11.12.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 416/11


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2020/2035 VAN DE COMMISSIE

van 7 december 2020

tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1352/2013 wat betreft het in Verordening (EU) nr. 608/2013 van het Europees Parlement en de Raad vastgestelde formulier voor het indienen van een verzoek om optreden, teneinde de mogelijkheid te creëren om in Noord-Ierland om optreden te verzoeken

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 608/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juni 2013 inzake de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten door de douane en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1383/2003 van de Raad (1), en met name artikel 6, lid 1,

Na raadpleging van het Comité douanewetboek,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1352/2013 (2) van de Commissie is het in artikel 6 van Verordening (EU) nr. 608/2013 bedoelde formulier vastgesteld dat moet worden gebruikt om een verzoek tot optreden van de douaneautoriteiten in te dienen ten aanzien van goederen waarvan wordt vermoed dat zij inbreuk maken op een intellectuele-eigendomsrecht.

(2)

Het Verenigd Koninkrijk heeft zich op 1 februari 2020 uit de Europese Unie teruggetrokken en is daarmee een “derde land” geworden. Het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (hierna “het terugtrekkingsakkoord” genoemd) (3) voorziet in een overgangsperiode die op 31 december 2020 eindigt. Tot die datum is het Unierecht onverminderd van toepassing op en in het Verenigd Koninkrijk.

(3)

Na het einde van de overgangsperiode is het Protocol inzake Ierland/Noord-Ierland (hierna “het IE/NI-protocol” genoemd), dat integrerend deel uitmaakt van het terugtrekkingsakkoord, van toepassing. Krachtens het IE/NI-protocol zijn sommige bepalingen van het Unierecht onder bepaalde voorwaarden ook van toepassing op en in het Verenigd Koninkrijk met betrekking tot Noord-Ierland (4).

(4)

In het IE/NI-protocol is bepaald dat de verordeningen die zijn opgenomen in punt 45 van bijlage 2 bij dat protocol (Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad (5); Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad (6); Verordening (EU) nr. 251/2014 van het Europees Parlement en de Raad (7); deel II, titel II, hoofdstuk I, afdelingen 2 en 3, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad (8), en Verordening (EU) nr. 608/2013), van toepassing zijn op en in het Verenigd Koninkrijk met betrekking tot Noord-Ierland.

(5)

Om de betreffende intellectuele-eigendomsrechten in Noord-Ierland te beschermen, moeten houders van een recht dus middels een daartoe strekkend Unieverzoek om een optreden van de douane in een lidstaat kunnen vragen.

(6)

Meer in het bijzonder moeten houders van een recht kunnen vragen dat de in artikel 26 van Verordening (EU) nr. 608/2013 vastgestelde procedure voor de vernietiging van goederen in kleine zendingen wordt toegepast in geval van goederen waarmee inbreuk wordt gemaakt op een geografische aanduiding, omdat deze goederen onder de definitie van namaakgoederen van artikel 2, punt 5, van Verordening (EU) nr. 608/2013 vallen.

(7)

Het formulier voor het verzoek tot optreden moet derhalve worden aangepast en er moet een nieuw aankruisvakje “XI” voor Noord-Ierland worden toegevoegd aan vak “6. De lidstaat of, in het geval van een Unieverzoek, de lidstaten waarin om optreden van de douaneautoriteiten wordt verzocht” en aan vak “10. Ik verzoek om toepassing van de procedure van artikel 26 van Verordening (EU) nr. 608/2013 (kleine zendingen) in de volgende lidsta(a)t(en) en ga, indien de douaneautoriteiten hierom verzoeken, akkoord met het dekken van de kosten in verband met de vernietiging van goederen in het kader van deze regeling”.

(8)

In dezelfde vakken moet het aankruisvakje voor het Verenigd Koninkrijk worden geschrapt om rekening te houden met het einde van de in het terugtrekkingsakkoord vastgestelde overgangsperiode.

(9)

De aanwijzingen voor het invullen van bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1352/2013, die zijn opgenomen in bijlage III bij die verordening, moeten worden gewijzigd om te verduidelijken dat alleen om optreden in Noord-Ierland kan worden verzocht voor intellectuele-eigendomsrechten die in Noord-Ierland beschermd zijn op grond van het IE/NI-protocol.

(10)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1352/2013 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(11)

Deze verordening moet van toepassing worden op de dag na die waarop de in het terugtrekkingsakkoord vastgestelde overgangsperiode eindigt,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1352/2013 wordt als volgt gewijzigd:

1)

Bijlage I wordt vervangen door de tekst in bijlage I bij deze verordening.

2)

Bijlage III wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage II bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2021.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 7 december 2020.

Voor de Commissie

De voorzitter

Ursula VON DER LEYEN


(1)   PB L 181 van 29.6.2013, blz. 15.

(2)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1352/2013 van de Commissie van 4 december 2013 tot vaststelling van de formulieren waarin is voorzien in Verordening (EU) nr. 608/2013 van het Europees Parlement en de Raad inzake de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten door de douane (PB L 341 van 18.12.2013, blz. 10).

(3)  Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (PB L 29 van 31.1.2020, blz. 7).

(4)  Artikel 5, lid 4, van het IE/NI-protocol.

(5)  Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 21 november 2012 inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen (PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1).

(6)  Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 betreffende de definitie, omschrijving, presentatie en etikettering van gedistilleerde dranken, het gebruik van de namen van gedistilleerde dranken in de presentatie en etikettering van andere levensmiddelen en de bescherming van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken, het gebruik van ethylalcohol en distillaten uit landbouwproducten in alcoholhoudende dranken, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 110/2008 (PB L 130 van 17.5.2019, blz. 1).

(7)  Verordening (EU) nr. 251/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 inzake de definitie, de aanduiding, de aanbiedingsvorm, de etikettering en de bescherming van geografische aanduidingen van gearomatiseerde wijnbouwproducten en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 1601/91 van de Raad (PB L 84 van 20.3.2014, blz. 14).

(8)  Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671).


BIJLAGE I

“BIJLAGE I

Image 1

Image 2

Image 3

Image 4

Image 5

Image 6

Image 7

Image 8

Image 9

Image 10


BIJLAGE II

In deel I van bijlage III bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1352/2013 wordt in de aanwijzingen voor het invullen van vak 6 (“De lidstaat of, in het geval van een Unieverzoek, de lidstaten waarin om optreden van de douaneautoriteiten wordt verzocht”) de volgende alinea toegevoegd:

“Indien Noord-Ierland (XI) is aangekruist, is het verzoek een Unieverzoek en kan het alleen worden ingewilligd voor de bescherming van de volgende intellectuele-eigendomsrechten die in Noord-Ierland zijn beschermd op grond van het IE/NI-protocol:

a)

beschermde geografische aanduidingen of oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen overeenkomstig Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad (*);

b)

geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken overeenkomstig Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad (**);

c)

geografische aanduidingen van gearomatiseerde producten overeenkomstig Verordening (EU) nr. 251/2014 van het Europees Parlement en de Raad (***);

d)

oorsprongsbenamingen of geografische aanduidingen van wijn overeenkomstig deel II, titel II, hoofdstuk I, afdelingen 2 en 3, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad (****).


(*)  Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 21 november 2012 inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen (PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1).

(**)  Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 betreffende de definitie, omschrijving, presentatie en etikettering van gedistilleerde dranken, het gebruik van de namen van gedistilleerde dranken in de presentatie en etikettering van andere levensmiddelen en de bescherming van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken, het gebruik van ethylalcohol en distillaten uit landbouwproducten in alcoholhoudende dranken, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 110/2008 (PB L 130 van 17.5.2019, blz. 1).

(***)  Verordening (EU) nr. 251/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 inzake de definitie, de aanduiding, de aanbiedingsvorm, de etikettering en de bescherming van geografische aanduidingen van gearomatiseerde wijnbouwproducten en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 1601/91 van de Raad (PB L 84 van 20.3.2014, blz. 14).

(****)  Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671).”.”