28.11.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 312/6


VERORDENING (EU) 2017/2195 VAN DE COMMISSIE

van 23 november 2017

tot vaststelling van richtsnoeren voor elektriciteitsbalancering

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 714/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende de voorwaarden voor toegang tot het net voor grensoverschrijdende handel in elektriciteit en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1228/2003 (1), en met name artikel 18, lid 3, onder b) en d), en artikel 18, lid 5,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Een volledig operationele en geïnterconnecteerde interne energiemarkt is van essentieel belang voor de energievoorzieningszekerheid, de versterking van het concurrentievermogen en redelijke energieprijzen voor alle consumenten.

(2)

Een goed functionerende interne elektriciteitsmarkt moet producenten stimuleren te investeren in nieuwe vormen van elektriciteitsopwekking, met inbegrip van elektriciteit uit hernieuwbare energiebronnen, waarbij speciale aandacht moet gaan naar de meest geïsoleerde lidstaten en regio's van de energiemarkt van de Unie. Een goed functionerende markt moet de consumenten ook toereikende mogelijkheden bieden om efficiënter gebruik te maken van energie, wat alleen kan als de energievoorzieningszekerheid gewaarborgd is.

(3)

Bij Verordening (EG) nr. 714/2009 zijn niet-discriminerende regels vastgesteld betreffende de toegangsvoorwaarden tot het net voor grensoverschrijdende handel in elektriciteit, met name regels betreffende capaciteitstoewijzing voor interconnecties en transmissiesystemen die een effect hebben op grensoverschrijdende elektriciteitsstromen. Om de stap te kunnen zetten naar een daadwerkelijk geïntegreerde elektriciteitsmarkt en de operationele veiligheid te waarborgen, moeten efficiënte balanceringsregels worden opgesteld die de marktdeelnemers stimuleren om bij te dragen aan het oplossen van de systeemtekorten waarvoor zij verantwoordelijk zijn. Het is met name noodzakelijk om regels op te stellen betreffende de technische en operationele aspecten van de balancering van het systeem en betreffende de handel in energie, met inbegrip van regels betreffende systeemgerelateerde vermogensreserves.

(4)

In Verordening (EU) 2017/1485 van de Commissie (2) zijn geharmoniseerde voorschriften voor systeembeheer vastgesteld die van toepassing zijn op transmissiesysteembeheerders („TSB's”), regionale veiligheidscoördinatoren, distributiesysteembeheerders („DSB's”) en significante netgebruikers. In die verordening worden verscheidene kritieke systeemtoestanden vastgesteld (normale toestand, alarmtoestand, noodtoestand, black-outtoestand en hersteltoestand). Ze bevat ook eisen en beginselen om de operationele veiligheid te handhaven in de hele Unie, en heeft tot doel de coördinatie van eisen en beginselen voor Uniebrede belastingfrequentieregeling en reserves te bevorderen.

(5)

In de onderhavige verordening wordt een Uniebrede reeks technische, operationele en marktregels vastgesteld voor het beheer van de werking van elektriciteitsbalanceringsmarkten. Deze verordening bevat regels voor de inkoop van balanceringscapaciteit, de activering van balanceringsenergie en de financiële verrekening van balanceringsverantwoordelijken of „BRP's” (Balance Responsible Parties). Ze schrijft ook voor dat geharmoniseerde methoden moeten worden opgesteld voor de toewijzing van zoneoverschrijdende transmissiecapaciteit voor balanceringsdoeleinden. Dergelijke regels vergroten de liquiditeit van kortetermijnmarkten omdat ze meer grensoverschrijdende handel toelaten en zorgen voor een efficiënter gebruik van het bestaande net met het oog op energiebalancering. De concurrentie tussen energiebiedingen vindt plaats op balanceringsplatforms voor de hele EU, waardoor de concurrentie wordt bevorderd.

(6)

Deze verordening streeft naar een optimaal beheer en een gecoördineerde werking van het Europees elektriciteitstransmissiesysteem, ondersteunt de doelstelling van de Unie om te zorgen voor een doorbraak van hernieuwbare energieopwekking, en levert voordelen op voor de klanten. De TSB's, voor zover relevant in samenwerking met de DSB's, zijn verantwoordelijk voor het organiseren van Europese balanceringsmarkten en moeten streven naar de integratie van die markten, waarbij het systeem op de meest efficiëntie manier in balans moet worden gehouden. Om dit te verwezenlijken, moeten de TSB's nauw samenwerken, zowel onderling als met de DSB's; zij moeten hun activiteiten zo veel mogelijk op elkaar afstemmen om een efficiënt elektriciteitssysteem tot stand te brengen in alle regio's en voor alle spanningsniveaus, zonder de mededingingswetgeving te overtreden.

(7)

De TSB's moeten de taken die onder deze verordening vallen geheel of gedeeltelijk kunnen uitbesteden aan een derde partij. De uitbestedende TSB blijft verantwoordelijk voor de naleving van de verplichtingen die in deze verordening zijn vastgesteld. Naar analogie moeten ook de lidstaten taken en verplichtingen die onder deze verordening vallen, kunnen uitbesteden aan een derde partij. Deze uitbesteding moet beperkt blijven tot de taken en verplichtingen die op nationaal niveau moeten worden uitgevoerd (zoals onbalansverrekening). De beperkingen van de uitbesteding mogen niet leiden tot wijzigingen van de bestaande nationale regelingen. De TSB's moeten echter verantwoordelijk blijven voor de taken die hen krachtens Richtlijn 2009/72/EG van het Europees Parlement en de Raad (3) zijn toevertrouwd, voor de ontwikkeling van methodologieën die voor heel Europa gelden, en voor de toepassing en exploitatie van de Europese balanceringsplatforms. Als de deskundigheid en ervaring met onbalansverrekening in een lidstaat bij een derde partij berust, kan de TSB van de lidstaat de andere TSB's en het ENTSO-E vragen om die derde partij de gelegenheid te geven om hulp te bieden bij de opstelling van het voorstel. De TSB van de lidstaat blijft echter verantwoordelijk voor het opstellen van het voorstel, samen met alle andere TSB's; deze verantwoordelijkheid kan niet worden overgedragen aan een derde partij.

(8)

De regels waarin de rol van aanbieders van balanceringsdiensten of „BSP's” (Balancing Service Providers) en BRP's wordt vastgesteld, garanderen een eerlijke, transparante en niet-discriminerende benadering. Bovendien zijn in de regels betreffende de voorwaarden voor balancering ook de beginselen en rollen vastgesteld voor de uitvoering van de bij deze verordening geregelde balanceringsactiviteiten, en zorgen deze regels voor passende concurrentie tussen de marktdeelnemers, met inbegrip van aggregatoren op het gebied van vraagrespons en activa op distributieniveau, op basis van een gelijk speelveld.

(9)

Elke BSP die voornemens is balanceringsenergie of balanceringscapaciteit te verstrekken, moet met succes een kwalificatieproces doorlopen dat is vastgesteld door de TSB's, indien nodig in nauwe samenwerking met de DSB's.

(10)

De integratie van energiebalanceringsmarkten moet worden gefaciliteerd door de oprichting van gemeenschappelijke Europese platforms die het uitvoeren van het onbalansnettingsproces en het uitwisselen van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves en vervangingsreserves mogelijk maken. De samenwerking tussen TSB's moet strikt worden beperkt tot hetgeen noodzakelijk is voor het efficiënte en veilige ontwerp, de implementatie en de werking van die Europese platforms.

(11)

De platforms voor het uitwisselen van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves en vervangingsreserves moeten gebruikmaken van een model met biedladders, teneinde te garanderen dat biedingen op kostenefficiënte wijze worden geactiveerd. Alleen wanneer uit een kostenbatenanalyse van alle TSB's blijkt dat het model voor het platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met automatische activering moet worden gewijzigd, kunnen de TSB's het platform op basis van een ander model toepassen en operationeel maken.

(12)

De integratie van energiebalanceringsmarkten moet de efficiënte werking van de intradaymarkt vergemakkelijken, zodat marktdeelnemers zo dicht mogelijk bij realtime zichzelf in evenwicht kunnen brengen. Alleen de onbalansen die overblijven na het einde van de intradaymarkt zouden door de TSB's in evenwicht moeten worden gebracht via de balanceringsmarkt. Door een geharmoniseerde periode voor onbalansverrekening van 15 minuten vast te stellen in heel Europa wordt de intradayhandel ondersteund en wordt de ontwikkeling van een aantal handelsproducten met dezelfde levertermijn aangemoedigd.

(13)

Om een uitwisseling van balanceringsdiensten, de opstelling van gemeenschappelijke biedladders en voldoende liquiditeit op de balanceringsmarkt mogelijk te maken, moet de standaardisering van balanceringsproducten worden geregeld. In deze verordening wordt opgesomd aan welke standaardkenmerken en aanvullende kenmerken standaardproducten moeten beantwoorden.

(14)

De prijsstellingsmethode voor standaardproducten voor balanceringsenergie moet de marktdeelnemers prikkelen om het evenwicht van het systeem in hun onbalansprijszone te behouden en/of te helpen herstellen, en om systeemonbalansen en kosten voor de samenleving te beperken. Deze prijsstelling moet streven naar een economisch efficiënt gebruik van vraagrespons en andere balanceringshulpbronnen, binnen de grenzen van de operationele veiligheid. De prijsstellingsmethode die wordt gebruikt bij de inkoop van balanceringscapaciteit moet streven naar een economisch efficiënt gebruik van vraagrespons en andere balanceringshulpbronnen, binnen de grenzen van de operationele veiligheid.

(15)

Om de TSB's in staat te stellen om op efficiëntie, rendabele en marktgebaseerde wijze balanceringscapaciteit te kopen, moet de marktintegratie worden bevorderd. Daarom worden in deze verordening drie methoden vastgesteld op basis waarvan de TSB's zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit en het delen van reserves kunnen toewijzen, voor zover gebaseerd op een kosten-batenanalyse: het coöptimaliseringsproces, het marktgebaseerde toewijzingsproces en het toewijzingsproces op basis van een analyse vande economische efficiëntie. Het gecoöptimaliseerde toewijzingsproces moet op day-aheadbasis worden uitgevoerd, terwijl het marktgebaseerde toewijzingsproces kan worden uitgevoerd als het contract niet meer dan één week vóór het verstrekken van de balanceringscapaciteit is gesloten, en de toewijzing op basis van een analyse van de economische efficiëntie kan worden gebruikt als het contract meer dan één week vóór het verlenen van de balanceringscapaciteit is gesloten, op voorwaarde dat de toegewezen volumes beperkt zijn en dat elk jaar een beoordeling wordt uitgevoerd.

(16)

Zodra de relevante regulerende instanties een methode voor de toewijzing van zoneoverschrijdende capaciteit hebben goedgekeurd, kunnen twee of meer TSB's de methode in een vroeg stadium toepassen om ervaring op te doen en een vlotte toepassing door meer TSB's in de toekomst mogelijk te maken. De uiteindelijke toepassing van een dergelijke methode, voor zover deze bestaat, moet niettemin worden geharmoniseerd door alle TSB's teneinde de marktintegratie te bevorderen.

(17)

De verrekening van onbalansen heeft in het algemeen tot doel ervoor te zorgen dat de BRP's het evenwicht van het systeem op efficiënte wijze ondersteunen en dat marktdeelnemers worden aangespoord om het evenwicht van het systeem in stand te houden en/of te helpen herstellen. In deze verordening worden regels vastgesteld voor de verrekening van onbalansen, waarbij erop wordt toegezien dat dit op niet-discriminerende, eerlijke, objectieve en transparante basis gebeurt. Om balanceringsmarkten en het systeem in zijn geheel klaar te maken voor de integratie van steeds meer variabele hernieuwbare energiebronnen, moet de prijs van onbalansen een weergave zijn van de realtimewaarde van energie.

(18)

In deze verordening moet een proces worden vastgesteld om de TSB's voorlopig vrij te stellen van de toepassing van bepaalde regels, teneinde rekening te houden met situaties waarin, bij wijze van uitzondering, de naleving van die regels bijvoorbeeld zou kunnen leiden tot risico's voor de operationele veiligheid of tot vroegtijdige vervanging van slimme-netinfrastructuur.

(19)

Overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EG) nr. 713/2009 van het Europees Parlement en de Raad (4) moet het Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators („het Agentschap”) een besluit nemen als de bevoegde regulerende instanties niet in staat zijn overeenstemming te bereiken betreffende gemeenschappelijke voorwaarden of werkwijzen.

(20)

Deze verordening is opgesteld in nauwe samenwerking met het Agentschap, het ENTSO voor elektriciteit („ENTSO-E”) en de belanghebbenden teneinde op transparante en participatieve wijze doeltreffende, evenwichtige en evenredige regels vast te stellen. In artikel 18, lid 3, van Verordening (EG) nr. 714/2009 is bepaald dat de Commissie het Agentschap, het ENTSO-E en andere relevante belanghebbenden zal raadplegen voordat zij een voorstel tot wijziging van deze verordening doet.

(21)

De maatregelen van deze verordening zijn in overeenstemming met het advies van het in artikel 23, lid 1, van Verordening (EG) nr. 714/2009 bedoelde comité,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

TITEL I

ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1

Onderwerp en toepassingsgebied

1.   In deze verordening worden gedetailleerde richtsnoeren vastgesteld inzake elektriciteitsbalancering, met inbegrip van gemeenschappelijke beginselen voor de inkoop en verrekening van frequentiebegrenzingsreserves, frequentieherstelreserves en vervangingsreserves, en een gemeenschappelijke methodologie voor de activering van frequentieherstelreserves en vervangingsreserves.

2.   Deze verordening is van toepassing op transmissiesysteembeheerders („TSB's”), distributiesysteembeheerders („DSB's”) met inbegrip van gesloten distributiesystemen, regulerende instanties, het Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators („het Agentschap”), het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders voor elektriciteit („ENTSO-E”), derden aan wie verantwoordelijkheden zijn gedelegeerd of toegewezen en overige marktdeelnemers.

3.   Deze verordening is van toepassing op alle transmissiesystemen en interconnecties in de Unie, met uitzondering van transmissiesystemen op eilanden die niet door middel van interconnecties met andere transmissiesystemen zijn verbonden.

4.   Wanneer er in een lidstaat meer dan één TSB is, geldt deze verordening voor alle TSB's in die lidstaat. Wanneer een TSB geen functie uitoefent die betrekking heeft op één of meer verplichtingen uit hoofde van deze verordening, kunnen de lidstaten bepalen dat de verantwoordelijkheid om aan die verplichtingen te voldoen wordt toegewezen aan één of meer specifieke TSB's.

5.   Wanneer een belastingfrequentieregelzone (LFC-zone) bestaat uit twee of meer TSB's, kunnen alle TSB's van die LFC-zone — voor zover de relevante regulerende instanties dit goedkeuren — beslissen om een of meer verplichtingen uit hoofde van deze verordening op gecoördineerde wijze toe te passen voor alle programmeringszones van die LFC-zone.

6.   De Europese platforms voor de uitwisseling van standaardproducten voor balanceringsenergie kunnen worden opengesteld voor TSB's die actief zijn in Zwitserland, op voorwaarde dat de belangrijkste bepalingen van de EU-wetgeving inzake de elektriciteitsmarkt ten uitvoer zijn gelegd in Zwitserland en dat er een intergouvernementele overeenkomst bestaat inzake samenwerking op het gebied van elektriciteit tussen de Unie en Zwitserland, of wanneer de uitsluiting van Zwitserland kan leiden tot ongeplande fysieke vermogensstromen via Zwitserland die de veiligheid van het systeem van de regio in gevaar brengen.

7.   Als aan de voorwaarden van lid 6 is voldaan, neemt de Commissie, op basis van een advies dat het Agentschap en alle TSB's overeenkomstig de procedures van artikel 4, lid 3, hebben gegeven, een besluit over de deelname van Zwitserland aan de Europese platforms voor de uitwisseling van standaardproducten voor balanceringsenergie. De rechten en verantwoordelijkheden van TSB's uit Zwitserland zijn consistent met de rechten en verantwoordelijkheden van de TSB's die in de Unie actief zijn, wat een soepele werking van de balanceringsmarkt op het niveau van de Unie mogelijk maakt en een gelijk speelveld creëert voor alle belanghebbenden.

8.   Deze verordening is van toepassing op alle systeemtoestanden die gedefinieerd zijn in artikel 18 van Verordening (EU) 2017/1485.

Artikel 2

Definities

Voor de toepassing van deze verordening gelden de definities van artikel 2 van Richtlijn 2009/72/EG, artikel 2 van Verordening (EG) nr. 714/2009, artikel 2 van Verordening (EU) nr. 543/2013 (5) van de Commissie, artikel 2 van Verordening (EU) 2015/1222 (6) van de Commissie, artikel 2 van Verordening (EU) 2016/631 (7) van de Commissie, artikel 2 van Verordening (EU) 2016/1388 (8) van de Commissie, artikel 2 van Verordening (EU) 2016/1447 (9) van de Commissie, artikel 2 van Verordening (EU) 2016/1719 (10) van de Commissie, artikel 3 van Verordening (EU) 2017/1485 van de Commissie en artikel 3 van Verordening (EU) 2017/2196 van de Commissie (11).

Verder wordt verstaan onder:

(1)   „balancering”: alle acties en processen, op alle tijdslijnen, waarmee transmissiesysteembeheerders (TSB's) permanent garanderen dat de systeemfrequentie stabiel blijft binnen een vooraf bepaald bereik, zoals uiteengezet in artikel 127 van Verordening (EU) 2017/1485, en dat de reservehoeveelheid wordt aangehouden, met inachtneming van de vereiste kwaliteit, zoals uiteengezet in deel IV, titels V, VI en VII, van Verordening (EU) 2017/1485;

(2)   „balanceringsmarkt”: alle institutionele, commerciële en operationele regelingen tot vaststelling van marktgebaseerd beheer van balancering;

(3)   „balanceringsdiensten”: balanceringsenergie of balanceringscapaciteit, of beide;

(4)   „balanceringsenergie”: energie die door TSB's wordt gebruikt om de balancering uit te voeren en die door een BSP wordt geleverd;

(5)   „balanceringscapaciteit”: een volume aan reservecapaciteit waarvoor een BSP heeft ingestemd het beschikbaar te houden en waarvoor hij is overeengekomen om bij de TSB biedingen in te dienen voor een overeenkomstig volume balanceringsenergie gedurende de looptijd van het contract;

(6)   „aanbieder van balanceringsdiensten” of „BSP” (Balancing Service Provider): een marktdeelnemer met reserveleverende eenheden of reserveleverende groepen die balanceringsdiensten kan aanbieden aan TSB's;

(7)   „balanceringsverantwoordelijke” of „BRP” (Balancing Responsible Party): een marktpartij, of de door een marktpartij gekozen vertegenwoordiger die verantwoordelijk is voor haar onbalansen;

(8)   „onbalans”: een energievolume dat is berekend voor een BRP en dat het verschil vertegenwoordigt tussen het aan die BRP toegewezen volume en de uiteindelijke positie van die BRP, met inbegrip van eventuele onbalansaanpassingen die op die BRP zijn toegepast, binnen een bepaalde onbalansverrekeningsperiode;

(9)   „onbalansverrekening”: een financieel verrekeningsmechanisme voor betalingen aan of inningen van BRP's voor hun onbalansen;

(10)   „onbalansverrekeningsperiode”: de tijdseenheid waarover de onbalans van BRP's wordt berekend;

(11)   „onbalanszone”: de zone waarin een onbalans wordt berekend;

(12)   „onbalansprijs”: de prijs (positief, nul of negatief) in elke onbalansverrekeningsperiode voor een onbalans in elke richting;

(13)   „onbalansprijszone”: de zone voor de berekening van een onbalansprijs;

(14)   „onbalansaanpassing”: een energievolume dat de balanceringsenergie van een BSP vertegenwoordigt en dat door de connecterende TSB voor een onbalansverrekeningsperiode wordt toegepast op de desbetreffende BRP's, en dat wordt gebruikt voor het berekenen van de onbalans van deze BRP's;

(15)   „toegewezen volume”: een fysiek in het systeem geïnjecteerd of uit het systeem afgenomen energievolume dat wordt toegeschreven aan een BRP, voor het berekenen van de onbalans van die BRP;

(16)   „positie”: het opgegeven energievolume van een BRP dat wordt gebruikt voor het berekenen van zijn onbalans;

(17)   „self-dispatchingmodel”: een programmerings- en dispatchingmodel waarbij de opwekkings- en verbruiksplannen, alsook de dispatching van elektriciteitsopwekkingsinstallaties en verbruikersinstallaties, worden bepaald door de programmeringsverantwoordelijken van die installaties;

(18)   „centraal dispatchingmodel”: een programmerings- en dispatchingmodel waarbij de opwekkings- en verbruiksplannen, alsook de dispatching van elektriciteitsopwekkingsinstallaties en verbruikersinstallaties, wat inzetbare installaties betreft, worden bepaald door een TSB binnen het geïntegreerde programmeringsproces;

(19)   „geïntegreerd programmeringsproces”: een iteratief proces dat minstens gebruik maakt van biedingen voor het geïntegreerde programmeringsproces die commerciële gegevens en complexe technische gegevens van individuele elektriciteitsopwekkingsinstallaties of verbruikersinstallaties bevatten en ook expliciet melding maken van de opstartkenmerken, de laatste voorzieningszekerheidsanalyse van de regelzone en de operationele veiligheidsgrenzen, als input in het proces;

(20)   „gate-sluitingstijd van het geïntegreerde programmeringsproces” of „ISP-GCT” (Integrated Scheduling Process Gate Closure Time): het tijdstip waarop het niet langer is toegestaan biedingen voor het geïntegreerde programmeringsproces in te dienen of bij te werken voor de desbetreffende iteraties van het geïntegreerde programmeringsproces;

(21)   „TSB-TSB-model”: een model voor de uitwisseling van balanceringsdiensten waarin de BSP balanceringsdiensten verstrekt aan zijn connecterende TSB, die vervolgens deze balanceringsdiensten verstrekt aan de verzoekende TSB;

(22)   „connecterende TSB”: de TSB die actief is in de programmeringszone waarin BSP's en BRP's moeten voldoen aan de voorwaarden voor balancering;

(23)   „uitwisseling van balanceringsdiensten”: uitwisseling van balanceringsenergie, uitwisseling van balanceringscapaciteit, of beide;

(24)   „uitwisseling van balanceringsenergie”: de activering van biedingen voor balanceringsenergie voor de levering van balanceringsenergie aan een TSB in een andere programmeringszone dan die waarin de geactiveerde BSP is aangesloten;

(25)   „uitwisseling van balanceringscapaciteit”: de levering van balanceringscapaciteit aan een TSB in een andere programmeringszone dan die waarin de BSP van wie balanceringsdiensten worden gekocht, is aangesloten;

(26)   „overdracht van balanceringscapaciteit”: een overdracht van balanceringscapaciteit van de oorspronkelijke gecontracteerde BSP aan een andere BSP;

(27)   „gate-sluitingstijd voor balanceringsenergie” of „BE-GCT” (Balancing Energy Gate Closure Time): het tijdstip waarop het niet langer is toegestaan biedingen voor balanceringsenergie in te dienen of bij te werken voor een standaardproduct op een gemeenschappelijke biedladder;

(28)   „standaardproduct”: een geharmoniseerd balanceringsproduct dat door alle TSB's is gedefinieerd voor de uitwisseling van balanceringsdiensten;

(29)   „voorbereidingsperiode”: de periode tussen het verzoek door de connecterende TSB in het geval van TSB-TSB-model of door de gecontracteerde TSB in het geval van TSB-BSP-model, en de start van de op- en afregelperiode;

(30)   „volledige activeringstijd”: de periode tussen het activeringsverzoek door de connecterende TSB in het geval van TSB-TSB-model of door de gecontracteerde TSB in het geval van TSB-BSP-model en de overeenkomstige volledige levering van het desbetreffende product;

(31)   „deactiveringsperiode”: de periode die nodig is voor de ramping van volledige levering naar een vastgesteld punt, of voor de op- en afregeling van volledige afname tot een vastgesteld punt;

(32)   „leveringsperiode”: de periode waarin de BSP de volledige gevraagde wijziging van de vermogensinjectie in het systeem of de volledige gevraagde wijziging van afname uit het systeem uitvoert;

(33)   „geldigheidsduur”: de periode waarin de door de BSP aangeboden balanceringsenergie kan worden geactiveerd, waarbij alle kenmerken van het product worden gerespecteerd. De geldigheidsduur wordt gedefinieerd door een begin- en eindtijd;

(34)   „wijze van activering”: de wijze waarop balanceringsenergiebiedingen worden geactiveerd. Dit kan manueel of automatisch gebeuren, al naargelang de balanceringsenergie manueel door een operator of automatisch en met een terugkoppelingslus wordt geactiveerd;

(35)   „verdeelbaarheid”: de mogelijkheid waarover een TSB beschikt om slechts een gedeelte van de door een BSP aangeboden balanceringsenergie of balanceringscapaciteit te gebruiken, in termen van geactiveerd vermogen of tijdsduur;

(36)   „specifiek product”: een product dat verschilt van een standaardproduct;

(37)   „gemeenschappelijke biedladder”: een lijst van balanceringsenergiebiedingen, gerangschikt in volgorde van hun biedprijzen, die gebruikt wordt voor de activering van die biedingen;

(38)   „gate-sluitingstijd voor de indiening van energiebiedingen door een TSB”: het laatste tijdstip waarop een connecterende TSB de door een BSP ingediende balanceringsenergiebiedingen kan doorsturen naar de activeringsoptimaliseringsfunctie;

(39)   „activeringsoptimaliseringsfunctie”: de functie voor het bedienen van het algoritme dat wordt toegepast om de activering van balanceringsenergiebiedingen te optimaliseren;

(40)   „onbalansnettingsprocesfunctie”: de functie voor het toepassen van het algoritme voor de netting van onbalansen;

(41)   „functie voor TSB-TSB-verrekening”: de functie voor het verrekenen van samenwerkingsprocessen tussen de TSB's”;

(42)   „functie voor optimalisering van de capaciteitsinkoop”: de functie voor het toepassen van het algoritme voor de optimalisering van de inkoop van balanceringscapaciteit voor TSB's die balanceringscapaciteit uitwisselen;

(43)   „TSB-BSP-model”: een model voor de uitwisseling van balanceringsdiensten waarbij de BSP rechtstreeks balanceringsdiensten aanbiedt aan de gecontracteerde TSB, die vervolgens deze balanceringsdiensten aanbiedt aan de verzoekende TSB;

(44)   „gecontracteerde TSB”: de TSB die een contract voor balanceringsdiensten heeft gesloten met een BSP in een andere programmeringszone;

(45)   „verzoekende TSB”: de TSB die verzoekt om de levering van balanceringsenergie.

Artikel 3

Doelstellingen en regelgevende aspecten

1.   Met deze verordening worden de volgende doelstellingen nagestreefd:

a)

effectieve mededinging, non-discriminatie en transparantie op de balanceringsmarkten bevorderen;

b)

de efficiëntie van balancering en van de Europese en nationale balanceringsmarkten verbeteren;

c)

de balanceringsmarkten integreren en de mogelijkheden voor de uitwisseling van balanceringsdiensten bevorderen, en tegelijk bijdragen tot de operationele veiligheid;

d)

bijdragen tot de efficiënte langetermijnexploitatie en -ontwikkeling van het elektriciteitstransmissiesysteem en de elektriciteitssector in de Unie, en tegelijk de efficiënte en consistente werking van day-aheadmarkten, intradaymarkten en balanceringsmarkten vergemakkelijken;

e)

ervoor zorgen dat de inkoop van balanceringsdiensten eerlijk, objectief, transparant en marktgebaseerd is, dat geen ongeoorloofde belemmeringen voor nieuwe marktdeelnemers worden gecreëerd, dat de liquiditeit van balanceringsmarkten wordt bevorderd en dat ongeoorloofde verstoringen op de interne markt voor elektriciteit worden voorkomen;

f)

de deelname van vraagrespons vergemakkelijken, met inbegrip van aggregatiefaciliteiten en energieopslag, en er tegelijk voor zorgen dat zij concurreren met andere balanceringsdiensten op een gelijk speelveld en, voor zover nodig, onafhankelijk optreden als ze één verbruikersinstallatie bedienen;

g)

de deelname van hernieuwbare energiebronnen vergemakkelijken en bijdragen tot de verwezenlijking van de doelstelling van de Europese Unie betreffende de doorbraak van hernieuwbare energiebronnen.

2.   Bij de toepassing van deze verordening zorgen de lidstaten, relevante regulerende instanties en systeembeheerders ervoor dat zij:

a)

de beginselen van evenredigheid en niet-discriminatie toepassen;

b)

de transparantie waarborgen;

c)

het beginsel toepassen van optimalisering tussen de hoogste totale efficiëntie en laagste totale kosten voor alle betrokken partijen;

d)

erop toezien dat TSB's zo veel mogelijk gebruikmaken van marktgebaseerde mechanismen om de veiligheid en stabiliteit van het netwerk te garanderen;

e)

erop toezien dat de ontwikkeling van de forward-, de day-ahead- en intradaymarkten niet in het gedrang komt;

f)

de aan de relevante TSB toegewezen verantwoordelijkheid respecteren om de systeemveiligheid te waarborgen, inclusief als vereist door de nationale wetgeving;

g)

de relevante DSB's raadplegen en rekening houden met de potentiële effecten op hun systemen;

h)

rekening houden met de overeengekomen Europese normen en technische specificaties.

Artikel 4

Voorwaarden en methodologieën van TSB's

1.   De TSB's ontwikkelen de bij deze verordening vereiste voorwaarden of methodologieën en dienen die ter goedkeuring in bij de relevante regulerende instanties overeenkomstig artikel 37 van Richtlijn 2009/72/EG, binnen de bij deze verordening vastgestelde termijnen.

2.   Wanneer een voorstel voor de voorwaarden of methodologieën overeenkomstig deze verordening door meer dan één TSB moet worden opgesteld en overeengekomen, werken de desbetreffende TSB's nauw samen. Met de assistentie van het ENTSO-E stellen de TSB's de relevante regulerende instanties en het Agentschap op gezette tijden in kennis van de voortgang bij de opstelling van deze voorwaarden of methodologieën.

3.   Wanneer de TSB's geen overeenstemming bereiken over voorstellen voor voorwaarden of methodologieën overeenkomstig artikel 5, lid 2, nemen zij een besluit bij gekwalificeerde meerderheid van stemmen. Een gekwalificeerde meerderheid voor voorstellen overeenkomstig artikel 5, lid 2, vergt een meerderheid van:

a)

TSB's die ten minste 55 % van de lidstaten vertegenwoordigen, en

b)

TSB's die lidstaten vertegenwoordigen die ten minste 65 % van de bevolking van de Unie vertegenwoordigen.

TSB's die ten minste vier lidstaten vertegenwoordigen, vormen een blokkeringsminderheid voor besluiten overeenkomstig artikel 5, lid 2; als er geen blokkeringsminderheid is, wordt de gekwalificeerde meerderheid geacht te zijn bereikt.

4.   Wanneer de betrokken regio's meer dan vijf lidstaten omvatten en de TSB's het niet eens worden over voorstellen voor voorwaarden of methodologieën overeenkomstig artikel 5, lid 3, nemen zij een besluit bij gekwalificeerde meerderheid van stemmen. Een gekwalificeerde meerderheid voor voorstellen overeenkomstig artikel 5, lid 3, vergt een meerderheid van:

a)

TSB's die ten minste 72 % van de betrokken lidstaten vertegenwoordigen, en

b)

TSB's die ten minste 65 % van de bevolking van het betrokken gebied vertegenwoordigen.

Een blokkeringsminderheid voor besluiten overeenkomstig artikel 5, lid 3, wordt gevormd door TSB's die meer dan 35 % van de bevolking van de deelnemende lidstaten vertegenwoordigen, plus TSB's die ten minste één extra betrokken lidstaat vertegenwoordigen; als er geen blokkeringsminderheid is, wordt de gekwalificeerde meerderheid geacht te zijn bereikt.

5.   TSB's die beslissen over voorstellen voor voorwaarden of methodologieën overeenkomstig artikel 5, lid 3, met betrekking tot regio's die zijn samengesteld uit maximaal vijf lidstaten, stellen hun besluiten vast op basis van consensus.

6.   Voor TSB-besluiten overeenkomstig leden 3 en 4 beschikt elke lidstaat over één stem. Als er op het grondgebied van een lidstaat meer dan één TSB is, verdeelt die lidstaat de stembevoegdheden over de TSB's.

7.   Wanneer de TSB's hebben nagelaten om binnen de bij deze verordening vastgestelde termijnen een voorstel voor voorwaarden of methodologieën in te dienen bij de relevante regulerende instanties, zenden zij de relevante regulerende instanties en het Agentschap de relevante ontwerpen van de voorwaarden of methodologieën toe en verduidelijken zij waarom geen overeenstemming is bereikt. Het Agentschap stelt de Commissie in kennis van deze informatie en voert, in samenwerking met de relevante regulerende instanties en op verzoek van de Commissie, een onderzoek uit naar de redenen voor dit gebrek aan overeenstemming en stelt de Commissie op de hoogte van de resultaten daarvan. De Commissie neemt passende maatregelen om de vaststelling van de vereiste voorwaarden of methodologieën mogelijk te maken binnen een termijn van vier maanden na ontvangst van de informatie van het Agentschap.

Artikel 5

Goedkeuring van voorwaarden en methodologieën van TSB's

1.   Elke relevante regulerende instantie overeenkomstig artikel 37 van Richtlijn 2009/72/EG keurt de voorwaarden of methodologieën goed die overeenkomstig de leden 2, 3 en 4 door TSB's worden opgesteld.

2.   De voorstellen voor de volgende voorwaarden of methodologieën worden ter goedkeuring voorgelegd aan alle regulerende instanties:

a)

het kader voor de oprichting van de Europese platforms overeenkomstig artikel 20, lid 1, artikel 21, lid 1, en artikel 22, lid 1;

b)

de wijzigingen van het kader voor de oprichting van de Europese platforms overeenkomstig artikel 20, lid 5, en artikel 21, lid 5;

c)

de standaardproducten voor balanceringscapaciteit overeenkomstig artikel 25, lid 2;

d)

de classificatiemethode voor de activering van balanceringsenergiebiedingen overeenkomstig artikel 29, lid 3;

e)

de beoordeling van de eventuele verhoging van het minimumvolume aan balanceringsenergiebiedingen die worden doorgestuurd naar de Europese platforms overeenkomstig artikel 29, lid 11;

f)

de prijsstellingsmethoden voor balanceringsenergie en zoneoverschrijdende capaciteit voor zowel de uitwisseling van balanceringsenergie als de toepassing van het onbalansnettingsproces overeenkomstig artikel 30, leden 1 en 5;

g)

de harmonisering van de methodologie voor de toewijzing van zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves overeenkomstig artikel 38, lid 3;

h)

de methodologie voor een gecoöptimaliseerd toewijzingsproces van zoneoverschrijdende capaciteit overeenkomstig artikel 40, lid 1;

i)

de TSB-TSB-verrekeningsregels voor de beoogde uitwisseling van energie overeenkomstig artikel 50, lid 1;

j)

de harmonisering van de belangrijkste kenmerken van de verrekening van onbalansen overeenkomstig artikel 52, lid 2;

de lidstaten kunnen een advies over deze voorstellen indienen bij de desbetreffende regulerende instantie.

3.   De voorstellen voor de volgende voorwaarden of methodologieën worden ter goedkeuring voorgelegd aan alle regulerende instanties van de betrokken regio:

a)

het kader voor de oprichting van het Europees platform voor vervangingsreserves overeenkomstig artikel 19, lid 1, voor het geografische gebied dat alle TSB's omvat die het reservevervangingsproces uitvoeren overeenkomstig deel IV van Verordening (EU) 2017/1485;

b)

de gemeenschappelijke en geharmoniseerde regels en het proces voor de uitwisseling en inkoop van balanceringscapaciteit overeenkomstig artikel 33, lid 1, voor het geografische gebied dat twee of meer TSB's omvat die balanceringscapaciteit uitwisselen of wederzijds bereid zijn balanceringscapaciteit uit te wisselen;

c)

de methodologie voor de berekening van de waarschijnlijkheid van het beschikbaar zijn van zoneoverschrijdende capaciteit na de gate-sluitingstijd van de zoneoverschrijdende intradaymarkt overeenkomstig artikel 33, lid 6, voor het geografische gebied van TSB's die balanceringscapaciteit uitwisselen;

d)

de vrijstelling waarbij BSP's geen toestemming krijgen om hun verplichtingen om balanceringscapaciteit ter beschikking te stellen, over te dragen overeenkomstig artikel 34, lid 1, voor het geografische gebied waarin de inkoop van balanceringscapaciteit heeft plaatsgevonden;

e)

de toepassing van een TSB-BSP-model overeenkomstig artikel 35, lid 1, in een geografisch gebied dat twee of meer TSB's omvat;

f)

de methodologie voor de berekening van zoneoverschrijdende capaciteit overeenkomstig artikel 37, lid 3, voor elke capaciteitsberekeningsregio;

g)

in een geografisch gebied dat uit twee of meer TSB's bestaat: de toepassing van het proces voor de toewijzing van zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves overeenkomstig artikel 38, lid 1;

h)

voor elke capaciteitsberekeningsregio: de methodologie voor een marktgebaseerd toewijzingsproces van zoneoverschrijdende capaciteit overeenkomstig artikel 41, lid 1;

i)

voor elke capaciteitsberekeningsregio: de methodologie voor een proces voor de toewijzing van zoneoverschrijdende capaciteit op basis van een analyse van de economische efficiëntie en de lijst van elke individuele toewijzing van zoneoverschrijdende capaciteit op basis van een analyse van de economische efficiëntie overeenkomstig artikel 42, leden 1 en 5;

j)

de regels voor verrekening van alle intentionele uitwisselingen van energie tussen TSB's overeenkomstig artikel 50, lid 3, voor het geografische gebied dat alle TSB's omvat die intentioneel energie uitwisselen binnen een synchrone zone;

k)

de regels voor TSB-TSB-verrekening van alle intentionele uitwisselingen van energie tussen TSB's overeenkomstig artikel 50, lid 4, voor het geografische gebied dat alle asynchroon geconnecteerde TSB's omvat die intentioneel energie uitwisselen;

l)

de regels voor TSB-TSB-verrekening van niet-intentionele uitwisselingen van energie overeenkomstig artikel 51, lid 1, voor elk synchroon gebied;

m)

de regels voor TSB-TSB-verrekening van niet-intentionele uitwisselingen van energie tussen TSB's overeenkomstig artikel 51, lid 2, voor het geografische gebied dat alle asynchroon geconnecteerde TSB's omvat;

n)

de vrijstelling, op het niveau van een synchrone zone, van de harmonisering van de perioden voor onbalansverrekening overeenkomstig artikel 53, lid 2;

o)

de beginselen voor balanceringsalgoritmen overeenkomstig artikel 58, lid 3, voor het geografische gebied dat twee of meer TSB's omvat die balanceringscapaciteit uitwisselen;

de lidstaten kunnen een advies over deze voorstellen indienen bij de desbetreffende regulerende instantie.

4.   De voorstellen voor de volgende voorwaarden of methodologieën worden per geval ter goedkeuring voorgelegd aan alle regulerende instanties van elke betrokken lidstaat:

a)

de vrijstelling van de verplichting om informatie bekend te maken over de prijzen in balanceringsenergiebiedingen of balanceringscapaciteitsbiedingen omdat de TSB vreest dat dit tot marktmisbruik kan leiden, zoals bepaald in artikel 12, lid 4;

b)

voor zover van toepassing, de methodologie voor de toewijzing van kosten die voortvloeien uit acties die door DSB's zijn ondernomen, zoals bepaald in artikel 15, lid 3;

c)

de voorwaarden voor balancering, zoals bepaald in artikel 18;

d)

de definitie en het gebruik van specifieke producten overeenkomstig artikel 26, lid 1;

e)

de beperking van het aantal biedingen die naar de Europese platforms worden doorgestuurd overeenkomstig artikel 29, lid 10;

f)

de vrijstelling voor de afzonderlijke inkoop van balanceringscapaciteit voor op- en afregeling overeenkomstig artikel 32, lid 3;

g)

voor zover van toepassing, het aanvullende verrekeningsmechanisme — dat los staat van de onbalansverrekening — voor de verrekening van de inkoopkosten van balanceringscapaciteit, de administratieve kosten en andere kosten met betrekking tot balancering met BRP's, zoals bepaald in artikel 44, lid 3;

h)

de vrijstellingen van een of meer bepalingen van deze verordening, zoals bepaald in artikel 62, lid 2;

i)

de kosten met betrekking tot de verplichtingen die worden opgelegd aan systeembeheerders of derden aan wie verantwoordelijkheden zijn toegewezen overeenkomstig deze verordening, overeenkomstig artikel 8, lid 1;

de lidstaten kunnen een advies over deze voorstellen indienen bij de desbetreffende regulerende instantie.

5.   Het voorstel voor de voorwaarden of methodologieën omvat een voorgesteld tijdschema voor de implementatie ervan en een beschrijving van het verwachte effect ervan op de doelstellingen van deze verordening. De implementatietermijn mag niet langer zijn dan twaalf maanden na de goedkeuring door de relevante regulerende instanties, behalve als alle regulerende instanties overeenkomen om de implementatietermijn te verlengen of als andere termijnen worden voorgeschreven in deze verordening. Voorstellen betreffende voorwaarden of methodologieën die ter goedkeuring aan verschillende of aan alle regulerende instanties moeten worden voorgelegd, worden bij het Agentschap ingediend op hetzelfde tijdstip als dat van indiening bij de regulerende instanties. Op verzoek van de relevante regulerende instanties brengt het Agentschap binnen een termijn van drie maanden advies uit over de voorstellen voor voorwaarden of methodologieën.

6.   Wanneer de vaststelling van de voorwaarden of methodologieën een besluit van meer dan één regulerende instantie vergt, raadplegen de relevante regulerende instanties elkaar en werken zij in nauw overleg samen teneinde overeenstemming te bereiken. Wanneer het Agentschap advies uitbrengt, dienen de relevante regulerende instanties dat advies in aanmerking te nemen. De regulerende instanties nemen besluiten betreffende de overeenkomstig de leden 2 en 3 ingediende voorwaarden of methodologieën binnen een termijn van zes maanden na de ontvangst van de voorwaarden of methodologieën door de relevante regulerende instantie of, indien van toepassing, door de laatste betrokken relevante regulerende instantie.

7.   Wanneer de relevante regulerende instanties niet binnen de in lid 6 genoemde termijn tot overeenstemming zijn gekomen, of op hun gezamenlijk verzoek, stelt het Agentschap binnen een termijn van zes maanden na de datum van de verwijzing een besluit vast betreffende de ingediende voorstellen voor voorwaarden of methodologieën, overeenkomstig artikel 8, lid 1, van Verordening (EG) nr. 713/2009.

8.   Het staat iedere partij vrij om tegen een systeembeheerder of TSB in verband met de uit deze verordening voortvloeiende verplichtingen of besluiten van die systeembeheerder of TSB een klacht in te dienen bij de relevante regulerende instantie die, handelend als geschillenbeslechtingsautoriteit, binnen twee maanden na ontvangst van de klacht een besluit neemt. Wanneer de relevante regulerende instantie aanvullende informatie vraagt, kan die termijn met nog eens twee maanden worden verlengd. Met de instemming van de indiener van de klacht kan die verlengingsperiode nogmaals worden verlengd. Het besluit van de relevante regulerende instantie is bindend tenzij en totdat het in beroep wordt herroepen.

Artikel 6

Wijzigingen van voorwaarden of methodologieën van TSB's

1.   Wanneer één of meer regulerende instanties overeenkomstig artikel 37 van Richtlijn 2009/72/EG een wijziging eisen teneinde de overeenkomstig de leden 2, 3 en 4 van artikel 5 ingediende voorwaarden of methodologieën te kunnen goedkeuren, dienen de desbetreffende TSB's uiterlijk twee maanden na ontvangst van het wijzigingsverzoek van de relevante regulerende instantie(s) ter goedkeuring een voorstel voor gewijzigde voorwaarden of methodologieën in. De relevante regulerende instanties nemen een besluit over de gewijzigde voorwaarden of methodologieën binnen een termijn van twee maanden na de indiening ervan.

2.   Wanneer de relevante regulerende instanties binnen die termijn van twee maanden geen overeenstemming hebben kunnen bereiken over de gewijzigde voorwaarden of methodologieën, of op hun gezamenlijk verzoek, stelt het Agentschap binnen een termijn van zes maanden een besluit vast betreffende de gewijzigde voorwaarden of methodologieën, overeenkomstig artikel 8, lid 1, van Verordening (EG) nr. 713/2009. Indien de desbetreffende TSB's geen voorstel voor gewijzigde voorwaarden of methodologieën indienen, geldt de procedure van artikel 4.

3.   De TSB's die verantwoordelijk zijn voor het opstellen van een voorstel voor voorwaarden of methodologieën, of de regulerende instanties die verantwoordelijk zijn voor de vaststelling daarvan overeenkomstig artikel 5, leden 2, 3 en 4, kunnen verzoeken die voorwaarden of methodologieën te wijzigen. De voorstellen voor wijzigingen van de voorwaarden of methodologieën worden overeenkomstig de procedure van artikel 10 ter raadpleging voorgelegd en worden goedgekeurd overeenkomstig de in de artikelen 4 en 5 uiteengezette procedure.

Artikel 7

Bekendmaking van voorwaarden en methodologieën op internet

De TSB's die verantwoordelijk zijn voor het vaststellen van de voorwaarden of methodologieën overeenkomstig deze verordening, maken die bekend op internet na de goedkeuring door de relevante regulerende instanties of, wanneer een dergelijke goedkeuring niet vereist is, na de vaststelling ervan, behalve wanneer dergelijke informatie overeenkomstig artikel 11 als vertrouwelijk wordt beschouwd.

Artikel 8

Restitutie van kosten

1.   Kosten die verband houden met de verplichtingen die worden opgelegd aan systeembeheerders of derden aan wie verantwoordelijkheden zijn toegewezen overeenkomstig deze verordening worden geanalyseerd door de relevante regulerende instanties overeenkomstig artikel 37 van Richtlijn 2009/72/EG.

2.   Kosten die door de relevante regulerende instantie als redelijk, efficiënt en evenredig worden beschouwd, worden teruggewonnen via netwerktarieven of andere passende mechanismen, als bepaald door de relevante regulerende instanties.

3.   Wanneer daar door de relevante regulerende instanties om wordt verzocht, verstrekken de systeembeheerders of entiteiten waaraan verantwoordelijkheden zijn toegekend, binnen een termijn van drie maanden na dit verzoek de informatie die vereist is om een analyse van de gemaakte kosten mogelijk te maken.

4.   De marktdeelnemers dragen zelf alle kosten die zij maken om de eisen van deze verordening na te leven.

Artikel 9

Inbreng van belanghebbenden

In nauwe samenwerking met het ENTSO-E organiseert het Agentschap de inbreng van belanghebbenden met betrekking tot de balanceringsmarkt en andere aspecten van de tenuitvoerlegging van deze verordening. Dit houdt in dat geregeld met de belanghebbenden wordt vergaderd om problemen te identificeren en verbeteringen voor te stellen in verband met de integratie van de balanceringsmarkt.

Artikel 10

Openbare raadpleging

1.   De TSB's die overeenkomstig deze verordening verantwoordelijk zijn voor het indienen van voorstellen voor voorwaarden of methodologieën of voor de wijziging daarvan overeenkomstig deze verordening, raadplegen de belanghebbenden, inclusief de relevante autoriteiten van elke lidstaat, over de ontwerpvoorstellen voor voorwaarden of methodologieën en andere uitvoeringsmaatregelen; een dergelijke raadpleging duurt minstens één maand.

2.   De raadpleging duurt minstens één maand, behalve voor de ontwerpvoorstellen overeenkomstig de punten a), b), c), d), e), f), g), h) en j) van artikel 5, lid 2, waarvoor de raadpleging minstens twee maanden duurt.

3.   Minstens voor de voorstellen overeenkomstig de punten a), b), c), d), e), f), g) en j) van artikel 5, lid 2, wordt op Europees niveau een openbare raadpleging gehouden.

4.   Minstens voor de voorstellen overeenkomstig de punten a), b), c), d), e), f), g), h), i), n) en o) van artikel 5, lid 3, wordt op het desbetreffende regionale niveau een openbare raadpleging gehouden.

5.   Minstens voor de voorstellen overeenkomstig de punten a), b), c), d), e), f), g) en i) van artikel 5, lid 4, wordt in elke betrokken lidstaat een openbare raadpleging gehouden.

6.   De TSB's die verantwoordelijk zijn voor het voorstel voor voorwaarden of methodologieën houden voorafgaand aan de indiening van dat voorstel ter goedkeuring door de regulerende instantie rekening met de standpunten van de belanghebbenden zoals die naar voren zijn gekomen in de raadpleging overeenkomstig de leden 2 tot en met 5. In alle gevallen wordt bij de indiening van een voorstel voor voorwaarden of methodologieën een deugdelijke rechtvaardiging voor het al dan niet in dat voorstel opnemen van de uit de raadpleging voortgekomen standpunten gegeven; deze rechtvaardiging wordt tijdig, voorafgaand aan of gelijktijdig met de publicatie van het voorstel voor voorwaarden of methodologieën, gepubliceerd.

Artikel 11

Vertrouwelijkheidsverplichtingen

1.   Alle uit hoofde van deze verordening ontvangen, uitgewisselde of doorgegeven vertrouwelijke informatie valt onder de in de leden 2, 3 en 4 neergelegde voorwaarden inzake het beroepsgeheim.

2.   Het beroepsgeheim geldt voor elke persoon op wie het bepaalde in deze verordening van toepassing is.

3.   Vertrouwelijke informatie waarvan de in lid 2 bedoelde personen of regulerende instanties beroepshalve kennis krijgen, mag aan geen enkele andere persoon of instantie worden bekendgemaakt, onverminderd de gevallen die onder de nationale wetgeving, onder de overige bepalingen van deze verordening of onder andere relevante Uniewetgeving vallen.

4.   Onverminderd de gevallen die onder de nationale wetgeving of Uniewetgeving vallen, mogen regulerende instanties en lichamen of personen die vertrouwelijke informatie in het kader van deze verordening ontvangen, deze informatie uitsluitend gebruiken om hun functies uit hoofde van deze verordening uit te oefenen, indien de eigenaar van deze informatie schriftelijke toestemming heeft gegeven.

Artikel 12

Publicatie van informatie

1.   Alle in artikel 1, lid 2, vermelde entiteiten verstrekken de TSB's alle relevante informatie om hun in leden 3, 4 en 5 vastgestelde verplichtingen na te komen.

2.   Alle in artikel 1, lid 2, vermelde entiteiten zien erop toe dat de informatie in leden 3, 4 en 5 wordt gepubliceerd op een tijdstip en in een formaat dat geen werkelijk of potentieel concurrentievoordeel of -nadeel creëert voor welke persoon of onderneming dan ook.

3.   Elke TSB publiceert de volgende informatie zodra ze erover beschikt:

a)

informatie over de actuele systeembalans van zijn programmeringszone(s), zo snel mogelijk en uiterlijk 30 minuten na realtime;

b)

informatie over alle balanceringsenergiebiedingen in zijn programmeringszone(s), indien nodig geanonimiseerd, uiterlijk 30 minuten na het einde van de relevante markttijdseenheid. Deze informatie omvat:

i)

het soort product;

ii)

de geldigheidsduur;

iii)

aangeboden volumes;

iv)

aangeboden prijzen;

v)

informatie over de vraag of de bieding onbeschikbaar werd verklaard;

c)

informatie over de vraag of de balanceringsenergiebieding werd geconverteerd van een specifiek product of van een geïntegreerd programmeringsproces, uiterlijk 30 minuten na het einde van de relevante markttijdseenheid;

d)

informatie over de wijze waarop balanceringsenergiebiedingen op basis van specifieke producten of een geïntegreerd programmeringsproces werden geconverteerd in balanceringsenergiebiedingen van standaardproducten, uiterlijk 30 minuten na het einde van de relevante markttijdseenheid;

e)

geaggregeerde informatie over balanceringsenergiebiedingen, uiterlijk 30 minuten na het einde van de relevante markttijdseenheid, met inbegrip van:

i)

het totale volume van aangeboden balanceringsenergiebiedingen;

ii)

het totale volume van aangeboden balanceringsenergiebiedingen, opgesplitst per type reserves;

iii)

het totale volume van aangeboden en geactiveerde balanceringsenergiebiedingen, opgesplitst in standaardproducten en specifieke producten;

iv)

het volume aan onbeschikbare biedingen, opgesplitst per type reserves;

f)

informatie over aangeboden balanceringscapaciteit en aangeboden prijzen van balanceringscapaciteit, voor zover nodig geanonimiseerd, uiterlijk één uur nadat de resultaten van de inkoop zijn meegedeeld aan de bieders;

g)

de in artikel 18 bedoelde oorspronkelijke voorwaarden voor balancering, minstens één maand vóór de toepassing, en eventuele wijzigingen van de voorwaarden onmiddellijk na de goedkeuring door de relevante regulerende instantie overeenkomstig artikel 37 van Richtlijn 2009/72/EG;

h)

informatie over de toewijzing van zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves overeenkomstig artikel 38, uiterlijk 24 uur na de toewijzing en uiterlijk 6 uur vóór het gebruik van de toegewezen zoneoverschrijdende capaciteit:

i)

de datum en het tijdstip waarop het toewijzingsbesluit is genomen;

ii)

de periode van de toewijzing;

iii)

de toegewezen volumes;

iv)

de marktwaarden die gebruikt zijn als basis voor het toewijzingsproces overeenkomstig artikel 39;

i)

informatie over het gebruik van toegewezen zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves overeenkomstig artikel 38, uiterlijk één week na het gebruik van de toegewezen zoneoverschrijdende capaciteit:

i)

het volume van de toegewezen en gebruikte zoneoverschrijdende capaciteit per markttijdseenheid;

ii)

het volume van de vrijgegeven zoneoverschrijdende capaciteit voor verdere tijdsbestekken, per markttijdseenheid;

iii)

de geraamde gerealiseerde kosten en baten van het toewijzingsproces;

j)

de in de artikelen 40, 41 en 42 bedoelde goedgekeurde methodologieën, minstens één maand vóór de toepassing;

k)

een beschrijving van de eisen van elk ontwikkeld algoritme, zoals bedoeld in artikel 58, en de wijzigingen daarvan, minstens één maand vóór de toepassing;

l)

het in artikel 59 bedoelde gemeenschappelijk jaarverslag.

4.   Mits daarvoor goedkeuring wordt verleend overeenkomstig artikel 18, mag een TSB de publicatie van informatie over aangeboden prijzen en volumes in balanceringscapaciteitsbiedingen of balanceringsenergiebiedingen achterwege laten als dit gerechtvaardigd is om marktmisbruik te voorkomen en als het niet schadelijk is voor de effectieve werking van de elektriciteitsmarkten. Een TSB meldt minstens één keer per jaar aan de relevante regulerende instantie overeenkomstig artikel 37 van Richtlijn 2009/72/EG of hij de publicatie van informatie achterwege heeft gelaten.

5.   Uiterlijk twee jaar na de inwerkingtreding van deze verordening publiceert elke TSB de in lid 3 bedoelde informatie in een gezamenlijk overeengekomen geharmoniseerd formaat, ten minste op het overeenkomstig artikel 3 van Verordening (EU) nr. 543/2013 opgerichte platform voor informatietransparantie. Uiterlijk vier maanden na de inwerkingtreding van deze verordening actualiseert ENTSO-E de in artikel 5 van Verordening (EU) nr. 543/2013 bedoelde procedurele handleiding en legt het deze ter advies voor aan het Agentschap; het Agentschap verstrekt zijn advies binnen twee maanden.

Artikel 13

Delegatie en toewijzing van taken

1.   Een TSB kan zijn in het kader van deze verordening toegewezen taken geheel of gedeeltelijk delegeren aan één of meer derde partijen op voorwaarde dat die derde partij de desbetreffende taken ten minste even doeltreffend kan uitoefenen als de delegerende TSB. De delegerende TSB blijft verantwoordelijk voor het waarborgen van de inachtneming van de verplichtingen uit hoofde van deze verordening, met inbegrip van het waarborgen van de toegang tot de vereiste informatie ten behoeve van monitoring door de relevante regulerende instanties overeenkomstig artikel 37 van Richtlijn 2009/72/EG.

2.   Voorafgaand aan de delegatie moet de betrokken derde partij duidelijk aan de TSB aantonen dat zij in staat is de gedelegeerde taken uit te voeren.

3.   Wanneer de in deze verordening gespecificeerde taken geheel of gedeeltelijk aan een derde partij worden gedelegeerd, zorgt de TSB ervoor dat, voordat de taak wordt gedelegeerd, passende vertrouwelijkheidsregelingen overeenkomstig de vertrouwelijkheidsverplichtingen van de delegerende TSB zijn vastgesteld. Nadat de TSB zijn taken geheel of gedeeltelijk heeft gedelegeerd aan een derde partij, moet hij de relevante regulerende instantie hiervan op de hoogte stellen en dit besluit publiceren op internet.

4.   Onverminderd de taken die krachtens Richtlijn 2009/72/EG aan TSB's zijn toevertrouwd, mag een lidstaat of, voor zover van toepassing, een relevante regulerende instantie, taken of verplichtingen die overeenkomstig deze verordening aan TSB's zijn toevertrouwd, toewijzen aan één of meer derde partijen. De betrokken lidstaat of, voor zover van toepassing, de betrokken regulerende instantie mag alleen taken en verplichtingen van TSB's toewijzen die geen rechtstreekse samenwerking, gezamenlijke besluitvorming of contractuele betrekkingen met TSB's uit andere lidstaten vergen. Voorafgaand aan de toewijzing moet de betrokken derde partij duidelijk aan de lidstaat of, indien van toepassing, aan de relevante regulerende instantie aantonen dat zij in staat is de toegewezen taak uit te voeren.

5.   In het geval een lidstaat of regulerende instantie taken en verplichtingen toewijst aan een derde partij, worden verwijzingen naar een TSB in deze verordening begrepen als verwijzingen naar de entiteit waaraan de taken en verplichtingen zijn toegewezen. De relevante regulerende instantie houdt met betrekking tot alle toegewezen taken en verplichtingen regelgevend toezicht op de entiteit in kwestie.

TITEL II

ELEKTRICITEITSBALANCERINGSMARKT

HOOFDSTUK 1

Functies en verantwoordelijkheden

Artikel 14

Rol van de TSB's

1.   Elke TSB is verantwoordelijk voor het aankopen van balanceringsdiensten bij BSP's, om de operationele veiligheid te garanderen.

2.   Elke TSB past een self-dispatchingmodel toe voor het bepalen van productieprogramma's en verbruiksprogramma's. TSB's die een centraal dispatchingmodel toepassen op het ogenblik van de inwerkingtreding van deze verordening stellen de relevante regulerende instantie hiervan in kennis overeenkomstig artikel 37 van Richtlijn 2009/72/EG als zij een centraal dispatchingmodel voor het bepalen van productieprogramma's en verbruiksprogramma's willen blijven toepassen. De relevante regulerende instantie gaat na of de taken en verantwoordelijkheden van de TSB in overeenstemming zijn met de definitie van artikel 2, punt 18.

Artikel 15

Samenwerking met DSB's

1.   DSB's, TSB's, BSP's en BRP's werken samen om te zorgen voor efficiënte en effectieve balancering.

2.   Elke DSB verstrekt tijdig alle nodige informatie om onbalansen te verrekenen aan de connecterende TSB, overeenkomstig de in artikel 18 vastgestelde voorwaarden voor balancering.

3.   Elke TSB kan samen met de reserveconnecterende DSB in de regelzone van de TSB een methodologie opstellen voor de toewijzing van kosten die voortvloeien uit acties van de DSB's overeenkomstig leden 4 en 5 van artikel 182 van Verordening (EU) 2017/1485. De methodologie moet zorgen voor een eerlijke kostentoewijzing, rekening houdende met de verantwoordelijkheden van de betrokken partijen.

4.   De DSB's melden alle overeenkomstig leden 4 en 5 van artikel 182 van Verordening (EU) 2017/1485 vastgestelde grenzen die van invloed kunnen zijn op de in deze verordening uiteengezette eisen aan de connecterende TSB.

Artikel 16

Rol van BSP's

1.   Een BSP moet een kwalificatie verkrijgen om biedingen voor balanceringsenergie of balanceringscapaciteit in te dienen die geactiveerd of aangekocht worden door de connecterende TSB of, in een TSB-BSP-model, door de gecontracteerde TSB. De succesvolle voltooiing van de prekwalificatie die door de connecterende TSB wordt georganiseerd en verwerkt overeenkomstig de artikelen 159 en 162 van Verordening (EU) 2017/1485 wordt beschouwd als een voorwaarde voor de succesvolle voltooiing van het kwalificatieproces dat moet worden doorlopen om een BSP te worden, zoals bedoeld in de onderhavige verordening.

2.   Elke BSP dient bij de connecterende TSB zijn balanceringscapaciteitsbiedingen in die gevolgen hebben voor één of meer BRP's.

3.   Elke BSP die deelneemt aan het proces voor de inkoop van balanceringscapaciteit dient zijn biedingen voor balanceringscapaciteit in en heeft het recht deze te actualiseren vóór de gate-sluitingstijd van het inkoopproces.

4.   Elke BSP met een overeenkomst voor balanceringscapaciteit dient bij zijn connecterende TSB de aanbiedingen voor balanceringsenergie of aanbiedingen voor het geïntegreerde programmeringsproces in die overeenstemmen met het volume, de producten en de andere eisen die zijn uiteengezet in de overeenkomst betreffende balanceringscapaciteit.

5.   Elke BSP heeft het recht bij zijn connecterende TSB de balanceringsenergiebiedingen voor standaardproducten of specifieke producten of biedingen voor het geïntegreerd programmeringsproces in te dienen waarvoor hij met succes het prekwalificatieproces heeft doorlopen overeenkomstig de artikelen 159 en 162 van Verordening (EU) 2017/1485.

6.   De prijs van de balanceringsenergiebiedingen of biedingen voor het geïntegreerde programmeringsproces van standaardproducten en specifieke producten overeenkomstig lid 4 mag niet vooraf worden vastgelegd in een overeenkomst voor balanceringscapaciteit. Een TSB mag een uitzondering op deze regel voorstellen in het voorstel voor de voorwaarden voor de balanceringsopzet overeenkomstig artikel 18. Dergelijke uitzonderingen gelden alleen voor specifieke producten overeenkomstig artikel 26, lid 3, onder b), en gaan vergezeld van een rechtvaardiging waarin hun grotere economische efficiëntie wordt aangetoond.

7.   Er mag geen onderscheid worden gemaakt tussen balanceringsenergiebiedingen of biedingen voor het geïntegreerde programmeringsproces die zijn ingediend overeenkomstig lid 4 en balanceringsenergiebiedingen of biedingen voor het geïntegreerde programmeringsproces die zijn ingediend overeenkomstig lid 5.

8.   Voor elk product voor balanceringsenergie of balanceringscapaciteit behoren de reserveleverende eenheid, de reserveleverende groep, de verbruikersinstallatie of de derde partij en de bijbehorende BRP's overeenkomstig artikel 18, lid 4, onder d), tot dezelfde programmeringszone.

Artikel 17

Rol van BRP's

1.   Elke BRP streeft ernaar om, in realtime, gebalanceerd te zijn of het elektriciteitssysteem te helpen balanceren. De gedetailleerde eisen in verband met deze verplichting worden vastgesteld in het voorstel voor de voorwaarden voor de opzet van balancering, overeenkomstig artikel 18.

2.   Elke BRP is de financieel verantwoordelijk voor de onbalansen die moeten worden verrekend met de connecterende TSB.

3.   Voorafgaand aan de gate-sluitingstijd van de zoneoverschrijdende intradaymarkt kan elke BRP de in artikel 54 bedoelde programma's die vereist zijn om zijn positie te berekenen, wijzigen. TSB's die een centraal dispatchingmodel toepassen, mogen in de in artikel 18 bedoelde voorwaarden voor de opzet van balancering specifieke voorwaarden en regels opnemen waaraan BRP's moeten voldoen als zijn hun programma's willen wijzigen.

4.   Na de gate-sluitingstijd van de zoneoverschrijdende intradaymarkt mag elke BRP de interne commerciële programma's die vereist zijn om zijn positie te berekenen overeenkomstig artikel 54 wijzigen overeenkomstig de regels die zijn uiteengezet in de in artikel 18 bedoelde voorwaarden voor de opzet van balancering.

Artikel 18

Voorwaarden voor balancering

1.   Uiterlijk zes maanden na de inwerkingtreding van deze verordening stellen de TSB's van een lidstaat, voor alle programmeringszones van die lidstaat, een voorstel op betreffende:

a)

de voorwaarden voor BSP's;

b)

de voorwaarden voor BRP's.

Wanneer een LFC-zone bestaat uit twee of meer TSB's, kunnen alle TSB's van die LFC-zone een gemeenschappelijk voorstel opstellen, voor zover de relevante regulerende instanties dit goedkeuren.

2.   De in lid 1 bedoelde voorwaarden omvatten ook de regels voor de opschorting en herneming van marktactiviteiten overeenkomstig artikel 36 van Verordening (EU) 2017/2196, en de regels voor verrekening in geval van marktopschorting overeenkomstig artikel 39 van Verordening (EU) 2017/2196, zodra deze zijn goedgekeurd overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EU) 2017/2196.

3.   Elke TSB gaat bij de opstelling van voorstellen voor voorwaarden voor BSP's en BRP's als volgt te werk:

a)

hij pleegt overleg met de TSB's en DSB's die gevolgen kunnen ondervinden van die voorwaarden;

b)

hij neemt het kader voor de oprichting van Europese platforms voor de uitwisseling van balanceringsenergie en voor onbalansnetting, overeenkomstig de artikelen 19, 20, 21 en 22, in acht;

c)

hij betrekt andere DSB's en andere belanghebbenden bij de opstelling van het voorstel en houdt rekening met hun standpunten, onverminderd de openbare raadpleging overeenkomstig artikel 10.

4.   De voorwaarden voor BSP's:

a)

bevatten redelijke en gerechtvaardigde eisen voor het aanbieden van balanceringsdiensten;

b)

maken het mogelijk verbruikersinstallaties, energieopslaginstallaties en elektriciteitsopwekkingsinstallaties te aggregeren in een programmeringszone om balanceringsdiensten aan te bieden onder de in lid 5, onder c), vermelde voorwaarden;

c)

stellen eigenaars van verbruikersinstallaties, derde partijen, eigenaars van installaties voor de opwekking van conventionele en hernieuwbare energie en eigenaars van energieopslaginstallaties in staat om BSP's te worden;

d)

schrijven voor dat elke balanceringsenergiebieding van een BSP wordt toegewezen aan één of meer BRP's om de berekening van een onbalans overeenkomstig artikel 49 mogelijk te maken.

5.   De voorwaarden voor BSP's bevatten het volgende:

a)

de regels voor het kwalificatieproces dat moet worden doorlopen om een BSP te worden overeenkomstig artikel 16;

b)

de regels, eisen en termijnen voor de inkoop en overdracht van balanceringscapaciteit overeenkomstig de artikelen 32, 33 en 34;

c)

de regels en voorwaarden om verbruikersinstallaties, energieopslaginstallaties en elektriciteitsopwekkingsinstallaties in een programmeringszone samen te voegen teneinde een BSP te worden;

d)

de eisen betreffende de gegevens en informatie die aan de connecterende TSB en, voor zover relevant, aan de reserveconnecterende DSB moeten worden verstrekt tijdens het prekwalificatieproces en de werking van de balanceringsmarkt;

e)

de regels en voorwaarden voor de toewijzing van elke balanceringsenergiebieding van een BSP aan één of meer BRP's overeenkomstig lid 4, onder d);

f)

de eisen betreffende de gegevens en informatie die aan de connecterende TSB en, voor zover relevant, aan de reserveconnecterende DSB moeten worden verstrekt om de verlening van balanceringsdiensten overeenkomstig artikel 154, leden 1 en 8, artikel 158, lid 1, onder e), artikel 158, lid 4, onder b), artikel 161, lid 1, onder f), en artikel 161, lid 4, onder b), van Verordening (EU) 2017/1485 te evalueren;

g)

de definitie van een locatie voor elk standaardproduct en elk specifiek product, rekening houdend met lid 5, onder c);

h)

de regels voor het bepalen van het volume aan balanceringsenergie dat moet worden verrekend met de BSP, overeenkomstig artikel 45;

i)

de regels voor de verrekening van BSP's, overeenkomstig hoofdstukken 2 en 5 van titel V;

j)

een maximumperiode voor de voltooiing van de verrekening van balanceringsenergie met een BSP, overeenkomstig artikel 45, voor elke periode voor onbalansverrekening;

k)

de gevolgen van de niet-naleving van de voorwaarden die van toepassing zijn op BSP's.

6.   De voorwaarden voor BRP's bevatten het volgende:

a)

de definitie van balanceringsverantwoordelijkheid voor elke connectie, op zodanige wijze dat hiaten of overlappingen in de balanceringsverantwoordelijkheid van de verschillende marktpartijen die diensten verlenen aan die connectie worden vermeden;

b)

de eisen waaraan moet worden voldaan om BRP te worden;

c)

de eis dat alle BRP's financieel aansprakelijk zijn voor hun onbalansen, en dat de onbalansen worden verrekend met de connecterende TSB;

d)

de eisen inzake de gegevens en informatie die aan de connecterende TSB moeten worden verstrekt voor het berekenen van de onbalansen;

e)

de regels die BRP's moeten volgen om hun programma's te wijzigen vóór en na de gate-sluitingstijd van de intradaymarkt overeenkomstig leden 3 en 4 van artikel 17;

f)

de regels voor de verrekening van BRP's, overeenkomstig hoofdstuk 4 van titel V;

g)

de afbakening van een onbalanszone overeenkomstig artikel 54, lid 2, en een onbalansprijszone;

h)

een maximumperiode voor de voltooiing van de verrekening van onbalansen met BRP's voor elke periode voor onbalansverrekening overeenkomstig artikel 54;

i)

de gevolgen van de niet-naleving van de voorwaarden die van toepassing zijn op BRP's;

j)

een verplichting voor BRP's om alle wijzigingen van de positie in te dienen bij de connecterende TSB;

k)

de verrekeningsregels overeenkomstig de artikelen 52, 53, 54 en 55;

l)

voor zover deze bestaan, de bepalingen voor de uitsluiting van onbalansen van de onbalansverrekening als deze verband houden met de invoering van rampingbeperkingen om deterministische frequentieafwijkingen te beperken overeenkomstig artikel 137, lid 4, van Verordening (EU) 2017/1485.

7.   Elke connecterende TSB mag de volgende punten opnemen in het voorstel voor de voorwaarden voor BSP's of in de voorwaarden voor BRP's:

a)

de eis dat BSP's informatie verstrekken over ongebruikte opwekkingscapaciteit en andere balanceringshulpbronnen van BSP's, na de gate-sluitingstijd van de day-aheadmarkt en de gate-sluitingstijd van de zoneoverschrijdende intradaymarkt;

b)

voor zover gerechtvaardigd, de eis dat BSP's de ongebruikte productiecapaciteit of andere balanceringshulpbronnen aanbieden via balanceringsenergiebiedingen of biedingen voor het geïntegreerde programmeringsproces op de balanceringsmarkten na de gate-sluitingstijd van de day-aheadmarkt, zonder afbreuk te doen aan de mogelijkheid voor BSP's om hun balanceringsenergiebiedingen te wijzigen vóór de BE-GCT of de ISP-GCT wegens handel op de intradaymarkt;

c)

voor zover gerechtvaardigd, de eis dat BSP's de ongebruikte productiecapaciteit of andere balanceringshulpbronnen aanbieden via balanceringsenergiebiedingen of biedingen voor het geïntegreerde programmeringsproces op de balanceringsmarkten na de gate-sluitingstijd van de zoneoverschrijdende intradaymarkt;

d)

specifieke eisen met betrekking tot de positie van BRP's na het day-aheadtijdsbestek om te garanderen dat de som van hun interne en externe commerciële handelsprogramma's gelijk is aan de som van de fysieke opwekkings- en verbruiksplannen, daarbij rekening houdende met de compensatie van elektriciteitsverlies, voor zover relevant;

e)

een vrijstelling van de verplichting om informatie bekend te maken over de prijzen in balanceringsenergiebiedingen of balanceringscapaciteitsbiedingen omdat de TSB vreest dat dit tot marktmisbruik kan leiden, zoals bepaald in artikel 12, lid 4;

f)

een vrijstelling voor specifieke producten, zoals bepaald in artikel 26, lid 3, onder b), om de prijs van balanceringsenergiebiedingen vooraf vast te leggen in een overeenkomst voor balanceringscapaciteit overeenkomstig artikel 16, lid 6;

g)

een aanvraag voor het gebruik van dubbele prijsstelling voor alle onbalansen op basis van de voorwaarden die zijn vastgesteld overeenkomstig artikel 52, lid 2, onder d), punt i), gebaseerd op de methodologie voor de toepassing van dubbele prijsstelling overeenkomstig artikel 52, lid 2, onder d), punt ii).

8.   TSB's die een centraal dispatchingmodel toepassen, nemen ook de volgende punten op in hun balanceringsvoorwaarden:

a)

de ISP-GCT overeenkomstig artikel 24, lid 5;

b)

de regels voor de actualisering van de biedingen van het geïntegreerde programmeringsproces na elke ISP-GCT overeenkomstig artikel 24, lid 6;

c)

de regels voor het gebruik van biedingen van het geïntegreerde programmeringsproces vóór de BE-GCT overeenkomstig artikel 24, lid 7;

d)

de regels voor de omzetting van biedingen van het geïntegreerde programmeringsproces overeenkomstig artikel 27.

9.   Elke TSB ziet erop toe dat alle partijen de in de balanceringsvoorwaarden uiteengezette eisen nakomen binnen zijn programmeringszone(s).

HOOFDSTUK 2

Europese platforms voor de uitwisseling van balanceringsenergie

Artikel 19

Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit vervangingsreserves

1.   Uiterlijk zes maanden na de inwerkingtreding van deze verordening stellen alle TSB's die het reservevervangingsproces uitvoeren overeenkomstig deel IV van Verordening (EU) 2017/1485 een voorstel op voor het tenuitvoerleggingskader voor een Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit vervangingsreserves.

2.   Het Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit vervangingsreserves, dat wordt geëxploiteerd door TSB's of door een entiteit die de TSB's zelf oprichten, is gebaseerd op gemeenschappelijke beheersbeginselen en bedrijfsprocessen en bestaat uit minstens de activeringsoptimaliseringsfunctie en de functie voor TSB-TSB-verrekening. Dat Europees platform past een multilateraal TSB-TSB-model toe met gemeenschappelijke biedladders voor de uitwisseling van alle balanceringsenergiebiedingen van alle standaardproducten voor vervangingsreserves, behalve voor onbeschikbare biedingen overeenkomstig artikel 29, lid 14.

3.   Het voorstel in lid 1 omvat ten minste:

a)

de algemene structuur van het Europees platform;

b)

het stappenplan en de termijnen voor de implementatie van het Europees platform;

c)

de definitie van de functies die vereist zijn voor de werking van het Europees platform;

d)

de voorgestelde regels voor het beheer en de werking van het Europees platform, op basis van het beginsel van non-discriminatie en gelijke behandeling van alle TSB's die lid zijn van het platform, waarbij wordt gegarandeerd dat geen enkele TSB ongerechtvaardigde economische voordelen geniet dankzij de deelname aan de functies van het Europees platform;

e)

de voorgestelde aanwijzing van de entiteit of entiteiten die de in het voorstel gedefinieerde functies zullen uitoefenen. Als de TSB voorstelt meer dan één entiteit aan te wijzen, moet in het voorstel het volgende worden aangetoond en gerechtvaardigd:

i)

een coherente toewijzing van de functies aan de entiteiten die het Europees platform beheren. In het voorstel wordt ten volle rekening gehouden met de noodzaak om de verschillende functies die zijn toegewezen aan de entiteiten die het Europees platform beheren, te coördineren;

ii)

dat de voorgestelde opzet van het Europees platform en de toewijzing van functies de efficiëntie en effectiviteit garanderen van het beheer, de werking en het regelgevend toezicht van het Europees platform, en de doelstellingen van deze verordening ondersteunen;

iii)

een doeltreffend coördinatie- en besluitvormingsproces om eventuele tegenstrijdige standpunten van entiteiten die het Europees platform beheren, met elkaar te verzoenen;

f)

het kader voor de harmonisering van de voorwaarden voor balancering overeenkomstig artikel 18;

g)

de gedetailleerde beginselen voor het delen van de gemeenschappelijke kosten, met inbegrip van de gedetailleerde indeling van gemeenschappelijke kosten in categorieën, overeenkomstig artikel 23;

h)

de gate-sluitingstijd voor balanceringsenergie voor alle standaardproducten voor vervangingsreserves overeenkomstig artikel 24;

i)

de definitie van standaardproducten voor balanceringsenergie uit vervangingsreserves overeenkomstig artikel 25;

j)

de gate-sluitingstijd voor de indiening van energiebiedingen door TSB's overeenkomstig artikel 29, lid 13;

k)

de gemeenschappelijke biedladders die moeten worden georganiseerd door de gemeenschappelijke activeringsoptimaliseringsfunctie overeenkomstig artikel 31;

l)

de beschrijving van het algoritme voor de werking van de activeringsoptimaliseringsfunctie voor balanceringsenergiebiedingen van alle standaardproducten voor vervangingsreserves overeenkomstig artikel 58.

4.   Uiterlijk zes maanden na de goedkeuring van het voorstel voor het tenuitvoerleggingskader voor een Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit vervangingsreserves wijzen alle TSB's die het reservevervangingsproces uitvoeren overeenkomstig deel IV van Verordening (EU) 2017/1485 de voorgestelde entiteit of entiteiten aan die bevoegd zijn voor het beheer van het Europees platform overeenkomstig lid 3, onder e).

5.   Uiterlijk één jaar na de goedkeuring van het voorstel voor het tenuitvoerleggingskader voor een Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit vervangingsreserves, zorgen alle TSB's die het vervangingsreserveproces overeenkomstig deel IV van Verordening (EU) 2017/1485 uitvoeren en die minstens één geïnterconnecteerde naburige TSB hebben die het vervangingsreserveproces uitvoert, ervoor dat het Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit vervangingsreserves is geïmplementeerd en operationeel is. Zij gebruiken het Europees platform om:

a)

alle balanceringsenergiebiedingen van alle standaardproducten voor vervangingsreserves in te dienen;

b)

alle balanceringsenergiebiedingen van alle standaardproducten voor vervangingsreserves, behalve voor onbeschikbare biedingen overeenkomstig artikel 29, lid 14, uit te wisselen;

c)

ernaar te streven al hun behoeften aan balanceringsenergie uit vervangingsreserves te vervullen.

Artikel 20

Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met manuele activering

1.   Uiterlijk één jaar na de inwerkingtreding van deze verordening stellen alle TSB's een voorstel op voor het tenuitvoerleggingskader voor een Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met manuele activering.

2.   Het Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met manuele activering, dat wordt geëxploiteerd door TSB's of via een entiteit die de TSB's zelf oprichten, is gebaseerd op gemeenschappelijke beheersbeginselen en bedrijfsprocessen en bestaat uit minstens de activeringsoptimaliseringsfunctie en de functie voor TSB-TSB-verrekening. Dit Europees platform past een multilateraal TSB-TSB-model toe met gemeenschappelijke biedladders voor de uitwisseling van alle balanceringsenergiebiedingen van alle standaardproducten voor frequentieherstelreserves met manuele activering, behalve voor onbeschikbare biedingen overeenkomstig artikel 29, lid 14.

3.   Het voorstel in lid 1 omvat ten minste:

a)

de algemene structuur van het Europees platform;

b)

het stappenplan en de termijnen voor de implementatie van het Europees platform;

c)

de definitie van de functies die vereist zijn voor de werking van het Europees platform;

d)

de voorgestelde regels voor het beheer en de werking van het Europees platform, op basis van het beginsel van non-discriminatie en gelijke behandeling van alle TSB's die lid zijn van het platform, waarbij wordt gegarandeerd dat geen enkele TSB ongerechtvaardigde economische voordelen geniet dankzij de deelname aan de functies van het Europees platform;

e)

de voorgestelde aanwijzing van de entiteit of entiteiten die de in het voorstel gedefinieerde functies zullen uitoefenen. Als de TSB voorstelt meer dan één entiteit aan te wijzen, moet in het voorstel het volgende worden aangetoond en gerechtvaardigd:

i)

een coherente toewijzing van de functies aan de entiteiten die het Europees platform beheren. In het voorstel wordt ten volle rekening gehouden met de noodzaak om de verschillende functies die zijn toegewezen aan de entiteiten die het Europees platform beheren, te coördineren;

ii)

dat de voorgestelde opzet van het Europees platform en de toewijzing van functies de efficiëntie en effectiviteit garanderen van het beheer, de werking en het regelgevend toezicht van het Europees platform, en de doelstellingen van deze verordening ondersteunen;

iii)

een doeltreffend coördinatie- en besluitvormingsproces om eventuele tegenstrijdige standpunten van entiteiten die het Europees platform beheren, met elkaar te verzoenen;

f)

het kader voor de harmonisering van de voorwaarden voor balancering, zoals bepaald in artikel 18;

g)

de gedetailleerde beginselen voor het delen van de gemeenschappelijke kosten, met inbegrip van de gedetailleerde indeling van gemeenschappelijke kosten in categorieën, overeenkomstig artikel 23;

h)

de BE-GCT voor alle standaardproducten voor frequentieherstelreserves met manuele activering overeenkomstig artikel 24;

i)

de definitie van standaardproducten voor balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met manuele activering overeenkomstig artikel 25;

j)

de gate-sluitingstijd voor de indiening van energiebiedingen door TSB's overeenkomstig artikel 29, lid 13;

k)

de gemeenschappelijke biedladders die moeten worden georganiseerd door de gemeenschappelijke activeringsoptimaliseringsfunctie overeenkomstig artikel 31;

l)

de beschrijving van het algoritme voor de werking van de activeringsoptimaliseringsfunctie voor balanceringsenergiebiedingen van alle standaardproducten voor frequentieherstelreserves met manuele activering overeenkomstig artikel 58.

4.   Uiterlijk zes maanden na de goedkeuring van het voorstel voor het tenuitvoerleggingskader voor een Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met manuele activering wijzen alle TSB's de voorgestelde entiteit of entiteiten aan die bevoegd zijn voor het beheer van het Europees platform overeenkomstig lid 3, onder e).

5.   Uiterlijk achttien maanden na de goedkeuring van het voorstel voor het tenuitvoerleggingskader voor een Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met manuele activering kunnen alle TSB's een voorstel opstellen voor de wijziging van het Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met manuele activering overeenkomstig lid 1. De voorgestelde wijzigingen dienen te worden ondersteund door een kosten-batenanalyse die door alle TSB's is opgesteld overeenkomstig artikel 61. Het voorstel wordt ingediend bij de Commissie.

6.   Uiterlijk dertig maanden na de goedkeuring van het voorstel voor het tenuitvoerleggingskader voor een Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met manuele activering, of in het geval alle TSB's uiterlijk twaalf maanden na de goedkeuring van het voorstel tot wijziging van het Europees platform een voorstel indienen tot de wijziging van het Europees platform overeenkomstig lid 5, zorgen alle TSB's ervoor dat het Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met manuele activering ten uitvoer wordt gelegd en operationeel is, en maken zij gebruik van het Europees platform om:

a)

alle balanceringsenergiebiedingen van alle standaardproducten voor frequentieherstelreserves met manuele activering in te dienen;

b)

alle balanceringsenergiebiedingen van alle standaardproducten voor frequentieherstelreserves met manuele activering, behalve voor onbeschikbare biedingen overeenkomstig artikel 29, lid 14, uit te wisselen;

c)

ernaar te steven al hun behoeften aan balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met manuele activering te vervullen.

Artikel 21

Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met automatische activering

1.   Uiterlijk één jaar na de inwerkingtreding van deze verordening stellen alle TSB's een voorstel op voor het tenuitvoerleggingskader voor een Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met automatische activering.

2.   Het Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met automatische activering, dat wordt beheerd door de TSB's of via een entiteit die de TSB's zelf oprichten, is gebaseerd op gemeenschappelijke beheersbeginselen en bedrijfsprocessen en bestaat uit minstens de activeringsoptimaliseringsfunctie en de functie voor TSB-TSB-verrekening. Dit Europees platform past een multilateraal TSB-TSB-model toe met gemeenschappelijke biedladders voor de uitwisseling van alle balanceringsenergiebiedingen van alle standaardproducten voor frequentieherstelreserves met automatische activering, behalve voor onbeschikbare biedingen overeenkomstig artikel 29, lid 14.

3.   Het voorstel in lid 1 omvat ten minste:

a)

de algemene structuur van het Europees platform;

b)

het stappenplan en de termijnen voor de tenuitvoerlegging van het Europees platform;

c)

de definitie van de functies die vereist zijn voor de werking van het Europees platform;

d)

de voorgestelde regels voor het beheer en de werking van het Europees platform, op basis van het beginsel van non-discriminatie en gelijke behandeling van alle TSB's die lid zijn van het platform, waarbij wordt gegarandeerd dat geen enkele TSB ongerechtvaardigde economische voordelen geniet dankzij de deelname aan de functies van het Europees platform;

e)

de voorgestelde aanwijzing van de entiteit of entiteiten die de in het voorstel gedefinieerde functies zullen uitoefenen. Als de TSB voorstelt meer dan één entiteit aan te wijzen, moet in het voorstel het volgende worden aangetoond en gerechtvaardigd:

i)

een coherente toewijzing van de functies aan de entiteiten die het Europees platform beheren. In het voorstel wordt ten volle rekening gehouden met de noodzaak om de verschillende functies die zijn toegewezen aan de entiteiten die het Europees platform beheren, te coördineren;

ii)

dat de voorgestelde opzet van het Europees platform en de toewijzing van functies de efficiëntie en effectiviteit garanderen van het beheer, de werking en het regelgevend toezicht van het Europees platform, en de doelstellingen van deze verordening ondersteunen;

iii)

een doeltreffend coördinatie- en besluitvormingsproces om eventuele tegenstrijdige standpunten van entiteiten die het Europees platform beheren, met elkaar te verzoenen;

f)

het kader voor de harmonisering van de voorwaarden voor balancering, zoals bepaald in artikel 18;

g)

de gedetailleerde beginselen voor het delen van de gemeenschappelijke kosten, met inbegrip van de gedetailleerde indeling van gemeenschappelijke kosten in categorieën, overeenkomstig artikel 23;

h)

de BE-GCT voor alle standaardproducten voor frequentieherstelreserves met automatische activering overeenkomstig artikel 24;

i)

de definitie van standaardproducten voor balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met automatische activering overeenkomstig artikel 25;

j)

de gate-sluitingstijd voor de indiening van energiebiedingen door TSB's overeenkomstig artikel 29, lid 13;

k)

de gemeenschappelijke biedladders die moeten worden georganiseerd door de gemeenschappelijke activeringsoptimaliseringsfunctie overeenkomstig artikel 31;

l)

de beschrijving van het algoritme voor de werking van de activeringsoptimaliseringsfunctie voor balanceringsenergiebiedingen van alle standaardproducten voor frequentieherstelreserves met automatische activering overeenkomstig artikel 58.

4.   Uiterlijk zes maanden na de goedkeuring van het voorstel voor het tenuitvoerleggingskader voor een Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met automatische activering wijzen alle TSB's de voorgestelde entiteit of entiteiten aan die bevoegd zijn voor het beheer van het Europees platform overeenkomstig lid 3, onder e).

5.   Uiterlijk achttien maanden na de goedkeuring van het voorstel voor het tenuitvoerleggingskader voor een Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met automatische activering kunnen alle TSB's een voorstel opstellen voor de wijziging van het Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met automatische activering overeenkomstig lid 1 en de beginselen van lid 2. De voorgestelde wijzigingen worden ondersteund door een kosten-batenanalyse die door alle TSB's is opgesteld overeenkomstig artikel 61. Het voorstel wordt ingediend bij de Commissie.

6.   Uiterlijk dertig maanden na de goedkeuring van het voorstel voor het tenuitvoerleggingskader voor een Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met automatische activering, of in het geval alle TSB's uiterlijk twaalf maanden na de goedkeuring van het voorstel tot wijziging van het Europees platform een voorstel indienen tot de wijziging van het Europees platform overeenkomstig lid 5, zorgen alle TSB's die het automatische frequentieherstelproces uitvoeren overeenkomstig deel IV van Verordening (EU) 2017/1485 ervoor dat het Europees platform voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met automatische activering is geïmplementeerd en operationeel is, en maken zij gebruik van het Europees platform om:

a)

alle balanceringsenergiebiedingen van alle standaardproducten voor frequentieherstelreserves met automatische activering in te dienen;

b)

alle balanceringsenergiebiedingen van alle standaardproducten voor frequentieherstelreserves met automatische activering, behalve voor onbeschikbare biedingen overeenkomstig artikel 29, lid 14, uit te wisselen;

c)

ernaar te streven al hun behoeften aan balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves met automatische activering te vervullen.

Artikel 22

Europees platform voor onbalansnetting

1.   Uiterlijk zes maanden na de inwerkingtreding van deze verordening stellen alle TSB's een voorstel op voor het tenuitvoerleggingskader voor een Europees platform voor onbalansnetting.

2.   Het Europees platform voor onbalansnetting, dat wordt beheerd door de TSB's of via een entiteit die de TSB's zelf oprichten, is gebaseerd op gemeenschappelijke beheersbeginselen en bedrijfsprocessen en bestaat uit minstens de onbalansnettingfunctie en de functie voor TSB-TSB-verrekening. Het Europees platform past een multilateraal TSB-TSB-model toe voor onbalansnetting.

3.   Het voorstel in lid 1 omvat ten minste:

a)

de algemene structuur van het Europees platform;

b)

het stappenplan en de termijnen voor de implementatie van het Europees platform;

c)

de definitie van de functies die vereist zijn voor de werking van het Europees platform;

d)

de voorgestelde regels voor het beheer en de werking van het Europees platform, op basis van het beginsel van non-discriminatie en gelijke behandeling van alle TSB's die lid zijn van het platform, waarbij wordt gegarandeerd dat geen enkele TSB ongerechtvaardigde economische voordelen geniet dankzij de deelname aan de functies van het Europees platform;

e)

de voorgestelde aanwijzing van de entiteit of entiteiten die de in het voorstel gedefinieerde functies zullen uitoefenen. Als de TSB voorstelt meer dan één entiteit aan te wijzen, moet in het voorstel het volgende worden aangetoond en gerechtvaardigd:

i)

een coherente toewijzing van de functies aan de entiteiten die het Europees platform beheren. In het voorstel wordt ten volle rekening gehouden met de noodzaak om de verschillende functies die zijn toegewezen aan de entiteiten die het Europees platform beheren, te coördineren;

ii)

dat de voorgestelde opzet van het Europees platform en de toewijzing van functies de efficiëntie en effectiviteit garanderen van het beheer, de werking en het regelgevend toezicht van het Europees platform, en de doelstellingen van deze verordening ondersteunen;

iii)

een doeltreffend coördinatie- en besluitvormingsproces om eventuele tegenstrijdige standpunten van entiteiten die het Europees platform beheren, met elkaar te verzoenen;

f)

het kader voor de harmonisering van de voorwaarden voor balancering, zoals bepaald in artikel 18;

g)

de gedetailleerde beginselen voor het delen van de gemeenschappelijke kosten, met inbegrip van de gedetailleerde indeling van gemeenschappelijke kosten in categorieën, overeenkomstig artikel 23;

h)

de beschrijving van het algoritme voor de werking van de onbalansnettingfunctie overeenkomstig artikel 58.

4.   Uiterlijk zes maanden na de goedkeuring van het voorstel voor het tenuitvoerleggingskader voor een Europees platform voor onbalansnetting wijzen alle TSB's de voorgestelde entiteit of entiteiten aan die bevoegd zijn voor het beheer van het Europees platform overeenkomstig lid 3, onder e).

5.   Uiterlijk één jaar na de goedkeuring van het voorstel voor het tenuitvoerleggingskader voor een Europees platform voor onbalansnetting zorgen alle TSB's die het automatische frequentieherstelproces overeenkomstig deel IV van Verordening (EU) 2017/1485 uitvoeren ervoor dat het Europees platform voor onbalansnetting is geïmplementeerd en operationeel is. Zij gebruiken het Europees platform om het onbalansnettingsproces ten uitvoer te leggen, minstens voor de synchrone zone Continentaal Europa.

Artikel 23

Verdeling van kosten tussen TSB's in verschillende lidstaten

1.   Alle TSB's dienen een jaarlijks verslag in bij de in artikel 37 van Richtlijn 2009/72/EG bedoelde relevante regulerende instanties, waarin de kosten van de oprichting, wijziging en werking van de in de artikelen 19, 20, 21 en 22 bedoelde Europese platforms in detail worden toegelicht. Dit verslag wordt gepubliceerd door het Agentschap dat daarbij rekening houdt met gevoelige commerciële informatie.

2.   De in lid 1 bedoelde kosten worden uitgesplitst in:

a)

gemeenschappelijke kosten voor gecoördineerde activiteiten van alle TSB's die deelnemen aan de respectieve platformen;

b)

regionale kosten voor verscheidene, maar niet alle TSB's die deelnemen aan de respectieve platformen;

c)

nationale kosten voor de activiteiten van de TSB's in de desbetreffende lidstaat die deelnemen aan de respectieve platformen.

3.   De in lid 2, onder a), bedoelde gemeenschappelijke kosten worden gespreid over alle TSB's in de lidstaten en derde landen die deelnemen aan de Europese platforms. Om het bedrag te berekenen dat door de TSB's in elke lidstaat en, in voorkomend geval, in elk derde land moet worden betaald, wordt een achtste van de gemeenschappelijke kosten gelijkelijk verdeeld tussen de verschillende lidstaten en derde landen, worden vijf achtsten verdeeld tussen elke lidstaat en elk derde land in verhouding tot hun verbruik, en worden twee achtsten gelijkelijk verdeeld tussen de deelnemende TSB's overeenkomstig lid 2, onder a). Het gedeelte van de kosten van de lidstaat wordt gedragen door de TSB of TSB's die actief zijn op een grondgebied van die lidstaat. In het geval verscheidene TSB's actief zijn in een lidstaat wordt het gedeelte van de kosten van de lidstaat gespreid over die TSB's, in verhouding tot het verbruik in de regelzones van de TSB's.

4.   Om rekening te houden met wijzigingen op het gebied van gemeenschappelijke kosten of wijzigingen qua deelnemende TSB's, wordt de berekening van de gemeenschappelijke kosten op gezette tijden aangepast.

5.   De TSB's die in een bepaalde regio samenwerken, bereiken gezamenlijk overeenstemming over een voorstel voor het delen van de in lid 2, onder b), bedoelde regionale kosten. Het voorstel wordt vervolgens individueel goedgekeurd door de relevante regulerende instanties van elke lidstaat en, voor zover van toepassing, elk derde land in de regio. Als alternatief mogen de in een bepaalde regio samenwerkende TSB's ook de in lid 3 uiteengezette kostendelingsregelingen gebruiken.

6.   De beginselen voor het delen van de kosten worden toegepast op de kosten voor de oprichting, wijziging en werking van de Europese platforms vanaf de goedkeuring van het voorstel voor de relevante tenuitvoerleggingskaders overeenkomstig artikel 19, lid 1, artikel 20, lid 1, artikel 21, lid 1, en artikel 22, lid 1. In het geval in de tenuitvoerleggingskaders wordt voorgesteld dat bestaande projecten zich ontwikkelen tot een Europees platform, kunnen alle TSB's die deelnemen aan de bestaande projecten voorstellen dat een gedeelte van de kosten die zijn gemaakt vóór de goedkeuring van het voorstel voor de tenuitvoerleggingskaders en die rechtstreeks verband houden met de ontwikkeling en implementatie van dit project, worden beschouwd als gemeenschappelijke kosten overeenkomstig lid 2, onder a).

Artikel 24

Gate-sluitingstijd voor balanceringsenergie (BE-GCT)

1.   In het kader van de voorstellen overeenkomstig de artikelen 19, 20 en 21 harmoniseren alle TSB's de BE-GCT voor standaardproducten op het niveau van de Unie, minstens voor elk van de volgende processen:

a)

vervangingsreserves;

b)

frequentieherstelreserves met manuele activering;

c)

frequentieherstelreserves met automatische activering.

2.   De BE-GCT:

a)

benadert realtime zo dicht mogelijk;

b)

is niet eerder dan de gate-sluitingstijd van de zoneoverschrijdende intradaymarkt;

c)

garandeert dat er voldoende tijd is voor de nodige balanceringsprocessen.

3.   Na de BE-GCT mogen de BSP's geen balanceringsenergiebiedingen meer indienen of actualiseren.

4.   Na de BE-GCT melden de BSP's onverwijld alle onbeschikbare volumes van balanceringsenergiebiedingen aan de connecterende TSB overeenkomstig artikel 158, lid 4, onder b), en artikel 161, lid 4, onder b), van Verordening (EU) 2017/1485. Als de BSP een connectie heeft met een DSB en indien de DSB dit vereist, meldt de BSP ook alle onbeschikbare volumes balanceringsenergiebiedingen onverwijld aan de DSB.

5.   Uiterlijk twee jaar na de inwerkingtreding van deze verordening stelt elke TSB die een centraal dispatchingmodel toepast minstens één ISP-GCT vast, die:

a)

BSP's in staat stelt hun geïntegreerde programmeringsbiedingen zo dicht mogelijk bij realtime te actualiseren;

b)

niet meer dan acht uur eerder is dan realtime;

c)

eerder is dan de gate-sluitingstijd voor de indiening van energiebiedingen door TSB's.

6.   Na elke ISP-GCT mag de bieding van het geïntegreerde programmeringsproces alleen worden gewijzigd overeenkomstig de regels die door de connecterende TSB zijn vastgesteld in de overeenkomstig artikel 18 vastgestelde voorwaarden voor BSP's. Die regels worden toegepast vóór de connecterende TSB zich aansluit bij een proces voor de uitwisseling van balanceringsenergie en stellen BSP's in staat om hun geïntegreerde programmeringsbiedingen zo veel mogelijk te actualiseren tot de gate-sluitingstijd van de zoneoverschrijdende intradaymarkt, waarbij zij toezien op:

a)

de economische efficiëntie van het geïntegreerde programmeringsproces;

b)

de operationele veiligheid;

c)

de samenhang van alle iteraties van het geïntegreerde programmeringsproces;

d)

de eerlijke en gelijke behandeling van alle BSP's in de programmeringszone;

e)

de afwezigheid van negatieve effecten op het geïntegreerde programmeringsproces.

7.   Elke TSB die een centraal dispatchingmodel toepast, stelt de regels vast voor het gebruik van de biedingen van het geïntegreerd programmeringsproces vóór de BE-GCT, overeenkomstig artikel 18, lid 8, onder c), teneinde:

a)

te garanderen dat de TSB in realtime voldoet aan zijn eisen inzake reservecapaciteit;

b)

te zorgen voor voldoende middelen om interne congestie te verhelpen;

c)

de mogelijkheid te scheppen om productie-installaties en verbruikersinstallaties in realtime in te schakelen.

Artikel 25

Eisen voor standaardproducten

1.   Standaardproducten voor balanceringsenergie worden ontwikkeld in het kader van voorstellen voor de tenuitvoerleggingskaders voor de in de artikelen 19, 20 en 21 bedoelde Europese platforms. Na de goedkeuring van elk tenuitvoerleggingskader en uiterlijk op het tijdstip waarop de TSB het respectieve Europese platform gebruikt, maakt de TSB alleen gebruik van standaardbalanceringsproducten en, voor zover gerechtvaardigd, specifieke balanceringsproducten om het systeem in evenwicht te houden overeenkomstig de artikelen 127, 157 en 160 van Verordening (EU) 2017/1485.

2.   Uiterlijk twee jaar na de inwerkingtreding van deze verordening stellen alle TSB's een voorstel op voor een lijst van standaardproducten voor balanceringscapaciteit voor frequentieherstelreserves en vervangingsreserves.

3.   Alle TSB's toetsen deze lijst van standaardproducten voor balanceringsenergie en balanceringscapaciteit minstens om de twee jaar. Bij de toetsing van standaardproducten wordt rekening gehouden met:

a)

de in artikel 3, lid 1, vastgestelde doelstellingen;

b)

voor zover van toepassing, voorgestelde wijzigingen van de lijst van standaardproducten en het aantal van de in artikel 31, lid 2, bedoelde biedladders;

c)

de in artikel 59, lid 4, vastgestelde prestatie-indicatoren.

4.   In de lijst van standaardproducten voor balanceringsenergie en balanceringscapaciteit kan worden bepaald dat een bieding van een standaardproduct minstens uit de volgende kenmerken moet bestaan:

a)

voorbereidingsperiode;

b)

op- en afregelperiode;

c)

volledige activeringstijd;

d)

minimum- en maximumhoeveelheid;

e)

deactiveringsperiode;

f)

minimum- en maximumduur van de leveringsperiode;

g)

de geldigheidsduur;

h)

wijze van activering.

5.   De lijst van standaardproducten voor balanceringsenergie en balanceringscapaciteit bevat minstens de onderstaande variabele kenmerken van een standaardproduct; deze worden vastgesteld door de verleners van balanceringsdiensten tijdens de prekwalificatie of wanneer zij de bieding voor het standaardproduct indienen:

a)

prijs van de bieding;

b)

verdeelbaarheid;

c)

locatie;

d)

minimumduur tussen het einde van de deactiveringsperiode en de volgende activering.

6.   Standaardproducten voor balanceringsenergie en balanceringscapaciteit:

a)

zorgen voor efficiënte standaardisering, moedigen grensoverschrijdende concurrentie en liquiditeit aan en vermijden ongeoorloofde verdeling van de markt;

b)

maken het voor eigenaars van verbruikersinstallaties, derde partijen, eigenaars van installaties voor de opwekking van hernieuwbare energie en eigenaars van energieopslaginstallaties gemakkelijker om deel te nemen als BSP's.

Artikel 26

Eisen voor specifieke producten

1.   Na de goedkeuring van de tenuitvoerleggingskaders voor de in de artikelen 19, 20 en 21 bedoelde Europese platforms kan elke TSB een voorstel opstellen voor de definitie en het gebruik van specifieke producten voor balanceringsenergie en balanceringscapaciteit. Dit voorstel omvat ten minste:

a)

een definitie van de specifieke producten en de termijn waarbinnen zij zullen worden gebruikt;

b)

bewijzen waaruit blijkt dat standaardproducten niet volstaan om de operationele veiligheid te garanderen en het systeem efficiënt in evenwicht te houden, of bewijzen waaruit blijkt dat bepaalde balanceringshulpbronnen niet aan de hand van standaardproducten kunnen deelnemen aan de balanceringsmarkt;

c)

een beschrijving van de maatregelen die worden voorgesteld om het gebruik van specifieke producten tot een minimum te beperken, voor zover dit economisch efficiënt is;

d)

voor zover van toepassing, de regels om balanceringsenergiebiedingen van specifieke producten om te zetten in balanceringsenergiebiedingen van standaardproducten;

e)

voor zover van toepassing, de informatie over het proces voor de omzetting van balanceringsenergiebiedingen van specifieke producten in balanceringsenergiebiedingen van standaardproducten en de informatie over de gemeenschappelijke biedladder waarop de omzetting zal plaatsvinden;

f)

bewijzen waaruit blijkt dat de specifieke producten geen significante inefficiëntie en verstoring van de balanceringsmarkt veroorzaken binnen en buiten de programmeringszone.

2.   Elke TSB die specifieke producten gebruikt, gaat minstens om de twee jaar na of het nodig is specifieke producten te gebruiken, overeenkomstig de in lid 1 vastgestelde criteria.

3.   De specifieke producten worden parallel met de standaardproducten toegepast. Na het gebruik van specifieke producten kan de connecterende TSB:

a)

ofwel de balanceringsenergiebiedingen van specifieke producten omzetten in balanceringsenergiebiedingen van standaardproducten;

b)

ofwel de balanceringsenergiebiedingen van specifieke producten lokaal activeren, zonder ze uit te wisselen.

4.   De regels voor de omzetting van balanceringsenergiebiedingen van specifieke producten in balanceringsenergiebiedingen van standaardproducten overeenkomstig lid 1, onder d):

a)

zijn eerlijk, transparant en niet-discriminerend;

b)

werpen geen belemmeringen op voor de uitwisseling van balanceringsdiensten;

c)

garanderen de financiële neutraliteit van de TSB's.

Artikel 27

Omzetting van biedingen in een centraal dispatchingmodel

1.   Elke TSB die een centraal dispatchingmodel toepast, gebruikt de biedingen van het geïntegreerde programmeringsproces voor het uitwisselen van balanceringsdiensten of voor het delen van reserves.

2.   Elke TSB die een centraal dispatchingmodel toepast, gebruikt de biedingen van het geïntegreerde programmeringsproces voor het realtimebeheer van het systeem om balanceringsdiensten aan te bieden aan andere TSB's, met inachtneming van de beperkingen inzake operationele veiligheid.

3.   Elke TSB die een centraal dispatchingmodel toepast, zet de biedingen van het geïntegreerde programmeringsproces overeenkomstig lid 2 zo veel mogelijk om in standaardproducten, met inachtneming van de operationele veiligheid. De regels voor de omzetting van biedingen van het geïntegreerd programmeringsproces in standaardproducten:

a)

zijn eerlijk, transparant en niet-discriminerend;

b)

werpen geen belemmeringen op voor de uitwisseling van balanceringsdiensten;

c)

garanderen de financiële neutraliteit van de TSB's.

Artikel 28

Reserveprocedures

1.   Elke TSB zorgt voor reserveprocedures in het geval de in leden 2 en 3 bedoelde procedures falen.

2.   Als de inkoop van balanceringsdiensten mislukt, herhaalt de desbetreffende TSB het inkoopproces. De TSB's stellen de marktdeelnemers er zo snel mogelijk van op de hoogte dat reserveprocedures zullen worden gebruikt.

3.   Als de gecoördineerde activering van balanceringsenergiebiedingen mislukt, mag elke TSB afwijken van de activering van de gemeenschappelijke biedladder; hij stelt de marktdeelnemers daar zo snel mogelijk van in kennis.

TITEL III

INKOOP VAN BALANCERINGSDIENSTEN

HOOFDSTUK 1

Balanceringsenergie

Artikel 29

Activering van balanceringsenergiebiedingen op gemeenschappelijke biedladders

1.   Om het evenwicht van het systeem te behouden overeenkomstig de artikelen 127, 157 en 160 van Verordening (EU) 2017/1485, maakt elke TSB gebruik van kosteneffectieve balanceringsenergiebiedingen die beschikbaar zijn voor levering in zijn regelzone op basis van gemeenschappelijke biedladders of een ander model dat is vastgesteld in het voorstel dat alle TSB's overeenkomstig artikel 21, lid 5, hebben opgesteld.

2.   TSB's activeren geen balanceringsenergiebiedingen vóór de overeenkomstige BE-GCT, behalve in de alarmtoestand of noodtoestand als dergelijke activeringen de ernst van deze systeemtoestanden verlichten en behalve wanneer de biedingen een ander doel hebben dan balancering overeenkomstig lid 3.

3.   Uiterlijk één jaar na de inwerkingtreding van deze verordening stellen alle TSB's een voorstel op voor een methodologie voor de indeling van de activeringsdoelen van balanceringsenergiebiedingen. Deze methodologie:

a)

bevat een beschrijving van alle mogelijke doelen van de activering van balanceringsenergiebiedingen;

b)

bevat een definitie van classificeringscriteria voor elk mogelijk activeringsdoel.

4.   Voor elke balanceringsenergiebieding die wordt geactiveerd op de gemeenschappelijke biedladder, definieert de TSB die de bieding activeert het activeringsdoel, op basis van de overeenkomstig lid 3 opgestelde methodologie. Het activeringsdoel wordt via de activeringsoptimaliseringsfunctie meegedeeld aan en zichtbaar gemaakt voor alle TSB's.

5.   In het geval de activering van balanceringsenergiebiedingen afwijkt van de resultaten van de activeringsoptimaliseringsfunctie, publiceert de TSB tijdig informatie over de redenen van deze afwijking.

6.   Het verzoek om activering van een balanceringsenergiebieding van de activeringsoptimaliseringsfunctie verplicht de verzoekende TSB en connecterende TSB om de vaste uitwisseling van balanceringsenergie te aanvaarden. Elke connecterende TSB zorgt voor de activering van de balanceringsenergiebieding die is geselecteerd door de activeringsoptimaliseringsfunctie. De balanceringsenergie wordt overeenkomstig artikel 50 verrekend tussen de connecterende TSB en de BSP's overeenkomstig hoofdstuk 2 van titel V.

7.   De activering van balanceringsenergiebiedingen is gebaseerd op een TSB-TSB-model met een gemeenschappelijke biedladder.

8.   Elke TSB verstrekt alle nodige gegevens voor de werking van het in de leden 1 en 2 van artikel 58 bedoelde algoritme aan de activeringsoptimaliseringsfunctie, overeenkomstig de in artikel 31, lid 1, vastgestelde regels.

9.   Vóór de gate-sluitingstijd voor de indiening van energiebiedingen door TSB's dient elke TSB alle balanceringsenergiebiedingen die zijn ontvangen van BSP's in bij de activeringsoptimaliseringsfunctie, rekening houdende met de eisen in de artikelen 26 en 27. De connecterende TSB mag geen balanceringsenergiebiedingen wijzigen of achterhouden, behalve:

a)

balanceringsenergiebiedingen die verband houden met de artikelen 26 en 27;

b)

balanceringsenergiebiedingen die duidelijk fout zijn en betrekking hebben op onhaalbare leveringsvolumes;

c)

balanceringsenergiebiedingen die niet zijn doorgestuurd naar de Europese platforms overeenkomstig lid 10.

10.   Elke TSB die een self-dispatchingmodel toepast en gebruikt binnen een programmeringszone, met een lokale intraday-gatesluitingstijd na de gatesluitingstijd voor balanceringsenergie overeenkomstig artikel 24, mag een voorstel opstellen om de hoeveelheid biedingen die wordt doorgestuurd naar de in de artikelen 19, 20 en 21 bedoelde Europese platforms te beperken. De biedingen die worden doorgestuurd naar de Europese platforms zijn altijd de goedkoopste biedingen. Dit voorstel omvat:

a)

de definitie van het minimumvolume dat wordt doorgestuurd naar de Europese platforms. Het minimumvolume van de biedingen die door de TSB worden ingediend, is gelijk aan of hoger dan de som van de reservecapaciteitsvereisten voor zijn LFC-blok overeenkomstig de artikelen 157 en 160 van Verordening (EU) 2017/1485 en de verplichtingen die voortvloeien uit het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves;

b)

de regels voor het vrijgeven van de biedingen die niet zijn ingediend bij de Europese platforms en de vaststelling van het tijdstip waarop de betrokken BSP's in kennis moeten worden gesteld van de vrijgave van de biedingen.

11.   Minstens om de twee jaar na de goedkeuring van het in lid 10 bedoelde voorstel door de relevante regulerende instantie beoordelen alle TSB's de gevolgen van de beperking van het volume biedingen dat naar de Europese platforms is gestuurd, alsook de werking van de intradaymarkt. Deze beoordeling omvat:

a)

een beoordeling door de relevante TSB's van het minimumvolume aan biedingen die naar de Europese platforms worden doorgestuurd overeenkomstig lid 10, onder a);

b)

een aanbeveling aan de relevante TSB's die balanceringsenergiebiedingen beperken.

Op basis van deze beoordeling stellen alle TSB's een voorstel voor alle regulerende instanties op om het minimumvolume balanceringsenergiebiedingen dat wordt doorgestuurd naar de Europese platforms overeenkomstig lid 10, onder a), opnieuw te bekijken.

12.   Elke verzoekende TSB mag verzoeken om de activering van balanceringsenergiebiedingen van de gemeenschappelijke biedladder tot het totale volume balanceringsenergie is bereikt. Het totale volume balanceringsenergie dat kan worden geactiveerd door de verzoekende TSB op basis van balanceringsenergiebiedingen op de gemeenschappelijke biedladder wordt berekend als de som van de volumes:

a)

door de verzoekende TSB ingediende balanceringsenergiebiedingen die niet voortvloeien uit het delen van reserves of het uitwisselen van balanceringscapaciteit;

b)

balanceringsenergiebiedingen die door andere TSB's zijn ingediend als resultaat van balanceringscapaciteit die namens de verzoekende TSB is gekocht;

c)

balanceringsenergiebiedingen die voortvloeien uit het delen van reserves op voorwaarde dat de andere TSB's die deelnemen aan het delen van reserves nog niet om de activering van die gedeelde volumes hebben verzocht.

13.   Alle TSB's mogen in de voorstellen voor de tenuitvoerleggingskaders voor de in de artikelen 19, 20 en 21 bedoelde Europese platforms bepalen onder welke voorwaarden of in welke situaties de in lid 12 bedoelde grenzen niet van toepassing zijn. Wanneer een TSB om balanceringsenergiebiedingen verzoekt die de in lid 12 bedoelde grens overschrijden, worden alle andere TSB's daarvan in kennis gesteld.

14.   Elke TSB kan de balanceringsenergiebiedingen die bij de activeringsoptimaliseringsfunctie zijn ingediend onbeschikbaar verklaren voor activering door andere TSB's omdat ze beperkt zijn wegens interne congestie of overwegingen van operationele veiligheid in de programmeringszone van de connecterende TSB.

Artikel 30

Prijsstelling voor balanceringsenergie en zoneoverschrijdende capaciteit die worden gebruikt voor de uitwisseling van balanceringsenergie of voor het beheer van het onbalansnettingsproces

1.   Uiterlijk één jaar na de inwerkingtreding van deze verordening stellen alle TSB's een voorstel op voor een methodologie om de prijs te bepalen voor de balanceringsenergie die het resultaat is van de activering van balanceringsenergiebiedingen voor het frequentieherstelproces overeenkomstig de artikelen 143 en 147 van Verordening (EU) 2017/1485, en voor het reservevervangingsproces overeenkomstig de artikelen 144 en 148 van Verordening (EU) 2017/1485. Deze methodologie:

a)

is gebaseerd op marginale prijsstelling (pay-as-cleared);

b)

definieert hoe de activering van balanceringsenergiebiedingen die zijn geactiveerd voor andere doeleinden dan balancering van invloed is op de prijs van balanceringsenergie, waarbij er eveneens op wordt toegezien dat in ieder geval balanceringsenergiebiedingen die zijn geactiveerd voor intern congestiebeheer niet de marginale prijs van balanceringsenergie bepalen;

c)

stelt minstens één prijs voor balanceringsenergie vast, voor elke periode voor onbalansverrekening;

d)

geeft correcte prijssignalen en prikkels aan marktdeelnemers;

e)

houdt rekening met de prijsstellingsmethode in de day-ahead- en intradaytijdsbestekken.

2.   In het geval TSB's vaststellen dat technische prijsbeperkingen nodig zijn voor de efficiënte werking van de markt, kunnen zij in het kader van het in lid 1 bedoelde voorstel samen een voorstel opstellen voor geharmoniseerde maximum- en minimumprijzen voor balanceringsenergie, met inbegrip van bied- en clearingprijzen, die in alle programmeringszones moeten worden toegepast. In een dergelijk geval wordt bij die geharmoniseerde maximum- en minimumprijzen rekening gehouden met de maximum- en minimumclearingprijs voor day-ahead- en intradaytijdsbestekken overeenkomstig Verordening (EU) 2015/1222.

3.   In het in lid 1 bedoelde voorstel wordt ook een methodologie vastgesteld voor de prijsstelling van zoneoverschrijdende capaciteit die wordt gebruikt voor de uitwisseling van balanceringsenergie of voor het beheer van het onbalansnettingsproces. Deze methodologie is in overeenstemming met de eisen die zijn vastgesteld in Verordening (EU) 2015/1222, en:

a)

is een weergave van de marktcongestie;

b)

is gebaseerd op de prijzen voor balanceringsenergie uit geactiveerde balanceringsenergiebiedingen, vastgesteld overeenkomstig de prijsstellingsmethode van lid 1, onder a), of, voor zover van toepassing, de prijsstellingsmethode overeenkomstig lid 5;

c)

brengt geen extra heffingen met zich mee voor de uitwisseling van balanceringsenergie of voor het beheer van het onbalansnettingsproces, behalve een heffing om verliezen te compenseren als ook in andere tijdsbestekken rekening wordt gehouden met deze heffing.

4.   De in lid 1 vastgestelde geharmoniseerde prijsstellingsmethode is van toepassing op balanceringsenergie van alle standaard- en specifieke producten overeenkomstig artikel 26, lid 3, onder a). Voor specifieke producten overeenkomstig artikel 26, lid 3, onder b), kan de desbetreffende TSB een verschillende prijsstellingsmethode voorstellen in het voorstel voor specifieke producten overeenkomstig artikel 26.

5.   Als alle TSB's gebrek aan efficiëntie bij de toepassing van de overeenkomstig lid 1, onder a), voorgestelde methodologie vaststellen, kunnen zij een wijzigingsverzoek indienen en een alternatief voor de in lid 1, onder a), bedoelde prijsstellingsmethode voorstellen. In dat geval voeren alle TSB's een gedetailleerde analyse uit, waarin wordt aangetoond dat de alternatieve prijsstellingsmethode efficiënter is.

Artikel 31

Activeringsoptimaliseringsfunctie

1.   Alle TSB's stellen overeenkomstig artikel 29 en het onderhavige artikel een activeringsoptimaliseringsfunctie vast voor de optimalisering van de activering van balanceringsenergiebiedingen van verschillende biedladders. Deze functie houdt minstens rekening met:

a)

de activeringsprocessen en technische beperkingen van verschillende balanceringsenergieproducten;

b)

de operationele veiligheid;

c)

alle balanceringsenergiebiedingen die zijn opgenomen in de verenigbare gemeenschappelijke biedladders;

d)

de mogelijkheid tot netting van de tegenactiveringsverzoeken van TSB's;

e)

de door alle TSB's ingediende activeringsverzoeken;

f)

de beschikbare zoneoverschrijdende capaciteit.

2.   Gemeenschappelijke biedladders bestaan uit balanceringsenergiebiedingen van standaardproducten. Alle TSB's stellen de nodige gemeenschappelijke biedladders vast voor de standaardproducten. De balanceringsenergiebiedingen voor op- en afregeling worden op afzonderlijke gemeenschappelijke biedladders geplaatst.

3.   Elke activeringsoptimaliseringsfunctie gebruikt minstens één gemeenschappelijke biedladder voor balanceringsenergiebiedingen voor opregeling en één gemeenschappelijke biedladder voor balanceringsenergiebiedingen voor afregeling.

4.   De TSB's zien erop toe dat de balanceringsenergiebiedingen die op de gemeenschappelijke biedladder worden geplaatst, zijn uitgedrukt in euro en verwijzen naar de markttijdseenheid.

5.   Al naargelang de behoefte aan standaardproducten voor balanceringsenergie kunnen de TSB's meer gemeenschappelijke biedladders opstellen.

6.   Elke TSB dient zijn activeringsverzoeken voor balanceringsenergiebiedingen in bij de activeringsoptimaliseringsfunctie.

7.   De activeringsoptimaliseringsfunctie selecteert balanceringsenergiebiedingen en verzoekt om de activering van geselecteerde balanceringsenergiebiedingen van de connecterende TSB's waarmee de BSP, die verband houdt met de geselecteerde balanceringsenergiebieding, geconnecteerd is.

8.   De activeringsoptimaliseringsfunctie dient de bevestiging van de geactiveerde balanceringsenergiebiedingen in bij de TSB die verzoekt om activering van de balanceringsenergiebiedingen. De geactiveerde BSP's zijn verantwoordelijk voor de levering van het gevraagde volume tot het einde van de leveringsperiode.

9.   Alle TSB's die gebruikmaken van het frequentieherstelproces en het vervangingsreserveproces om hun LFC-zone in evenwicht te brengen, streven ernaar alle balanceringsenergiebiedingen van relevante gemeenschappelijke biedladders te gebruiken om het systeem op de meest efficiëntie wijze in evenwicht te brengen, rekening houdend met de operationele veiligheid.

10.   TSB's die geen gebruikmaken van het vervangingsreserveproces om hun LFC-zone in evenwicht te brengen, streven ernaar alle balanceringsenergiebiedingen van relevante gemeenschappelijke biedladders voor frequentieherstelreserves te gebruiken om het systeem op de meest efficiëntie wijze in evenwicht te brengen, rekening houdend met de operationele veiligheid.

11.   Behalve in de normale toestand mogen TSB's beslissen om het systeem in evenwicht te brengen door alleen gebruik te maken van balanceringsenergiebiedingen van BSP's in hun eigen regelzone, als die beslissing helpt om de ernst van de heersende toestand van het systeem te verlichten. De TSB publiceert onverwijld een rechtvaardiging voor een dergelijke beslissing.

HOOFDSTUK 2

Balanceringscapaciteit

Artikel 32

Inkoopregels

1.   Regelmatig, en minstens één keer per jaar, toetsen en definiëren alle TSB's van het belastingfrequentieregelblok (LFC-blok) de reservecapaciteitseisen voor het LFC-blok of de programmeringszones van het LFC-blok overeenkomstig de dimensioneringsregels van de artikelen 127, 157 en 160 van Verordening (EU) 2017/1485. Elke TSB maakt een analyse van de optimale terbeschikkingstelling van reservecapaciteit, die erop gericht is de kosten die verband houden met de terbeschikkingstelling van reservecapaciteit tot een minimum te beperken. In deze analyse wordt rekening gehouden met de volgende opties voor de terbeschikkingstelling van reservecapaciteit:

a)

de inkoop van balanceringscapaciteit in de regelzone en de uitwisseling van balanceringscapaciteit met naburige TSB's, voor zover van toepassing;

b)

het delen van reserves, voor zover van toepassing;

c)

het volume van niet-gecontracteerde balanceringsenergiebiedingen die naar verwachting beschikbaar zullen zijn, zowel in hun regelzone als op de Europese platforms, rekening houdende met de beschikbare zoneoverschrijdende capaciteit.

2.   Elke TSB die balanceringscapaciteit inkoopt, definieert de regels voor de inkoop van balanceringscapaciteit in het overeenkomstig artikel 18 opgestelde voorstel voor de voorwaarden voor verleners van balanceringsenergiediensten. De regels voor de inkoop van balanceringscapaciteit beantwoorden aan de volgende beginselen:

a)

de inkoopmethode is marktgebaseerd voor minstens de frequentieherstelreserves en de vervangingsreserves;

b)

het inkoopproces wordt zo veel mogelijk op korte termijn uitgevoerd, voor zover dit economisch efficiënt is;

c)

het gecontracteerde volume mag worden verdeeld over meerdere perioden.

3.   De inkoop van balanceringscapaciteit voor op- en afregeling voor minstens de frequentieherstelreserves en de vervangingsreserves vindt afzonderlijk plaats. Elke TSB kan bij de relevante regulerende instantie overeenkomstig artikel 37 van Richtlijn 2009/72/EG een voorstel indienen om te worden vrijgesteld van deze eis. Het voorstel tot vrijstelling omvat:

a)

de vermelding van het tijdsbestek waarvoor vrijstelling wordt gevraagd;

b)

de vermelding van het volume balanceringscapaciteit waarvoor vrijstelling wordt gevraagd;

c)

een analyse van de gevolgen van een dergelijke vrijstelling voor de deelname van balanceringshulpbronnen overeenkomstig artikel 25, lid 6, onder b);

d)

een rechtvaardiging van de vrijstelling, waarin wordt aangetoond dat een dergelijke vrijstelling tot een grotere economische efficiëntie zou leiden.

Artikel 33

Uitwisseling van balanceringscapaciteit

1.   Twee of meer TSB's die balanceringscapaciteit uitwisselen of wederzijds willen uitwisselen, stellen een voorstel op voor gemeenschappelijke en geharmoniseerde regels en processen voor de uitwisseling en inkoop van balanceringscapaciteit, met inachtneming van de eisen in artikel 32.

2.   Behalve in gevallen waarin het TSB-BSP-model wordt toegepast overeenkomstig artikel 35, vindt de uitwisseling van balanceringscapaciteit altijd plaats op basis van een TSB-TSB-model, waarbij twee of meer TSB's een methode vaststellen voor de gemeenschappelijke inkoop van balanceringscapaciteit, rekening houdende met de beschikbare zoneoverschrijdende capaciteit en de in hoofdstukken 1 en 2 van deel IV, titel VIII, van Verordening (EU) 2017/1485 gedefinieerde operationele beperkingen.

3.   Alle TSB's die balanceringscapaciteit uitwisselen, dienen alle balanceringscapaciteitsbiedingen van standaardproducten in bij de functie voor de optimalisering van capaciteitsinkoop. De TSB's wijzigen geen balanceringscapaciteitsbiedingen en zij houden deze evenmin in; zij nemen deze biedingen op in het inkoopproces, behalve in de omstandigheden die zijn uiteengezet in de artikelen 26 en 27.

4.   Alle TSB's die balanceringscapaciteit uitwisselen, zien er op toe dat zoneoverschrijdende capaciteit beschikbaar is en dat de in Verordening (EU) 2017/1485 uiteengezette operationele veiligheidseisen in acht worden genomen, ofwel via:

a)

de methodologie voor de berekening van de waarschijnlijkheid van beschikbare zoneoverschrijdende capaciteit na de gate-sluitingstijd van de zoneoverschrijdende intradaymarkt overeenkomstig lid 6;

b)

de methodologieën voor het toewijzen van zoneoverschrijdende capaciteit aan het balanceringstijdsbestek overeenkomstig hoofdstuk 2 van titel IV.

5.   Elke TSB die gebruik maakt van de methodologie voor de berekening van de waarschijnlijkheid van beschikbare zoneoverschrijdende capaciteit na de gate-sluitingstijd van de zoneoverschrijdende intradaymarkt stelt andere TSB's in zijn LFC-blok in kennis van het risico op onbeschikbaarheid van reservecapaciteit in de programmeringszone(s) van zijn regelzone dat van invloed kan zijn op de naleving van de eisen overeenkomstig artikel 157, lid 2, onder b), van Verordening (EU) 2017/1485.

6.   TSB's die balanceringscapaciteit uitwisselen voor frequentieherstelreserves en vervangingsreserves kunnen een voorstel opstellen voor een methodologie voor het berekenen van de waarschijnlijkheid van beschikbare zoneoverschrijdende capaciteit na de gate-sluitingstijd van de zoneoverschrijdende intradaymarkt. Deze methodologie bevat minstens:

a)

de procedures om de andere TSB's in het LFC-blok in kennis te stellen;

b)

de beschrijving van het proces om de beoordeling uit te voeren voor de relevante periode voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit;

c)

de methode om het risico te beoordelen op onbeschikbaarheid van zoneoverschrijdende capaciteit ten gevolge van geplande en ongeplande niet-beschikbaarheden en congestie;

d)

de methode om het risico te beoordelen op ontoereikende reservecapaciteit ten gevolge van de onbeschikbaarheid van zoneoverschrijdende capaciteit;

e)

de eisen voor een reserveoplossing in het geval van onbeschikbaarheid van zoneoverschrijdende capaciteit of ontoereikende reservecapaciteit;

f)

de eisen voor ex-post toetsing en monitoring van risico's;

g)

de regels om de verrekening overeenkomstig titel V te garanderen.

7.   De TSB's mogen de overeenkomstig Verordening (EU) 2015/1222 berekende betrouwbaarheidsmarge niet verhogen wegens het uitwisselen van balanceringscapaciteit voor frequentieherstelreserves en vervangingsreserves.

Artikel 34

Overdracht van balanceringscapaciteit

1.   In het geografische gebied waarin de inkoop van balanceringscapaciteit heeft plaatsgevonden, geven TSB's de BSP's toestemming om hun verplichtingen om balanceringscapaciteit ter beschikking te stellen, over te dragen. De betrokken TSB's mogen een vrijstelling vragen als de perioden voor het sluiten van overeenkomsten voor balanceringscapaciteit overeenkomstig artikel 32, lid 2, onder b), minder dan één week bedragen.

2.   De overdracht van balanceringscapaciteit wordt toegestaan tot minstens één uur vóór de start van de dag van levering.

3.   De overdracht van balanceringscapaciteit wordt toegestaan mits de volgende voorwaarden zijn vervuld:

a)

de ontvangende BSP is geslaagd in het kwalificatieproces voor de balanceringscapaciteit waarvoor de overdracht wordt aangevraagd;

b)

naar verwachting zal de overdracht van balanceringscapaciteit de operationele veiligheid niet in gevaar brengen;

c)

de overdracht van balanceringscapaciteit overschrijdt de in de hoofdstukken 1 en 2 van deel IV, titel VIII, van Verordening (EU) 2017/1485 vastgestelde operationele grenzen niet.

4.   In het geval zoneoverschrijdende capaciteit nodig is voor de overdracht van balanceringscapaciteit, wordt die overdracht alleen toegestaan als:

a)

de zoneoverschrijdende capaciteit die nodig is voor de overdracht al beschikbaar is uit eerdere toewijzingsprocessen overeenkomstig hoofdstuk 2 van titel IV;

b)

de zoneoverschrijdende capaciteit beschikbaar is overeenkomstig de methodologie voor de berekening van de waarschijnlijkheid van beschikbare zoneoverschrijdende capaciteit na de gate-sluitingstijd van de zoneoverschrijdende intradaymarkt overeenkomstig artikel 33, lid 6.

5.   Als een TSB de overdracht van balanceringscapaciteit niet toestaat, verstrekt de betrokken TSB de reden voor de afwijzing aan de betrokken BSP's.

HOOFDSTUK 3

TSB-BSP-model

Artikel 35

Uitwisseling van balanceringsdiensten

1.   Twee of meer TSB's kunnen, op eigen initiatief of op verzoek van hun relevante regulerende instanties overeenkomstig artikel 37 van Richtlijn 2009/72/EG, een voorstel opstellen voor de toepassing van het TSB-BSP-model.

2.   Het voorstel voor de toepassing van een TSB-BSP-model omvat:

a)

een overeenkomstig artikel 61 uitgevoerde kosten-batenanalyse waarin wordt nagegaan op welke punten de toepassing van het TSB-BSP-model efficiënt is, minstens voor de programmeringszone(s) van de betrokken TSB's;

b)

de periode waarvoor toepassing wordt gevraagd;

c)

een beschrijving van de methodologie voor het garanderen van voldoende zoneoverschrijdende capaciteit overeenkomstig artikel 33, lid 6.

3.   Als het TSB-BSP-model van toepassing is, kunnen de respectieve TSB's en verleners van balanceringsdiensten worden vrijgesteld van de toepassing van de eisen van artikel 16, leden 2, 4 en 5, en artikel 29, lid 9, voor de relevante processen.

4.   Als het TSB-BSP-model van toepassing is, bereiken de betrokken TSB's overeenstemming over de technische en contractuele eisen en over de uitwisseling van informatie voor de activering van balanceringsenergiebiedingen. De gecontracteerde TSB en de BSP stellen contractuele regelingen vast op basis van het TSB-BSP-model.

5.   Het TSB-BSP-model voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves mag alleen worden toegepast als ook het TSB-BSP-model voor de uitwisseling van balanceringscapaciteit voor frequentieherstelreserves wordt toegepast.

6.   Het TSB-BSP-model voor de uitwisseling van balanceringsenergie uit vervangingsreserves kan worden toegepast als het TSB-BSP-model voor de uitwisseling van balanceringscapaciteit voor vervangingsreserves wordt toegepast of als één van de twee betrokken TSB's geen gebruik maakt van het vervangingsreserveproces als onderdeel van de structuur voor belastingfrequentieregeling overeenkomstig deel IV van Verordening (EU) 2017/1485.

7.   Uiterlijk vier jaar na de inwerkingtreding van deze verordening worden alle uitwisselingen van balanceringscapaciteit gebaseerd op het TSB-TSB-model. Deze eis geldt niet voor het TSB-BSP-model voor vervangingsreserves als één van de twee betrokken TSB's geen gebruik maakt van het vervangingsreserveproces als onderdeel van de structuur voor belastingfrequentieregeling overeenkomstig deel IV van Verordening (EU) 2017/1485.

TITEL IV

ZONEOVERSCHRIJDENDE CAPACITEIT VOOR BALANCERINGSDIENSTEN

HOOFDSTUK 1

Uitwisseling van balanceringsenergie of het onbalansnettingsproces

Artikel 36

Gebruik van zoneoverschrijdende capaciteit

1.   Alle TSB's gebruiken de beschikbare zoneoverschrijdende capaciteit, berekend overeenkomstig leden 2 en 3 van artikel 37, voor de uitwisseling van balanceringsenergie of voor het gebruik van het onbalansnettingsproces.

2.   Twee of meer TSB's die balanceringscapaciteit uitwisselen, kunnen zoneoverschrijdende capaciteit gebruiken voor de uitwisseling van balanceringsenergie op voorwaarde dat zoneoverschrijdende capaciteit:

a)

beschikbaar is overeenkomstig artikel 33, lid 6;

b)

is vrijgegeven overeenkomstig artikel 38, leden 8 en 9;

c)

is toegewezen overeenkomstig de artikelen 40, 41 en 42.

Artikel 37

Berekening van zoneoverschrijdende capaciteit

1.   Na de gate-sluitingstijd van de zoneoverschrijdende intradaymarkt actualiseren de TSB's voortdurend de beschikbaarheid van zoneoverschrijdende capaciteit voor de uitwisseling van balanceringsenergie of voor de werking van het onbalansnettingsproces. De zoneoverschrijdende capaciteit wordt geactualiseerd telkens wanneer een gedeelte van de zoneoverschrijdende capaciteit is gebruikt of wanneer de zoneoverschrijdende capaciteit is herberekend.

2.   Vóór de toepassing van de in lid 3 bedoelde methodologie voor capaciteitsberekening gebruiken TSB's de zoneoverschrijdende capaciteit die overblijft na de gate-sluitingstijd van de zoneoverschrijdende intradaymarkt.

3.   Uiterlijk vijf jaar na de inwerkingtreding van deze verordening stellen alle TSB's van een capaciteitsberekeningsregio een methodologie op voor zoneoverschrijdende capaciteitsberekening binnen het balanceringstijdsbestek voor de uitwisseling van balanceringsenergie of voor het gebruik van het onbalansnettingsproces. Deze methodologie moet marktverstoringen voorkomen en moet samenhangend zijn met de overeenkomstig Verordening (EU) 2015/1222 vastgestelde methodologie voor zoneoverschrijdende capaciteitsberekening voor de intradaymarkt.

HOOFDSTUK 2

Het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves

Artikel 38

Algemene eisen

1.   Twee of meer TSB's kunnen, op eigen initiatief of op verzoek van hun relevante regulerende instanties overeenkomstig artikel 37 van Richtlijn 2009/72/EG, een voorstel opstellen voor de toepassing van één van de volgende processen:

a)

het gecoöptimaliseerde toewijzingsproces overeenkomstig artikel 40;

b)

het marktgebaseerde toewijzingsproces overeenkomstig artikel 41;

c)

een toewijzingsproces op basis van een analyse van de economische efficiëntie overeenkomstig artikel 42.

Zoneoverschrijdende capaciteit die is toegewezen voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves vóór de inwerkingtreding van deze verordening, mag voor dat doel worden gebruikt tot het einde van de contractperiode.

2.   Het voorstel voor de toepassing van het toewijzingsproces omvat:

a)

de grenzen van de biedzone, het tijdsbestek van de markt, de duur van de toepassing en de te gebruiken methode;

b)

in het geval van een toewijzingsproces dat gebaseerd is op een analyse van de economische efficiëntie: het volume toegewezen zoneoverschrijdende capaciteit en de analyse van de economische efficiëntie die de efficiëntie van een dergelijke toewijzing rechtvaardigt.

3.   Uiterlijk vijf jaar na de inwerkingtreding van deze verordening stellen alle TSB's een voorstel op om de methodologie voor de toewijzing van zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves per tijdsbestek, overeenkomstig artikel 40 en, voor zover relevant, de artikelen 41 en 42, te harmoniseren.

4.   Zoneoverschrijdende capaciteit die is toegewezen voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves wordt uitsluitend gebruikt voor frequentieherstelreserves met manuele activering, voor frequentieherstelreserves met automatische activering en voor vervangingsreserves. De overeenkomstig Verordening (EU) 2015/1222 berekende betrouwbaarheidsmarge wordt gebruikt voor de het gebruik en de uitwisseling van frequentiebegrenzingsreserves, behalve op gelijkstroominterconnectoren waarvoor zoneoverschrijdende capaciteit voor het gebruik en de uitwisseling van frequentiebegrenzingsreserves ook mag worden toegewezen overeenkomstig lid 1.

5.   De TSB's mogen zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves alleen toewijzen als de zoneoverschrijdende capaciteit is berekend overeenkomstig de capaciteitsberekeningsmethodologieën die zijn opgesteld overeenkomstig Verordeningen (EU) 2015/1222 en (EU) 2016/1719.

6.   De TSB's nemen reeds toegewezen zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves op in de berekeningen van zoneoverschrijdende capaciteit als reeds toegewezen zoneoverschrijdende capaciteit.

7.   Als de houders van fysieke transmissierechten zoneoverschrijdende capaciteit gebruiken voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit, wordt ervan uitgegaan dat de capaciteit uitsluitend is genomineerd om deze uit te sluiten van het „use-it-or-sell-it”-beginsel.

8.   Alle TSB's die balanceringscapaciteit uitwisselen of reserves delen, beoordelen regelmatig of de zoneoverschrijdende capaciteit die is toegewezen voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves nog steeds nodig is voor dat doel. Als het toewijzingsproces op basis van een analyse van de economische efficiëntie wordt toegepast, wordt deze beoordeling minstens één keer per jaar uitgevoerd. Wanneer zoneoverschrijdende capaciteit die is toegewezen voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves niet meer nodig is, wordt deze zo snel mogelijk vrijgegeven en teruggegeven in de daaropvolgende tijdsbestekken voor capaciteitstoewijzing. Dergelijke zoneoverschrijdende capaciteit wordt niet meer als reeds toegewezen zoneoverschrijdende capaciteit opgenomen in de berekening van zoneoverschrijdende capaciteit.

9.   Wanneer zoneoverschrijdende capaciteit die is toegewezen voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves niet is gebruikt voor de desbetreffende uitwisseling van balanceringsenergie, wordt deze vrijgegeven voor de uitwisseling van balanceringsenergie met een kortere activeringstijd of voor het onbalansnettingsproces.

Artikel 39

Berekening van de marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit

1.   De marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit voor de uitwisseling van energie en voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves die wordt gebruikt in een gecoöptimaliseerd of marktgebaseerd toewijzingsproces, wordt gebaseerd op de werkelijke of geraamde marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit.

2.   De marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit voor de uitwisseling van energie wordt berekend op basis van de biedingen van marktdeelnemers op de day-aheadmarkten, rekening houdend, voor zover relevant en mogelijk, met verwachte biedingen van marktdeelnemers op de intradaymarkten.

3.   De werkelijke marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit die wordt gebruikt in een gecoöptimaliseerd of marktgebaseerd toewijzingsproces wordt berekend op basis van balanceringscapaciteitsbiedingen die worden ingediend bij de functie voor de optimalisering van capaciteitsinkoop overeenkomstig artikel 33, lid 3.

4.   De werkelijke marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit voor het delen van reserves die wordt gebruikt in een gecoöptimaliseerd of marktgebaseerd toewijzingsproces wordt berekend op basis van de vermeden kosten voor de inkoop van balanceringscapaciteit.

5.   De geraamde marktwaarde van de zoneoverschrijdende capaciteit wordt gebaseerd op een van de volgende beginselen:

a)

het gebruik van transparante marktindicatoren die de marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit aangeven, of

b)

het gebruik van een ramingsmethodologie die het mogelijk maakt de marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit op nauwkeurige en betrouwbare wijze te voorspellen.

De geraamde marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit voor de uitwisseling van energie tussen biedzones wordt berekend op basis van de verwachte verschillen in marktprijzen op de day-aheadmarkten en, voor zover relevant en mogelijk, de intradaymarkten tussen biedzones. Bij het berekenen van de geraamde marktwaarde wordt rekening gehouden met aanvullende relevante factoren die van invloed zijn op de vraag- en opwekkingspatronen in de verschillende biedzones.

6.   De efficiëntie van de ramingsmethodologie overeenkomstig lid 5, onder b), met inbegrip van een vergelijking van de geraamde en werkelijke marktwaarden van de zoneoverschrijdende capaciteit, kan opnieuw worden beoordeeld door de relevante regulerende instanties. Wanneer het contract niet meer dan twee dagen vóór de levering van de balanceringscapaciteit is gesloten, kunnen de relevante regulerende instanties, na die beoordeling, een andere dan de in artikel 41, lid 2, bepaalde beperking vaststellen.

Artikel 40

Gecoöptimaliseerd toewijzingsproces

1.   Uiterlijk twee jaar na de inwerkingtreding van deze verordening stellen alle TSB's een methodologie op voor een gecoöptimaliseerd proces voor de toewijzing van zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringsenergie of het delen van reserves. Deze methodologie is van toepassing op het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves met een contractperiode van hoogstens één dag, voor zover het contract niet meer dan één dag vóór de levering van de balanceringscapaciteit is gesloten. Deze methodologie omvat:

a)

het aanmeldingsproces voor het gebruik van het gecoöptimaliseerde toewijzingsproces;

b)

een gedetailleerde beschrijving van de wijze waarop zoneoverschrijdende capaciteit wordt toegewezen aan biedingen voor het uitwisselen van energie en biedingen voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves in één optimaliseringsproces dat zowel voor impliciete als voor expliciete veilingen wordt toegepast;

c)

een gedetailleerde beschrijving van de prijsstellingsmethode, de betrouwbaarheid van de toewijzing en de verdeling van congestie-inkomsten voor de zoneoverschrijdende capaciteit die is toegewezen aan biedingen voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves via het gecoöptimaliseerde toewijzingsproces;

d)

het proces voor het bepalen van het maximumvolume toegewezen zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves.

2.   Deze methodologie is gebaseerd op een vergelijking van de werkelijke marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves met de werkelijke marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit voor de uitwisseling van energie.

3.   De prijsstellingsmethode, de vastheidsregeling en het delen van congestie-inkomsten voor zoneoverschrijdende capaciteit die is toegewezen aan biedingen voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves via het gecoöptimaliseerde toewijzingsproces garanderen dezelfde behandeling als zoneoverschrijdende capaciteit die is toegewezen aan biedingen voor de uitwisseling van energie.

4.   Zoneoverschrijdende capaciteit die is toegewezen aan biedingen voor de uitwisseling van balanceringscapaciteit of het delen van reserves via het gecoöptimaliseerde toewijzingsproces wordt alleen gebruikt voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves en de bijbehorende uitwisseling van balanceringsenergie.

Artikel 41

Marktgebaseerd toewijzingsproces

1.   Uiterlijk twee jaar na de inwerkingtreding van deze verordening kunnen alle TSB's van een capaciteitsberekeningsregio een methodologie opstellen voor een marktgebaseerd proces voor de toewijzing van zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringsenergie of het delen van reserves. Deze methodologie is van toepassing op het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves met een contractperiode van hoogstens één dag, voor zover het contract niet meer dan één week vóór de levering van de balanceringscapaciteit is gesloten. Deze methodologie omvat:

a)

het aanmeldingsproces voor het gebruik van het marktgebaseerde toewijzingsproces;

b)

een gedetailleerde beschrijving van de wijze waarop de werkelijke marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves en de geraamde marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van energie moet worden bepaald alsook, voor zover van toepassing, de werkelijke marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit voor uitwisselingen van energie en de geraamde marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves;

c)

een gedetailleerde beschrijving van de prijsstellingsmethode, de vastheidsregeling en het delen van congestie-inkomsten voor de zoneoverschrijdende capaciteit die is toegewezen aan biedingen voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves via het marktgebaseerde toewijzingsproces;

d)

het proces voor het bepalen van het maximumvolume toegewezen zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves, overeenkomstig lid 2.

2.   De toewijzing van zoneoverschrijdende capaciteit op basis van een marktgebaseerde toewijzing wordt beperkt tot 10 % van de capaciteit die in het vorige relevante kalenderjaar beschikbaar was voor de uitwisseling van energie tussen de respectieve biedzones of, in het geval van nieuwe interconnectoren, 10 % van de totale geïnstalleerde technische capaciteit van die nieuwe interconnectoren.

Deze beperking van het volume hoeft niet te gelden wanneer het contract niet meer dan twee dagen vóór de levering van de balanceringscapaciteit is gesloten of, voor biedzonegrenzen die verbonden zijn via gelijkstroominterconnectoren, tot het gecoöptimaliseerd toewijzingsproces op het niveau van de Unie is geharmoniseerd overeenkomstig artikel 38, lid 3.

3.   Deze methodologie is gebaseerd op een vergelijking van de werkelijke marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves met de geraamde marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van energie, of op een vergelijking van de geraamde marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves met de werkelijke marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van energie.

4.   De prijsstellingsmethode, de vastheidsregeling en het delen van congestie-inkomsten voor zoneoverschrijdende capaciteit die is toegewezen voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves via het marktgebaseerd toewijzingsproces garanderen dezelfde behandeling als zoneoverschrijdende capaciteit die is toegewezen voor het uitwisselen van energie.

5.   Zoneoverschrijdende capaciteit die is toegewezen voor de uitwisseling van balanceringscapaciteit of het delen van reserves via het marktgebaseerde toewijzingsproces wordt alleen gebruikt voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves en de bijbehorende uitwisseling van balanceringsenergie.

Artikel 42

Toewijzingsproces op basis van een analyse van de economische efficiëntie

1.   Uiterlijk twee jaar na de inwerkingtreding van deze verordening kunnen alle TSB's van een capaciteitsberekeningsregio een methodologie opstellen voor de toewijzing van zoneoverschrijdende capaciteit op basis van een analyse van de economische efficiëntie. Een dergelijke methodologie is van toepassing op het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves met een contractperiode van meer dan één dag, voor zover het contract meer dan één week vóór de levering van de balanceringscapaciteit is gesloten. Deze methodologie omvat:

a)

de regels en beginselen voor de toewijzing van zoneoverschrijdende capaciteit op basis van een analyse van de economische efficiëntie;

b)

een gedetailleerde beschrijving van de wijze waarop de geraamde marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves moet worden bepaald, alsook een beoordeling van de marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van energie;

c)

een gedetailleerde beschrijving van de prijsstellingsmethode, de vastheidsregeling en het delen van congestie-inkomsten voor de zoneoverschrijdende capaciteit die is toegewezen op basis van een analyse van de economische efficiëntie;

d)

het maximumvolume toegewezen zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves, overeenkomstig lid 2.

2.   De toewijzing van zoneoverschrijdende capaciteit op basis van een analyse van de economische efficiëntie wordt beperkt tot 5 % van de capaciteit die in het vorige relevante kalenderjaar beschikbaar was voor de uitwisseling van energie tussen de respectieve biedzones of, in het geval van nieuwe interconnectoren, 10 % van de totale geïnstalleerde technische capaciteit van die nieuwe interconnectoren. Deze beperking van het volume geldt niet voor biedzonegrenzen die verbonden zijn via gelijkstroominterconnectoren tot de gecoöptimaliseerde of marktgebaseerde toewijzingsprocessen op het niveau van de Unie zijn geharmoniseerd overeenkomstig artikel 38, lid 3.

3.   De methodologie voor de toewijzing van zoneoverschrijdende capaciteit op basis van een analyse van de economische efficiëntie is gebaseerd op een vergelijking van de geraamde marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves met de geraamde marktwaarde van zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van energie.

4.   De prijsstellingsmethode, de vastheidsregeling en het delen van congestie-inkomsten voor zoneoverschrijdende capaciteit die is toegewezen voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves op basis van een analyse van de economische efficiëntie garanderen dezelfde behandeling als zoneoverschrijdende capaciteit die is toegewezen voor het uitwisselen van energie.

5.   De in lid 1 bedoelde TSB's stellen een voorstel op voor een lijst van elke individuele toewijzing van zoneoverschrijdende capaciteit op basis van een analyse van de economische efficiëntie. Deze lijst bevat:

a)

de specificatie van de biedzonegrens;

b)

het volume toegewezen grensoverschrijdende capaciteit;

c)

de periode gedurende dewelke de zoneoverschrijdende capaciteit zou worden toegewezen voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit of het delen van reserves;

d)

de economische analyse ter rechtvaardiging van de efficiëntie van die toewijzing.

6.   De in lid 1 bedoelde TSB's beoordelen de waarde van de toegewezen zoneoverschrijdende capaciteit opnieuw in het proces voor de inkoop van balanceringscapaciteit en geven de toegewezen zoneoverschrijdende capaciteit die niet langer nuttig is voor het uitwisselen van capaciteit of het delen van reserves vrij.

Artikel 43

Gebruik van zoneoverschrijdende capaciteit door BSP's

1.   BSP's die een contract hebben voor balanceringscapaciteit met een TSB op basis van een TSB-BSP-model overeenkomstig artikel 35 hebben het recht om zoneoverschrijdende capaciteit voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit te gebruiken als ze houder zijn van fysieke transmissierechten.

2.   BSP's die zoneoverschrijdende capaciteit gebruiken voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit op basis van een TSB-BSP-model overeenkomstig artikel 35 stellen de betrokken TSB's uitdrukkelijk in kennis van hun fysieke transmissierechten voor de uitwisseling van balanceringscapaciteit. Dergelijke fysieke transmissierechten machtigen de houders ervan om de betrokken TSB's in kennis te stellen van het nomineren van balanceringsenergie, en worden daarom uitgesloten van de toepassing van het „use-it-or-sell-it”-beginsel.

3.   Zoneoverschrijdende capaciteit die is toegewezen voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit overeenkomstig lid 2 wordt als reeds toegewezen zoneoverschrijdende capaciteit opgenomen in de berekeningen van zoneoverschrijdende capaciteit.

TITEL V

VERREKENING

HOOFDSTUK 1

Verrekeningsbeginselen

Artikel 44

Algemene beginselen

1.   Door middel van de verrekeningsprocessen:

a)

worden passende economische signalen gegeven die een weerspiegeling vormen van de onbalans;

b)

wordt ervoor gezorgd dat onbalansen worden verrekend tegen een prijs die een weergave vormt van de realtime-energiewaarde;

c)

worden prikkels gegeven aan BRP's om in balans te zijn dan wel het evenwicht van het systeem te behouden of te helpen herstellen;

d)

wordt de harmonisering van mechanismen voor de verrekening van onbalansen vergemakkelijkt;

e)

worden prikkels gegeven aan de TSB's om hun verplichtingen na te komen overeenkomstig de artikelen 127, 153, 157 en 160 van Verordening (EU) 2017/1485;

f)

wordt vermeden dat verstorende prikkels worden gegeven aan BRP's, BSP's en TSB's;

g)

wordt de concurrentie onder marktdeelnemers ondersteund;

h)

worden prikkels gegeven aan BSP's om balanceringsdiensten aan de connecterende TSB aan te bieden en te leveren;

i)

wordt de financiële neutraliteit van alle TSB's gegarandeerd.

2.   Elke relevante regulerende instantie overeenkomstig artikel 37 van Richtlijn 2009/72/EG ziet erop toe dat alle TSB's onder haar bevoegdheid geen economische winsten of verliezen maken door de financiële resultaten van het verrekeningsproces overeenkomstig de hoofdstukken 2, 3 en 4 van deze titel gedurende de door de relevante regulerende instantie gedefinieerde reguleringsperiode, en zien erop toe dat alle positieve of negatieve financiële resultaten ten gevolge van de in de hoofdstukken 2, 3 en 4 van deze titel bedoelde verrekening worden doorgegeven aan de netgebruikers overeenkomstig de toepasselijke nationale regels.

3.   Elke TSB kan een voorstel opstellen voor een aanvullend verrekeningsmechanisme, dat los staat van de verrekening van onbalansen, om de inkoopkosten van balanceringscapaciteit overeenkomstig hoofdstuk 5 van deze titel, de administratieve kosten en andere kosten in verband met balancering te verrekenen. Het aanvullende verrekeningsmechanisme is van toepassing op BRP's. Dit moet bij voorkeur gebeuren door een functie voor prijsstelling van tekorten in te stellen. Als TSB's voor een ander mechanisme kiezen, moeten zij dit rechtvaardigen in het voorstel. Dit voorstel moet ter goedkeuring worden voorgelegd aan de relevante regulerende instantie.

4.   Elke injectie in of afname uit een programmeringszone van een TSB wordt verrekend overeenkomstig hoofdstuk 3 of 4 van titel V.

HOOFDSTUK 2

Verrekening van balanceringsenergie

Artikel 45

Berekening van balanceringsenergie

1.   Wat betreft de verrekening van balanceringsenergie moet elke TSB, minstens voor het frequentieherstelproces en het vervangingsreserveproces, een procedure vaststellen voor:

a)

het berekenen van het geactiveerde volume balanceringsenergie op basis van gevraagde of gemeten activering;

b)

het eisen van de herberekening van het geactiveerde volume balanceringsenergie.

2.   Elke TSB berekent het geactiveerde volume balanceringsenergie overeenkomstig de procedures van lid 1, onder a), voor minstens:

a)

elke onbalansverrekeningsperiode;

b)

zijn onbalanszones;

c)

elke richting, waarbij een negatief teken wijst op relatieve afname door de BSP en een positief teken wijst op relatieve injectie door de BSP.

3.   Elke connecterende TSB verrekent alle geactiveerde volumes balanceringsenergie die zijn berekend overeenkomstig lid 2 met de betrokken BSP's.

Artikel 46

Balanceringsenergie voor het frequentiebegrenzingsproces

1.   Elke connecterende TSB kan het geactiveerde volume balanceringsenergie voor het frequentiebegrenzingsproces berekenen en verrekenen met BSP's overeenkomstig leden 1 en 2 van artikel 45.

2.   De prijs, positief, nul of negatief, van het geactiveerde volume balanceringsenergie voor het frequentiebegrenzingsproces wordt vastgesteld voor elke richting, zoals gedefinieerd in tabel 1:

Tabel 1

Betaling voor balanceringsenergie

 

Balanceringsenergieprijs is positief

Balanceringsenergieprijs is negatief

Positieve balanceringsenergie

Betaling door TSB aan BSP

Betaling door BSP aan TSB

Negatieve balanceringsenergie

Betaling door BSP aan TSB

Betaling door TSB aan BSP

Artikel 47

Balanceringsenergie voor het frequentieherstelproces

1.   Elke connecterende TSB berekent het geactiveerde volume balanceringsenergie voor het frequentieherstelproces en verrekent het met BSP's overeenkomstig leden 1 en 2 van artikel 45.

2.   De prijs, positief, nul of negatief, van het geactiveerde volume balanceringsenergie voor het frequentieherstelproces wordt overeenkomstig artikel 30 vastgesteld voor elke richting, zoals gedefinieerd in tabel 1.

Artikel 48

Balanceringsenergie voor het vervangingsreserveproces

1.   Elke connecterende TSB berekent het geactiveerde volume balanceringsenergie voor het vervangingsreserveproces en verrekent het met BSP's overeenkomstig leden 1 en 2 van artikel 45.

2.   De prijs, positief, nul of negatief, van het geactiveerde volume balanceringsenergie voor het frequentievervangingsproces wordt overeenkomstig artikel 30 vastgesteld voor elke richting, zoals gedefinieerd in tabel 1.

Artikel 49

Toewijzing van onbalansen aan BRP's

1.   Elke TSB berekent een onbalansaanpassing die moet worden toegepast op de betrokken BRP voor elke geactiveerde balanceringsenergiebieding.

2.   Voor onbalanszones waar verscheidene eindposities voor één BRP worden berekend overeenkomstig artikel 54, lid 3, kan een onbalansaanpassing worden berekend voor elke positie.

3.   Voor elke onbalansaanpassing bepaalt elke TSB het geactiveerde volume balanceringsenergie dat is berekend overeenkomstig artikel 45 en elk volume dat voor andere doeleinden dan balancering is geactiveerd.

HOOFDSTUK 3

Verrekening van energie-uitwisselingen tussen TSB's

Artikel 50

Beoogde energie-uitwisselingen

1.   Uiterlijk één jaar na de inwerkingtreding van deze verordening stellen alle TSB's een voorstel op voor gemeenschappelijke verrekeningsregels die gelden voor alle beoogde energie-uitwisselingen die het resultaat zijn van één of meer van de onderstaande processen, overeenkomstig de artikelen 146, 147 en 148 van Verordening (EU) 2017/1485, voor elk van de volgende processen:

a)

het vervangingsreserveproces;

b)

het frequentieherstelproces met manuele activering;

c)

het frequentieherstelproces met automatische activering;

d)

het onbalansnettingsproces.

2.   Elke TSB-TSB-verrekeningsfunctie voert de verrekening uit overeenkomstig de verrekeningsregels van lid 1.

3.   Uiterlijk 18 maanden na de inwerkingtreding van deze verordening stellen alle TSB's die intentioneel energie uitwisselen binnen een synchrone zone een voorstel op voor gemeenschappelijke verrekeningsregels die gelden voor beoogde energie-uitwisselingen die het resultaat zijn van één of beide van de volgende factoren:

a)

het frequentiebegrenzingsproces overeenkomstig artikel 142 van Verordening (EU) 2017/1485;

b)

de rampingperiode overeenkomstig artikel 136 van Verordening (EU) 2017/1485.

4.   Uiterlijk 18 maanden na de inwerkingtreding van deze verordening stellen alle asynchroon geconnecteerde TSB's die intentioneel energie uitwisselen tussen synchrone zones een voorstel op voor gemeenschappelijke verrekeningsregels die gelden voor beoogde energie-uitwisselingen die het resultaat zijn van één of beide van de volgende factoren:

a)

het frequentiebegrenzingsproces voor het gegenereerde werkzame vermogen op het niveau van een synchrone zone, overeenkomstig de artikelen 172 en 173 van Verordening (EU) 2017/1485;

b)

rampingbeperkingen voor het gegenereerde werkzame vermogen op het niveau van een synchrone zone, overeenkomstig artikel 137 van Verordening (EU) 2017/1485.

5.   De gemeenschappelijke verrekeningsregels overeenkomstig lid 1 bevatten minstens het voorschrift dat de beoogde energie-uitwisseling moet worden berekend op basis van de volgende criteria:

a)

met betrekking tot perioden waarover overeenstemming is bereikt tussen relevante TSB's;

b)

per richting;

c)

als de integraal van de berekende vermogensuitwisseling gedurende de perioden overeenkomstig lid 5, onder a).

6.   De gemeenschappelijke regels voor de verrekening van beoogde uitwisselingen van energie overeenkomstig lid 1, onder a), b) en c), houden rekening met:

a)

alle balanceringsenergieprijzen die zijn vastgesteld overeenkomstig artikel 30, lid 1;

b)

de methodologie voor de prijsstelling van zoneoverschrijdende capaciteit die gebruikt wordt voor de uitwisseling van balanceringsenergie overeenkomstig artikel 30, lid 3.

7.   De gemeenschappelijke regels voor de verrekening van beoogde uitwisselingen van energie overeenkomstig lid 1, onder d), houden rekening met de methodologie voor de prijsstelling van zoneoverschrijdende capaciteit die gebruikt wordt voor de toepassing van het proces voor onbalansnetting overeenkomstig artikel 30, lid 3.

8.   Alle TSB's stellen een gecoördineerd mechanisme vast voor hun onderlinge aanpassingen van verrekeningen.

Artikel 51

Niet-beoogde energie-uitwisselingen

1.   Uiterlijk 18 maanden na de inwerkingtreding van deze verordening stellen alle TSB's van een synchrone zone een voorstel op voor gemeenschappelijke verrekeningsregels die gelden voor alle niet-beoogde energie-uitwisselingen. Het voorstel bevat de volgende eisen:

a)

de prijs voor niet-beoogde uitwisselingen van energie die is afgenomen in de synchrone zone is een weergave van de prijzen voor geactiveerde opwaartse balanceringsenergie voor het frequentieherstelproces of vervangingsreserveproces voor deze synchrone zone;

b)

de prijs voor niet-beoogde uitwisselingen van energie die is geïnjecteerd in de synchrone zone is een weergave van de prijzen voor geactiveerde neerwaartse balanceringsenergie voor het frequentieherstelproces of vervangingsreserveproces voor deze synchrone zone.

2.   Uiterlijk 18 maanden na de inwerkingtreding van deze verordening stellen alle asynchroon geconnecteerde TSB's een voorstel op voor gemeenschappelijke verrekeningsregels die gelden voor alle niet-beoogde energie-uitwisselingen tussen asynchroon geconnecteerde TSB's.

3.   De voorstellen voor gemeenschappelijke verrekeningsregels voor niet-beoogde energie-uitwisselingen tussen TSB's garanderen een eerlijke en gelijke verdeling van kosten en baten tussen TSB's.

4.   Alle TSB's stellen een gecoördineerd mechanisme vast voor onderlinge aanpassingen van verrekeningen.

HOOFDSTUK 4

Onbalansverrekening

Artikel 52

Onbalansverrekening

1.   Elke TSB of, voor zover relevant, elke derde partij verrekent in zijn programmeringszone of, voor zover van toepassing, programmeringszones, met elke BRP en voor elke periode voor onbalansverrekening overeenkomstig artikel 53, alle overeenkomstig de artikelen 49 en 54 berekende onbalansen tegen de passende onbalansprijzen die zijn berekend overeenkomstig artikel 55.

2.   Uiterlijk één jaar na de inwerkingtreding van deze verordening stellen alle TSB's een voorstel op om minstens het volgende verder te specificeren en te harmoniseren:

a)

de berekening van een onbalansaanpassing overeenkomstig artikel 49 en de berekening van een positie, een onbalans en een toegewezen volume overeenkomstig een van de benaderingen van artikel 54, lid 3;

b)

de belangrijkste componenten van de berekening van de onbalansprijs voor alle onbalansen overeenkomstig artikel 55, met inbegrip van, voor zover passend, de definitie van de waarde van vermeden activering van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves of vervangingsreserves;

c)

het gebruik van enkelvoudige prijsstelling voor alle onbalansen overeenkomstig artikel 55, waarbij één prijs wordt vastgesteld voor positieve onbalansen en negatieve onbalansen voor alle onbalansprijszones binnen een onbalansverrekeningsperiode, en

d)

de definitie van voorwaarden en een methodologie voor dubbele prijsstelling van alle onbalansen overeenkomstig artikel 55, waarbij één prijs wordt vastgesteld voor positieve onbalansen en één prijs voor negatieve onbalansen voor alle onbalansprijszones binnen een onbalansverrekeningsperiode; dit omvat:

i)

de voorwaarden waaronder een TSB aan zijn relevante regulerende instantie overeenkomstig artikel 37 van Richtlijn 2009/72/EG de toepassing van dubbele prijsstelling kan voorstellen, en de motivering die daarvoor moet worden verstrekt;

ii)

de methodologie voor de toepassing van dubbele prijsstelling.

3.   In het in lid 2 bedoelde voorstel kan een onderscheid worden gemaakt tussen self-dispatchingmodellen en centrale dispatchingmodellen.

4.   In het in lid 2 bedoelde voorstel is bepaald dat het uiterlijk 18 maanden na de goedkeuring door alle relevante regulerende instanties overeenkomstig artikel 5, lid 2, ten uitvoer moet worden gelegd.

Artikel 53

Onbalansverrekeningsperiode

1.   Uiterlijk drie jaar na de inwerkingtreding van deze verordening passen alle TSB's de onbalansverrekeningsperiode van 15 minuten toe in alle programmeringszones, waarbij zij erop toezien dat alle grenzen van de markttijdseenheid samenvallen met de grenzen van de onbalansverrekeningsperiode.

2.   De TSB's van een synchrone zone kunnen gezamenlijk verzoeken om een uitzondering op de in lid 1 vastgestelde eis.

3.   Als de relevante regulerende instanties van een synchrone zone een vrijstelling toekennen van de in lid 1 bedoelde eis, voeren zij, op gezamenlijk verzoek van de TSB's in de desbetreffende programmeringszone of op eigen initiatief, in samenwerking met het Agentschap en minstens om de drie jaar een kosten-batenanalyse uit van de harmonisering van de onbalansverrekeningsperiode in en tussen synchrone zones.

Artikel 54

Onbalansberekening

1.   Elke TSB berekent in zijn programmeringszone(s), voor zover passend, de eindpositie, het toegewezen volume, de onbalansaanpassing en de onbalans:

a)

voor elke BRP;

b)

voor elke onbalansverrekeningsperiode;

c)

in elke onbalanszone.

2.   De onbalanszone is gelijk aan de programmeringszone, behalve in het geval van een centraal dispatchingmodel; in dat geval kan de onbalanszone een deel zijn van de programmeringszone.

3.   Zolang het voorstel overeenkomstig artikel 52, lid 2, niet ten uitvoer wordt gelegd, berekent elke TSB de eindpositie van een BRP via één van de volgende benaderingen:

a)

de BRP heeft één eindpositie die gelijk is aan de som van zijn externe commerciële handelsprogramma's en interne commerciële handelsprogramma's;

b)

de BRP heeft twee eindposities: de eerste is gelijk aan de som van zijn externe commerciële handelsprogramma's en interne commerciële handelsprogramma's voor productie en de tweede is gelijk aan de som van zijn externe commerciële handelsprogramma's en interne commerciële handelsprogramma's voor verbruik;

c)

in een centraal dispatchingmodel kan een BRP per onbalanszone meerdere eindposities hebben die gelijk zijn aan opwekkingsprogramma's van productie-installaties of verbruiksprogramma's van verbruikersinstallaties.

4.   Elke TSB stelt de regels vast voor:

a)

het berekenen van de eindpositie;

b)

het vaststellen van het toegewezen volume;

c)

het vaststellen van de onbalansaanpassing overeenkomstig artikel 49;

d)

het berekenen van de onbalans;

e)

het eisen van de herberekening van de onbalans door een BRP.

5.   Het toegewezen volume wordt niet berekend voor een BRP die geen injecties of afnames bestrijkt.

6.   In een onbalans wordt de omvang en richting van de verrekening tussen de BRP en de TSB aangegeven; een onbalans kan een van de volgende hebben:

a)

een negatief teken, dat wijst op een tekort van een BRP;

b)

een positief teken, dat wijst op een overschot van een BRP.

Artikel 55

Onbalansprijs

1.   Elke TSB stelt de regels vast voor het berekenen van de onbalansprijs, die positief, nul of negatief kan zijn, zoals bepaald in tabel 2:

Tabel 2

Betaling voor onbalans

 

Onbalansprijs is positief

Onbalansprijs is negatief

Positieve onbalans

Betaling door TSB aan BRP

Betaling door BRP aan TSB

Negatieve onbalans

Betaling door BRP aan TSB

Betaling door TSB aan BRP

2.   De overeenkomstig lid 1 opgestelde regels bevatten een definitie van de waarde van de vermeden activering van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves of vervangingsreserves.

3.   Elke TSB stelt de onbalansprijs vast voor:

a)

elke onbalansverrekeningsperiode;

b)

zijn onbalansprijszones;

c)

elke onbalansrichting.

4.   De onbalansprijs voor negatieve onbalansen mag niet lager zijn dan een van de volgende:

a)

de gewogen gemiddelde prijs voor positieve geactiveerde balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves en vervangingsreserves;

b)

de waarde van de vermeden activering van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves of vervangingsreserves, in het geval tijdens de onbalansverrekeningsperiode geen activering van balanceringsenergie heeft plaatsgevonden.

5.   De onbalansprijs voor positieve onbalansen mag niet hoger zijn dan een van de volgende:

a)

de gewogen gemiddelde prijs voor negatieve geactiveerde balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves en vervangingsreserves;

b)

de waarde van de vermeden activering van balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves of vervangingsreserves, in het geval tijdens de onbalansverrekeningsperiode geen activering van balanceringsenergie heeft plaatsgevonden.

6.   In het geval zowel de positieve als de negatieve balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves of vervangingsreserves is geactiveerd tijdens dezelfde onbalansverrekeningsperiode, wordt de onbalansverrekeningsprijs voor positieve onbalansen en negatieve onbalansen bepaald op basis van minstens één van de beginselen van leden 4 en 5.

HOOFDSTUK 5

Verrekening van balanceringscapaciteit

Artikel 56

Inkoop in een programmeringszone

1.   Elke TSB van een programmeringszone die gebruikmaakt van balanceringscapaciteitsbiedingen stelt regels op voor de verrekening van minstens frequentieherstelreserves en vervangingsreserves overeenkomstig de eisen van artikel 32.

2.   Elke TSB van een programmeringszone die gebruik maakt van balanceringscapaciteitsbiedingen verrekent minstens alle aangekochte frequentieherstelreserves en vervangingsreserves overeenkomstig de eisen van artikel 32.

Artikel 57

Inkoop buiten een programmeringszone

1.   Alle TSB's die balanceringscapaciteit uitwisselen, stellen regels op voor de verrekening van aangekochte balanceringscapaciteit overeenkomstig de artikelen 33 en 35.

2.   Alle TSB's die balanceringscapaciteit uitwisselen, verrekenen samen de aangekochte balanceringscapaciteit via de in artikel 33 bedoelde TSB-TSB-verrekeningsfunctie. TSB's die balanceringscapaciteit uitwisselen op basis van een TSB-BSP-model verrekenen de aangekochte balanceringscapaciteit overeenkomstig artikel 35.

3.   Alle TSB's die balanceringscapaciteit uitwisselen, stellen regels op voor de verrekening van de toewijzing van zoneoverschrijdende capaciteit overeenkomstig hoofdstuk 2 van titel IV.

4.   Alle TSB's die balanceringscapaciteit uitwisselen, verrekenen de toegewezen zoneoverschrijdende capaciteit overeenkomstig hoofdstuk 2 van titel IV.

TITEL VI

ALGORITME

Artikel 58

Balanceringsalgoritmen

1.   In de voorstellen overeenkomstig de artikelen 19, 20 en 21 stellen alle TSB's algoritmen op die de activeringsoptimaliseringsfuncties moeten gebruiken voor de activering van balanceringsenergiebiedingen. Die algoritmen:

a)

zijn in overeenstemming met de methode voor de activering van balanceringsenergiebiedingen overeenkomstig artikel 29;

b)

zijn in overeenstemming met de methode voor de prijsstelling van balanceringsenergie overeenkomstig artikel 30;

c)

houden rekening met de beschrijving van het onbalansnettingsproces en het proces voor grensoverschrijdende activering overeenkomstig deel IV, titel III, van Verordening (EU) 2017/1485.

2.   In het voorstel overeenkomstig artikel 22 stellen alle TSB's een algoritme op dat moet worden gebruikt door het onbalansnettingsproces. Dit algoritme beperkt de tegenactivering van balanceringshulpbronnen tot een minimum door het onbalansnettingsproces uit te voeren overeenkomstig deel IV van Verordening (EU) 2017/1485.

3.   In het voorstel overeenkomstig artikel 33 stellen twee of meer TSB's die balanceringsenergie uitwisselen algoritmen op die de functies voor de optimalisering van capaciteitsinkoop moeten gebruiken voor de inkoop van balanceringscapaciteitsbiedingen. Die algoritmen:

a)

beperken de algemene inkoopkosten van alle gezamenlijk aangekochte balanceringscapaciteit tot een minimum;

b)

houden rekening met de beschikbaarheid van zoneoverschrijdende capaciteit, met inbegrip van eventuele kosten voor de levering ervan, voor zover van toepassing.

4.   Alle overeenkomstig dit artikel opgestelde algoritmen:

a)

zijn in overeenstemming met de beperkingen inzake operationele veiligheid;

b)

houden rekening met technische beperkingen en beperkingen van het netwerk;

c)

houden in voorkomend geval rekening met de beschikbare zoneoverschrijdende capaciteit.

TITEL VII

RAPPORTAGE

Artikel 59

Europees verslag over de integratie van balanceringsmarkten

1.   ENTSO-E publiceert een Europees verslag waarin de nadruk wordt gelegd op de monitoring, beschrijving en analyse van de tenuitvoerlegging van deze verordening, en waarin verslag wordt uitgebracht over de voortgang die geboekt is met betrekking tot de integratie van balanceringsmarkten in Europa, waarbij de vertrouwelijkheid van informatie overeenkomstig artikel 11 in acht wordt genomen.

2.   Het formaat van het verslag varieert als volgt:

a)

twee jaar na de inwerkingtreding van deze verordening en vervolgens om de twee jaar wordt een gedetailleerd verslag gepubliceerd;

b)

drie jaar na de inwerkingtreding van deze verordening en vervolgens om de twee jaar wordt een kortere versie van het verslag gepubliceerd, teneinde de voortgang te toetsen en de prestatie-indicatoren te actualiseren.

3.   In het in lid 2, onder a), bedoelde verslag:

a)

wordt het harmoniserings- en integratieproces beschreven en geanalyseerd, alsook de voortgang die geboekt is met betrekking tot de harmonisering en integratie van balanceringsmarkten via de toepassing van deze verordening;

b)

wordt de status van de implementatieprojecten overeenkomstig deze verordening beschreven;

c)

wordt de verenigbaarheid tussen de implementatieprojecten beoordeeld en worden mogelijke ontwikkelingen onderzocht die een risico vormen voor toekomstige integratie;

d)

wordt de ontwikkeling van het uitwisselen van balanceringscapaciteit en het delen van reserves geanalyseerd en wordt een beschrijving gegeven van mogelijke belemmeringen, voorwaarden en acties om het uitwisselen van balanceringscapaciteit en het delen van reserves verder te verbeteren;

e)

worden de bestaande uitwisselingen van balanceringsenergie beschreven en de mogelijke uitwisselingen van balanceringsenergie geanalyseerd;

f)

wordt een analyse gemaakt van de geschiktheid van standaardproducten in de context van de meest recente ontwikkelingen en evoluties van verschillende balanceringshulpbronnen en worden mogelijke verbeteringen van standaardproducten voorgesteld;

g)

wordt nagegaan of er behoefte is aan verdere harmonisering van standaardproducten en worden de mogelijke gevolgen van niet-harmonisering voor de integratie van balanceringsmarkten onderzocht;

h)

wordt het bestaan van specifieke producten beoordeeld, alsook de rechtvaardiging die TSB's geven voor deze producten en hun gevolgen voor de integratie van de balanceringsmarkten;

i)

wordt de voortgang van de harmonisering van de belangrijkste kenmerken van onbalansverrekening beoordeeld, alsook de gevolgen en mogelijke verstoringen die te wijten zijn aan niet-harmonisering;

j)

wordt verslag uitgebracht van de resultaten van de in artikel 61 bedoelde kosten-batenanalyse.

4.   ENTSO-E stelt prestatie-indicatoren op voor balanceringsmarkten, welke worden gebruikt in de verslagen. Deze prestatie-indicatoren vormen een weerspiegeling van:

a)

de beschikbaarheid van balanceringsenergiebiedingen, met inbegrip van de biedingen van balanceringscapaciteit;

b)

de geldelijke winst en besparing door onbalansnetting, het uitwisselen van balanceringsdiensten en het delen van reserves;

c)

de voordelen van het gebruik van standaardproducten;

d)

de totale kosten van balancering;

e)

de economische efficiëntie en betrouwbaarheid van de balanceringsmarkten;

f)

de mogelijke inefficiënties en verstoringen op balanceringsmarkten;

g)

de efficiëntieverliezen door specifieke producten;

h)

het volume en de prijs van de voor balanceringsdoeleinden gebruikte balanceringsenergie, zowel beschikbare als geactiveerde, uit standaardproducten en specifieke producten;

i)

de onbalansprijzen en systeemonbalansen;

j)

de evolutie van de prijzen van balanceringsdiensten in de voorbije jaren;

k)

de vergelijking van verwachte en gerealiseerde kosten en baten van alle toewijzingen van zoneoverschrijdende capaciteit voor balanceringsdoeleinden.

5.   Alvorens een definitief verslag in te dienen, stelt ENTSO-E een voorstel voor een ontwerpverslag op. In dit voorstel worden ook de structuur, de inhoud en de prestatie-indicatoren gedefinieerd die in het verslag worden gebruikt. Het voorstel wordt ingediend bij het Agentschap, dat het recht heeft om binnen twee maanden na de indiening van het verslag wijzigingen te vragen.

6.   Het verslag overeenkomstig lid 2, onder a), bevat ook een samenvatting in het Engels van elk in artikel 60 bedoeld TSB-verslag over balancering.

7.   Het verslag moet uitgesplitste informatie en indicatoren bevatten voor elke programmeringszone, elke biedzonegrens of elk LFC-blok.

8.   ENTSO-E publiceert de verslagen op internet en dient ze uiterlijk zes maanden na het einde van het jaar waarop ze betrekking hebben in bij het Agentschap.

9.   Na het verstrijken van de termijnen voor het gebruik van de in artikel 19, lid 5, artikel 20, lid 6, artikel 21, lid 6, en artikel 22, lid 5, bedoelde Europese platforms toetsen alle TSB's de inhoud en publicatievoorwaarden van de verslagen. Op basis van het resultaat van die toetsing stelt het ENTSO-E een voorstel op voor een nieuwe structuur en een nieuw tijdschema voor de publicatie van de verslagen, en dient het dit in bij het Agentschap. Het Agentschap heeft het recht om drie maanden na de indiening van het voorstel wijzigingen te vragen.

Artikel 60

TSB-verslag over balancering

1.   Minstens om de twee jaar stelt elke TSB een verslag op over balancering in de voorgaande twee kalenderjaren, waarbij de vertrouwelijkheid van informatie overeenkomstig artikel 11 in acht wordt genomen.

2.   Dit verslag bevat:

a)

informatie over de volumes beschikbare, aangekochte en gebruikte specifieke producten, en een rechtvaardiging van specifieke producten waarop de voorwaarden van artikel 26 van toepassing zijn;

b)

een beknopte analyse van de dimensionering van reservecapaciteit, met inbegrip van de rechtvaardiging en verklaring voor de berekende eisen inzake reservecapaciteit;

c)

een beknopte analyse van de optimale levering van reservecapaciteit, met inbegrip van de rechtvaardiging van het volume balanceringscapaciteit;

d)

een analyse van de kosten en baten, en de mogelijke inefficiënties en verstoringen van specifieke producten met betrekking tot concurrentie, marktversnippering, deelname van vraagrespons en hernieuwbare energiebronnen, integratie van balanceringsmarkten en neveneffecten voor andere elektriciteitsmarkten;

e)

een analyse van de mogelijkheden voor het uitwisselen van balanceringscapaciteit en het delen van reserves;

f)

een verklaring en rechtvaardiging voor de inkoop van balanceringscapaciteit zonder uitwisselen van balanceringscapaciteit of delen van reserves;

g)

een analyse van de efficiëntie van de activeringsoptimaliseringsfuncties voor balanceringsenergie uit frequentieherstelreserves en, in voorkomend geval, voor balanceringsenergie uit vervangingsreserves.

3.   Ofwel wordt het verslag over balancering in het Engels opgesteld, ofwel bevat het minstens een samenvatting in het Engels.

4.   Op basis van de vorige gepubliceerde verslagen heeft de relevante regulerende instantie overeenkomstig artikel 37 van Richtlijn 2009/72/EG het recht om wijzigingen te vragen van de structuur en inhoud van het volgende TSB-verslag over balancering.

TITEL VIII

KOSTEN-BATENANALYSE

Artikel 61

Kosten-batenanalyse

1.   Wanneer TSB's een kosten-batenanalyse moeten uitvoeren overeenkomstig deze verordening, stellen zij de criteria en methodologie daarvoor vast en dienen deze uiterlijk zes maanden vóór de start van de kosten-batenanalyse in bij de relevante regulerende instanties overeenkomstig artikel 37 van Richtlijn 2009/72/EG. De relevante regulerende instanties zijn gemachtigd om samen wijzigingen te vragen van de criteria en methodologie.

2.   De kosten-batenanalyse houdt minstens rekening met:

a)

de technische haalbaarheid;

b)

de economische efficiëntie;

c)

het effect op de concurrentie en de integratie van balanceringsmarkten;

d)

de kosten en baten van de implementatie;

e)

het effect op de Europese en nationale balanceringskosten;

f)

het potentieel effect op de prijzen op de Europese elektriciteitsmarkten;

g)

het vermogen van TSB's en BRP's om hun verplichtingen na te komen;

h)

het effect op marktpartijen in termen van aanvullende technische of IT-vereisten, beoordeeld in samenwerking met de betrokken belanghebbenden.

3.   Alle betrokken TSB's dienen de resultaten van de kosten-batenanalyse in bij alle relevante regulerende instanties, samen met een gerechtvaardigd voorstel om eventuele in de kosten-batenanalyse vastgestelde problemen op te lossen.

TITEL IX

AFWIJKINGEN EN MONITORING

Artikel 62

Afwijkingen

1.   Een in artikel 37 van Richtlijn 2009/72/EG bedoelde regulerende instantie kan, op verzoek van een TSB of op eigen initiatief, de relevante TSB's toestaan af te wijken van één of meer bepalingen van deze verordening overeenkomstig leden 2 tot en met 12.

2.   Een TSB kan om afwijking van de volgende eisen verzoeken:

a)

de termijnen tegen dewelke een TSB gebruik moet maken van de Europese platforms overeenkomstig artikel 19, lid 5, artikel 20, lid 6, artikel 21, lid 6, en artikel 22, lid 5;

b)

de definitie van de ISP-GCT in een centraal dispatchingmodel overeenkomstig artikel 24, lid 5, en de mogelijkheid om biedingen van het geïntegreerde programmeringsproces te wijzigen overeenkomstig artikel 24, lid 6;

c)

het maximumvolume zoneoverschrijdende capaciteit die is toegewezen op basis van een marktgebaseerd proces overeenkomstig artikel 41, lid 2, of op basis van een analyse van de economische efficiëntie overeenkomstig artikel 42, lid 2;

d)

de harmonisering van de onbalansverrekeningsperiode overeenkomstig artikel 53, lid 1;

e)

de implementatie van de eisen van de artikelen 45, 46, 47, 48, 49, 50, 51, 54, 55, 56 en 57.

3.   Het afwijkingsproces moet transparant, niet-discriminerend, niet-vooringenomen en goed gedocumenteerd zijn en zijn gebaseerd op een met redenen omkleed verzoek.

4.   TSB's dienen een schriftelijk verzoek tot afwijking in bij de relevante regulerende instantie, uiterlijk zes maanden vóór de datum van toepassing van de bepalingen waarvan afwijking wordt gevraagd.

5.   Het afwijkingsverzoek bevat de volgende informatie:

a)

de bepalingen waarvoor een afwijking wordt gevraagd;

b)

de periode waarvoor de afwijking wordt gevraagd;

c)

een gedetailleerd plan en een gedetailleerd tijdschema waarin is aangegeven hoe de tenuitvoerlegging van de relevante bepalingen van deze verordening moet worden aangepakt en gegarandeerd na afloop van de afwijkingsperiode;

d)

een beoordeling van de gevolgen van de gevraagde afwijking voor aangrenzende markten;

e)

een beoordeling van de mogelijke risico's die de gevraagde afwijking inhoudt voor de integratie van balanceringsmarkten in heel Europa.

6.   Uiterlijk zes maanden na de dag waarop de relevante regulerende instantie een afwijkingsverzoek heeft ontvangen, neemt zij een besluit over dat verzoek. Vóór deze termijn verstrijkt, kan deze met drie maanden worden verlengd als de regulerende instantie nadere informatie vraagt aan de TSB die om de afwijking verzoekt. Deze aanvullende periode gaat in als alle informatie is ontvangen.

7.   De TSB die om de afwijking verzoekt, moet alle door de relevante regulerende instanties gevraagde aanvullende informatie binnen twee maanden na dat verzoek indienen. Als de TSB de gevraagde informatie niet binnen die termijn indient, wordt het afwijkingsverzoek geacht te zijn ingetrokken, tenzij:

a)

de relevante regulerende instantie vóór het verstrijken van de termijn besluit een verlenging toe te kennen;

b)

de TSB vóór het verstrijken van de termijn de relevante regulerende instantie middels een met redenen omklede motivering ervan in kennis stelt dat het afwijkingsverzoek volledig is.

8.   Bij de beoordeling van het afwijkingsverzoek of vóór de toekenning van een afwijking op eigen initiatief, houdt de relevante regulerende instantie rekening met de volgende aspecten:

a)

de moeilijkheden in verband met de tenuitvoerlegging van de desbetreffende bepaling of bepalingen;

b)

de risico's en gevolgen van de desbetreffende bepaling of bepalingen voor de operationele veiligheid;

c)

de acties die zijn ondernomen om de tenuitvoerlegging van de desbetreffende bepaling of bepalingen te vergemakkelijken;

d)

de gevolgen van de niet-toepassing van de desbetreffende bepaling of bepalingen voor de non-discriminatie van en concurrentie met andere Europese marktdeelnemers, met name wat vraagrespons en hernieuwbare energiebronnen betreft;

e)

het effect op de algemene economische efficiëntie en de slimme-netinfrastructuur;

f)

de gevolgen voor andere programmeringszones en de algemene gevolgen voor het Europees marktintegratieproces.

9.   De relevante regulerende instantie stelt een met redenen omkleed besluit op met betrekking tot een verzoek om afwijking of een op eigen initiatief toegekende afwijking. Als de relevante regulerende instantie een afwijking toekent, specificeert zij de duur ervan. De afwijking mag slechts één keer en voor een maximumperiode van twee jaar worden toegekend, behalve voor de afwijkingen in lid 2, onder c) en d), die tot 1 januari 2025 mogen worden toegekend.

10.   De relevante regulerende instantie stelt de TSB, het Agentschap en de Europese Commissie in kennis van haar besluit. Het besluit wordt ook op de website van de relevante regulerende instantie gepubliceerd.

11.   De relevante regulerende instanties houden een register bij van alle afwijkingen die zij hebben verleend of geweigerd en verstrekken het Agentschap minstens om de zes maanden een geactualiseerd en geconsolideerd register, waarvan ook een exemplaar aan het ENTSO-E wordt bezorgd.

12.   Het register bevat met name:

a)

de bepalingen waarvan afwijking wordt toegestaan of geweigerd;

b)

de inhoud van de afwijking;

c)

de redenen voor het toestaan of weigeren van de afwijking;

d)

de gevolgen van het toestaan van de afwijking.

Artikel 63

Toezicht

1.   Het ENTSO-E houdt toezicht op de tenuitvoerlegging van deze verordening overeenkomstig artikel 8, lid 8, van Verordening (EG) nr. 714/2009. Het toezicht op de tenuitvoerlegging van deze verordening door het ENTSO-E heeft betrekking op minstens de volgende punten:

a)

de opstelling van het in artikel 59 bedoelde Europees verslag over de integratie van de balanceringsmarkt;

b)

de opstelling van een verslag over het toezicht op de tenuitvoerlegging van deze verordening, met inbegrip van het effect op de harmonisering van toepasselijke regels die tot doel hebben de marktintegratie te vergemakkelijken.

2.   Uiterlijk zes maanden na de inwerkingtreding van deze verordening dient het ENTSO-E ter advies bij het Agentschap een toezichtsverslag in over de verslagen die moeten worden opgesteld en alle actualiseringen daarvan.

3.   Uiterlijk twaalf maanden na de inwerkingtreding van deze verordening stelt het Agentschap, in samenwerking met het ENTSO-E, een lijst op met de relevante door het ENTSO-E aan het Agentschap mee te delen informatie overeenkomstig artikel 8, lid 9, en artikel 9, lid 1, van Verordening (EG) nr. 714/2009. De lijst met relevante informatie kan worden geactualiseerd. Het ENTSO-E houdt een alomvattend, in gestandaardiseerd formaat opgesteld archief met digitale gegevens bij van de door het Agentschap opgevraagde informatie.

4.   Alle TSB's zenden het ENTSO-E de informatie toe die het nodig heeft om zijn in de leden 1 en 3 vastgestelde taken te vervullen.

5.   Op verzoek van het Agentschap en het ENTSO-E verstrekken marktdeelnemers en andere relevante organisaties voor de integratie van elektriciteitsbalanceringsmarkten het ENTSO-E de informatie die nodig is voor toezicht overeenkomstig leden 1 en 3, behalve voor informatie die reeds is verkregen door de relevante regulerende instanties overeenkomstig artikel 37 van Richtlijn 2009/72/EG, door het Agentschap of door het ENTSO-E in het kader van hun respectieve toezicht op de tenuitvoerlegging.

TITEL X

OVERGANGSBEPALINGEN EN SLOTBEPALINGEN

Artikel 64

Overgangsbepalingen voor Ierland en Noord-Ierland

Behalve wat de deelname aan de ontwikkeling van de voorwaarden of methodologieën betreft, waarvoor de in deze verordening gestelde respectieve termijnen gelden, zijn de eisen van deze verordening in Ierland en Noord-Ierland van toepassing met ingang van 31 december 2019.

Artikel 65

Inwerkingtreding

1.   Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

2.   Met betrekking tot de artikelen 14, 16, 17, 28, 32, 34, 35, 36, 44 tot en met 49, en 54 tot en met 57, wordt deze verordening één jaar na de inwerkingtreding ervan van toepassing.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 23 november 2017.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 211 van 14.8.2009, blz. 15.

(2)  Verordening (EU) 2017/1485 van de Commissie van 2 augustus 2017 tot vaststelling van richtsnoeren betreffende het beheer van elektriciteitstransmissiesystemen (PB L 220 van 25.8.2017, blz. 1).

(3)  Richtlijn 2009/72/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot intrekking van Richtlijn 2003/54/EG (PB L 211 van 14.8.2009, blz. 55).

(4)  Verordening (EG) nr. 713/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 tot oprichting van een Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators (PB L 211 van 14.8.2009, blz. 1).

(5)  Verordening (EU) nr. 543/2013 van de Commissie van 14 juni 2013 betreffende de toezending en publicatie van gegevens inzake de elektriciteitsmarkten en houdende wijziging van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 714/2009 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 163 van 15.6.2013, blz. 1).

(6)  Verordening (EU) 2015/1222 van de Commissie van 24 juli 2015 tot vaststelling van richtsnoeren betreffende capaciteitstoewijzing en congestiebeheer (PB L 197 van 25.7.2015, blz. 24).

(7)  Verordening (EU) 2016/631 van de Commissie van 14 april 2016 tot vaststelling van een netcode betreffende eisen voor de aansluiting van elektriciteitsproducenten op het net (PB L 112 van 27.4.2016, blz. 1).

(8)  Verordening (EU) 2016/1388 van de Commissie van 17 augustus 2016 tot vaststelling van een netcode betreffende eisen voor de aansluiting van elektriciteitsproducenten op het net (PB L 223 van 18.8.2016, blz. 10).

(9)  Verordening (EU) 2016/1447 van de Commissie van 26 augustus 2016 tot vaststelling van een netcode betreffende eisen voor de aansluiting op het net van hoogspanningsgelijkstroomsystemen en op gelijkstroom aangesloten power park modules (PB L 241 van 8.9.2016, blz. 1).

(10)  Verordening (EU) 2016/1719 van de Commissie van 26 september 2016 tot vaststelling van een netcode betreffende eisen voor de aansluiting van elektriciteitsproducenten op het net (PB L 259 van 27.9.2016, blz. 42).

(11)  Verordening (EU) 2017/2196 van de Commissie van 24 november 2017 tot vaststelling van een netcode voor de noodtoestand en het herstel van het elektriciteitsnet (zie bladzijde 54 van dit Publicatieblad).