19.12.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 337/1 |
VERORDENING (EU) 2017/2360 VAN DE RAAD
van 11 december 2017
tot vaststelling, voor 2018, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden in de Zwarte Zee
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 43, lid 3,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Overeenkomstig artikel 43, lid 3, van het Verdrag moet de Raad op voorstel van de Commissie de maatregelen vaststellen voor de vaststelling en verdeling van de vangstmogelijkheden. |
(2) |
Krachtens Verordening (EU) nr. 1380/2013 van het Europees Parlement en de Raad (1) moeten instandhoudingsmaatregelen worden vastgesteld met inachtneming van de beschikbare wetenschappelijke, technische en economische adviezen, met inbegrip van, waar toepasselijk, de verslagen van het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij (WTECV). |
(3) |
De Raad moet maatregelen vaststellen voor de vaststelling en de verdeling van de vangstmogelijkheden in de Zwarte Zee per visserij of groep visserijen, inclusief, in voorkomend geval, bepaalde voorwaarden die er functioneel verband mee houden. In artikel 16, leden 1 en 4, van Verordening (EU) nr. 1380/2013 is bepaald dat de vangstmogelijkheden zo tussen de lidstaten moeten worden verdeeld dat de relatieve stabiliteit van de visserijactiviteiten van iedere lidstaat voor elk visbestand of elke visserij wordt gewaarborgd en dat de in artikel 2, lid 2, van die verordening vastgestelde doelstellingen van het gemeenschappelijk visserijbeleid in acht worden genomen. |
(4) |
Op haar 41e jaarlijkse vergadering in 2017 heeft de Algemene Visserijcommissie voor de Middellandse Zee (GFCM) Aanbeveling GFCM/40/2017/4 inzake een meerjarig beheersplan voor de tarbotvisserij in geografisch deelgebied 29 (Zwarte Zee) aangenomen (GSA 29). In de aanbeveling wordt een totale toegestane vangst (TAC) voor tarbot voor twee jaar (2018-2019) met een tijdelijke toewijzing van quota vastgesteld. Die maatregel moet in het recht van de Unie worden omgezet. |
(5) |
De vangstmogelijkheden dienen te worden vastgesteld op basis van de beschikbare wetenschappelijke adviezen, met inachtneming van de biologische en sociaaleconomische aspecten, waarbij een gelijke behandeling van de verschillende visserijsectoren moet worden gegarandeerd, en in het licht van de standpunten die tijdens de raadpleging van de belanghebbende partijen naar voren zijn gebracht. |
(6) |
Overeenkomstig het beschikbare wetenschappelijke advies van het WTECV is het noodzakelijk het huidige niveau van visserijsterfte te handhaven om de duurzaamheid van het sprotbestand in de Zwarte Zee te waarborgen. |
(7) |
Voor visserijen op sprot is de in artikel 15, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1380/2013 bedoelde aanlandingsverplichting van toepassing sinds 1 januari 2015. Voor visserijen op tarbot is de in dat artikel bedoelde aanlandingsverplichting van toepassing sinds 1 januari 2017. |
(8) |
De bij deze verordening vastgestelde vangstmogelijkheden moeten worden gebruikt overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad (2), en met name de artikelen 33 en 34 van die verordening betreffende de registratie van de vangsten, respectievelijk de melding van gegevens over de uitputting van de vangstmogelijkheden. Derhalve dient te worden gepreciseerd welke codes de lidstaten moeten gebruiken wanneer zij de Commissie gegevens toesturen over aanlandingen van onder deze verordening vallende bestanden. |
(9) |
Overeenkomstig artikel 2 van Verordening (EG) nr. 847/96 van de Raad (3) moet worden bepaald op welke bestanden de verschillende, in die verordening vervatte maatregelen van toepassing zijn. |
(10) |
Met betrekking tot het tarbotbestand moeten verdere herstelmaatregelen worden genomen. De handhaving van de thans geldende sluitingsperiode van twee maanden, van 15 april tot en met 15 juni, zou verder bescherming bieden aan deze bestanden gedurende het paaiseizoen van tarbot. Het beheer van de visserijinspanning en de beperking van het aantal visdagen tot 180 per jaar zouden een positief effect op de instandhouding van het tarbotbestand hebben. |
(11) |
De vangstmogelijkheden moeten in volledige overeenstemming met het toepasselijke recht van de Unie worden gebruikt. |
(12) |
Om een onderbreking van de visserijactiviteiten te voorkomen en om het inkomen van de vissers in de Unie veilig te stellen, dienen de hier bedoelde visserijen op 1 januari 2018 met hun activiteiten in de Zwarte Zee van start te kunnen gaan. Gezien de urgentie dient deze verordening onmiddellijk na de bekendmaking ervan in werking te treden, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
HOOFDSTUK I
ONDERWERP, TOEPASSINGSGEBIED EN DEFINITIES
Artikel 1
Onderwerp
Bij deze verordening worden voor 2018 de vangstmogelijkheden vastgesteld die voor de volgende bestanden beschikbaar zijn voor vissersvaartuigen van de Unie die de vlag van Bulgarije of Roemenië in de Zwarte Zee voeren:
a) |
tarbot (Psetta maxima), |
b) |
sprot (Sprattus sprattus). |
Artikel 2
Toepassingsgebied
Deze verordening is van toepassing op vissersvaartuigen van de Unie die actief zijn in de Zwarte Zee.
Artikel 3
Definities
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
a) „GFCM”: de Algemene Visserijcommissie voor de Middellandse Zee;
b) „Zwarte Zee”: het geografische deelgebied 29 als omschreven in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 1343/2011 van het Europees Parlement en de Raad (4);
c) „vissersvaartuig”: elk vaartuig dat is uitgerust voor de commerciële exploitatie van mariene biologische rijkdommen;
d) „vissersvaartuig van de Unie”: een vissersvaartuig dat de vlag van een lidstaat voert en in de Unie is geregistreerd;
e) „bestand”: in een bepaald beheersgebied voorkomende biologische rijkdom van de zee;
f) „autonoom quotum van de Unie”: vangstbeperking die autonoom aan vissersvaartuigen van de Unie wordt toegewezen bij gebrek aan een overeengekomen TAC;
g) „analytisch quotum”: een autonoom quotum van de Unie waarvoor een analytische beoordeling beschikbaar is.
HOOFDSTUK II
VANGSTMOGELIJKHEDEN
Artikel 4
Verdeling van de vangstmogelijkheden
1. Het autonome quotum van de Unie voor sprot, de verdeling van dat quotum over de lidstaten en, in voorkomend geval, de voorwaarden die er functioneel verband mee houden, zijn opgenomen in de bijlage.
2. De TAC voor tarbot, welke in de wateren van de Unie en voor vissersvaartuigen van de Unie van toepassing is, en de verdeling van die TAC over de lidstaten en, in voorkomend geval, de voorwaarden die er functioneel verband mee houden, zijn opgenomen in de bijlage.
Artikel 5
Bijzondere bepalingen inzake de verdeling
De vangstmogelijkheden worden overeenkomstig deze verordening over de lidstaten verdeeld onverminderd:
a) |
het ruilen van vangstmogelijkheden op grond van artikel 16, lid 8, van Verordening (EU) nr. 1380/2013; |
b) |
kortingen en nieuwe toewijzingen op grond van artikel 37 van Verordening (EG) nr. 1224/2009; |
c) |
verlagingen op grond van de artikelen 105 en 107 van Verordening (EG) nr. 1224/2009. |
Artikel 6
Beheer van de visserijinspanning voor tarbot
Het aantal visdagen voor vissersvaartuigen van de Unie die in de Zwarte Zee op tarbot mogen vissen, bedraagt, ongeacht de lengte over alles van de vaartuigen, niet meer dan 180 per jaar.
HOOFDSTUK III
SLOTBEPALINGEN
Artikel 7
Toezending van gegevens
Wanneer de lidstaten overeenkomstig de artikelen 33 en 34 van Verordening (EG) nr. 1224/2009 gegevens met betrekking tot de aanlanding van hoeveelheden gevangen vis aan de Commissie melden, gebruiken zij daarvoor de in de bijlage bij deze verordening vermelde bestandscodes.
Artikel 8
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2018.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 11 december 2017.
Voor de Raad
De voorzitter
S. KIISLER
(1) Verordening (EU) nr. 1380/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 inzake het gemeenschappelijk visserijbeleid, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1954/2003 en (EG) nr. 1224/2009 van de Raad en tot intrekking van Verordeningen (EG) nr. 2371/2002 en (EG) nr. 639/2004 van de Raad en Besluit 2004/585/EG van de Raad (PB L 354 van 28.12.2013, blz. 22).
(2) Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling van een controleregeling van de Unie die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 847/96, (EG) nr. 2371/2002, (EG) nr. 811/2004, (EG) nr. 768/2005, (EG) nr. 2115/2005, (EG) nr. 2166/2005, (EG) nr. 388/2006, (EG) nr. 509/2007, (EG) nr. 676/2007, (EG) nr. 1098/2007, (EG) nr. 1300/2008, (EG) nr. 1342/2008 en tot intrekking van Verordeningen (EEG) nr. 2847/93, (EG) nr. 1627/94 en (EG) nr. 1966/2006 (PB L 343 van 22.12.2009, blz. 1).
(3) Verordening (EG) nr. 847/96 van de Raad van 6 mei 1996 tot invoering van aanvullende voorwaarden voor het meerjarenbeheer van de TAC's en quota (PB L 115 van 9.5.1996, blz. 3).
(4) Verordening (EU) nr. 1343/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 13 december 2011 tot vaststelling van een aantal bepalingen voor de visserij in het GFCM-overeenkomstgebied (General Fisheries Commission for the Mediterranean — Algemene Visserijcommissie voor de Middellandse Zee) en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1967/2006 van de Raad inzake beheersmaatregelen voor de duurzame exploitatie van visbestanden in de Middellandse Zee (PB L 347 van 30.12.2011, blz. 44).
BIJLAGE
Soort: |
Tarbot Psetta maxima |
Gebied: |
Wateren van de Unie in de Zwarte Zee (TUR/F3742C) |
|
Bulgarije |
57 |
|
|
|
Roemenië |
57 |
|
|
|
Unie |
114 (*1) |
|
|
|
TAC |
644 |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
Soort: |
Sprot Sprattus sprattus |
Gebied: |
Wateren van de Unie in de Zwarte Zee (SPR/F3742C) |
|
Bulgarije |
8 032,50 |
|
|
|
Roemenië |
3 442,50 |
|
|
|
Unie |
11 475 |
|
|
|
TAC |
Niet relevant/niet overeengekomen |
|
Analytisch quotum Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
(*1) Van 15 april tot en met 15 juni 2018 is het verboden te vissen en vis over te laden, aan boord te nemen, aan te landen of voor eerste verkoop aan te bieden.