22.10.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 268/6


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2019/1746 VAN DE COMMISSIE

van 1 oktober 2019

tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1185 tot vaststelling van voorschriften voor de toepassing van de Verordeningen (EU) nr. 1307/2013 en (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de aan de Commissie te melden informatie en documenten

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (1), en met name artikel 223, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1185 van de Commissie (2) zijn voorschriften vastgesteld voor de toepassing van de Verordeningen (EU) nr. 1307/2013 en (EU) nr. 1308/2013 wat betreft de verplichtingen van de lidstaten om aan de Commissie relevante informatie en documenten te melden.

(2)

Bij Resolutie van 7 juni 2016 over oneerlijke handelspraktijken in de voedselvoorzieningsketen (3) heeft het Europees Parlement alle belanghebbenden in het beheer van de voedselvoorzieningsketen opgeroepen tot meer transparantie in de gehele keten, alsook tot meer transparantie en informatieverstrekking binnen de toeleveringsketen en tot de versterking van instanties en marktinformatiemiddelen teneinde landbouwers en producentenorganisaties op het juiste moment van nauwkeurige marktgegevens te voorzien.

(3)

In december 2016 heeft de Raad in zijn conclusies van 12 december 2016 over het versterken van de positie van landbouwers in de voedselvoorzieningsketen en het aanpakken van oneerlijke handelspraktijken de Commissie verzocht om een oplossing te zoeken voor het gebrek aan transparantie en voor de informatieasymmetrie in de voedselvoorzieningsketen.

(4)

In april 2019 is Richtlijn (EU) 2019/633 van het Europees Parlement en de Raad (4) goedgekeurd en op 22 maart 2019 hebben het Europees Parlement, de Raad en de Commissie een gezamenlijke verklaring (5) uitgebracht waarin zij de Commissie ertoe oproepen/aanmoedigen om de transparantie op de landbouw- en voedselmarkt op Unieniveau te verhogen, onder meer door een betere verzameling van statistische gegevens die nodig zijn voor de analyse van prijsvormingsmechanismen in de landbouw- en voedselvoorzieningsketen, zodat economische marktdeelnemers en overheden beter geïnformeerde keuzes kunnen maken en marktdeelnemers een beter inzicht krijgen in marktontwikkelingen.

(5)

Voorts heeft de Commissie in januari 2016 de taskforce landbouwmarkten opgericht, een onafhankelijke deskundigengroep die aanbevelingen doet over hoe de positie van producenten in de landbouw- en voedselvoorzieningsketen kan worden versterkt. In dat verband heeft zij aanbevolen de markttransparantie te vergroten om voorwaarden voor daadwerkelijke mededinging in de hele keten te bevorderen door, met name in de sectoren vlees, groenten en fruit en zuivelproducten, prijsrapportage in te voeren of bestaande prijsrapportage te verbeteren. Ook heeft zij aanbevolen de verzamelde gegevens op een naar behoren geaggregeerde wijze te verspreiden.

(6)

In 2017 is een openbare raadpleging gehouden en in 2018 zijn specifieke vragenlijsten aan de lidstaten, belanghebbenden en consumenten toegezonden. In 2018 en 2019 werden verschillende specifieke workshops en conferenties met belanghebbenden en bijeenkomsten van deskundigengroepen van de lidstaten en groepen voor de dialoog met het maatschappelijk middenveld inzake markttransparantie georganiseerd.

(7)

Krachtens Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1185 zijn de lidstaten reeds verplicht informatie over de prijzen, de productie en de markt te melden, echter alleen met betrekking tot de productieprijzen.

(8)

Bijgevolg biedt de Unie momenteel enerzijds relatief veel openbare informatie over producentenprijzen en consumentenprijzen, die afkomstig is van bureaus voor de statistiek in de lidstaten, maar is er anderzijds zeer weinig informatie over de prijzen in de hele landbouw- en voedselvoorzieningsketen beschikbaar voor het publiek. Een uitbreiding van de prijsrapportage moet deze informatielacunes wegwerken, met name in sectoren met complexe voedselvoorzieningsketens. Monitoring van de prijstransmissie in de hele keten door een uitbreiding van de verzameling en verspreiding van gegevens moet de marktdeelnemers een beter inzicht bieden in de werking van de toeleveringsketen, wat moet leiden tot een betere algemene werking en economische efficiëntie van de keten, met name voor zwakkere marktdeelnemers die geen onmiddellijke toegang hebben tot particuliere prijsinformatie.

(9)

De momenteel gerapporteerde prijzen vertegenwoordigen de verkoopprijzen van de marktdeelnemers in de eerste fase van de landbouw- en voedselvoorzieningsketen. Voor de monitoring van de prijstransmissie in de hele keten zullen prijsgegevens van verschillende marktdeelnemers doorheen de keten (zoals groothandelaren, handelaren, de voedingsmiddelenindustrie en kleinhandelaren) moeten worden verzameld, met name voor toeleveringsketens met zeer uiteenlopende fasen en producten.

(10)

Als enkel representatieve prijzen (zoals prijzen van de belangrijkste markten en marktdeelnemers) moeten worden gerapporteerd, kunnen de lidstaten een kosteneffectieve benadering volgen en kunnen de administratieve lasten voor kleine en middelgrote ondernemingen tot een minimum worden beperkt. Overeenkomstig de huidige praktijken dienen de lidstaten de methodologie voor de bepaling van de representatieve prijzen te beschrijven. Zij moeten ook trachten hun methodologieën op elkaar af te stemmen zodat de gegevens van de verschillende lidstaten zo goed mogelijk kunnen worden vergeleken.

(11)

Met het oog op een tijdbesparend en kosteneffectief rapporteringsmechanisme moet de Commissie het bestaande informatiesysteem beschikbaar maken voor marktdeelnemers zodat deze de informatie, onder toezicht van de lidstaten, rechtstreeks aan de Commissie kunnen melden. Indien de lidstaten deze verplichting tot melding van informatie overdragen aan marktdeelnemers, moeten zij de Commissie daarvan op de hoogte brengen.

(12)

De Commissie moet regelmatig bijeenkomsten met de lidstaten en belanghebbenden organiseren om beste praktijken uit te wisselen, synergieën te ontwikkelen en bij te dragen tot een gemeenschappelijk begrip van de marktdynamiek in de landbouw- en voedselvoorzieningsketen. De Commissie moet de lidstaten en belanghebbenden ook informatie verstrekken over de toepassing van de verordening.

(13)

Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1185 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(14)

Bij de vaststelling van de datum van toepassing van deze verordening dient erop te worden toegezien dat de lidstaten zich aan de nieuwe meldingsverplichtingen kunnen aanpassen.

(15)

Het Comité voor de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten heeft binnen de door zijn voorzitter vastgestelde termijn geen advies uitgebracht,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1185

Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1185 wordt als volgt gewijzigd:

1)

Aan artikel 1, lid 1, wordt de volgende alinea toegevoegd:

“Voor meldingen krachtens Verordening (EU) nr. 1308/2013 en krachtens de op basis van die verordening vastgestelde handelingen is het in de eerste alinea van dit lid bedoelde IT-systeem waar van toepassing ook beschikbaar voor marktdeelnemers en derde landen.”.

2)

Artikel 5 wordt vervangen door:

“Artikel 5

Standaardmelding

Tenzij anders bepaald in de in artikel 1 bedoelde handelingen, wordt een lidstaat of, waar van toepassing, een derde land of marktdeelnemer die de vereiste informatie of documenten niet binnen de termijn aan de Commissie heeft gemeld (“geen respons”), geacht het volgende aan de Commissie te hebben gemeld:

a)

bij kwantitatieve informatie: een nulwaarde;

b)

bij kwalitatieve informatie: er is niets te rapporteren.”.

3)

De titel van hoofdstuk II wordt vervangen door:

“MELDINGEN EN COÖRDINATIE VAN INFORMATIE OVER DE PRIJZEN, DE PRODUCTIE EN DE MARKT EN INFORMATIE DIE OP GROND VAN INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN VEREIST IS”.

4)

In artikel 7 wordt lid 2 vervangen door:

“2.   De lidstaten en, waar van toepassing, derde landen en marktdeelnemers melden de Commissie alle belangrijke nieuwe informatie die waarschijnlijk tot een substantiële verandering van al gemelde informatie leidt.”.

5)

Artikel 8 wordt vervangen door:

“Artikel 8

Aanvullende informatie

Via het in artikel 1 bedoelde informatiesysteem kunnen de lidstaten en, waar van toepassing, derde landen en marktdeelnemers de Commissie naast de in de bijlagen I, II en III gevraagde informatie aanvullende informatie verstrekken wanneer dergelijke informatie door de betrokken lidstaat of, waar van toepassing, het betrokken derde land of de betrokken marktdeelnemer van belang wordt geacht. Dergelijke meldingen worden gedaan via een formulier dat de Commissie in het systeem beschikbaar stelt.”.

6)

Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:

a)

het kopje van artikel 9 wordt als volgt vervangen:

“Bepaling van de prijs en de hoeveelheid”;

b)

lid 1 wordt vervangen door:

“1.   Bij elke op grond van deze afdeling vereiste melding van de prijs en de hoeveelheid melden de lidstaten ook de bron en methodiek op basis waarvan de verstrekte informatie is bepaald. Dergelijke meldingen bevatten informatie over de door de lidstaten bepaalde representatieve markten en de bijbehorende wegingscoëfficiënten.”;

c)

het volgende lid 1 bis wordt ingevoegd:

“1 bis.   Bij elke op grond van deze afdeling vereiste melding van prijzen en hoeveelheden kunnen de lidstaten de rechtstreekse transmissie van de prijzen en hoeveelheden via het in artikel 1 bedoelde informatiesysteem van de Commissie overdragen aan marktdeelnemers. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de identiteit van de marktdeelnemers waaraan de transmissie is overgedragen.”.

7)

De artikelen 10, 11 en 12 worden vervangen door:

“Artikel 10

Rapportage van prijzen in de officiële munteenheid

Tenzij anders bepaald in de bijlagen I, II en III, melden de lidstaten en, waar van toepassing, de marktdeelnemers prijsinformatie in hun officiële munteenheid, exclusief btw.

Artikel 11

Wekelijkse prijsmelding

Tenzij anders gespecificeerd in bijlage I, melden de lidstaten en, waar van toepassing, de marktdeelnemers de Commissie elke woensdag uiterlijk om 12.00 uur (plaatselijke tijd Brussel) de in die bijlage bedoelde wekelijkse prijsinformatie voor de voorgaande week.

Artikel 12

Niet-wekelijkse melding van prijs-, productie- en marktinformatie

De lidstaten en, waar van toepassing, de marktdeelnemers melden de Commissie binnen de vastgestelde termijnen het volgende:

(a)

de niet-wekelijkse prijsinformatie als bedoeld in bijlage II;

(b)

de productie- en marktinformatie als bedoeld in bijlage III.”.

8)

De bijlagen I, II en III worden vervangen door de tekst die is opgenomen in de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Inwerkingtreding en toepassing

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2021.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 1 oktober 2019.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671.

(2)  Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1185 van de Commissie van 20 april 2017 tot vaststelling van voorschriften voor de toepassing van de Verordeningen (EU) nr. 1307/2013 en (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de aan de Commissie te melden informatie en documenten en tot wijziging en intrekking van diverse verordeningen van de Commissie (PB L 171 van 4.7.2017, blz. 113).

(3)  PB C 86 van 6.3.2018, blz. 49.

(4)  Richtlijn (EU) 2019/633 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 inzake oneerlijke handelspraktijken in de relaties tussen ondernemingen in de landbouw- en voedselvoorzieningsketen (PB L 111 van 25.4.2019, blz. 59).

(5)  ST 7607 2019 ADD 1 REV 1 van 22.3.2019, blz. 1.


BIJLAGE I

Vereisten inzake de wekelijkse prijsmeldingen als bedoeld in artikel 11

Tenzij anders bepaald, wordt met “de betrokken lidstaten” bedoeld de lidstaten waarvan de productie of het verbruik meer dan 2 % van de totale overeenkomstige productie of het totale overeenkomstige verbruik van de Unie uitmaakt.

1.   Granen

Inhoud van de melding: representatieve marktprijzen voor elke soort en kwaliteit granen die van belang worden geacht voor de Uniemarkt, per ton product.

Betrokken lidstaten: alle lidstaten.

Overige: de prijzen verwijzen, waar van toepassing, naar de kwaliteitskenmerken, de plaats van notering van elk product en het handelsstadium.

2.   Rijst

Inhoud van de melding: representatieve marktprijzen voor alle rijstvariëteiten die van belang worden geacht voor de Uniemarkt, per ton product.

Betrokken lidstaten: rijstproducerende lidstaten en lidstaten met rijstverwerkingsbedrijven.

Overige: de prijzen verwijzen, waar van toepassing, naar het verwerkingsstadium, de plaats van notering van elk product en het handelsstadium.

3.   Oliehoudende zaden

Inhoud van de melding: representatieve prijzen voor koolzaad, zonnebloempitten, sojabonen, koolzaadmeel, zonnebloemzaadschroot, sojaschroot, ruwe koolzaadolie, ruwe zonnebloemolie en ruwe sojaolie.

Betrokken lidstaten: lidstaten met een met het respectieve gewas beplant areaal van minstens 10 000 ha per jaar. Voor prijsmeldingen voor meel, schroot en olie, de lidstaten die meer dan 10 000 ton van de betrokken oliehoudende zaden verwerken.

4.   Olijfolie

Inhoud van de melding: de gemiddelde prijzen die zijn genoteerd op de belangrijkste representatieve markten, en de nationale gewogen gemiddelde prijzen voor de in deel VIII van bijlage VII bij Verordening (EU) nr. 1308/2013 vermelde categorieën olijfolie, per 100 kg product.

Betrokken lidstaten: de lidstaten die in de jaarperiode van 1 oktober tot en met 30 september meer dan 20 000 ton olijfolie produceren.

Overige: de prijzen hebben betrekking op olijfolie in bulk, af olijfperserij voor olijfolie van de eerste persing en af fabriek voor de overige categorieën. De representatieve markten bestrijken ten minste 70 % van de nationale productie van het betrokken product.

Inkoopprijzen

Inhoud van de melding: representatieve inkoopprijzen van de kleinhandel voor de categorieën olijfolie van de eerste persing en extra olijfolie van de eerste persing als bedoeld in deel VIII van bijlage VII bij Verordening (EU) nr. 1308/2013, per 100 kg product.

Overige: de representatieve prijzen hebben betrekking op verpakte olijfolie van de eerste persing en extra olijfolie van de eerste persing in verpakkingen die klaar zijn om te worden aangeboden aan de eindverbruiker en bestrijken ten minste een derde van de nationale aankopen van het betrokken product.

5.   Groenten en fruit, bananen

a)    Prijzen van voor de verse markt bestemde producten

Inhoud van de melding: representatieve prijzen voor de in bijlage VI bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/891 van de Commissie (1) vermelde soorten en variëteiten tomaten, appelen, sinaasappelen, perziken en nectarines, per 100 kg product (nettogewicht).

Betrokken lidstaten: de in bijlage VI bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/891 vermelde lidstaten.

Overige: de prijzen zijn af verpakkingsstation van gesorteerde, verpakte en eventueel op pallets aangeboden producten.

b)    Prijzen van bananen

Inhoud van de melding: groothandelsprijzen van gele bananen van GN-code 0803 90 10, per 100 kg product.

Betrokken lidstaten: alle lidstaten die meer dan 50 000 ton gele bananen per kalenderjaar afzetten.

Overige: de prijzen worden gemeld per groep van landen van oorsprong.

c)    Prijzen af producent

Inhoud van de melding: representatieve prijzen van tomaten, appelen, sinaasappelen, perziken en nectarines, en van voor de verse markt bestemde bananen. Alle prijzen worden uitgedrukt per 100 kg product.

Overige: de gemelde prijzen zijn de prijzen af producent voor het geoogste product.

d)    Inkoopprijzen

Inhoud van de melding: representatieve inkoopprijzen van de kleinhandel voor tomaten, appelen, sinaasappelen, perziken en nectarines, per 100 kg product.

6.   Vlees

Inhoud van de melding: de prijzen van runder-, varkens- en schapenkarkassen en delen van die karkassen en bepaalde levende runderen, kalveren en biggen overeenkomstig Verordening (EU) nr. 1308/2013 en van karkassen volgens de indeling van runder-, varkens- en schapenkarkassen, per 100 kg product.

Betrokken lidstaten: voor karkassen en levende dieren: alle lidstaten; voor delen van karkassen: de lidstaten waarvan de nationale productie goed is voor ten minste 2 % van de Unieproductie.

Overige: wanneer er naar het oordeel van de bevoegde autoriteit van de betrokken lidstaat onvoldoende aantallen karkassen of levende dieren te melden zijn, kan deze lidstaat voor de periode in kwestie besluiten om de notering van de prijzen van dergelijke karkassen of levende dieren op te schorten, en meldt hij de Commissie de reden van zijn besluit. Voor delen van karkassen melden de betrokken lidstaten de prijzen voor de achtervoet van runderen, de voorvoet van runderen, rundsgehakt, karbonadestreng (varken), buikspek (varken), varkensschouder, varkensgehakt en ham (varken).

Inkoopprijzen

Inhoud van de melding: representatieve inkoopprijzen van kleinhandelaren en andere exploitanten van levensmiddelenbedrijven voor varkens- en rundsgehakt, per 100 kg product.

7.   Melk en zuivelproducten

Inhoud van de melding: de prijzen van weipoeder, mageremelkpoeder, vollemelkpoeder, boter, room, consumptiemelk en commoditykazen, per 100 kg product.

Betrokken lidstaten: de lidstaten waarvan de nationale productie goed is voor ten minste 2 % van de Unieproductie, of, in het geval van commoditykazen, de lidstaten waar de kaassoort goed is voor ten minste 4 % van de totale nationale kaasproductie.

Overige: de prijzen worden gemeld voor producten die van de fabrikant zijn betrokken, exclusief overige kosten (transport, lading, handling, opslag, pallets, verzekeringen etc.) op basis van contracten voor levering binnen drie maanden.

Inkoopprijzen

Inhoud van de melding: representatieve inkoopprijzen van kleinhandelaren en andere exploitanten van levensmiddelenbedrijven voor boter en de betrokken kazen, per 100 kg product.

8.   Eieren

Inhoud van de melding: groothandelsprijzen voor eieren van klasse A, uitgesplitst naar houderijmethode (gemiddelde van de categorieën L en M), per 100 kg product.

Betrokken lidstaten: alle lidstaten.

Overige: de prijzen worden gemeld voor producten in pakstations.

9.   Vlees van pluimvee

Inhoud van de melding: gemiddelde groothandelsprijs van hele braadkuikens van klasse A (“kippen 65 %”) en delen van braadkuikens (borstfilet, dijen), per 100 kg product.

Betrokken lidstaten: alle lidstaten.

Overige: de prijzen worden gemeld voor producten van slachterijen of zoals genoteerd op representatieve markten.

Inkoopprijzen

Inhoud van de melding: representatieve inkoopprijzen van kleinhandelaren en andere exploitanten van levensmiddelenbedrijven voor hele braadkuikens van klasse A en kippenborstfilets, per 100 kg product.

10.   Andere

Inhoud van de melding: de prijs van mageremelkpoeder met toegevoegde vetten per 100 kg product.

Overige: de prijzen worden gemeld voor producten die van de fabrikant zijn betrokken, exclusief overige kosten (transport, lading, handling, opslag, pallets, verzekeringen etc.) op basis van contracten voor levering binnen drie maanden.


(1)  Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/891 van de Commissie van 13 maart 2017 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de sectoren groenten en fruit en verwerkte groenten en fruit en tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de in deze sectoren toe te passen sancties en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 van de Commissie (PB L 138 van 25.5.2017, blz. 4).


BIJLAGE II

Vereisten inzake de niet-wekelijkse prijsmeldingen als bedoeld in artikel 12, onder a)

Tenzij anders bepaald, wordt met “de betrokken lidstaten” bedoeld de lidstaten waarvan de productie of het verbruik meer dan 2 % van de totale overeenkomstige productie of het totale overeenkomstige verbruik van de Unie uitmaakt, met uitzondering van biologische producten, waarvoor de drempel 4 % van de productie bedraagt.

1.   Granen

a)    Prijzen voor biologische granen

Inhoud van de melding: representatieve marktprijzen voor biologische zachte tarwe, durumtarwe en rogge, per ton product.

Meldingsperiode: uiterlijk op de 25e van elke maand voor de voorgaande maand.

b)   Prijzen voor tarwemeel

Inhoud van de melding: representatieve verkoopprijzen van de meelindustrie voor tarwemeel, per ton product.

Meldingsperiode: uiterlijk op de 25e van elke maand voor de voorgaande maand.

c)   Inkoopprijzen voor tarwemeel

Inhoud van de melding: representatieve inkoopprijzen van kleinhandelaren en andere exploitanten van levensmiddelenbedrijven voor tarwemeel, per ton product.

Meldingsperiode: uiterlijk op de 25e van elke maand voor de voorgaande maand.

2.   Oliehoudende zaden en eiwithoudende gewassen

Inhoud van de melding: representatieve marktprijzen voor alle eiwithoudende gewassen die van belang worden geacht voor de Uniemarkt, alsook voor biologische sojabonen, biologisch sojaschroot, niet-genetisch gemodificeerd sojaschroot, per ton product.

Betrokken lidstaten: voor eiwithoudende gewassen: lidstaten met een met het respectieve gewas beplant areaal van minstens 10 000 ha per jaar.

Meldingsperiode: uiterlijk op de 25e van elke maand voor de voorgaande maand.

3.   Suiker

Inhoud van de melding:

a)

de gewogen gemiddelden van de volgende suikerprijzen, per ton suiker, alsmede de totale overeenkomstige hoeveelheden en de gewogen standaardafwijkingen:

i)

voor de voorgaande maand: de verkoopprijs;

ii)

voor de voorgaande maand: de verkoopprijs op facturen in verband met kortlopende contracten. Deze prijzen worden ten vroegste twee maanden na afloop van de hierna vastgestelde meldingsperiode door de Commissie bekendgemaakt;

b)

de gewogen gemiddelde prijs van suikerbieten in het voorgaande verkoopseizoen, per ton bieten, alsmede de totale overeenkomstige hoeveelheden.

Betrokken lidstaten:

a)

voor de suikerprijzen: alle lidstaten waarin meer dan 10 000 ton suiker wordt geproduceerd uit suikerbieten of uit ruwe suiker;

b)

voor de suikerbietprijzen: lidstaten met een beplant areaal van meer dan 1 000 ha suikerbieten in het verkoopseizoen in kwestie.

Meldingsperiode:

a)

voor de suikerprijzen: uiterlijk op de 25e van elke maand;

b)

voor de suikerbietenprijzen: elk jaar uiterlijk op 30 juni.

Overige: de prijzen worden vastgesteld overeenkomstig de door de Commissie gepubliceerde methodiek en hebben betrekking op het volgende:

a)

voor suiker van de in bijlage III, onder B, II, bij Verordening (EU) nr. 1308/2013 gedefinieerde standaardkwaliteit: de prijzen van onverpakte witte suiker, af fabriek, die bij suikerproducerende ondernemingen en suikerraffinaderijen is verzameld;

b)

voor suikerbieten van standaardkwaliteit die ten minste 16 % suiker bevatten: de prijs van suikerbieten die door de suikerproducerende ondernemingen aan de producenten is betaald. De bieten en de daaruit gewonnen suiker worden toegerekend aan hetzelfde verkoopseizoen.

Inkoopprijzen

Inhoud van de melding: inkoopprijzen van de detailhandel, de voedingsmiddelenindustrie en de non-foodindustrie (uitgezonderd de biobrandstoffenindustrie) voor suiker en melasse, per ton product.

Meldingsperiode: uiterlijk op de 25e van elke maand.

Overige: de representatieve prijzen worden vastgesteld overeenkomstig de door de Commissie gepubliceerde methodiek.

4.   Vlasvezel

Inhoud van de melding: de gemiddelde prijzen, af fabriek, van de voorgaande maand, zoals genoteerd op de voornaamste representatieve markten voor lange vlasvezel, per ton product.

Betrokken lidstaten: alle lidstaten waarin lange vlasvezels worden geproduceerd op een beplant areaal van meer dan 1 000 ha vezelvlas.

Meldingsperiode: uiterlijk op de 25e van elke maand voor de voorgaande maand.

5.   Olijfolie en tafelolijven

Inhoud van de melding:

representatieve marktprijzen voor biologische olijfolie voor de in deel VIII van bijlage VII bij Verordening (EU) nr. 1308/2013 bedoelde categorieën olijfolie van de eerste persing en extra olijfolie van de eerste persing, per 100 kg product;

representatieve prijzen van voor tafelolijven bestemde onbewerkte olijven, per 100 kg product.

Betrokken lidstaten:

voor biologische olijfolie: de lidstaten die in de jaarperiode van 1 oktober tot en met 30 september meer dan 5 000 ton biologische olijfolie (van de categorieën olijfolie van de eerste persing en extra olijfolie van de eerste persing) produceren;

voor tafelolijven: de lidstaten die in de jaarperiode van 1 september tot en met 31 augustus meer dan 5 000 ton tafelolijven produceren.

Meldingsperiode:

voor biologische olijfolie: uiterlijk op de 25e van elke maand voor de voorgaande maand;

voor tafelolijven: jaarlijks uiterlijk op 15 januari, met betrekking tot de oogst van het voorafgaande kalenderjaar (1 september — 31 december).

Overige: wat biologische olijfolie betreft, hebben de prijzen betrekking op olijfolie in bulk, af olijfperserij voor olijfolie van de eerste persing en af fabriek voor de overige categorieën. Wat onbewerkte olijven voor de productie van tafelolijven betreft, hebben de prijzen betrekking op de olijven die door de producenten zijn geleverd op de plaatsen waar zij door de verwerkende industrie worden ontvangen.

6.   Wijn

Inhoud van de melding: voor de wijnen als bedoeld in deel II, punt 1, van bijlage VII bij Verordening (EU) nr. 1308/2013:

a)

een overzicht van de prijzen van de voorgaande maand, per hectoliter wijn, met vermelding van de betrokken volumes, of

b)

de publiekelijk beschikbare informatiebronnen die geloofwaardig worden geacht voor het constateren van de prijzen.

Betrokken lidstaten: de lidstaten waarin de wijnproductie in de afgelopen vijf jaar gemiddeld meer dan 5 % van de totale wijnproductie in de Unie bedroeg.

Meldingsperiode: uiterlijk op de 15e van elke maand voor de voorgaande maand.

Overige: de prijzen hebben betrekking op het onverpakte product af bedrijf van de producent. Voor de onder a) en b) bedoelde informatie kiezen de betrokken lidstaten de acht meest representatieve markten die zullen worden gevolgd, waarvan ten minste twee markten betrekking hebben op wijnen met een beschermde oorsprongsbenaming of beschermde geografische aanduiding.

7.   Melk en zuivelproducten

a)    Melk

Inhoud van de melding: de prijs voor rauwe melk en biologische rauwe melk, en de geraamde prijs voor leveringen van rauwe melk in de lopende maand, per 100 kg product op basis van het reële vet- en eiwitgehalte.

Betrokken lidstaten: alle lidstaten.

Meldingsperiode: uiterlijk op de 25e van elke maand, voor de voorgaande maand.

Overige: het gaat om de prijs die op het grondgebied van de lidstaat gevestigde eerste kopers betalen.

b)    Zuivelproducten

Inhoud van de melding: de prijzen van andere kazen dan de in punt 7 van bijlage I bedoelde commoditykazen, per 100 kg product.

Betrokken lidstaten: alle lidstaten waarin de diverse soorten kazen van belang zijn voor de nationale markt.

Meldingsperiode: uiterlijk op de 15e van elke maand voor de voorgaande maand.

Overige: de prijzen hebben betrekking op kaas die van de fabrikant is betrokken, exclusief overige kosten (transport, lading, handling, opslag pallets, verzekeringen etc.) op basis van contracten voor levering binnen drie maanden.

8.   Groenten en fruit, bananen

a)    Prijzen voor verse biologische groenten en fruit

Inhoud van de melding: representatieve verkoopprijzen voor biologische tomaten, appelen, sinaasappelen, perziken en nectarines, per 100 kg product (nettogewicht).

Meldingsperiode: uiterlijk op de 25e van elke maand, voor de voorgaande kalendermaand.

b)    Prijzen voor groene bananen

Inhoud van de melding:

a)

de gemiddelde verkoopprijzen op de lokale markten van groene bananen die in de productieregio zijn afgezet, per 100 kg product en de bijbehorende hoeveelheden;

b)

de gemiddelde verkoopprijzen van groene bananen die buiten de productieregio zijn afgezet, per 100 kg product en de bijbehorende hoeveelheden.

Meldingsperiode:

voor de voorgaande periode van 1 januari tot en met 30 april: jaarlijks uiterlijk op 15 juni;

voor de voorgaande periode van 1 mei tot en met 31 augustus: jaarlijks uiterlijk op 15 oktober;

voor de voorgaande periode van 1 september tot en met 31 december: jaarlijks uiterlijk op 15 februari.

Betrokken lidstaten: de lidstaten met een productieregio. Het gaat om de volgende regio’s:

a)

de Canarische Eilanden,

b)

Guadeloupe,

c)

Martinique,

d)

Madeira en de Azoren,

e)

Kreta en Laconië,

f)

Cyprus.

Overige: de prijzen van groene bananen die in de Unie buiten de productieregio ervan worden afgezet, zijn de prijzen bij de eerste loshaven (ongelost).

c)    Prijzen af producent

Inhoud van de melding: representatieve prijzen voor voor verwerking bestemde tomaten, appelen en sinaasappelen. Alle prijzen worden uitgedrukt per 100 kg product.

Meldingsperiode:

a)

voor tomaten: uiterlijk op 31 januari van het volgende jaar;

b)

voor appelen en sinaasappelen: uiterlijk op de 25e van elke maand, voor de voorgaande kalendermaand.

Overige: de gemelde prijzen zijn de prijzen af producent voor het geoogste product.

9.   Vlees

Inhoud van de melding: representatieve verkoopprijzen voor biologische runderkarkassen volgens de indeling van runderkarkassen zoals bij de melding overeenkomstig bijlage I, punt 6, onder a), per 100 kg product.

Meldingsperiode: uiterlijk op de 25e van elke maand voor de voorgaande maand.

10.   Pluimvee

Inhoud van de melding: representatieve verkoopprijzen voor biologische hele braadkuikens van klasse A („kippen 65 %”), per 100 kg product.

Meldingsperiode: uiterlijk op de 25e van elke maand, voor de voorgaande kalendermaand.


BIJLAGE III

Vereisten inzake de meldingen van productie- en marktinformatie als bedoeld in artikel 12, onder b)

1.   Rijst

Inhoud van de melding: voor elke soort rijst als bedoeld in deel I, punten 2 en 3, van bijlage II bij Verordening (EU) nr. 1308/2013:

a)

het beplante areaal, de agronomische opbrengst, de productie van padie in het oogstjaar en het rendement bij de bewerking;

b)

het binnenlandse verbruik (inclusief door de verwerkende industrie) van rijst, uitgedrukt in volwitterijstequivalent;

c)

de rijstvoorraden (in volwitterijstequivalent) van producenten en rijstverwerkingsbedrijven op 31 augustus van elk jaar, uitgesplitst naar in de Unie geproduceerde rijst en ingevoerde rijst.

Meldingsperiode: jaarlijks uiterlijk op 15 januari voor het voorgaande jaar.

Betrokken lidstaten:

a)

voor de productie van padie: alle rijstproducerende lidstaten;

b)

voor het binnenlandse verbruik: alle lidstaten;

c)

voor de rijstvoorraden: alle rijstproducerende lidstaten en lidstaten met rijstverwerkingsbedrijven.

2.   Suiker

A.    Bietenarealen

Inhoud van de melding: suikerbietenareaal voor het lopende verkoopseizoen en een raming voor het daaropvolgende verkoopseizoen.

Meldingsperiode: jaarlijks uiterlijk op 31 mei.

Betrokken lidstaten: alle lidstaten met een beplant areaal van meer dan 1 000 ha suikerbieten in het jaar in kwestie.

Overige: de cijfers worden uitgedrukt in hectare en uitgesplitst naar areaal dat bestemd is voor de productie van suiker en areaal dat bestemd is voor de productie van bio-ethanol.

B.    Productie en verbruik van suiker en van bio-ethanol

Inhoud van de melding:

a)

productie: de productie van suiker en melasse en de productie van bio-ethanol van elke onderneming in het voorgaande verkoopseizoen en, voor het lopende verkoopseizoen, een raming van de totale suikerproductie in elke lidstaat en van de suikerproductie van elke onderneming;

b)

verbruik: in het voorgaande verkoopseizoen door ondernemingen en raffinaderijen verkochte suiker, uitgesplitst naar bestemming.

Meldingsperiode: jaarlijks uiterlijk op 30 november voor de productie en het verbruik van het voorgaande verkoopseizoen en de geraamde totale suikerproductie voor het lopende verkoopseizoen; en jaarlijks uiterlijk op 31 maart (30 juni voor de Franse departementen Guadeloupe en Martinique) voor de productie van elke onderneming in het lopende verkoopseizoen.

Betrokken lidstaten: lidstaten waarin meer dan 10 000 ton suiker wordt geproduceerd.

Overige:

a)

onder “suikerproductie” wordt verstaan: de totale hoeveelheid, als volgt in ton witte suiker uitgedrukt, van:

i)

witte suiker, ongeacht kwaliteitsverschillen;

ii)

ruwe suiker, op basis van het rendement dat is bepaald overeenkomstig bijlage III, punt B, III, bij Verordening (EU) nr. 1308/2013;

iii)

invertsuiker, naar gewicht;

iv)

sacharosestroop of invertsuikerstroop die van suikerbieten is gemaakt en een zuiverheid van ten minste 70 % heeft, op basis van het gehalte aan winbare suiker of op basis van het werkelijke rendement;

v)

sacharosestroop of invertsuikerstroop die van suikerriet is gemaakt en een zuiverheid van ten minste 75 % heeft, op basis van het suikergehalte;

b)

de suikerproductie omvat geen witte suiker die uit een van de onder a) bedoelde producten is verkregen of in het kader van de regeling actieve veredeling is geproduceerd;

c)

de suiker die is gewonnen uit de in een bepaald verkoopseizoen gezaaide suikerbieten, wordt toegerekend aan het volgende verkoopseizoen. Suiker die is gewonnen uit de in het najaar van een bepaald verkoopseizoen gezaaide suikerbieten, wordt echter toegerekend aan hetzelfde verkoopseizoen in lidstaten die daartoe hebben besloten en die de Commissie uiterlijk op 1 oktober 2017 in kennis hebben gesteld van dat besluit;

d)

de cijfers voor suiker worden uitgesplitst per maand. Voor het lopende verkoopseizoen gaat het tot en met februari om voorlopige cijfers en voor de resterende maanden van het verkoopseizoen om ramingen;

e)

de productie van bio-ethanol omvat alleen bio-ethanol die uit een van de onder a) bedoelde producten is verkregen, en wordt uitgedrukt in hectoliter;

f)

onder “suikerverbruik” wordt verstaan: de totale hoeveelheid suiker, uitgedrukt in ton wittesuikerequivalent, die gedurende het verkoopseizoen door suikerproducerende ondernemingen en suikerraffinaderijen is verkocht aan kleinhandelaars en suikerverbruikers. Deze hoeveelheid wordt opgesplitst in de hoeveelheid die wordt verkocht voor de detailhandel, aan de voedingsmiddelenindustrie en aan andere sectoren, met uitzondering van bio-ethanol.

C.    Productie van isoglucose

Inhoud van de melding:

a)

de hoeveelheden eigen productie van isoglucose die door elke producent in het voorgaande verkoopseizoen zijn verzonden;

b)

de hoeveelheden eigen productie van isoglucose die door elke producent in de voorgaande maand zijn verzonden.

Meldingsperiode: jaarlijks uiterlijk op 30 november voor het voorgaande verkoopseizoen en uiterlijk op de 25e van elke maand voor de voorgaande maand.

Betrokken lidstaten: alle lidstaten waarin isoglucose wordt geproduceerd.

Overige: onder “productie van isoglucose” wordt verstaan: de totale producthoeveelheid die uit glucose of glucosepolymeren is verkregen en ten minste 41 gewichtspercenten fructose bevat, berekend op de droge stof, uitgedrukt in ton ongeacht het werkelijke fructosegehalte boven de grens van 41 %. De jaarlijkse productie wordt per maand uitgesplitst.

D.    Suiker- en isoglucosevoorraden

Inhoud van de melding:

a)

de geproduceerde hoeveelheden suiker die aan het eind van elke maand door suikerproducerende ondernemingen en suikerraffinaderijen zijn opgeslagen;

b)

de geproduceerde hoeveelheden isoglucose die aan het eind van het voorgaande verkoopseizoen door isoglucoseproducenten zijn opgeslagen.

Meldingsperiode: voor suiker: uiterlijk aan het eind van elke maand voor de voorgaande maand in kwestie; voor isoglucose: uiterlijk op 30 november.

Betrokken lidstaten:

a)

voor suiker: alle lidstaten waar suikerproducerende ondernemingen of suikerraffinaderijen zijn en meer dan 10 000 ton wordt geproduceerd;

b)

voor isoglucose: alle lidstaten waar isoglucose wordt geproduceerd.

Overige: de cijfers hebben betrekking op producten die in het vrije verkeer op het grondgebied van de Unie zijn opgeslagen, en op de productie van suiker en de productie van isoglucose als omschreven onder B en C.

Voor suiker geldt het volgende:

de cijfers hebben betrekking op hoeveelheden die de onderneming of de raffinaderij in eigendom heeft of waarvoor een warrant geldt;

de cijfers geven voor de aan het einde van de maanden juli, augustus en september opgeslagen hoeveelheden aan hoeveel afkomstig is van de suikerproductie in het kader van het volgende verkoopseizoen;

in het geval van opslag in andere lidstaten dan de lidstaat die de informatie aan de Commissie meldt, informeert de laatstbedoelde lidstaat de betrokken lidstaat vóór het einde van de maand die volgt op die van de melding aan de Commissie, over de opgeslagen hoeveelheden en de opslagplaatsen op hun grondgebied.

Voor isoglucose gaat het om de hoeveelheden die de producent in eigendom heeft.

E.    Sectorale overeenkomsten

Inhoud van de melding: de inhoud van de sectorale overeenkomsten tussen telers en ondernemingen en van collectieve clausules betreffende waardeverdeling. De relevante mee te delen gegevens worden vastgesteld overeenkomstig de door de Commissie gepubliceerde methodiek.

Meldingsperiode: uiterlijk aan het einde van elk verkoopseizoen voor dat verkoopseizoen.

Betrokken lidstaten: alle lidstaten waar suikerproducerende ondernemingen zijn en meer dan 10 000 ton wordt geproduceerd.

3.   Vezelgewassen

Inhoud van de melding:

a)

het vezelvlasareaal voor het voorgaande verkoopseizoen en een raming voor het lopende verkoopseizoen, in ha;

b)

de productie van lange vlasvezels in het voorgaande verkoopseizoen en een raming voor het lopende verkoopseizoen, in ton;

c)

het met katoen beplante areaal voor het voorgaande gewasjaar en een raming voor het lopende gewasjaar, in ha;

d)

de productie van niet-geëgreneerd katoen voor het voorgaande gewasjaar en een raming voor het lopende gewasjaar, in ton;

e)

de aan katoenproducenten betaalde gemiddelde prijs van niet-geëgreneerd katoen voor het voorgaande gewasjaar, in ton product.

Meldingsperiode:

a)

voor het vezelvlasareaal: jaarlijks uiterlijk op 31 juli;

b)

voor de productie van lange vlasvezels: jaarlijks uiterlijk op 31 oktober;

c)

voor katoen: jaarlijks uiterlijk op 15 oktober.

Betrokken lidstaten:

a)

voor vlas: alle lidstaten waarin lange vlasvezels worden geproduceerd op een beplant areaal van meer dan 1 000 ha vezelvlas;

b)

voor katoen: alle lidstaten waarin ten minste 1 000 ha katoen is ingezaaid.

4.   Hop

Inhoud van de melding: totaalcijfers, waarbij de in de punten b), c) en d) bedoelde informatie wordt uitgesplitst naar hopsoort (bittere en aromatische hop), van het volgende:

a)

aantal landbouwers die hop telen;

b)

met hop beplant areaal, in hectare;

c)

hoeveelheid in ton en gemiddelde prijs af bedrijf, in kg, van hop die in het kader van een termijncontract is verkocht en van hop die zonder een dergelijk contract is verkocht;

d)

alfazuurproductie in ton en gemiddeld alfazuurgehalte (in percent).

Meldingsperiode: uiterlijk op 30 april van het jaar dat volgt op de hopoogst.

Betrokken lidstaten: lidstaten met een beplant areaal van meer dan 200 ha hop in het voorgaande jaar.

5.   Olijfolie

Inhoud van de melding:

a)

gegevens over de eindproductie (inclusief biologische productie), het totale binnenlandse verbruik (inclusief door de verwerkende industrie) en de totale eindvoorraden van de voorgaande jaarperiode van 1 oktober tot en met 30 september;

b)

een raming van de maandproductie, een raming van het maandelijkse voorraadniveau van de producenten en de industrie en ramingen van de totale productie, het totale binnenlandse verbruik (inclusief door de verwerkende industrie) en de eindvoorraden van de lopende jaarperiode van 1 oktober tot en met 30 september.

Meldingsperiode:

a)

jaarlijks uiterlijk op 31 oktober voor gegevens die betrekking hebben op de voorgaande jaarperiode;

b)

jaarlijks uiterlijk op 31 oktober en uiterlijk op de 15e van elke maand van november tot en met juni voor gegevens die betrekking hebben op de lopende jaarperiode.

Betrokken lidstaten: voor de melding van de maandelijkse voorraadniveaus: de lidstaten die in de jaarperiode van 1 oktober tot en met 30 september meer dan 20 000 ton olijfolie produceren. Voor de overige gegevens: alle olijfolieproducerende lidstaten.

6.   Tabak

Inhoud van de melding: voor elke soortengroep van ruwe tabak:

a)

het aantal landbouwers;

b)

het areaal in hectare;

c)

de geleverde hoeveelheid in ton;

d)

de aan de landbouwers betaalde gemiddelde prijs, exclusief belastingen en andere heffingen, per kg product.

Meldingsperiode: uiterlijk op 31 juli van het jaar dat volgt op het oogstjaar.

Betrokken lidstaten: lidstaten met een beplant areaal van meer dan 3 000 ha tabak voor de voorgaande oogst.

Overige: de soortengroepen van ruwe tabak zijn:

groep I

groep I flue-cured: tabak die is gedroogd in ovens waarin de luchtcirculatie, de temperatuur en de vochtigheidsgraad worden beheerst, met name Virginia;

groep II

groep II light-air-cured: tabak die onder een afdak op natuurlijke wijze is gedroogd en die niet gefermenteerd is, met name Burley en Maryland;

groep III

groep III dark-air-cured: tabak die onder een afdak natuurlijk is gedroogd en die op natuurlijke wijze gefermenteerd is vóór hij in de handel wordt gebracht, met name Badischer Geudertheimer, Fermented Burley, Havana, Mocny Skroniowski, Nostrano del Brenta en Pulawski;

groep IV

groep IV fire-cured: tabak die boven een vuur is gedroogd, met name Kentucky en Salento;

groep V

groep V sun-cured: tabak die in de zon is gedroogd, ook “oriënttabak” genoemd, met name Basmas, Katerini en Kaba-Koulak.

7.   Producten van de wijnsector

Inhoud van de melding:

a)

ramingen van de productie van wijnproducten (inclusief tot wijn verwerkte en niet tot wijn verwerkte druivenmost) op het grondgebied van de lidstaat in het lopende wijnjaar;

b)

het definitieve resultaat van de in artikel 31 van Verordening (EU) 2018/273 (1) bedoelde productieopgaven, alsmede een raming van de productie die niet onder zulke opgaven valt;

c)

een overzicht van de in artikel 32 van Verordening (EU) 2018/273 bedoelde opgaven van de voorraden op 31 juli van het voorgaande wijnjaar;

d)

de eindbalans van het voorgaande wijnjaar met onder meer volledige informatie over de beschikbaarheid (beginvoorraden, productie, invoer), de bestemming (menselijke consumptie, industrieel verbruik, bewerking, uitvoer en verliezen) en de eindvoorraden.

Meldingsperiode:

a)

jaarlijks uiterlijk op 30 september: de productieramingen;

b)

jaarlijks uiterlijk op 15 maart: het definitieve resultaat van de productieopgaven;

c)

jaarlijks uiterlijk op 31 oktober: het overzicht van de voorraadopgaven;

d)

jaarlijks uiterlijk op 15 januari: de eindbalans.

Betrokken lidstaten: lidstaten die overeenkomstig artikel 145, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 een bijgewerkt wijnbouwkadaster bijhouden.

8.   Melk

Inhoud van de melding:

de totale hoeveelheid rauwe koemelk, in kilogram op basis van het reële vetgehalte;

de totale hoeveelheid biologische rauwe koemelk, in kilogram op basis van het reële vetgehalte;

het vetgehalte en het eiwitgehalte van rauwe koemelk, in gewichtspercent van het product.

Meldingsperiode: uiterlijk op de 25e van elke maand, voor de voorgaande maand.

Betrokken lidstaten: alle lidstaten.

Overige: voor melk: de hoeveelheden hebben betrekking op de melk die in de voorgaande maand aan de op het grondgebied van de lidstaat gevestigde eerste kopers is geleverd. De lidstaten zorgen ervoor dat alle op hun grondgebied gevestigde eerste kopers bij de bevoegde nationale autoriteit aangeven hoeveel rauwe koemelk maandelijks tijdig en op accurate wijze aan hen is geleverd, teneinde aan dit vereiste te voldoen.

9.   Eieren

Inhoud van de melding:

het aantal eierproductie-inrichtingen, uitgesplitst naar houderijmethode als bedoeld in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 589/2008 (2), en inrichtingen voor biologische eierproductie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad (3), met vermelding van de maximumcapaciteit van de inrichting (aantal gelijktijdig aanwezige leghennen);

het volume geproduceerde eieren in de schaal per houderijmethode, in ton nettogewicht, met inbegrip van biologische eieren.

Meldingsperiode:

jaarlijks uiterlijk op 1 april: aantal productie-inrichtingen;

uiterlijk op de 25e van de maand, voor de voorgaande maand: maandelijkse productievolumes.

Betrokken lidstaten: alle lidstaten.

10.   Ethylalcohol

Inhoud van de melding: voor alcohol uit landbouwproducten, in hectoliter zuivere alcohol:

a)

de productie door middel van gisting en distillering, uitgesplitst naar landbouwgrondstof waaruit de alcohol is geproduceerd;

b)

de volumes die door alcoholproducenten of importeurs zijn overgedragen voor verwerking of verpakking, uitgesplitst naar gebruikscategorie (voedingsmiddelen en dranken, brandstoffen, industrieel/overige).

Meldingsperiode: jaarlijks uiterlijk op 1 maart voor het voorgaande kalenderjaar.

Betrokken lidstaten: alle lidstaten.

11.   Vlees

Inhoud van de melding:

a)

rundvlees: aantal ingedeelde karkassen, met vermelding van het gewicht, per categorie, uitgesplitst naar bevleesdheids- en vetbedekkingsklassen;

b)

varkensvlees: aantal ingedeelde karkassen, met vermelding van het gewicht, per klasse magervleesaandeel;

c)

rundvlees: aantal ingedeelde biologische karkassen, met vermelding van het gewicht, per categorie, uitgesplitst naar bevleesdheids- en vetbedekkingsklassen.

Meldingsperiode: wekelijks voor de punten a) en b), samen met de in bijlage I, punt 6, onder a), bedoelde prijsmelding; maandelijks voor punt c), samen met de in bijlage II, punt 9, bedoelde prijsmelding.

Betrokken lidstaten: alle lidstaten.

12.   Andere

Inhoud van de melding: de totale hoeveelheid mageremelkpoeder met toegevoegde vetten, in ton.

Meldingsperiode: uiterlijk op de 25e van elke maand, voor de voorgaande maand.

Betrokken lidstaten: alle lidstaten.

Overige: de hoeveelheden hebben betrekking op de mageremelkpoeder met toegevoegde vetten die in de voorgaande maand door de op het grondgebied van de lidstaat gevestigde zuivelfabrikanten is geproduceerd.


(1)  Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/273 van de Commissie van 11 december 2017 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het vergunningenstelsel voor het aanplanten van wijnstokken, het wijnbouwkadaster, begeleidende documenten en certificering, het in- en uitslagregister, de verplichte opgaven, meldingen en de bekendmaking van meegedeelde informatie, tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de toepasselijke controles en sancties, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 555/2008, (EG) nr. 606/2009 en (EG) nr. 607/2009 van de Commissie en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 436/2009 van de Commissie en Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/560 van de Commissie (PB L 58 van 28.2.2018, blz. 24).

(2)  Verordening (EG) nr. 589/2008 van de Commissie van 23 juni 2008 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad, wat betreft de handelsnormen voor eieren (PB L 163 van 24.6.2008, blz. 20).

(3)  Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad van 28 juni 2007 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 2092/91 (PB L 189 van 20.7.2007, blz. 4).