17.1.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 15/18


UITVOERINGSRICHTLIJN (EU) 2019/68 VAN DE COMMISSIE

van 16 januari 2019

tot vaststelling van technische specificaties voor de markering van vuurwapens en essentiële onderdelen daarvan uit hoofde van Richtlijn 91/477/EEG van de Raad inzake de controle op de verwerving en het voorhanden hebben van wapens

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 91/477/EEG van de Raad van 18 juni 1991 inzake de controle op de verwerving en het voorhanden hebben van wapens (1), en met name artikel 4, lid 2 bis,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij artikel 4, lid 1, van Richtlijn 91/477/EEG zijn de lidstaten verplicht ervoor te zorgen dat vuurwapens en essentiële onderdelen daarvan, ongeacht of deze deel uitmaken van een vuurwapen of afzonderlijk op de markt worden gebracht, van een duidelijke, blijvende en unieke markering zijn voorzien. In artikel 4, lid 2, van die richtlijn wordt bepaald welke informatie in die markering moet worden opgenomen om de traceerbaarheid van vuurwapens en essentiële onderdelen daarvan te verbeteren en het vrije verkeer ervan te vergemakkelijken. Voor zeer kleine essentiële onderdelen blijft de in de markering op te nemen informatie beperkt tot een serienummer of een alfanumerieke of digitale code. Bij artikel 4, lid 4, van die richtlijn zijn de lidstaten verplicht een systeem van gegevensbestanden bij te houden en daarin alle informatie bij te houden die nodig is om vuurwapens te traceren en identificeren, met inbegrip van informatie over de markering die is aangebracht op een vuurwapen en de essentiële onderdelen daarvan en informatie over iedere ombouw of aanpassing van een vuurwapen die ertoe leidt dat het moet worden ingedeeld in een andere categorie of subcategorie, zoals informatie over de entiteit die een essentieel onderdeel heeft vervangen of gewijzigd.

(2)

In het geval van uit staatsvoorraden afkomstige wapens of essentiële onderdelen daarvan die op de civiele markt worden gebracht met het oog op permanent civiel gebruik, moet de identiteit van de entiteit van herkomst ook in de markering worden opgenomen. Tenzij die identiteit al als onderdeel van een bestaande markering aanwezig is, moet deze worden opgenomen op het moment waarop zij op de civiele markt worden gebracht.

(3)

Verder zijn de lidstaten bij Richtlijn 91/477/EEG verplicht ervoor te zorgen dat elke kleinste verpakkingseenheid van volledige munitie zodanig wordt gemarkeerd dat de naam van de fabrikant, het identificatienummer van de batch (de partij), het kaliber en het type munitie worden aangegeven. Gezien de huidige marktpraktijk voor de verpakking van munitie en de huidige stand van de techniek, is het in dit stadium niet nodig technische specificaties voor die markering vast te stellen. Deze richtlijn moet derhalve uitsluitend van toepassing zijn op de markering van vuurwapens en essentiële onderdelen daarvan (met inbegrip van zeer kleine essentiële onderdelen).

(4)

Een adequate lettergrootte van de markeringen is van cruciaal belang voor het verwezenlijken van de doelstelling om de traceerbaarheid van vuurwapens en essentiële onderdelen daarvan te verbeteren. In de technische specificaties moet derhalve een minimale lettergrootte worden vastgesteld die de lidstaten moeten aanhouden bij het bepalen van de lettergrootte voor die markeringen in hun nationale wetgeving.

(5)

Overeenkomstig de internationale normen voor controle op handvuurwapens van de Verenigde Naties (ISACS) inzake markering en registratie, moet voor framegroepen en kastgroepen die zijn vervaardigd uit niet-metallische materialen die het risico met zich meebrengen dat afbreuk wordt gedaan aan de duidelijkheid en bestendigheid van de markering (bijvoorbeeld uit bepaalde categorieën polymeren vervaardigde framegroepen of kastgroepen) worden voorgeschreven dat de markering ervan op een metalen plaat wordt aangebracht die permanent in het materiaal van de framegroep of de kastgroep is ingebed. De lidstaten moeten het gebruik kunnen toestaan van een andere techniek, zoals diep lasergraveren, die zorgt voor een gelijkwaardig niveau van duidelijkheid en bestendigheid van de markering van uit niet-metallische materialen vervaardigde framegroepen en kastgroepen.

(6)

Om de traceerbaarheid van vuurwapens en essentiële onderdelen daarvan in de systemen van gegevensbestanden van de lidstaten te vergemakkelijken, moeten de lidstaten worden verplicht om uitsluitend te kiezen uit de Latijnse, Griekse en cyrillische alfabetten wanneer zij bepalen welk alfabet of welke alfabetten mogen worden gebruikt voor de markering van vuurwapens en essentiële onderdelen daarvan. Evenzo moeten de talstelsels die voor de markering van vuurwapens en essentiële onderdelen daarvan mogen worden gebruikt, worden beperkt tot de Arabische of Romeinse stelsels, zoals door elke lidstaat vastgesteld.

(7)

Deze richtlijn laat artikel 3 van Richtlijn 91/477/EEG onverlet.

(8)

Overeenkomstig de gezamenlijke politieke verklaring van 28 september 2011 van de lidstaten en de Commissie van over toelichtende stukken (2) hebben de lidstaten zich ertoe verbonden om in gerechtvaardigde gevallen de kennisgeving van hun omzettingsmaatregelen vergezeld te doen gaan van één of meer stukken waarin het verband tussen de onderdelen van een richtlijn en de overeenkomstige delen van de nationale omzettingsinstrumenten wordt toegelicht.

(9)

De in deze richtlijn vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij artikel 13 ter, lid 1, van Richtlijn 91/477/EEG ingestelde comité,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Toepassingsgebied

Deze richtlijn is van toepassing op vuurwapens en essentiële onderdelen daarvan, maar is niet van toepassing op de kleinste verpakkingseenheden van volledige munitie.

Artikel 2

Technische specificaties voor de markering van vuurwapens en essentiële onderdelen daarvan

De lidstaten zien erop toe dat de in artikel 4 van Richtlijn 91/477/EEG voorgeschreven markering voldoet aan de technische specificaties in de bijlage bij deze richtlijn.

Artikel 3

Omzettingsbepalingen

1.   De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op 17 januari 2020 aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mede.

Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking ervan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

2.   De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mede die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

Artikel 4

Inwerkingtreding

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 5

Adressaten

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 16 januari 2019.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 256 van 13.9.1991, blz. 51.

(2)  PB C 369 van 17.12.2011, blz. 14.


BIJLAGE

Technische specificaties voor de markering van vuurwapens en essentiële onderdelen daarvan

1.

De voor de markering gebruikte lettergrootte is zoals vastgesteld door de lidstaat. De door elke lidstaat vastgestelde grootte of minimumgrootte bedraagt ten minste 1,6 mm. Indien nodig mag een kleinere lettergrootte worden gebruikt voor de markering van essentiële onderdelen die te klein zijn om te worden gemarkeerd overeenkomstig artikel 4 van Richtlijn 91/477/EEG.

2.

Voor framegroepen of kastgroepen van een niet-metallisch materiaal van een door de lidstaat opgegeven soort, wordt de markering op een metalen plaat aangebracht die permanent in het materiaal van de framegroep of de kastgroep is ingebed, op zodanige wijze dat:

a)

de plaat niet gemakkelijk of snel kan worden verwijderd, en

b)

bij verwijdering van de plaat een gedeelte van de framegroep of de kastgroep kapot zou worden gemaakt.

De lidstaten mogen ook het gebruik toestaan van andere technieken voor de markering van dergelijke framegroepen of kastgroepen, mits die technieken voor een gelijkwaardig niveau van duidelijkheid en bestendigheid van de markering zorgen.

Bij het bepalen welke niet-metallische materialen zij in het kader van deze specificatie opgeven, houden de lidstaten rekening met de mate waarin het materiaal afbreuk kan doen aan de duidelijkheid en bestendigheid van de markering.

3.

Het voor de markering gebruikte alfabet is zoals vastgesteld door de lidstaat. Het alfabet of de alfabetten zoals door elke lidstaat vastgesteld, moet(en) Latijns, Grieks of cyrillisch zijn.

4.

Het voor de markering gebruikte talstelstel is zoals vastgesteld door de lidstaat. Het talstelsel of de talstelsels zoals door elke lidstaat vastgesteld, moet(en) Arabisch of Romeins zijn.