22.12.2020 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 433/1 |
GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2020/2173 VAN DE COMMISSIE
van 16 oktober 2020
tot wijziging van de bijlagen I, II en III bij Verordening (EU) 2019/631 van het Europees Parlement en de Raad tot bijwerking van de monitoringparameters en verduidelijking van bepaalde aspecten in verband met de wijziging van de regelgevende testprocedure
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) 2019/631 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 tot vaststelling van CO2-emissienormen voor nieuwe personenauto’s en nieuwe lichte bedrijfsvoertuigen, en tot intrekking van Verordeningen (EG) nr. 443/2009 en (EU) nr. 510/2011 (1), en met name artikel 7, lid 8, en artikel 15, lid 8,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Om de specifieke emissiedoelstellingen van een fabrikant voor de periode 2021-2024 te berekenen volgens bijlage I bij Verordening (EU) 2019/631 zijn CO2-emissiegegevens voor in het kalenderjaar 2020 geregistreerde voertuigen vereist. Voor fabrikanten die in de periode 2021-2024 voor het eerst voertuigen in de handel brengen in de Unie moet worden verduidelijkt hoe hun specifieke emissiedoelstellingen en afwijkende streefcijfers voor die periode moeten worden vastgesteld, rekening houdend met het feit dat de CO2-emissiegegevens voor die fabrikanten in het kalenderjaar 2020 niet of slechts gedeeltelijk beschikbaar zullen zijn. |
(2) |
Er moet ook worden verduidelijkt hoe fabrikanten die in het kalenderjaar 2020 alleen emissievrije voertuigen in de handel brengen in de Unie hun specifieke emissiedoelstellingen in de periode 2021-2024 moeten vaststellen. |
(3) |
Zoals vastgesteld bij Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1151 van de Commissie (2) moeten vanaf 1 januari 2021 de CO2-emissienormen gebaseerd zijn op volgens de wereldwijd geharmoniseerde testprocedure voor lichte voertuigen (WLTP) bepaalde CO2-emissiegegevens. Daarom moet bijlage I bij Verordening (EU) 2019/631 worden gewijzigd om de te monitoren en te rapporteren parameters aan te passen en verwijzingen naar gegevens op basis van de nieuwe Europese rijcyclus (NEDC) te schrappen. Voor de rapportering van de gegevens over het kalenderjaar 2020 is het echter passend de nieuwe en de bestaande bepalingen tot en met 28 februari 2021 te laten overlappen. |
(4) |
Die gelegenheid moet ook worden aangegrepen om de monitoringparameters voor personenauto’s en lichte bedrijfsvoertuigen zo veel mogelijk te harmoniseren en alle bepalingen met betrekking tot de wijze waarop de monitoringparameters door de lidstaten moeten worden geregistreerd en gerapporteerd, zoals uiteengezet in Verordening (EU) nr. 1014/2010 (3) en Uitvoeringsverordening (EU) nr. 293/2012 (4) van de Commissie, onderling af te stemmen, alsook de rapporteringsmodellen van de bijlagen II en III bij Verordening (EU) 2019/631. |
(5) |
Bepaalde nieuwe parameters moeten worden gecontroleerd en gerapporteerd met het oog op de voorbereiding van een procedure voor de monitoring van de werkelijke CO2-emissies en het werkelijk brandstof- of energieverbruik als bepaald in artikel 12 van Verordening (EU) 2019/631 en voor de verificatie van de CO2-emissies van voertuigen tijdens het gebruik als bepaald in artikel 13 van die verordening. Dit omvat met name de brandstofverbruikswaarden en, op verzoek van de Commissie, de parameters die worden gebruikt voor de berekening van de CO2-emissiewaarden die zijn opgenomen in de conformiteitscertificaten van de voertuigen, d.w.z. de wegbelastingscoëfficiënten, het frontale oppervlak en de rolweerstandsklasse van de banden. |
(6) |
Verordening (EU) 2019/631 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De bijlagen I, II en III bij Verordening (EU) 2019/631 worden gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 16 oktober 2020.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 111 van 25.4.2019, blz. 13.
(2) Verordening (EU) 2017/1151 van de Commissie van 1 juni 2017 tot aanvulling van Verordening (EG) nr. 715/2007 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de typegoedkeuring van motorvoertuigen met betrekking tot emissies van lichte personen- en bedrijfsvoertuigen (Euro 5 en Euro 6) en de toegang tot reparatie- en onderhoudsinformatie, tot wijziging van Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad, Verordening (EG) nr. 692/2008 van de Commissie en Verordening (EU) nr. 1230/2012 van de Commissie en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 692/2008 van de Commissie (PB L 175 van 7.7.2017, blz. 1).
(3) Verordening (EU) nr. 1014/2010 van de Commissie van 10 november 2010 inzake de monitoring en rapportering van registratiegegevens van nieuwe personenauto’s overeenkomstig Verordening (EG) nr. 443/2009 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 293 van 11.11.2010, blz. 15).
(4) Uitvoeringsverordening (EU) nr. 293/2012 van de Commissie van 3 april 2012 inzake de monitoring en rapportering van registratiegegevens van nieuwe lichte bedrijfsvoertuigen overeenkomstig Verordening (EU) nr. 510/2011 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 98 van 4.4.2012, blz. 1).
BIJLAGE
Verordening (EU) 2019/631 wordt als volgt gewijzigd:
1) |
Bijlage I wordt als volgt gewijzigd:
|
2) |
Bijlage II wordt als volgt gewijzigd:
|
3) |
Bijlage III wordt als volgt gewijzigd:
|
(*1) Uitvoeringsverordening (EU) 2020/683 van de Commissie van 15 april 2020 tot uitvoering van Verordening (EU) 2018/858 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de administratieve voorschriften voor de goedkeuring van en het markttoezicht op motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan en systemen, onderdelen en technische eenheden die voor dergelijke voertuigen zijn bestemd (PB L 163 van 26.5.2020).”.