31.3.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 99/13


BESLUIT (EU) 2020/462 VAN DE RAAD

van 20 februari 2020

betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het associatiecomité dat is ingesteld bij de Euromediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds, betreffende de uitwisseling van informatie met het oog op de effectbeoordeling van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling over de wijziging van die overeenkomst

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 3, eerste alinea, en lid 4, eerste alinea, in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt,

(1)

De Euromediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds (1) (hierna “de associatieovereenkomst” genoemd), is namens de Unie gesloten bij Besluit 2000/204/EG, EGKS van de Raad en de Commissie (2), en is op 1 maart 2000 in werking getreden.

(2)

Bij Besluit (EU) 2019/217 van de Raad (3) hechtte de Raad zijn goedkeuring aan de sluiting van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie en het Koninkrijk Marokko over de wijziging van de Protocollen 1 en 4 van de associatieovereenkomst (4) (hierna : de wijzigingsovereenkomst” genoemd), die ertoe strekt de tariefpreferenties waarin de associatieovereenkomst voorziet, uit te breiden tot producten van oorsprong uit de Westelijke Sahara.

(3)

Overeenkomstig artikel 81 van de associatieovereenkomst is een associatiecomité ingesteld dat belast is met het beheer van de associatieovereenkomst. Op grond van artikel 83, lid 1, van die associatieovereenkomst heeft het associatiecomité de bevoegdheid besluiten te nemen met het oog op het beheer van de associatieovereenkomst en op beleidsterreinen waarop de Raad bevoegdheden aan het associatiecomité heeft gedelegeerd.

(4)

Uiterlijk twee maanden na de inwerkingtreding van de wijzigingsovereenkomst dient het associatiecomité een besluit vast te stellen betreffende de modaliteiten voor de effectbeoordeling van deze overeenkomst, in het bijzonder van het effect op de duurzame ontwikkeling, met name wat betreft de voordelen voor de betrokken bevolking en de exploitatie van de natuurlijke hulpbronnen in de Westelijke Sahara.

(5)

Het is passend het standpunt te bepalen dat namens de Unie in het associatiecomité moet worden ingenomen, aangezien het beoogde besluit voor de Unie bindend zal zijn.

(6)

Teneinde een follow-up van de gevolgen van deze wijzigingsovereenkomst voor de betrokken bevolking en voor de exploitatie van natuurlijke hulpbronnen in de betreffende gebieden te verzekeren, voorziet de wijzigingsovereenkomst uitdrukkelijk in een passend kader en een passende procedure aan de hand waarvan de partijen via regelmatige informatie-uitwisselingen de gevolgen van deze overeenkomst tijdens de tenuitvoerlegging ervan kunnen beoordelen. De Unie en het Koninkrijk Marokko zijn overeengekomen om minstens eenmaal per jaar onderling informatie uit te wisselen in het kader van het associatiecomité . Het is derhalve passend de specifieke modaliteiten voor deze evaluatie vast te stellen, teneinde deze te laten goedkeuren door het associatiecomité.

(7)

Het voorwerp van de uitwisseling van informatie stemt overeen met het voorwerp van het verslag van 11 juni 2018 dat de diensten van de Commissie gezamenlijk hebben opgesteld met de Europese Dienst voor extern optreden over de voordelen voor de bevolking van de Westelijke Sahara en over de raadpleging van die bevolking in verband met de uitbreiding van de tariefpreferenties tot producten van oorsprong uit de Westelijke Sahara.

(8)

Wat het effect op de economie van het grondgebied betreft, hebben de tot dusver beschikbare gegevens voornamelijk betrekking op de landbouw en visserij, maar de preferenties hebben betrekking op alle producten. De uit te wisselen gegevens kunnen dus veranderen naar gelang de evolutie van de activiteiten in de Westelijke Sahara. Daarnaast heeft de informatie-uitwisseling niet uitsluitend betrekking op economische aspecten (voordelen in strikte zin), maar moet zij een veel bredere evaluatie mogelijk maken, met in inbegrip van aspecten als duurzame ontwikkeling en het effect op de exploitatie van natuurlijke hulpbronnen.

(9)

Het Koninkrijk Marokko heeft er tevens mee ingestemd een mechanisme op te zetten voor de vergaring van statistische gegevens over de uitvoer naar de Unie van producten van oorsprong uit de Westelijke Sahara, die maandelijks aan de Commissie en de douaneautoriteiten van de lidstaten ter beschikking zullen worden gesteld.

(10)

Het Koninkrijk Marokko kan de Unie om informatie verzoeken over de productie en de verhandeling van bepaalde specifieke producten die voor het Koninkrijk Marokko van belang zijn, op basis van de reeds bestaande informatiesystemen,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het standpunt dat namens de Unie moet worden ingenomen in het Associatiecomité EU-Marokko dat is ingesteld krachtens artikel 81 van de Euromediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds, wordt gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van dat associatiecomité.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel, 20 februari 2020.

Voor de Raad

De voorzitter

B. DIVJAK


(1)   PB L 70 van 18.3.2000, blz. 2.

(2)  Besluit 2000/204/EG, EGKS van de Raad en de Commissie van 26 januari 2000 inzake de sluiting van de Euromediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en haar lidstaten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds (PB L 70 van 18.3.2000, blz. 1).

(3)  Besluit (EU) 2019/217 van de Raad van 28 januari 2019 betreffende de sluiting van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie en het Koninkrijk Marokko over de wijziging van de Protocollen nrs. 1 en 4 van de Euromediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds (PB L 34 van 6.2.2019, blz. 1).

(4)   PB L 34 van 6.2.2019, blz. 4.


ONTWERP

BESLUIT Nr. .../...

VAN HET ASSOCIATIECOMITÉ EU‐MAROKKO

van ...

betreffende de informatie-uitwisseling tussen de Europese Unie en het Koninkrijk Marokko met het oog op de effectbeoordeling van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling over de wijziging van de Protocollen nrs. 1 en 4 van de Euromediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds

HET ASSOCIATIECOMITÉ EU-MAROKKO,

Gezien de Euro-mediterrane overeenkomst van 26 februari 1996 waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds, en met name artikel 83,

Gezien de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie en het Koninkrijk Marokko van 25 oktober 2018 over de wijziging van de Protocollen nrs. 1 en 4 van de Euro-mediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie en het Koninkrijk Marokko over de wijziging van de Protocollen nrs. 1 en 4 van de Euro-mediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds (hierna "de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling" genoemd), is op 19 juli 2019 in werking getreden.

(2)

Die overeenkomst in de vorm van een briefwisseling is gesloten behoudens de respectieve standpunten van de Europese Unie over de status van de Westelijke Sahara en van het Koninkrijk Marokko met betrekking tot die regio.

(3)

Door die overeenkomst in de vorm van een briefwisseling genieten de producten van oorsprong uit de Westelijke Sahara die zijn onderworpen aan controle door de douaneautoriteiten van het Koninkrijk Marokko, dezelfde handelspreferenties als die welke door de Europese Unie zijn toegekend aan de producten die vallen onder de Euro-mediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds (hierna "de associatieovereenkomst" genoemd).

(4)

In een geest van partnerschap en teneinde de partijen in staat te stellen de effecten van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling te beoordelen, in het bijzonder op de duurzame ontwikkeling, met name wat betreft de voordelen voor de betrokken bevolking en de exploitatie van natuurlijke hulpbronnen in de betreffende gebieden, zijn de Europese Unie en het Koninkrijk Marokko overeengekomen om minstens eenmaal per jaar informatie uit te wisselen in het kader van het associatiecomité.

(5)

De specifieke modaliteiten van die effectbeoordeling moeten door het associatiecomité worden vastgesteld,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   In de geest van partnerschap en teneinde de partijen in staat te stellen de effecten van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tijdens haar looptijd te beoordelen vanuit het oogpunt van duurzame ontwikkeling, zijn de Europese Unie en het Koninkrijk Marokko overeengekomen jaarlijks in het kader van het associatiecomité onderling informatie uit te wisselen.

2.   De Europese Unie en het Koninkrijk Marokko wisselen nuttig geachte gegevens uit voor de belangrijkste betrokken sectoren, alsmede statistische, economische, sociale en milieu-informatie, met name wat betreft de voordelen van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling voor de betrokken bevolking en de exploitatie van natuurlijke hulpbronnen in de betreffende gebieden. Een lijst met relevante informatie is in de bijlage bij dit besluit opgenomen.

Die uitwisseling geschiedt op basis van een uiterlijk eind maart van elk jaar voorafgaande schriftelijke mededeling. Die mededeling kan worden gevolgd door verzoeken om toelichting en aanvullende vragen, met betrekking tot de door dit besluit bestreken onderwerpen. De antwoorden worden uiterlijk eind juni van elk jaar verzonden.

3.   Voorts zijn de partijen tevens overeengekomen, in een geest van partnerschap en teneinde de partijen in staat te stellen de effecten van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling te beoordelen, dat het Koninkrijk Marokko de Europese Unie om informatie kan verzoeken over de productie en de verhandeling van categorieën specifieke producten die voor het Koninkrijk Marokko van bijzonder belang zijn, op basis van de reeds bestaande informatiesystemen.

Daartoe verzendt het Koninkrijk Marokko uiterlijk eind maart van elk jaar zijn verzoek schriftelijk naar de Europese Unie . Die mededeling kan worden gevolgd door verzoeken om toelichting en aanvullende vragen. De antwoorden worden uiterlijk eind juni van elk jaar verzonden.

4.   De partijen nemen in het kader van het associatiecomité jaarlijks akte van die uitwisseling.

5.   De partijen hechten hun goedkeuring aan de notulen van de conclusies van het associatiecomité binnen de maand die op de vergadering volgt.

Artikel 2

De bijlage vormt een integrerend onderdeel van dit besluit.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te …, ... 2020

Voor het Associatiecomité EU-Marokko


BIJLAGE

RELEVANTE GEGEVENS IN HET KADER VAN DE INFORMATIE-UITWISSELING WAARIN DE OVEREENKOMST IN DE VORM VAN EEN BRIEFWISSELING VOORZIET

De uitgewisselde informatie dienen ter actualisering van het verslag van 11 juni 2018 van de diensten van de Commissie en de Europese Dienst voor extern optreden (EDEO) (1) . De uitwisseling van informatie moet tevens gedetailleerde gegevens omvatten waarmee de effecten van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tijdens de uitvoering ervan kunnen worden geëvalueerd, met inbegrip van algemene informatie over de betreffende gebieden en bevolking. Die gegevens dienen enkel ter evaluatie en de actualisering van het genoemde verslag door de diensten van de Commissie en EDEO. Als relevante informatie geldt bijvoorbeeld het volgende:

1.

Door het Koninkrijk Marokko verstrekte gegevens

a)

Algemene informatie:

*

sociaal-economische en milieu-statistieken.

b)

Gegevens over de voornaamste economische exportsectoren:

*

productie per type product;

*

geëxploiteerd oppervlakte en geoogst volume;

*

uitvoer naar de Europese Unie naar volume en waarde;

*

economische activiteiten van de lokale marktdeelnemers die verband houden met de door de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling bestreken sectoren en gegeneerde banen;

*

duurzaam beheer van hulpbronnen;

*

productie-inrichtingen.

2.

Door de EU verstrekte gegevens:

Gegevens betreffende de verhandeling van naar het Koninkrijk Marokko uitgevoerde producten naar douanecode, volume en waarde voor zover die gegevens over de productie van bepaalde productie beschikbaar zijn.

3.

Andere relevante gegevens:

Zoals vastgelegd in de briefwisseling tussen de Europese Commissie en de missie van het Koninkrijk Marokko bij de Europese Unie van 6 december 2018, stelt het Koninkrijk Marokko een mechanisme in voor de vergaring van gegevens over de uitvoer die door de associatieovereenkomst wordt bestreken, zoals gewijzigd bij de briefwisseling, waardoor op systematische en regelmatige wijze precieze gegevens worden verstrekt en maandelijks ter beschikking worden gesteld, teneinde de Europese Unie in staat te stellen per regio over transparante en betrouwbare gegevens te beschikken over de oorsprong van die uitvoer naar de Unie. (2) De Europese Commissie heeft rechtstreeks toegang tot die gegevens welke zij met de douane-autoriteiten van de lidstaten van de Europese Unie zal delen.

Van zijn kant, zal het Koninkrijk Marokko over transparante en betrouwbare statististische gegevens over de uitvoer van de Europese Unie naar het Koninkrijk Marokko beschikken.


(1)  Verslag over de voordelen van de uitbreiding van de tariefpreferenties naar producten van oorsprong uit de Westelijke Sahara voor de bevolking van de Westelijke Sahara, en over de raadpleging van deze bevolking van 11 juni 2018 (SWD (2018) 346 final).

(2)  NB: dat mechanisme is sinds 1 oktober 2019 operationeel.