24.4.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 109/6


VERORDENING (EU) 2019/636 VAN DE COMMISSIE

van 23 april 2019

tot wijziging van de bijlagen IV en V bij Verordening (EG) nr. 850/2004 van het Europees Parlement en de Raad betreffende persistente organische verontreinigende stoffen

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 850/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende persistente organische verontreinigende stoffen en tot wijziging van Richtlijn 79/117/EEG (1), en met name artikel 7, lid 4, onder a), en lid 5, en artikel 14, leden 2 en 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 850/2004 worden de verplichtingen die zijn vermeld in het Verdrag van Stockholm inzake persistente organische verontreinigende stoffen (hierna "het verdrag" genoemd), dat namens de Gemeenschap is goedgekeurd bij Besluit 2006/507/EG van de Raad (2), en in het Protocol inzake persistente organische verontreinigende stoffen bij het Verdrag van 1979 betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand, dat namens de Gemeenschap is goedgekeurd bij Besluit 2004/259/EG van de Raad (3), in het recht van de Unie omgezet.

(2)

Tijdens de zevende vergadering van de Conferentie van de Partijen bij het verdrag, die plaatsvond van 4 tot en met 15 mei 2015, is overeengekomen pentachloorfenol en de zouten en esters daarvan (hierna "pentachloorfenol" genoemd) op te nemen in bijlage A (beëindiging) bij het verdrag.

(3)

Gezien de wijziging van het verdrag moeten de bijlagen IV en V bij Verordening (EG) nr. 850/2004 worden gewijzigd, waarbij pentachloorfenol in die bijlagen moet worden opgenomen en de overeenkomstige concentratiegrenswaarden moeten worden vermeld, om te waarborgen dat pentachloorfenolhoudend afval wordt beheerd overeenkomstig de bepalingen van het verdrag.

(4)

De voor de bijlagen IV en V bij Verordening (EG) nr. 850/2004 voorgestelde concentratiegrenswaarden zijn vastgesteld door toepassing van dezelfde methode als voor de vaststelling van de grenswaarden in vorige wijzigingen van de bijlagen IV en V (4). De voorgestelde concentratiegrenswaarden worden als de meeste geschikte beschouwd om een hoog niveau van bescherming van de menselijke gezondheid en het milieu te verzekeren door middel van de vernietiging en onomkeerbare omzetting van pentachloorfenol.

(5)

Er moet een voldoende lange periode worden vastgesteld waarin bedrijven en bevoegde instanties zich kunnen aanpassen aan de nieuwe voorschriften.

(6)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij artikel 39 van Richtlijn 2008/98/EG van het Europees Parlement en de Raad (5) ingestelde comité,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlagen IV en V bij Verordening (EG) nr. 850/2004 worden gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 31 oktober 2019.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 23 april 2019.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 158 van 30.4.2004, blz. 7.

(2)  Besluit 2006/507/EG van de Raad van 14 oktober 2004 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van het Verdrag van Stockholm inzake persistente organische verontreinigende stoffen (PB L 209 van 31.7.2006, blz. 1).

(3)  Besluit 2004/259/EG van de Raad van 19 februari 2004 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van het Protocol inzake persistente organische verontreinigende stoffen bij het Verdrag van 1979 betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand (PB L 81 van 19.3.2004, blz. 35).

(4)  Verordening (EG) nr. 1195/2006 van de Raad van 18 juli 2006 tot wijziging van bijlage IV bij Verordening (EG) nr. 850/2004 van het Europees Parlement en de Raad betreffende persistente organische verontreinigende stoffen (PB L 217 van 8.8.2006, blz. 1), Verordening (EG) nr. 172/2007 van de Raad van 16 februari 2007 tot wijziging van bijlage V bij Verordening (EG) nr. 850/2004 van het Europees Parlement en de Raad betreffende persistente organische verontreinigende stoffen (PB L 55 van 23.2.2007, blz. 1), Verordening (EU) nr. 756/2010 van de Commissie van 24 augustus 2010 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 850/2004 van het Europees Parlement en de Raad betreffende persistente organische verontreinigende stoffen met betrekking tot de bijlagen IV en V (PB L 223 van 25.8.2010, blz. 20), Verordening (EU) nr. 1342/2014 van de Commissie van 17 december 2014 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 850/2004 van het Europees Parlement en de Raad betreffende persistente organische verontreinigende stoffen met betrekking tot de bijlagen IV en V (PB L 363 van 18.12.2014, blz. 67) en Verordening (EU) 2016/460 van de Commissie van 30 maart 2016 tot wijziging van de bijlagen IV en V bij Verordening (EG) nr. 850/2004 van het Europees Parlement en de Raad betreffende persistente organische verontreinigende stoffen (PB L 80 van 31.3.2016, blz. 17).

(5)  Richtlijn 2008/98/EG van het Europees Parlement en de Raad van 19 november 2008 betreffende afvalstoffen en tot intrekking van een aantal richtlijnen (PB L 312 van 22.11.2008, blz. 3).


BIJLAGE

De bijlagen IV en V bij Verordening (EG) nr. 850/2004 worden als volgt gewijzigd:

1)

In de tabel van bijlage IV wordt de volgende rij toegevoegd:

Lijst van stoffen waarvoor de in artikel 7 vermelde bepalingen inzake afvalbeheer gelden

Stof

CAS-nr.:

EG-nr.

In artikel 7, lid 4, onder a), bedoelde concentratiegrenswaarde

"Pentachloorfenol en de zouten en esters daarvan

87-86-5 en andere

201-778-6 en andere

100 mg/kg"

2)

De tabel in bijlage V, deel 2, wordt vervangen door:

"Afvalstoffen overeenkomstig Beschikking 2000/532/EG van de Commissie (1)

Maximale concentratiegrenswaarde voor in bijlage IV vermelde stoffen (2)

Handeling

10

AFVAL VAN THERMISCHE PROCESSEN

Alkanen, C10-C13, chloor- (gechloreerde paraffinen met een korte keten) (SCCP's): 10 000 mg/kg;

Aldrin: 5 000 mg/kg;

Chloordaan: 5 000 mg/kg;

Chloordecon: 5 000 mg/kg;

DDT (1,1,1-trichloor-2,2-bis(4-chloorfenyl)ethaan): 5 000 mg/kg;

Dieldrin: 5 000 mg/kg;

Endosulfan: 5 000 mg/kg;

Endrin: 5 000 mg/kg;

Heptachloor: 5 000 mg/kg;

Hexabroombifenyl: 5 000 mg/kg;

Hexabroomcyclododecaan (3): 1 000 mg/kg;

Hexachloorbenzeen: 5 000 mg/kg;

Hexachloorbutadieen: 1 000 mg/kg;

Hexachloorcyclohexanen, inclusief lindaan: 5 000  mg/kg;

Mirex: 5 000  mg/kg;

Pentachloorbenzeen: 5 000 mg/kg;

Pentachloorfenol en de zouten en esters daarvan: 1 000 mg/kg;

Perfluoroctaansulfonzuur en derivaten daarvan (PFOS)

(C8F17SO2X)

(X = OH, metaalzout (O-M+), halogenide, amide en andere derivaten inclusief polymeren): 50 mg/kg;

Polychloorbifenylen (pcb's) (4): 50 mg/kg;

Polychloordibenzo-p-dioxinen en polychloordibenzofuranen: 5 mg/kg;

Polychloornaftalenen (*1): 1 000 mg/kg;

Som van de concentraties van tetrabroomdifenylether (C12H6Br4O), pentabroomdifenylether (C12H5Br5O), hexabroomdifenylether (C12H4Br6O) en heptabroomdifenylether (C12H3Br7O): 10 000  mg/kg;

Toxafeen: 5 000 mg/kg;

Permanente opslag wordt uitsluitend toegestaan wanneer aan alle volgende voorwaarden wordt voldaan:

1)

de opslag gebeurt in een van de volgende locaties:

veilige, diepe, ondergrondse, harde rotsformaties;

zoutkoepels;

een stortplaats voor gevaarlijke afvalstoffen, mits de afvalstoffen voor zover technisch mogelijk zijn verhard of gedeeltelijk gestabiliseerd, zoals vereist voor de indeling van de afvalstoffen in subhoofdstuk 19 03 van Beschikking 2000/532/EG;

2)

de bepalingen van Richtlijn 1999/31/EG van de Raad (5) en Beschikking 2003/33/EG van de Raad (6) zijn in acht genomen;

3)

er is aangetoond dat de gekozen handeling uit milieuoogpunt de voorkeur verdient.

10 01

Afval van elektriciteitscentrales en andere verbrandingsinstallaties (exclusief 19)

10 01 14 (*1)

Bij bijstoken vrijkomende bodemas, slakken en ketelstof die gevaarlijke stoffen bevatten

10 01 16 (*1)

Bij bijstoken vrijkomende vliegas die gevaarlijke stoffen bevat

10 02

Afval van de ijzer- en staalindustrie

10 02 07 (*1)

Vast afval van gaszuivering dat gevaarlijke stoffen bevat

10 03

Afval van thermische processen in de aluminiummetallurgie

10 03 04 (*1)

Slakken van primaire productie

10 03 08 (*1)

Zoutslakken van secundaire productie

10 03 09 (*1)

Black drosses van secundaire productie

10 03 19 (*1)

Rookgasstof dat gevaarlijke stoffen bevat

10 03 21 (*1)

Overige deeltjes en stof (inclusief kogelmolenstof) die gevaarlijke stoffen bevatten

10 03 29 (*1)

Afval van de behandeling van zoutslakken en black drosses dat gevaarlijke stoffen bevat

10 04

Afval van thermische processen in de loodmetallurgie

10 04 01 (*1)

Slakken van primaire en secundaire productie

10 04 02 (*1)

Dross en skimmings van primaire en secundaire productie

10 04 04 (*1)

Rookgasstof

10 04 05 (*1)

Overige deeltjes en stof

10 04 06 (*1)

Vast afval van gasreiniging

10 05

Afval van thermische processen in de zinkmetallurgie

10 05 03 (*1)

Rookgasstof

10 05 05 (*1)

Vast afval van gasreiniging

10 06

Afval van thermische processen in de kopermetallurgie

10 06 03 (*1)

Rookgasstof

10 06 06 (*1)

Vast afval van gasreiniging

10 08

Afval van thermische processen in de overige non-ferrometallurgie

10 08 08 (*1)

Zoutslakken van primaire en secundaire productie

10 08 15 (*1)

Rookgasstof dat gevaarlijke stoffen bevat

10 09

Afval van ijzergieten

10 09 09 (*1)

Rookgasstof dat gevaarlijke stoffen bevat

16

NIET ELDERS IN DE LIJST GENOEMD AFVAL

16 11

Ovenpuin

16 11 01 (*1)

Koolstofhoudend ovenpuin van metallurgische processen dat gevaarlijke stoffen bevat

16 11 03 (*1)

Overig ovenpuin van metallurgische processen dat gevaarlijke stoffen bevat

17

BOUW- EN SLOOPAFVAL (INCLUSIEF AFGEGRAVEN GROND VAN VERONTREINIGDE LOCATIES)

17 01

Beton, stenen, tegels en keramische producten

17 01 06 (*1)

Mengsels van beton, stenen, tegels of keramische producten, of afzonderlijke fracties daarvan, die gevaarlijke stoffen bevatten

17 05

Grond (inclusief afgegraven grond van verontreinigde locaties), stenen en baggerspecie

17 05 03 (*1)

Grond en stenen die gevaarlijke stoffen bevatten

17 09

Overig bouw- en sloopafval

17 09 02 (*1)

Bouw- en sloopafval dat pcb's bevat met uitzondering van pcb-houdend materieel

17 09 03 (*1)

Overig bouw- en sloopafval (inclusief gemengd afval) dat gevaarlijke stoffen bevat

19

AFVAL VAN INSTALLATIES VOOR AFVALBEHEER, OFFSITE WATERZUIVERINGSINSTALLATIES EN DE BEREIDING VAN VOOR MENSELIJKE CONSUMPTIE BESTEMD WATER EN WATER VOOR INDUSTRIEEL GEBRUIK

19 01

Afval van de verbranding of pyrolyse van afval

19 01 07 (*1)

Vast afval van gasreiniging

19 01 11 (*1)

Bodemas en slakken die gevaarlijke stoffen bevatten

19 01 13 (*1)

Vliegas die gevaarlijke stoffen bevat

19 01 15 (*1)

Ketelas die gevaarlijke stoffen bevat

19 04

Verglaasd afval en afval van verglazen

19 04 02 (*1)

Vliegas en ander rookgasreinigingsafval

19 04 03 (*1)

Niet-verglaasde vaste fase"

De maximale concentratiegrenswaarde van polychloordibenzo-p-dioxinen en polychloordibenzofuranen (PCDD's en PCDF's) wordt berekend met gebruikmaking van de volgende toxische-equivalentiefactoren (TEF's):

PCDD

TEF

2,3,7,8-TeCDD

1

1,2,3,7,8-PeCDD

1

1,2,3,4,7,8-HxCDD

0,1

1,2,3,6,7,8-HxCDD

0,1

1,2,3,7,8,9-HxCDD

0,1

1,2,3,4,6,7,8-HpCDD

0,01

OCDD

0,0003

PCDF

TEF

2,3,7,8-TeCDF

0,1

1,2,3,7,8-PeCDF

0,03

2,3,4,7,8-PeCDF

0,3

1,2,3,4,7,8-HxCDF

0,1

1,2,3,6,7,8-HxCDF

0,1

1,2,3,7,8,9-HxCDF

0,1

2,3,4,6,7,8-HxCDF

0,1

1,2,3,4,6,7,8-HpCDF

0,01

1,2,3,4,7,8,9-HpCDF

0,01

OCDF

0,0003


(1)  2000/532/EG: Beschikking van de Commissie van 3 mei 2000 tot vervanging van Beschikking 94/3/EG houdende vaststelling van een lijst van afvalstoffen overeenkomstig artikel 1, onder a), van Richtlijn 75/442/EEG van de Raad betreffende afvalstoffen en Beschikking 94/904/EG van de Raad tot vaststelling van een lijst van gevaarlijke afvalstoffen overeenkomstig artikel 1, lid 4, van Richtlijn 91/689/EEG van de Raad betreffende gevaarlijke afvalstoffen (PB L 226 van 6.9.2000, blz. 3).

(2)  Deze grenswaarden gelden alleen voor stortplaatsen voor gevaarlijk afval en zijn niet van toepassing op permanente ondergrondse opslagvoorzieningen voor gevaarlijk afval, waaronder zoutkoepels.

(3)  "Hexabroomcyclododecaan" omvat hexabroomcyclododecaan, 1,2,5,6,9,10-hexabroomcyclododecaan en zijn voornaamste diastereo-isomeren: α-hexabroomcyclododecaan, β-hexabroomcyclododecaan en γ-hexabroomcyclododecaan.

(4)  Hiervoor wordt de berekeningsmethode van de Europese normen EN 12766-1 en EN 12766-2 gebruikt.

(5)  Richtlijn 1999/31/EG van de Raad van 26 april 1999 betreffende het storten van afvalstoffen (PB L 182 van 16.7.1999, blz. 1).

(6)  Beschikking 2003/33/EG van de Raad van 19 december 2002 tot vaststelling van criteria en procedures voor het aanvaarden van afvalstoffen op stortplaatsen overeenkomstig artikel 16 en bijlage II van Richtlijn 1999/31/EG (PB L 11 van 16.1.2003, blz. 27).

(*1)  Elke met een asterisk "*" aangegeven afvalstof wordt beschouwd als een gevaarlijke afvalstof overeenkomstig Richtlijn 2008/98/EG en is onderworpen aan de bepalingen van die richtlijn.