|
5.2.2019 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 33/8 |
GEDELEGEERDE RICHTLIJN (EU) 2019/170 VAN DE COMMISSIE
van 16 november 2018
tot wijziging, met het oog op aanpassing aan de wetenschappelijke en technische vooruitgang, van bijlage III bij Richtlijn 2011/65/EU van het Europees Parlement en de Raad betreffende een vrijstelling voor een toepassing van lood in op PZT gebaseerde diëlektrische keramische materialen voor bepaalde condensatoren
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Richtlijn 2011/65/EU van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2011 betreffende beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur (1), en met name artikel 5, lid 1, onder a),
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Richtlijn 2011/65/EU verplicht lidstaten ervoor te zorgen dat elektrische en elektronische apparatuur die in de handel wordt gebracht, geen van de gevaarlijke stoffen bevat die zijn opgenomen in bijlage II bij die richtlijn. Dit vereiste geldt niet voor de toepassingen die zijn vermeld in bijlage III bij Richtlijn 2011/65/EU. |
|
(2) |
De verschillende categorieën elektrische en elektronische apparatuur waarop Richtlijn 2011/65/EU van toepassing is (categorieën 1 tot en met 11), zijn opgenomen in bijlage I bij die richtlijn. |
|
(3) |
Lood is opgenomen in bijlage II bij Richtlijn 2011/65/EU als stof waarvoor beperkingen gelden. Het gebruik van lood in op PZT gebaseerde diëlektrische keramische materialen voor condensatoren die onderdeel zijn van geïntegreerde schakelingen of discrete halfgeleiders, werd echter vrijgesteld van de beperking en is momenteel opgenomen in rubriek 7(c)-IV van bijlage III bij die richtlijn. Die vrijstelling was geldig tot 21 juli 2016. |
|
(4) |
De Commissie heeft vóór 21 januari 2015 een aanvraag ontvangen om verlenging van die vrijstelling overeenkomstig artikel 5, lid 5, van Richtlijn 2011/65/EU. De vrijstelling blijft gelden totdat een besluit over die aanvraag is genomen. |
|
(5) |
Keramische condensatoren die onderdeel zijn van geïntegreerde schakelingen of discrete halfgeleiders, gebruiken op PZT (loodzirkoontitanaat) gebaseerde diëlektrische keramische materialen. Loodhoudende PZT-keramiek biedt een hoog piëzo-elektrische effect, een hoge diëlektrische constante, pyro-elektrisch gedrag en ferro-elektrische eigenschappen. |
|
(6) |
Een volledige vervanging of verwijdering van lood uit dergelijke condensatoren is momenteel wetenschappelijk noch technisch haalbaar vanwege het ontbreken van betrouwbare vervangende stoffen. De vrijstelling zwakt de door Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad (2) geboden milieu- en gezondheidsbescherming niet af. De vrijstelling voor het gebruik van lood in op PZT gebaseerde diëlektrische keramische materialen voor condensatoren die onderdeel zijn van geïntegreerde schakelingen of discrete halfgeleiders, moet derhalve worden verlengd. |
|
(7) |
Aangezien er momenteel nog geen betrouwbare alternatieven voor de betrokken toepassingen op de markt zijn en het niet te verwachten is dat daar in de nabij toekomst verandering in zal komen, moet de vrijstelling voor de categorieën 1 tot en met 7 en 10 verlengd worden voor een duur van maximaal vijf jaar, tot en met 21 juli 2021. Gezien de resultaten van de lopende inspanningen om een betrouwbare vervanger te vinden, is het onwaarschijnlijk dat de duur van de vrijstelling negatieve gevolgen voor de innovatie zal hebben. |
|
(8) |
Voor andere categorieën dan de categorieën 1 tot en met 7 en 10 blijft de huidige vrijstelling gelden gedurende de in artikel 5, lid 2, tweede alinea, van Richtlijn 2011/65/EU vastgestelde perioden. De vervaldata moeten omwille van de duidelijkheid worden opgenomen in bijlage III bij die richtlijn. |
|
(9) |
Richtlijn 2011/65/EU moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd, |
HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:
Artikel 1
Bijlage III bij Richtlijn 2011/65/EU wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze richtlijn.
Artikel 2
1. De lidstaten zorgen ervoor dat de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen die nodig zijn om aan deze richtlijn te voldoen, uiterlijk op 29 februari 2020 worden vastgesteld en bekendgemaakt. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mee.
Zij passen die bepalingen toe vanaf 1 maart 2020.
Wanneer de lidstaten die bepalingen vaststellen, wordt in de bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking ervan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.
2. De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mee die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.
Artikel 3
Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Artikel 4
Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.
Gedaan te Brussel, 16 november 2018.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 174 van 1.7.2011, blz. 88.
(2) Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (Reach), tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen (PB L 396 van 30.12.2006, blz. 1).
BIJLAGE
In bijlage III bij Richtlijn 2011/65/EU wordt rubriek 7(c)-IV vervangen door:
|
„7(c)-IV |
Lood in op PZT gebaseerde diëlektrische keramische materialen voor condensatoren die onderdeel zijn van geïntegreerde schakelingen of discrete halfgeleiders |
Vervalt op:
|