleegd. |
(6) |
Dit besluit moet worden gelezen in samenhang met Gedelegeerd Besluit (EU) 2021/1167 van de Commissie (5), dat Gedelegeerd Besluit (EU) 2019/910 intrekt en nadere regelingen voor de verzameling en het beheer van biologische, ecologische, technische en socio-economische gegevens door de lidstaten, als bedoeld in artikel 5, lid 1, punt a), van Verordening (EU) 2017/1004, voor de periode vanaf 1 januari 2022 bevat. |
(7) |
Omwille van de rechtszekerheid moet Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/909 met ingang van 1 januari 2022 worden ingetrokken. |
(8) |
De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor visserij en aquacultuur, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
De lijst van verplichte onderzoekssurveys op zee, de omschrijvingen van de geografische gebieden die van toepassing zijn voor de verzameling van visserijgegevens van de Unie, en de drempels beneden welke het voor de lidstaten niet verplicht is om vanaf 2022 gegevens van hun visserij- en aquacultuuractiviteiten te verzamelen of surveys op zee te verrichten, zijn vastgelegd in de bijlage bij dit besluit. De lijst van surveys en de drempels maken deel uit van het meerjarenprogramma van de Unie voor de verzameling en het beheer van gegevens in de visserijsector, als bedoeld in artikel 5, lid 1, punten b) en c), van Verordening (EU) 2017/1004.
Artikel 2
Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/909 wordt ingetrokken.
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Het is met ingang van 1 januari 2022 van toepassing.
Gedaan te Brussel, 27 april 2021.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 157 van 20.6.2017, blz. 1.
(2) Verordening (EU) nr. 1380/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 inzake het gemeenschappelijk visserijbeleid, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1954/2003 en (EG) nr. 1224/2009 van de Raad en tot intrekking van Verordeningen (EG) nr. 2371/2002 en (EG) nr. 639/2004 van de Raad en Besluit 2004/585/EG van de Raad (PB L 354 van 28.12.2013, blz. 22).
(3) Gedelegeerd Besluit (EU) 2019/910 van de Commissie van 13 maart 2019 tot vaststelling van het meerjarenprogramma van de Unie voor de verzameling en het beheer van biologische, ecologische, technische en socio-economische gegevens in de visserij- en de aquacultuursector (PB L 145 van 4.6.2019, blz. 27).
(4) Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/909 van de Commissie van 18 februari 2019 tot vaststelling van de lijst van verplichte onderzoekssurveys en drempels voor de toepassing van het meerjarenprogramma van de Unie voor de verzameling en het beheer van gegevens in de visserij- en de aquacultuursector (PB L 145 van 4.6.2019, blz. 21).
(5) Gedelegeerd Besluit (EU) 2021/1167 van de Commissie van 27 april 2021 tot vaststelling van het meerjarenprogramma van de Unie voor de verzameling en het beheer van biologische, ecologische, technische en socio-economische gegevens in de visserij- en de aquacultuursector vanaf 2022 (zie bladzijde 51 van dit Publicatieblad).
BIJLAGE
HOOFDSTUK I
Onderzoekssurveys op zee
1. |
Ten minste de in de onderstaande tabel 1 vermelde onderzoekssurveys op zee moeten worden uitgevoerd tenzij in een wetenschappelijke surveyevaluatie wordt geconcludeerd dat een of meer surveys niet meer geschikt zijn voor het verzamelen van informatie ten behoeve van de beoordeling van bestanden en visserijbeheer. Op basis van dezelfde evaluatiecriteria kunnen nieuwe surveys aan de tabel worden toegevoegd.
De lidstaten nemen de op zee uit te voeren onderzoekssurveys op in de in artikel 21 van Verordening (EU) nr. 508/2014 van het Europees Parlement en de Raad (1) bedoelde nationale werkprogramma’s en zijn verantwoordelijk voor die surveys. De lidstaten waarborgen in hun nationale werkprogramma of, in voorkomend geval, regionale werkprogramma’s de continuïteit met eerdere surveys. |
2. |
Lidstaten hoeven (fysiek of financieel) niet deel te nemen aan op één soort gerichte onderzoekssurveys op zee wanneer:
|
3. |
Voor meersoorten- en ecosysteemsurveys mogen drempels worden vastgesteld op het niveau van mariene regio’s. |
4. |
De lidstaten die bijdragen aan internationale onderzoekssurveys, coördineren hun inspanningen binnen eenzelfde mariene regio.
Tabel 1 Onderzoekssurveys op zee
|
HOOFDSTUK II
Drempels voor gegevensverzameling.
1. |
Dit hoofdstuk betreft de drempels voor de verzameling van Unievisserijgegevens die zijn gespecificeerd in Gedelegeerd Besluit (EU) 2021/1167 van de Commissie (2). |
2. |
Lidstaten hoeven geen biologische gegevens voor bepaalde bestanden te verzamelen wanneer aan een van de volgende voorwaarden is voldaan:
Wanneer de in punt a) bedoelde collectieve drempel van 25 % wordt bereikt, delen de betrokken lidstaten hun taken op het gebied van de verzameling van biologische gegevens op het niveau van mariene regio’s om te waarborgen dat de desbetreffende bestanden door steekproeftrekking worden bestreken overeenkomstig de behoeften van de eindgebruikers. |
3. |
Voor soorten die onder een ROVB (regionale organisatie voor visserijbeheer) voor tonijn vallen, gelden de drempels zoals vastgelegd in de ROVB-eisen. |
4. |
Er gelden geen drempels voor:
|
5. |
Er gelden geen drempels voor de opstelling van ramingen van vangsten in de recreatievisserij. De drempels voor de verzameling van biologische gegevens over vangsten in de recreatievisserij worden overeengekomen en gecoördineerd op het niveau van mariene regio’s en berusten op de behoeften van de eindgebruikers. |
6. |
Onverminderd specifieke internationale verplichtingen in het kader van regionale organisaties voor visserijbeheer hoeven geen biologische gegevens te worden verzameld wanneer het aandeel van de Unie in een internationaal geëxploiteerd bestand minder dan 10 % bedraagt. |
7. |
Voor de verzameling van sociale, economische en ecologische gegevens over de aquacultuur geldt het volgende:
De in de punten a), b) en c) genoemde drempels worden berekend op basis van de meest recente publicatie van Eurostat van de desbetreffende gegevens van de lidstaat. Onverminderd de punten a), b) en c) verzamelen de lidstaten jaarlijks gegevens over de waarde en het gewicht van hun aquacultuurproductie. |
HOOFDSTUK III
Geografische stratificatie naar regio
Voor de verzameling van Unievisserijgegevens als gespecificeerd in de bijlage bij Gedelegeerd Besluit (EU) 2021/1167, gelden de definities van de geografische gebieden van mariene regio’s als vermeld in de onderstaande tabel 2.
Tabel 2
Geografische stratificatie naar regio
Gebieden die moeten worden bestreken voor DCF-doeleinden |
Regio |
Supraregio (4) |
|
Oostzee (FAO-gebied 27) |
ICES-gebieden 3b-d |
Oostzee |
Oostzee; Noordzee; oostelijk deel van de Noordelijke IJszee; NAFO; uitgebreide noordwestelijke wateren (ICES-gebieden 5, 6 en 7) en uitgebreide zuidelijke westelijke wateren (ICES-gebieden 10, 12 en 14) |
Oostelijk deel van de Noordelijke IJszee, Noorse Zee, Barentszzee, Skagerrak en Kattegat, Noordzee en oostelijk deel van het Kanaal, noordoostelijk deel van de Atlantische Oceaan en westelijk deel van het Kanaal (FAO-gebied 27) |
ICES-gebieden 1, 2, 3a, 4 en 7d |
Noordzee en oostelijk deel van de Noordelijke IJszee |
|
ICES-gebieden 5, 6, 7 (exclusief 7d), 8, 9, 10, 12 en 14 |
Noordoostelijk deel van de Atlantische Oceaan |
||
Noordwestelijk deel van de Atlantische Oceaan (FAO-gebied 21) |
NAFO-verdragsgebied |
Andere regio’s waar buiten de EU-wateren visserij wordt bedreven door vaartuigen van de Gemeenschap waarvoor rapportageverplichtingen gelden jegens regionale organisaties voor visserijbeheer (ROVB’s) of regionale visserijorganen waarbij de Gemeenschap overeenkomstsluitende partij of waarnemer is |
|
Centraal-oostelijk deel van de Atlantische Oceaan (FAO-gebied 34) |
Cecaf-verdragsgebied |
Andere regio’s |
|
Centraal-westelijk deel van de Atlantische Oceaan (FAO-gebied 31) |
WECAFC-verdragsgebied (*1) |
||
Zuidoostelijk deel van de Atlantische Oceaan (FAO-gebied 47) |
Seafo-verdragsgebied |
||
Zuidelijk deel van de Stille Oceaan (FAO-gebieden 81 en 87) |
SPRFMO-verdragsgebied |
||
Atlantische Oceaan en aangrenzende zeeën (FAO 21, 27, 31, 37, 41, 47, 34, 48) |
Iccat-verdragsgebied |
||
Indische Oceaan (FAO-gebieden 51 en 57) |
IOTC-verdragsgebied |
||
Indische Oceaan (FAO-gebieden 51 en 57) |
Siofa-verdragsgebied |
||
Indische Oceaan (FAO-gebieden 51 en 57) |
CCSBT-verdragsgebied |
||
Centraal-westelijk deel van de Stille Oceaan (FAO-gebied 71) |
WCPFC-verdragsgebied |
||
Centraal-oostelijk deel van de Stille Oceaan (FAO-gebieden 77 en 87) |
IATTC-verdragsgebied |
||
Zuidelijke IJszee (FAO-gebieden 48, 58 en 88) |
CCAMLR-verdragsgebied |
||
Ultraperifere regio’s van de EU |
EU-wateren rond Mayotte en de Réunion-eilanden |
Ultraperifere regio’s |
|
EU-wateren rond Frans-Guyana, Martinique en de Guadeloupe-eilanden |
|||
EU-wateren rond de Azoren (FAO 27.10.a.2) |
Oostzee; Noordzee; oostelijk deel van de Noordelijke IJszee; NAFO; uitgebreide noordwestelijke wateren (ICES-gebieden 5, 6 en 7) en uitgebreide zuidelijke westelijke wateren (ICES-gebieden 10, 12 en 14) |
||
EU-wateren rond Madeira en de Canarische Eilanden (FAO 34.1.2) |
|||
Middellandse Zee en Zwarte Zee (FAO-gebied 37) |
GFCM GSA 1-29 |
Middellandse Zee en Zwarte Zee |
Middellandse Zee en Zwarte Zee |
(1) Verordening (EU) nr. 508/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 inzake het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 2328/2003, (EG) nr. 861/2006, (EG) nr. 1198/2006 en (EG) nr. 791/2007 van de Raad en Verordening (EU) nr. 1255/2011 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 149 van 20.5.2014, blz. 1).
(2) Gedelegeerd Besluit (EU) 2021/1167 van de Commissie van 27 april 2021 tot vaststelling van het meerjarenprogramma van de Unie voor de verzameling en het beheer van biologische, ecologische, technische en socio-economische gegevens in de visserij- en de aquacultuursector vanaf 2022 (PB L 253 51).
(3) Verordening (EU) 2019/1241 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende de instandhouding van visbestanden en de bescherming van mariene ecosystemen door middel van technische maatregelen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 1967/2006 en (EG) nr. 1224/2009 van de Raad en de Verordeningen (EU) nr. 1380/2013, (EU) 2016/1139, (EU) 2018/973, (EU) 2019/472 en (EU) 2019/1022 van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 894/97, (EG) nr. 850/98, (EG) nr. 2549/2000, (EG) nr. 254/2002, (EG) nr. 812/2004 en (EG) nr. 2187/2005 van de Raad (PB L 198 van 25.7.2019, blz. 105).
(4) Elk vaartuig dat geen visserij op lange afstand uitoefent, wordt in een supraregio ingedeeld op basis van het aantal dagen op zee (meer dan 50 %) dat in de supraregio is doorgebracht.
(*1) Exclusief EU-wateren.