1.10.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 317/1


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2020/1361 VAN DE COMMISSIE

van 30 september 2020

tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 wat betreft bepaalde voor opplant bestemde planten van Malus domestica uit Servië, en bepaalde voor opplant bestemde planten van Acer japonicum Thunberg, Acer palmatum Thunberg en Acer shirasawanum Koidzumi uit Nieuw-Zeeland

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2016 betreffende beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten, tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 228/2013, (EU) nr. 652/2014 en (EU) nr. 1143/2014 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van de Richtlijnen 69/464/EEG, 74/647/EEG, 93/85/EEG, 98/57/EG, 2000/29/EG, 2006/91/EG en 2007/33/EG van de Raad (1), en met name artikel 42, lid 4, eerste en derde alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 van de Commissie (2) bevat een lijst van planten, plantaardige producten en andere materialen met een hoog risico, die op basis van een voorlopige risicobeoordeling is vastgesteld.

(2)

Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2018 van de Commissie (3) bevat specifieke regels voor de procedure die moet worden gevolgd bij de uitvoering van de in artikel 42, lid 4, van Verordening (EU) 2016/2031 bedoelde risicobeoordeling van die planten, plantaardige producten en andere materialen met een hoog risico.

(3)

Op basis van een voorlopige risicobeoordeling zijn 35 voor opplant bestemde planten, afkomstig uit alle derde landen, als planten met een hoog risico opgenomen in de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019, waaronder de geslachten Malus Mill. en Acer L.

(4)

Op 31 juli 2019 heeft Servië bij de Commissie een verzoek ingediend voor uitvoer naar de Unie van een tot twee jaar oude geënte voor opplant bestemde planten met naakte wortels in rusttoestand van de soort Malus domestica. Bij dat verzoek was het respectieve technische dossier gevoegd.

(5)

Op 13 mei 2020 heeft de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) een wetenschappelijk advies uitgebracht over de risicobeoordeling van het handelsartikel voor uit Servië afkomstige voor opplant bestemde planten van de soort Malus domestica (4). De EFSA heeft Erwinia amylovora geïdentificeerd als een voor deze voor opplant bestemde planten relevant plaagorganisme, heeft de in het dossier beschreven risicobeperkingsmaatregelen voor dat plaagorganisme geëvalueerd en heeft beoordeeld hoe waarschijnlijk het is dat het handelsartikel vrij is van dat plaagorganismen.

(6)

Op basis van dit advies wordt het fytosanitaire risico dat voortvloeit uit het binnenbrengen in de Unie van uit Servië afkomstige één tot twee jaar oude geënte voor opplant bestemde planten met naakte wortels in rusttoestand van de soort Malus domestica als teruggebracht tot een aanvaardbaar niveau beschouwd, mits gepaste maatregelen worden genomen om het risico op het plaagorganisme dat die voor opplant bestemde planten inhouden, te beperken. Aangezien bijlage X, punt 9, van Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 van de Commissie (5) in dergelijke gepaste maatregelen voorziet, mogen die voor opplant bestemde planten niet langer als planten met een hoog risico worden beschouwd en moeten zij uit de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 worden geschrapt.

(7)

Op 29 augustus 2019 heeft Nieuw-Zeeland bij de Commissie een verzoek ingediend voor uitvoer naar de Unie van één tot drie jaar oude geënte of geoculeerde voor opplant bestemde planten met naakte wortels in rusttoestand zonder blad van de soorten Acer japonicum Thunberg, Acer palmatum Thunberg en Acer shirasawanum Koidzumi. Bij dat verzoek was het respectieve technische dossier gevoegd.

(8)

Op 20 mei 2020 heeft de EFSA een wetenschappelijk advies uitgebracht over de risicobeoordeling van het handelsartikel voor uit Nieuw-Zeeland afkomstige voor opplant bestemde planten van de soort Acer spp (6). De EFSA heeft Eotetranychus sexmaculatus, Meloidogyne fallax, Oemona hirta en Platypus apicalis geïdentificeerd als voor de voor opplant bestemde planten relevante plaagorganismen, heeft de in het dossier beschreven risicobeperkingsmaatregelen voor die plaagorganismen geëvalueerd, en heeft beoordeeld hoe waarschijnlijk het is dat de handelsartikelen vrij zijn van elk van die plaagorganismen.

(9)

Op basis van dit advies wordt het fytosanitaire risico dat voortvloeit uit het binnenbrengen in de Unie van uit Nieuw-Zeeland afkomstige één tot drie jaar oude geënte of geoculeerde voor opplant bestemde planten met naakte wortels in rusttoestand zonder blad van de soorten Acer japonicum Thunberg,Acer palmatum Thunberg enAcer shirasawanum Koidzumi, als teruggebracht tot een aanvaardbaar niveau beschouwd, mits gepaste maatregelen worden genomen om het risico op de plaagorganismen dat die voor opplant bestemde planten inhouden, te beperken. Aangezien Uitvoeringsverordening (EU) 2020/XXX van de Commissie (7) in dergelijke gepaste maatregelen voorziet, mogen die voor opplant bestemde planten niet langer als planten met een hoog risico worden beschouwd en moeten zij uit de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 worden geschrapt.

(10)

Om te voldoen aan de verplichtingen van de Unie die uit de Overeenkomst inzake sanitaire en fytosanitaire maatregelen van de Wereldhandelsorganisatie voortvloeien (8), moet de invoer van die handelsartikelen zo snel mogelijk opnieuw beginnen. Daarom moet deze verordening in werking treden op de derde dag na die van de bekendmaking ervan.

(11)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019

De bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 30 september 2020.

Voor de Commissie

De voorzitter

Ursula VON DER LEYEN


(1)   PB L 317 van 23.11.2016, blz. 4.

(2)  Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 van de Commissie van 18 december 2018 tot vaststelling van een voorlopige lijst van planten, plantaardige producten of andere materialen met een hoog risico in de zin van artikel 42 van Verordening (EU) 2016/2031 en een lijst van planten waarvoor geen fytosanitair certificaat is vereist voor het binnenbrengen in de Unie in de zin van artikel 73 van die Verordening (PB L 323 van 19.12.2018, blz. 10).

(3)  Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2018 van de Commissie van 18 december 2018 tot vaststelling van specifieke regels voor de te volgen procedure bij de uitvoering van de risicobeoordeling van planten, plantaardige producten of andere materialen met een hoog risico in de zin van artikel 42, lid 1, van Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 323 van 19.12.2018, blz. 7).

(4)  EFSA-panel voor de gezondheid van gewassen, 2020. Wetenschappelijk advies over de risicobeoordeling van het handelsartikel voor uit Servië afkomstige planten van de soort Malus domestica. EFSA Journal 2020;18(5):6109, 53 blz. https://doi.org/10.2903/j.efsa.2020.6109

(5)  Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 van de Commissie van 28 november 2019 tot vaststelling van eenvormige voorwaarden voor de uitvoering van Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 690/2008 van de Commissie en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 van de Commissie (PB L 319 van 10.12.2019, blz. 1).

(6)  EFSA-panel voor de gezondheid van gewassen, 2020. Wetenschappelijk advies over de risicobeoordeling van het handelsartikel voor uit Nieuw-Zeeland afkomstige planten van de soort Acer spp. EFSA Journal (2020); 18(5): 6105. https://doi.org/10.2903/j.efsa.2020.6105

(7)  Uitvoeringsverordening (EU) 2020/… van de Commissie van 30 september 2020 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1213 wat betreft de fytosanitaire maatregelen voor het binnenbrengen in de Unie van bepaalde voor opplant bestemde planten van Acer japonicum Thunberg, Acer palmatum Thunberg en Acer shirasawanum Koidzumi uit Nieuw-Zeeland (zie bladzijde … van dit Publicatieblad).

(8)  Overeenkomst inzake sanitaire en fytosanitaire maatregelen van de Wereldhandelsorganisatie (https://www.wto.org/english/tratop_e/sps_e/spsagr_e.htm).


BIJLAGE

Onder punt 1 van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 van de Commissie wordt de tweede kolom, “Omschrijving”, als volgt gewijzigd:

a)

de vermelding voor “Malus Mill.” wordt vervangen door:

Malus Mill., met uitzondering van uit Servië afkomstige één tot twee jaar oude geënte voor opplant bestemde planten met naakte wortels in rusttoestand van de soort Malus domestica ”;

b)

de vermelding voor “Acer L.” wordt vervangen door:

Acer L., met uitzondering van uit Nieuw-Zeeland afkomstige één tot drie jaar oude geënte of geoculeerde voor opplant bestemde planten met naakte wortels in rusttoestand zonder blad van de soorten Acer japonicum Thunberg, Acer palmatum Thunberg en Acer shirasawanum Koidzumi”.