25.6.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 160/1


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2018/895 VAN DE COMMISSIE

van 22 juni 2018

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 340/2008 betreffende de aan het Europees Agentschap voor chemische stoffen te betalen vergoedingen

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (Reach), tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen, houdende wijziging van Richtlijn 1999/45/EG en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad en Verordening (EG) nr. 1488/94 van de Commissie alsmede Richtlijn 76/769/EEG van de Raad en de Richtlijnen 91/155/EEG, 93/67/EEG, 93/105/EG en 2000/21/EG van de Commissie (1), en met name artikel 74, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens Verordening (EG) nr. 1907/2006 worden de structuur en de hoogte van de in die verordening vastgestelde vergoedingen zo bepaald dat rekening wordt gehouden met de vereiste werklast voor het Europees Agentschap voor chemische stoffen („het Agentschap”) en de bevoegde instanties, en de ontvangsten ervan in combinatie met andere inkomstenbronnen van het Agentschap toereikend zijn om de kosten van de verrichte diensten te dekken.

(2)

Uit de ervaring die het Agentschap, het Comité risicobeoordeling en het Comité sociaaleconomische analyse van het Agentschap tot dusver hebben opgedaan bij de beoordeling van autorisatieaanvragen, is gebleken dat de werklast die aan dergelijke beoordelingen is verbonden afhangt van het aantal toepassingen waarvoor in één aanvraag om autorisatie is verzocht, en niet van het aantal aanvragers die gezamenlijk een aanvraag hebben ingediend. Bijgevolg moet de voor een aanvraag te betalen vergoeding dezelfde zijn ongeacht het aantal aanvragers, en mogen er voor elke extra aanvrager geen aanvullende vergoedingen in rekening worden gebracht. Deze redenering is eveneens van toepassing op vergoedingen in verband met herbeoordelingsverslagen. Een dienovereenkomstige wijziging van de vergoedingen zou de financiële lasten voor kleinere marktdeelnemers, zoals kleine en middelgrote ondernemingen, kunnen verminderen.

(3)

Indien een gezamenlijke autorisatieaanvraag wordt ingediend, moeten de vergoedingen op eerlijke, transparante en niet-discriminerende wijze door de aanvragers worden gedeeld, met name wat kleine en middelgrote ondernemingen (kmo's) betreft. De bestaande lagere vergoedingen voor kmo's moeten bij de verdeling van de totale te betalen vergoedingen in aanmerking worden genomen.

(4)

Indien ondernemingen die een gezamenlijke autorisatieaanvraag hebben ingediend, behoren tot verschillende grootteklassen waarvoor verschillende basisvergoedingen gelden, moet de hoogste vergoeding in rekening worden gebracht.

(5)

Naar aanleiding van de in 2015 uitgevoerde herziening van Verordening (EG) nr. 340/2008 van de Commissie (2), en gezien de bij de behandeling van autorisatieaanvragen opgedane ervaring, is het wenselijk om de autorisatievergoedingen aan te passen, om rekening te houden met de werklast van het Agentschap. Daartoe moet per aanvullende gebruiksvorm een aanvullende vergoeding in rekening worden gebracht die slechts iets minder bedraagt dan het bedrag dat voor de basisvergoeding in rekening wordt gebruikt. Die aanvullende vergoedingen per aanvullende gebruiksvorm moeten derhalve worden verhoogd.

(6)

Verordening (EG) nr. 340/2008 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(7)

Omwille van de rechtszekerheid mag deze verordening niet van toepassing zijn op aanvragen die vóór de datum van inwerkingtreding van deze verordening zijn ingediend.

(8)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij artikel 133 van Verordening (EG) nr. 1907/2006 ingestelde comité,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 340/2008 wordt als volgt gewijzigd:

1)

Artikel 8, lid 2, wordt vervangen door:

„2.   Het Agentschap brengt een basisvergoeding in rekening voor elke aanvraag om autorisatie van een stof, zoals bepaald in bijlage VI. De basisvergoeding heeft betrekking op de autorisatieaanvraag voor één stof en één vorm van gebruik.

Het Agentschap brengt een aanvullende vergoeding in rekening, zoals bepaald in bijlage VI bij deze verordening, voor elke aanvullende vorm van gebruik en voor elke aanvullende stof in de aanvraag die behoort tot dezelfde groep stoffen, zoals omschreven in punt 1.5 van bijlage XI bij Verordening (EG) nr. 1907/2006. Er mag geen aanvullende vergoeding in rekening worden gebracht wanneer de autorisatieaanvraag door meer dan één aanvrager wordt ingediend.

Indien de aanvragers die partij zijn bij een gezamenlijke aanvraag om autorisatie tot verschillende grootteklassen behoren, wordt voor die aanvraag de hoogste vergoeding in rekening gebracht die voor een van die aanvragers van toepassing is.

Indien een gezamenlijke autorisatieaanvraag wordt ingediend, doen de aanvragers alle mogelijke moeite om de vergoeding op eerlijke, transparante en niet-discriminerende wijze te delen, met name wat kleine en middelgrote ondernemingen betreft.

Het Agentschap zendt één factuur die betrekking heeft op de basisvergoeding en alle toepasselijke aanvullende vergoedingen.”.

2)

Artikel 9, lid 2, wordt vervangen door:

„2.   Het Agentschap brengt een basisvergoeding in rekening voor elk ingediend herbeoordelingsverslag, zoals bepaald in bijlage VII. De basisvergoeding heeft betrekking op de indiening van een herbeoordelingsverslag voor één stof en één vorm van gebruik.

Het Agentschap brengt een aanvullende vergoeding in rekening, zoals bepaald in bijlage VII bij deze verordening, voor elke aanvullende vorm van gebruik en voor elke aanvullende stof in het herbeoordelingsverslag die behoort tot dezelfde groep stoffen, zoals omschreven in punt 1.5 van bijlage XI bij Verordening (EG) nr. 1907/2006. Er mag geen aanvullende vergoeding in rekening worden gebracht wanneer een herbeoordelingsverslag door meer dan één partij wordt ingediend.

Indien de entiteiten die partij zijn bij een gezamenlijk ingediend herbeoordelingsverslag tot verschillende grootteklassen behoren, wordt voor die indiening de hoogste vergoeding in rekening gebracht die voor een van die aanvragers van toepassing is.

Indien een gezamenlijk herbeoordelingsverslag wordt ingediend, doen de houders van de autorisatie alle mogelijke moeite om de vergoeding op eerlijke, transparante en niet-discriminerende wijze te delen, met name wat kleine en middelgrote ondernemingen betreft.

Het Agentschap zendt één factuur die betrekking heeft op de basisvergoeding en alle toepasselijke aanvullende vergoedingen.”.

3)

De bijlagen VI en VII worden vervangen door de tekst in de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Verordening (EG) nr. 340/2008, laatstelijk gewijzigd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/864 (3), is van toepassing op aanvragen die vóór 15 juli 2018 zijn ingediend.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 22 juni 2018.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 396 van 30.12.2006, blz. 1.

(2)  Verordening (EG) nr. 340/2008 van de Commissie van 16 april 2008 betreffende de aan het Europees Agentschap voor chemische stoffen te betalen vergoedingen krachtens Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (Reach) (PB L 107 van 17.4.2008, blz. 6), laatstelijk gewijzigd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/864 (PB L 139 van 5.6.2015, blz. 1).

(3)  Uitvoeringsverordening (EU) 2015/864 van de Commissie van 4 juni 2015 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 340/2008 betreffende de aan het Europees Agentschap voor chemische stoffen te betalen vergoedingen krachtens Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (Reach) (PB L 139 van 5.6.2015, blz. 1).


BIJLAGE

BIJLAGE VI

Vergoedingen voor autorisatieaanvragen krachtens artikel 62 van Verordening (EG) nr. 1907/2006

Tabel 1

Standaardvergoedingen

Basisvergoeding

54 100 EUR

Aanvullende vergoeding per stof

10 820 EUR

Aanvullende vergoeding per vorm van gebruik

48 690 EUR


Tabel 2

Lagere vergoedingen voor middelgrote ondernemingen

Basisvergoeding

40 575 EUR

Aanvullende vergoeding per stof

8 115 EUR

Aanvullende vergoeding per vorm van gebruik

36 518 EUR


Tabel 3

Lagere vergoedingen voor kleine ondernemingen

Basisvergoeding

24 345 EUR

Aanvullende vergoeding per stof

4 869 EUR

Aanvullende vergoeding per vorm van gebruik

21 911 EUR


Tabel 4

Lagere vergoedingen voor micro-ondernemingen

Basisvergoeding

5 410 EUR

Aanvullende vergoeding per stof

1 082 EUR

Aanvullende vergoeding per vorm van gebruik

4 869 EUR

BIJLAGE VII

Vergoedingen voor de herbeoordeling van een autorisatie krachtens artikel 61 van Verordening (EG) nr. 1907/2006

Tabel 1

Standaardvergoedingen

Basisvergoeding

54 100 EUR

Aanvullende vergoeding per stof

10 820 EUR

Aanvullende vergoeding per vorm van gebruik

48 690 EUR


Tabel 2

Lagere vergoedingen voor middelgrote ondernemingen

Basisvergoeding

40 575 EUR

Aanvullende vergoeding per stof

8 115 EUR

Aanvullende vergoeding per vorm van gebruik

36 518 EUR


Tabel 3

Lagere vergoedingen voor kleine ondernemingen

Basisvergoeding

24 345 EUR

Aanvullende vergoeding per stof

4 869 EUR

Aanvullende vergoeding per vorm van gebruik

21 911 EUR


Tabel 4

Lagere vergoedingen voor micro-ondernemingen

Basisvergoeding

5 410 EUR

Aanvullende vergoeding per stof

1 082 EUR

Aanvullende vergoeding per vorm van gebruik

4 869 EUR