24.6.2019 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 167/32 |
UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2019/1030 VAN DE COMMISSIE
van 21 juni 2019
tot verlenging van de termijn voor het verstrijken van de goedkeuring van indoxacarb voor gebruik in biociden van productsoort 18
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2012 betreffende het op de markt aanbieden en het gebruik van biociden (1), en met name artikel 14, lid 5,
Na raadpleging van het Permanent Comité voor biociden,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Indoxacarb is in bijlage I bij Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad (2) opgenomen als werkzame stof die mag worden gebruikt in biociden van productsoort 18, en wordt ingevolge artikel 86 van Verordening (EU) nr. 528/2012 geacht op grond van die verordening te zijn goedgekeurd, onder voorbehoud van de naleving van de in bijlage I bij die richtlijn vastgestelde specificaties en voorwaarden. |
(2) |
De goedkeuring van indoxacarb voor gebruik in biociden van productsoort 18 loopt af op 31 december 2019. Op 28 juni 2018 is een aanvraag ingediend voor de verlenging van de goedkeuring van indoxacarb overeenkomstig artikel 13, lid 1, van Verordening (EU) nr. 528/2012. |
(3) |
De beoordelende bevoegde autoriteit van Frankrijk heeft de Commissie op 12 november 2018 geïnformeerd over haar besluit op grond van artikel 14, lid 1, van Verordening (EU) nr. 528/2012 dat een volledige beoordeling vereist was. Overeenkomstig artikel 8, lid 1, van Verordening (EU) nr. 528/2012 moet de beoordelende bevoegde autoriteit binnen 365 dagen na de validering van een aanvraag een volledige beoordeling hiervan uitvoeren. |
(4) |
De beoordelende bevoegde autoriteit kan overeenkomstig artikel 8, lid 2, van die verordening in voorkomend geval de aanvrager verzoeken voldoende gegevens te verstrekken om de beoordeling uit te voeren. In dat geval wordt de periode van 365 dagen geschorst; de schorsing mag niet langer duren dan in totaal 180 dagen, tenzij de aard van de gevraagde gegevens of uitzonderlijke omstandigheden een langere schorsing rechtvaardigen. |
(5) |
Overeenkomstig artikel 14, lid 3, van Verordening (EU) nr. 528/2012 stelt het Europees Agentschap voor chemische stoffen ("het agentschap") binnen 270 dagen na ontvangst van een aanbeveling van de beoordelende bevoegde autoriteit een advies op over de verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof en zendt dit toe aan de Commissie. |
(6) |
De goedkeuring van indoxacarb voor gebruik in biociden van productsoort 18 zal dus om redenen buiten de invloed van de aanvrager waarschijnlijk vervallen voordat een besluit over de verlenging ervan is genomen. Daarom moet de termijn voor het verstrijken van de goedkeuring van indoxacarb voor gebruik in biociden van productsoort 18 met een zodanige termijn worden verlengd dat er voldoende tijd is om de aanvraag te behandelen. Gezien de termijn waarover de beoordelende bevoegde autoriteit beschikt voor de beoordeling en de termijn waarover het agentschap beschikt voor het opstellen en indienen van haar advies, moet de termijn voor het verstrijken van de goedkeuring tot en met 30 juni 2022 worden verlengd. |
(7) |
Behalve wat de termijn voor het verstrijken van de goedkeuring betreft, blijft de goedkeuring van indoxacarb gelden voor gebruik in biociden van productsoort 18, onder voorbehoud van de naleving van de specificaties en voorwaarden vastgesteld in bijlage I bij Richtlijn 98/8/EG, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
De termijn voor het verstrijken van de goedkeuring van indoxacarb voor gebruik in biociden van productsoort 18 wordt verlengd tot en met 30 juni 2022.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Brussel, 21 juni 2019.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 167 van 27.6.2012, blz. 1.
(2) Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 1998 betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 123 van 24.4.1998, blz. 1).