12.7.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 187/30


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2019/1190 VAN DE COMMISSIE

van 11 juli 2019

tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 185/2013 wat betreft de verlaging van aan Spanje toegewezen vangstquota voor 2019

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 847/96, (EG) nr. 2371/2002, (EG) nr. 811/2004, (EG) nr. 768/2005, (EG) nr. 2115/2005, (EG) nr. 2166/2005, (EG) nr. 388/2006, (EG) nr. 509/2007, (EG) nr. 676/2007, (EG) nr. 1098/2007, (EG) nr. 1300/2008, (EG) nr. 1342/2008 en tot intrekking van Verordeningen (EEG) nr. 2847/93, (EG) nr. 1627/94 en (EG) nr. 1966/2006 (1), en met name artikel 105, lid 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In 2013 heeft de Commissie bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 185/2013 (2) bepaald dat bepaalde vangstquota die voor 2013 en de daaropvolgende jaren aan Spanje waren toegewezen, zouden worden verlaagd wegens overbevissing van een bepaald makreelquotum in 2009. In die verordening zijn verlagingen vastgesteld van het makreelquotum in ICES-sector 8c, in de ICES-deelgebieden 9 en 10, in de Uniewateren van Cecaf-zone 34.1.1, en van het ansjovisquotum in ICES-deelgebied 8.

(2)

De kustvloot van Spanje is grotendeels op makreel aangewezen en de winstgevendheid van die vloot ligt al op een erg laag niveau. Daarnaast is het quotum van 2019 20 % lager dan dat van 2018 en deze verlaging loopt nog door tot 2023. Door alleen voor 2019 een geringere verlaging bij makreel toe te staan, zal de visserijdruk op het bestand die al was toegestaan bij Verordening (EU) 2019/124 van de Raad (3), niet toenemen. Om te voorkomen dat zowel de betrokken visserijsector als de daarmee verbonden verwerkende industrie hiervan negatieve gevolgen ondervinden, mag het jaarlijkse makreelquotum in geen enkel jaar met meer dan 33 % worden verlaagd. Wanneer de in mindering te brengen hoeveelheid meer dan 33 % van het jaarlijkse makreelquotum bedraagt, dient Uitvoeringsverordening (EU) nr. 185/2013 te worden gewijzigd om ervoor te zorgen dat de jaarlijkse, in mindering te brengen hoeveelheid wordt verlaagd en de verlagingsperiode dienovereenkomstig wordt verlengd.

(3)

Het quotum van Spanje voor makreel in ICES-sector 8c, in de ICES-deelgebieden 9 en 10 en in de Uniewateren van Cecaf-zone 34.1.1 is voor 2019 vastgesteld op 24 597 ton, terwijl bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 185/2013 is bepaald dat voor dat jaar 9 240 ton in mindering moet worden gebracht, hetgeen overeenkomt met 38 % van het Spaanse quotum. De voor 2019 in mindering te brengen hoeveelheden moeten dus tot 33 % van het quotum worden verlaagd en het verschil moet worden opgeteld bij de in 2023 in mindering te brengen hoeveelheden.

(4)

Spanje heeft verzocht om het makreelquotum van 2019 te verlagen van de oorspronkelijk vastgestelde 5 544 ton naar 4 421 ton. Het verschil bedraagt 0,1 % van de totale TAC, zodat de biologische gevolgen voor het bestand minimaal blijven terwijl dit verschil voor de kleinschalige visserij van groot belang is. De vermindering in 2023 van hetzelfde quotum wordt verhoogd van oorspronkelijk 269 ton naar 1 392 ton. Het oorspronkelijke percentage dat in mindering wordt gebracht op het makreel- en het ansjovisquotum, loopt van jaar tot jaar uiteen, maar blijft over de gehele periode 2019-2023 bezien ongewijzigd. De in 2023 in mindering te brengen hoeveelheden blijven onder de jaarlijks in mindering te brengen hoeveelheden die voor 2016-2022 zijn vastgesteld.

(5)

Ondanks de wijzigingen in de hoeveelheden die in mindering worden gebracht op het makreel- en het ansjovisquotum in 2019, worden de vangstmogelijkheden van 2019 voor die soorten niet overschreden. Ze blijven in overeenstemming met de doelstellingen van het gemeenschappelijk visserijbeleid.

(6)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 185/2013 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(7)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor de visserij en de aquacultuur,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 185/2013 wordt vervangen door de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 juli 2019.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 343 van 22.12.2009, blz. 1.

(2)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 185/2013 van de Commissie van 5 maart 2013 tot verlaging van bepaalde aan Spanje toegewezen vangstquota in 2013 en de daaropvolgende jaren wegens overbevissing van een bepaald makreelquotum in 2009 (PB L 62 van 6.3.2013, blz. 1).

(3)  Verordening (EU) 2019/124 van de Raad van 30 januari 2019 tot vaststelling, voor 2019, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Unie en, voor vissersvaartuigen van de Unie, in bepaalde wateren buiten de Unie van toepassing zijn (PB L 29 van 31.1.2019, blz. 1).


BIJLAGE

Bestand

Oorspronkelijk quotum 2009

Aangepast quotum 2009

Vastgestelde vangsten 2009

Verschil quotum-vangsten (overbevissing)

Verlaging in 2013

Verlaging in 2014

Verlaging in 2015

Verlaging in 2016

Verlaging in 2017

Verlaging in 2018

Verlaging in 2019

Verlaging in 2020

Verlaging in 2021

Verlaging in 2022

Verlaging in 2023

MAC8C

3411

29 529

25 525

90 954

– 65 429

100

100

100

5 544

6 283

4 805

4 421

5 544

5 544

5 544

1 392

ANE08 (1)

 

 

 

 

 

 

 

3 696

4 539

2 853

3 696

3 696

3 696

3 696

180


(1)  Bij ansjovis geldt als jaar het jaar waarin het visseizoen van start gaat.