|
2.8.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 201/3 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/1408 VAN DE COMMISSIE
van 1 augustus 2017
tot intrekking van de aanvaarding van de verbintenis voor twee producenten-exporteurs op grond van Uitvoeringsbesluit 2013/707/EU tot bevestiging van de aanvaarding van een verbintenis die is aangeboden in het kader van de antidumping- en de antisubsidieprocedure betreffende de invoer van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen) van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China voor de periode waarin de definitieve maatregelen worden toegepast
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie („het Verdrag”),
Gezien Verordening (EU) 2016/1036 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Unie (1) („de antidumpingbasisverordening”), en met name artikel 8,
Gezien Verordening (EU) 2016/1037 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende bescherming tegen invoer met subsidiëring uit landen die geen lid zijn van de Europese Unie (2) („de antisubsidiebasisverordening”), en met name artikel 13,
Gezien Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 van de Raad tot instelling van definitieve antidumpingrechten op fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China (3), en met name artikel 3,
Gezien Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 van de Raad tot instelling van een definitief compenserend recht op de invoer van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China (4), en met name artikel 2,
Met kennisgeving aan de lidstaten,
Overwegende hetgeen volgt:
A. VERBINTENIS EN ANDERE BESTAANDE MAATREGELEN
|
(1) |
Bij Verordening (EU) nr. 513/2013 (5) heeft de Europese Commissie („de Commissie”) een voorlopig antidumpingrecht ingesteld op fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium („modules”) en de belangrijkste componenten daarvan (cellen en wafers) van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China („de VRC”) die in de Europese Unie („de Unie”) worden ingevoerd. |
|
(2) |
Een groep producenten-exporteurs heeft de Chinese Kamer van Koophandel voor de in- en uitvoer van machines en elektronische producten („CCCME”) opdracht gegeven om in hun naam bij de Commissie een prijsverbintenis in te dienen, wat zij heeft gedaan. Uit de bewoordingen van die prijsverbintenis blijkt duidelijk dat het gaat om een bundel individuele prijsverbintenissen van elke producent-exporteur, die om praktische redenen worden gecoördineerd door de CCCME. |
|
(3) |
Bij Besluit 2013/423/EU (6) heeft de Commissie die prijsverbintenis met betrekking tot het voorlopige antidumpingrecht aanvaard. Bij Verordening (EU) nr. 748/2013 (7) heeft de Commissie Verordening (EU) nr. 513/2013 gewijzigd om de technische wijzigingen in te voeren die door de aanvaarding van de verbintenis met betrekking tot het voorlopige antidumpingrecht nodig waren. |
|
(4) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 heeft de Raad een definitief antidumpingrecht ingesteld op modules en cellen van oorsprong uit of verzonden uit de VRC („het betrokken product”) die in de Unie worden ingevoerd. Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 heeft de Raad eveneens een definitief compenserend recht ingesteld op het betrokken product dat in de Unie wordt ingevoerd. |
|
(5) |
Nadat de Commissie in kennis was gesteld van een gewijzigde versie van de door een groep producenten-exporteurs („de producenten-exporteurs”) en de CCCME aangeboden prijsverbintenis, heeft zij bij Uitvoeringsbesluit 2013/707/EU (8) de aanvaarding van de gewijzigde prijsverbintenis („de verbintenis”) bevestigd voor de periode waarin de definitieve maatregelen worden toegepast. De bijlage bij dat uitvoeringsbesluit bevat de lijst van producenten-exporteurs waarvoor de verbintenis werd aanvaard, waaronder:
|
|
(6) |
Bij Uitvoeringsbesluit 2014/657/EU (9) heeft de Commissie een voorstel aanvaard van de producenten-exporteurs en de CCCME met verduidelijkingen omtrent de uitvoering van de verbintenis voor het betrokken product dat onder de verbintenis valt, namelijk modules en cellen van oorsprong uit of verzonden uit de VRC, momenteel ingedeeld onder de GN-codes ex 8541 40 90 (Taric-codes 8541409021, 8541409029, 8541409031 en 8541409039), vervaardigd door de producenten-exporteurs („onder de verbintenis vallend product”). De in overweging 4 bedoelde compenserende en antidumpingrechten en de verbintenis worden hierna samen aangeduid als „maatregelen”. |
|
(7) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/866 (10) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor drie producenten-exporteurs ingetrokken. |
|
(8) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1403 (11) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor een andere producent-exporteur ingetrokken. |
|
(9) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2018 (12) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor twee producenten-exporteurs ingetrokken. |
|
(10) |
De Commissie heeft een nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de antidumpingmaatregelen geopend met een bericht van opening dat op 5 december 2015 in het Publicatieblad van de Europese Unie (13) is bekendgemaakt. |
|
(11) |
De Commissie heeft een nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de compenserende maatregelen geopend met een bericht van opening dat op 5 december 2015 in het Publicatieblad van de Europese Unie (14) is bekendgemaakt. |
|
(12) |
De Commissie heeft ook een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek van de antidumpingmaatregelen en de compenserende maatregelen geopend met een bericht van opening dat op 5 december 2015 in het Publicatieblad van de Europese Unie (15) is bekendgemaakt. |
|
(13) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/115 (16) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor een andere producent-exporteur ingetrokken. |
|
(14) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/185 (17) heeft de Commissie het bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 van de Raad ingestelde definitieve antidumpingrecht op het betrokken product van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China uitgebreid tot het betrokken product verzonden uit Maleisië en Taiwan, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Maleisië en Taiwan. |
|
(15) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/184 (18) heeft de Commissie het bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 van de Raad ingestelde definitieve compenserende recht op het betrokken product van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China uitgebreid tot het betrokken product verzonden uit Maleisië en Taiwan, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Maleisië en Taiwan. |
|
(16) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1045 (19) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor een andere producent-exporteur ingetrokken. |
|
(17) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1382 (20) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor vijf andere producenten-exporteurs ingetrokken. |
|
(18) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1402 (21) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor drie andere producenten-exporteurs ingetrokken. |
|
(19) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1998 (22) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor vijf andere producenten-exporteurs ingetrokken. |
|
(20) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2146 (23) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor twee andere producenten-exporteurs ingetrokken. |
|
(21) |
In aansluiting op de nieuwe onderzoeken bij het vervallen van maatregelen en het tussentijdse nieuwe onderzoek, waarnaar in de overwegingen 10 tot en met 12 wordt verwezen, heeft de Commissie bij Uitvoeringsverordeningen (EU) 2017/366 (24) en (EU) 2017/367 (25) de geldende maatregelen gehandhaafd. |
|
(22) |
De Commissie heeft ook een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek met betrekking tot de vorm van maatregelen geopend met een bericht van opening dat op 3 maart 2017 in het Publicatieblad van de Europese Unie (26) is bekendgemaakt. |
|
(23) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2017/454 (27) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor vier producenten-exporteurs ingetrokken. |
|
(24) |
Bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/615 (28) heeft de Commissie een voorstel van een groep producenten-exporteurs en de Chinese Kamer van Koophandel met betrekking tot de uitvoering van de verbintenis aanvaard. |
|
(25) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2017/941 (29) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor twee producenten-exporteurs ingetrokken. |
B. BEPALINGEN VAN DE VERBINTENIS
|
(26) |
De producenten-exporteurs stemden er onder meer mee in om het onder de verbintenis vallende product binnen een in de verbintenis vastgesteld jaarlijks invoervolume („jaarlijks volume”) niet onder een bepaalde minimuminvoerprijs („MIP”) aan de eerste onafhankelijke afnemer in de Unie te verkopen. De MIP is vastgesteld op basis van contante en daaraan equivalente betaling. Als de betalingsvoorwaarden daarvan afwijken, wordt bij de controle op de naleving van de MIP een bepaalde aftrek op de factuurwaarde toegepast. |
|
(27) |
In de verbintenis wordt in een niet-uitputtende lijst ook verduidelijkt wat een schending van de verbintenis is. Die lijst omvat met name het treffen van compensatieregelingen met afnemers en het afleggen van misleidende verklaringen over de oorsprong van het betrokken product of de identiteit van de exporteur. Deelneming aan een handelsconstructie die het risico van ontwijking in zich bergt, is eveneens een schending. In de lijst staat ook dat de afgifte van een handelsfactuur, zoals gedefinieerd in de verbintenis, waarvoor de onderliggende financiële transactie niet overeenstemt met de nominale waarde, een schending inhoudt. |
|
(28) |
De producenten-exporteurs hebben zich er bovendien toe verbonden om van andere door hen geproduceerde of verhandelde producten dan het onder de verbintenis vallende product niet meer dan een bepaald klein maximumpercentage van de totale waarde van de verkoop van het onder de verbintenis vallende product aan dezelfde afnemers van het onder de verbintenis vallende product te verkopen („de maximale parallelverkoop”). |
|
(29) |
De verbintenis verplicht de producenten-exporteurs ook om de Commissie elk kwartaal gedetailleerde informatie te verstrekken over hun uitvoer naar de Unie („de driemaandelijkse verslagen”). Bij die rapportage moet ook de wederverkoop aan de eerste onafhankelijke afnemer in de Unie via een in de verbintenis vermelde verbonden importeur worden gemeld. Op basis van die verslagen kan de Commissie controleren of de wederverkoopprijs van de verbonden importeur aan de eerste onafhankelijke afnemer in overeenstemming is met de MIP. De verkoop van andere producten dan het onder de verbintenis vallende product aan dezelfde afnemers moet eveneens worden gemeld. De gegevens in die driemaandelijkse verslagen moeten volledig en correct zijn en de gerapporteerde transacties moeten volledig in overeenstemming zijn met de bepalingen van de verbintenis. |
|
(30) |
De producent-exporteur is aansprakelijk voor schendingen van al zijn verbonden partijen, ongeacht of die partijen in de verbintenis worden vermeld. |
|
(31) |
De producenten-exporteurs hebben zich er eveneens toe verplicht overleg te plegen met de Commissie over eventuele technische of andersoortige problemen of vragen die zich tijdens de uitvoering van de verbintenis kunnen voordoen. |
|
(32) |
In de verbintenis is ook bepaald dat de Commissie de aanvaarding van de verbintenis gedurende de periode van toepassing op elk moment kan intrekken indien toezicht en handhaving onuitvoerbaar blijken. |
|
(33) |
De verbintenis verplicht de producenten-exporteurs er ook toe de Commissie tijdig in kennis te stellen indien zij het voornemen hebben zich te verbinden met een partij in de Unie. |
|
(34) |
Om naleving van de verbintenis te verzekeren, hebben de producenten-exporteurs zich er eveneens toe verplicht controles ter plaatse toe te staan waarbij de nauwkeurigheid en volledigheid van de in de driemaandelijkse verslagen aan de Commissie verstrekte gegevens worden geverifieerd, alsook alle door de Commissie noodzakelijk geachte informatie te verstrekken. |
|
(35) |
Voorts is in de verbintenis bepaald dat de Commissie deze op basis van vertrouwen heeft aanvaard en dat acties die afbreuk doen aan de vertrouwensrelatie met de Commissie reden zijn om de aanvaarding van de verbintenis in te trekken. |
C. TOEZICHT OP DE PRODUCENTEN-EXPORTEURS
|
(36) |
Tijdens het toezicht op de naleving van de verbintenis heeft de Commissie informatie betreffende de verbintenis geverifieerd die door de twee producenten-exporteurs BLD Solar en Topray Solar was ingediend. De Commissie heeft bij deze producenten-exporteurs eveneens een controle ter plaatse uitgevoerd. De bevindingen in de overwegingen 37 tot en met 48 betreffen de problemen die met betrekking tot BLD Solar en Topray Solar zijn geconstateerd en die de Commissie ertoe nopen de aanvaarding van de verbintenis voor die twee producenten-exporteurs in te trekken. |
D. REDENEN OM DE AANVAARDING VAN DE VERBINTENIS IN TE TREKKEN
a) BLD Solar
|
(37) |
Ten tijde van het controlebezoek in december 2016 bleek uit de boekhouding van BLD Solar dat de vier grootste zogezegd niet-verbonden afnemers aanzienlijke bedragen hadden uitstaan die nog verschuldigd waren voor bij BLD Solar gekochte modules. Zo had bijvoorbeeld één klant al meer dan een jaar na de laatste aankoop niet betaald. Het nog verschuldigde saldo bedroeg meer dan 8 % van alle verkopen van BLD Solar aan deze klant. Dergelijke uitstaande betalingen vormen een „onbeperkt krediet” en betekenen een voordeel voor de klant. Dit is niet toegestaan, aangezien de naleving van de MIP voor deze transacties niet kan worden gecontroleerd zoals uiteengezet in overweging 26. Twee dagen vóór het controlebezoek had BLD Solar een groot aantal debetnota's uitgestuurd waarin naar verluidt de uitstaande betalingen werden opgeëist. Geen van deze debetnota's was in de boeken opgenomen. Bovendien had BLD Solar over dit punt geen overleg gepleegd met de Commissie, wat strijdig is met de in overweging 31 vermelde verplichtingen. |
|
(38) |
BLD Solar heeft een aanzienlijk bedrag betaald aan een van de vier in overweging 37 bedoelde klanten. Dit voordeel vormt een compensatieregeling. Bovendien was de betaling niet gemeld. De Commissie heeft onderzocht wat de gevolgen van dit voordeel waren en kwam tot de conclusie dat BLD Solar heeft gehandeld in strijd met haar verplichting om geen compensatieregelingen te treffen, zoals vermeld in overweging 27. Door dit voordeel niet te melden, heeft BLD bovendien de rapportageverplichting als bedoeld in overweging 29 geschonden. |
|
(39) |
Volgens publiekelijk beschikbare informatie had BLD Solar een kantoor in de Unie op hetzelfde adres als een van zijn in overweging 37 bedoelde afnemers. BLD Solar voerde aan dat het hier om een niet-gerealiseerde zakelijke samenwerking ging. Een andere van de vier in overweging 37 bedoelde klanten had een website die vrijwel identiek was aan die van BLD Solar, inclusief dezelfde taalfouten. |
|
(40) |
De Commissie heeft ook vastgesteld dat BLD de verkopen aan twee importeurs onder een gemeenschappelijke klantenrekening inboekte. In haar driemaandelijkse verslagen aan de Commissie werden deze afnemers door BLD echter als verschillende entiteiten opgevoerd, wat twijfels oproept over de juistheid van de verslagen zoals bedoeld in overweging 29. Daarnaast gaf BLD tegenstrijdige uitleg over de zakelijke relatie met een van deze klanten, die verbonden is met een Chinese producent-exporteur waarop de verbintenis niet van toepassing is. |
|
(41) |
De Commissie heeft de bevindingen in de overwegingen 39 en 40 geanalyseerd en is tot de conclusie gekomen dat deze afbreuk doen aan de vertrouwensrelatie met de Commissie. |
|
(42) |
Bovendien concludeerde de Commissie dat uit de bevindingen in de overwegingen 37 en 38 blijkt dat BLD Solar de bepalingen van de verbintenis zoals beschreven in de overwegingen 26, 27, 29 en 31 heeft geschonden. |
b) Topray Solar
|
(43) |
Naast modules verkocht Topray Solar ook grote hoeveelheden zogeheten consumentenproducten, zoals fonteinen op zonne-energie en draagbare zonnepanelen in koffers. Die producten vallen niet onder de verbintenis. Voor die producten moet geen verbintenisfactuur worden afgegeven. Topray Solar heeft die producten echter unilateraal als onder de verbintenis vallend product gedefinieerd en heeft aan dezelfde afnemers verbintenisfacturen afgegeven die beide soorten producten bevatten: producten die wel en producten die niet onder de verbintenis vallen. Bovendien overschreed de waarde van het product waarop de verbintenis niet van toepassing was de maximale parallelverkoop aan dezelfde afnemers. Topray Solar pleegde daarnaast ook geen overleg met de Commissie, wat strijdig is met de in overweging 31 vermelde verplichtingen. |
|
(44) |
Naast de in overweging 43 bedoelde producten verkocht Topray Solar aan dezelfde afnemers aanvullende producten die niet onder de verbintenis vallen (bv. oplaadregelaars voor zonne-energie) zonder dit aan de Commissie te melden. Door deze verkopen wordt de overschrijding van de maximale parallelverkoop, waarnaar in overweging 43 wordt verwezen, verder verhoogd en worden de rapportageverplichtingen als bedoeld in overweging 29 geschonden. |
|
(45) |
De Commissie heeft de gevolgen van deze handelsstromen onderzocht en geconcludeerd dat er een groot risico van kruiscompensatie van de MIP bestaat, namelijk wanneer producten die onder de verbintenis vallen en producten die er niet onder vallen aan dezelfde afnemers worden verkocht in dusdanige hoeveelheden dat de maximale parallelverkoop wordt overschreden. De Commissie concludeerde dat de geconstateerde handelsstromen het toezicht op de verbintenis van Topray Solar onuitvoerbaar maken. |
|
(46) |
Topray Solar verkocht ook aanzienlijke hoeveelheden producten die niet onder de verbintenis vallen (bv. oplaadregelaars voor zonne-energie) aan zijn verbonden importeur in de Unie. Topray Solar kon niet aantonen dat deze producten uiteindelijk niet zijn verkocht aan een afnemer die parallel daaraan modules kocht. De Commissie heeft de gevolgen van deze handelsstromen onderzocht en geconcludeerd dat er een groot risico van kruiscompensatie bestaat, doordat niet onder de verbintenis vallende producten door de met Topray Solar verbonden importeur zouden kunnen worden verkocht aan dezelfde klanten die parallel daaraan modules kopen van Topray Solar. Zulke handelsstromen maken het toezicht op de verbintenis van Topray Solar onuitvoerbaar. Topray Solar meldde deze transacties evenmin aan de Commissie, zodat de onderneming in strijd handelde met de verplichtingen zoals beschreven in overweging 29. |
|
(47) |
De Commissie heeft ook vastgesteld dat Topray Solar de verkopen aan twee importeurs onder een gemeenschappelijke klantenrekening inboekte. In haar driemaandelijkse verslagen aan de Commissie werden deze afnemers door Topray Solar echter als verschillende entiteiten opgevoerd, wat twijfels oproept over de juistheid van de verslagen zoals bedoeld in overweging 29. |
|
(48) |
Topray Solar heeft de Commissie evenmin in kennis gesteld van de overname van twee verbonden ondernemingen in de Unie, wat in strijd is met het in overweging 33 vermelde vereiste. Daarnaast was een kleine verkooptransactie aan een van deze ondernemingen gemeld als een verkoop aan een niet-verbonden importeur, wat in strijd is met de in overweging 29 vermelde verplichtingen. |
E. BEOORDELING VAN DE UITVOERBAARHEID VAN DE VERBINTENIS IN HAAR GEHEEL
|
(49) |
In de verbintenis is bepaald dat een schending door een individuele producent-exporteur niet automatisch leidt tot de intrekking van de aanvaarding van de verbintenis voor alle producenten-exporteurs. In een dergelijk geval moet de Commissie de gevolgen van die specifieke schending voor de uitvoerbaarheid van de verbintenis voor alle producenten-exporteurs en de CCCME beoordelen. |
|
(50) |
Bijgevolg heeft de Commissie onderzocht welke gevolgen de schendingen door BLD Solar en Topray Solar hebben voor de uitvoerbaarheid van de verbintenis voor alle producenten-exporteurs en de CCCME. |
|
(51) |
Voor die schendingen zijn uitsluitend de producenten-exporteurs in kwestie verantwoordelijk; het toezicht heeft geen systematische schendingen door een groot aantal producenten-exporteurs of de CCCME aan het licht gebracht. |
|
(52) |
De Commissie concludeerde derhalve dat de algemene werking van de verbintenis niet wordt aangetast en dat er geen reden is om de aanvaarding van de verbintenis voor alle producenten-exporteurs en de CCCME in te trekken. |
F. SCHRIFTELIJKE OPMERKINGEN EN HOORZITTINGEN
|
(53) |
De belanghebbenden zijn overeenkomstig artikel 8, lid 9, van de antidumpingbasisverordening en artikel 13, lid 9, van de antisubsidiebasisverordening in de gelegenheid gesteld om te worden gehoord en opmerkingen te maken. De Commissie heeft opmerkingen ontvangen van een vereniging die de producenten in de Unie van zonnemodules en -cellen vertegenwoordigt. |
|
(54) |
De vereniging vroeg de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor de twee producenten-exporteurs met terugwerkende kracht in te trekken, omdat deze schendingen naar haar oordeel herhaaldelijk ernstige schade hadden toegebracht aan de bedrijfstak van de Unie en de markt van de Unie hadden verstoord. |
|
(55) |
De Commissie heeft onderzocht of er redenen waren om individuele, door de twee producenten-exporteurs ingediende verbintenisfacturen in te trekken overeenkomstig artikel 3, lid 2, onder b), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 en artikel 2, lid 2, onder b), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013. |
|
(56) |
Met betrekking tot BLD Solar kon de Commissie geen rechtstreeks verband vaststellen tussen de in de overwegingen 36 tot en met 41 beschreven handelspraktijken en individuele verbintenisfacturen. Zij is daarom van mening dat geen enkele verbintenisfactuur ongeldig moet worden verklaard. |
|
(57) |
Met betrekking tot Topray Solar heeft de Commissie de gevallen bestudeerd waarbij wel en niet onder de verbintenis vallende producten samen aan dezelfde afnemer werden verkocht en waarbij verbintenisfacturen werden afgegeven voor de verkoop van producten die niet onder de verbintenis vallen. De Commissie was van mening dat Topray Solar, door in die gevallen verbintenisfacturen af te geven, in staat was om de overschrijding van de maximale parallelverkoop aan het oog te onttrekken. De Commissie concludeerde daarom dat er een rechtstreeks verband bestaat tussen de handelspraktijk waarmee de verbintenis wordt geschonden en de afgifte van dergelijke individuele verbintenisfacturen. |
G. ONGELDIGVERKLARING VAN VERBINTENISFACTUREN
|
(58) |
De in overweging 57 genoemde verkooptransacties van Topray Solar hangen samen met de volgende verbintenisfacturen:
|
|
(59) |
De Commissie heeft de redenen voor de ongeldigverklaring en de lijst van facturen aan Topray Solar en aan de door Topray Solar in zijn periodieke verslagen vermelde betrokken importeurs meegedeeld. De Commissie heeft zowel Topray Solar als verscheidene importeurs op basis van een met redenen omklede motivering verlenging verleend van de termijn om opmerkingen in te dienen. |
|
(60) |
Topray Solar verklaarde in algemene zin de niet onder de verbintenis vallende zonne-energieproducten bij vergissing te hebben gemeld en voerde aan dat een dergelijke vergissing niet voldoende aanleiding was om de verbintenisfactuur ongeldig te verklaren. De onderneming verklaarde ook dat het niet haar bedoeling was de verbintenis te schenden. Topray Solar stelde verder verkeerd begrepen te hebben welke zonne-energieproducten niet onder de verbintenis vielen. |
|
(61) |
Zoals vermeld in de overwegingen 29 en 31 moet de exporteur verbintenisfacturen afgeven volgens de bepalingen van de verbintenis. Bij alle eventuele problemen of vragen met betrekking tot de uitvoering ervan moet overleg worden gepleegd met de Commissie. In dit verband verwijst de Commissie naar de uitgebreide richtsnoeren die waren bekendgemaakt met betrekking tot het begrip „betrokken product”. Bovendien heeft de Commissie verscheidene opleidingsbijeenkomsten georganiseerd, onder meer over dit onderwerp. Ten slotte wordt de beoordeling of een verbintenisfactuur ongeldig moet worden verklaard, alleen gebaseerd op concreet bewijsmateriaal. |
|
(62) |
De argumenten in overweging 60 worden daarom afgewezen. |
|
(63) |
Topray Solar betwistte eveneens de ongeldigverklaring van facturen. De onderneming stelde dat de Commissie in artikel 8 en artikel 10, lid 5, van de antidumpingbasisverordening en in artikel 13 en artikel 16, lid 5, van de antisubsidiebasisverordening niet wordt gemachtigd om verbintenisfacturen ongeldig te verklaren. Zij voerde aan dat de Commissie geen rechten kan instellen, noch de douaneautoriteiten kan opdragen rechten te heffen, op invoer die vóór de datum van de intrekking van de aanvaarding van de verbintenis in het vrije verkeer werd gebracht, als de invoer niet is geregistreerd. Dat argument is gebaseerd op de aanname dat de Commissie kan besluiten om vóór de intrekking van de aanvaarding van de verbintenis een voorlopig recht in te stellen. Volgens artikel 8, lid 10, van de antidumpingbasisverordening en artikel 13, lid 10, van de antisubsidiebasisverordening kan een voorlopig recht worden ingesteld indien het onderzoek dat aanleiding tot de verbintenis heeft gegeven niet is voltooid. Dat is hier niet het geval, aangezien het onderzoek met de instelling van definitieve compenserende en antidumpingrechten werd voltooid. Bovendien vloeit de bevoegdheid om verbintenisfacturen ongeldig te verklaren rechtstreeks voort uit artikel 3, lid 2, onder b), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 en artikel 2, lid 2, onder b), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013. Daarom zijn overeenkomstig artikel 8, lid 9, van de antidumpingbasisverordening en artikel 13, lid 9, van de antisubsidiebasisverordening de definitieve rechten automatisch van toepassing wanneer de verbintenis wordt geschonden of de aanvaarding ervan door de Commissie wordt ingetrokken. Het argument wordt daarom afgewezen. |
|
(64) |
Ook zes importeurs hebben opmerkingen ingediend over de ongeldigverklaring van verbintenisfacturen. |
|
(65) |
Twee importeurs voerden aan dat zij te goeder trouw zaken deden met Topray Solar en niet konden weten dat die onderneming niet in overeenstemming met de verbintenis handelde. De eerste importeur voerde ook aan dat de niet onder de verbintenis vallende producten slechts een klein deel uitmaakten van de zonnemodules die hij van Topray Solar betrok. Daarnaast voerde de eerste importeur aan dat de ongeldigverklaring van facturen rampzalig zou zijn en dat hij aansprakelijk zou worden gesteld voor omstandigheden die buiten zijn controle lagen. De tweede importeur beweerde slechts één commerciële transactie met Topray Solar te zijn aangegaan in augustus 2013, en toen niet op de hoogte te zijn geweest van de aanvaarding van de verbintenis. |
|
(66) |
De Commissie herinnert eraan dat importeurs zich ervan bewust moeten zijn dat op het ogenblik van de aanvaarding van de aangifte voor het vrije verkeer een douaneschuld kan ontstaan, zoals beschreven in de overwegingen 11 en 12, ook al heeft de Commissie een verbintenis aanvaard van de fabrikant bij wie zij direct of indirect kopen, en dat dit als een normaal handelsrisico is aan te merken, zoals bepaald in Besluit 2013/423/EU tot aanvaarding van de verbintenis en zoals bevestigd bij Uitvoeringsbesluit 2013/707/EU. De Commissie merkt ook op dat de inkoop van het niet onder de verbintenis vallende product door de eerste importeur niet als een klein deel kon worden beschouwd, maar ruim boven de maximale parallelverkoop lag. Bovendien wijst de Commissie erop dat Besluit 2013/423/EU al was gepubliceerd voordat de door de tweede importeur aangevoerde verkooptransactie was afgesloten. De Commissie merkt ook op dat geen van de importeurs betwistte dat de verbintenisfacturen waren afgegeven voor producten die niet onder de verbintenis vallen. De argumenten van de twee importeurs worden daarom afgewezen. |
|
(67) |
De derde importeur heeft alleen de bijbehorende documentatie ingediend met betrekking tot de verbintenisfactuur die de Commissie voorstelt ongeldig te verklaren. Net als de twee andere importeurs waarnaar in de overwegingen 65 en 66 wordt verwezen, betwistte deze importeur niet dat de verbintenisfactuur was afgegeven voor een product dat niet onder de verbintenis valt. Daarom bevestigt de Commissie haar oorspronkelijke bevinding dat de factuur ongeldig moet worden verklaard. |
|
(68) |
De vierde importeur voerde aan dat hij niet verantwoordelijk kan worden gehouden voor de schending door Topray Solar en wees erop dat de verbintenisfactuur was afgegeven voor zonnepanelen, een product dat onder de verbintenis valt. Dezelfde importeur diende daarnaast algemene opmerkingen in over het ontbreken van een redelijke termijn voor de indiening. De vijfde importeur voerde aan dat de prijzen van de bij Topray Solar gekochte zonnemodules ver boven de vermeende MIP lagen en dat zij andere producten dan zonnecellen (regelaars) in kleinere of gelijke hoeveelheden invoerden. |
|
(69) |
De Commissie herinnert er allereerst aan dat het „onder de verbintenis vallende product” alleen die zonnepanelen omvat die uitdrukkelijk zijn vermeld in overweging 6. De MIP geldt niet voor producten die niet onder de verbintenis vallen, met name voor zonnepanelen buiten het in overweging 6 vastgelegde toepassingsgebied. Een vergelijking tussen de verkoopprijs van het niet onder de verbintenis vallende product en de vermeende MIP is zinloos. Die producten werden in het onderzoek buiten beschouwing gelaten; hun prijs kan dus niet worden gecontroleerd en met de vermeende MIP worden vergeleken. Topray Solar had helemaal geen verbintenisfacturen moeten afgeven voor producten die niet onder de verbintenis vallen. Door de afgifte van deze verbintenisfacturen, waarmee de verbintenis werd geschonden, kon Topray Solar de overschrijding van de maximale parallelverkoop aan het oog onttrekken. De door de vijfde importeur vermelde verkoop van regelaars vormt nog eens een extra laag bovenop de reeds bestaande schending van de maximale parallelverkoop als bedoeld in overweging 44. Wat de redelijke termijn voor de indiening van opmerkingen betreft, wijst de Commissie erop dat de vierde importeur, ondanks de hem verleende verlenging van die termijn, geen verdere opmerkingen over de inhoud van de mededeling van feiten en overwegingen heeft ingediend. Daarom wijst de Commissie deze argumenten af. |
|
(70) |
De zesde importeur voerde aan dat het bij de andere producten waarvoor verbintenisfacturen waren afgegeven, ging om zonnepanelen die voor demonstratiedoeleinden waren aangeschaft. |
|
(71) |
De Commissie merkt op dat een deel van de verbintenisfactuur inderdaad als een monster had kunnen worden beschouwd en dat de importeur de desbetreffende douaneregeling voor monsters had kunnen volgen om deze in de Unie in het vrije verkeer te brengen. Dat is echter niet gebeurd en de importeur heeft niet betwist dat Topray Solar verbintenisfacturen heeft afgegeven voor producten die niet onder de verbintenis vallen. Dit argument wordt daarom afgewezen. |
|
(72) |
Overeenkomstig artikel 3, lid 2, onder b), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 en artikel 2, lid 2, onder b), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 worden deze facturen derhalve ongeldig verklaard. De op het ogenblik van de aanvaarding van de aangifte voor het vrije verkeer ontstane douaneschuld moet overeenkomstig artikel 105, leden 3 tot en met 6, van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad (30) door de nationale douaneautoriteiten worden teruggevorderd wanneer de intrekking van de verbintenis met betrekking tot de producent-exporteur in werking treedt. De nationale douaneautoriteiten die verantwoordelijk zijn voor de inning van de rechten zullen daarvan in kennis worden gesteld. |
|
(73) |
In dit verband herinnert de Commissie eraan dat overeenkomstig artikel 3, lid 1, onder b), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013, gelezen in samenhang met bijlage III, punt 7, bij die verordening, en artikel 2, lid 1, onder b), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013, gelezen in samenhang met bijlage 2, punt 7, bij die verordening, invoer alleen van rechten is vrijgesteld indien op de handelsfactuur de prijs en de eventuele rabatten voor het onder de verbintenis vallende product vermeld staan. Indien niet aan die voorwaarde is voldaan, zijn rechten verschuldigd, zelfs wanneer de Commissie de handelsfactuur die de goederen vergezelt niet ongeldig heeft verklaard. |
H. INTREKKING VAN DE AANVAARDING VAN DE VERBINTENIS EN INSTELLING VAN DEFINITIEVE RECHTEN
|
(74) |
Derhalve heeft de Commissie overeenkomstig artikel 8, lid 9, van de antidumpingbasisverordening, artikel 13, lid 9, van de antisubsidiebasisverordening en de bepalingen van de verbintenis geconcludeerd dat de aanvaarding van de verbintenis voor BLD Solar en Topray Solar moet worden ingetrokken. |
|
(75) |
Overeenkomstig artikel 8, lid 9, van de antidumpingbasisverordening en artikel 13, lid 9, van de antisubsidiebasisverordening zijn het definitieve antidumpingrecht dat is ingesteld bij artikel 1 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 en het definitieve compenserende recht dat is ingesteld bij artikel 1 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 vanaf de dag van inwerkingtreding van deze verordening bijgevolg automatisch van toepassing op de invoer van het betrokken product van oorsprong uit of verzonden uit de VRC en vervaardigd door Topray Solar en BLD Solar. |
|
(76) |
De Commissie herinnert er ook aan dat de douaneautoriteiten van de lidstaten, indien zij beschikken over aanwijzingen dat de op een verbintenisfactuur vermelde prijs niet overeenstemt met de werkelijk betaalde prijs, moeten onderzoeken of de verplichting om alle eventuele rabatten in de verbintenisfacturen op te nemen is geschonden, respectievelijk de MIP niet is nageleefd. Indien de douaneautoriteiten van de lidstaten concluderen dat er sprake is van een dergelijke schending, respectievelijk de MIP niet is nageleefd, moeten zij als gevolg daarvan de rechten innen. Om de werkzaamheden van de douaneautoriteiten van de lidstaten te vergemakkelijken, zoals voorgeschreven in artikel 4, lid 3, van het Verdrag, moet de Commissie in dergelijke situaties de vertrouwelijke tekst en andere informatie van de verbintenis delen, zij het uitsluitend met het oog op nationale procedures. |
|
(77) |
Ter informatie bevat de tabel in bijlage II bij deze verordening de producenten-exporteurs waarvoor de aanvaarding van de verbintenis bij Uitvoeringsbesluit 2013/707/EU onverlet blijft, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De aanvaarding van de verbintenis met betrekking tot de volgende ondernemingen wordt ingetrokken:
|
Naam van de onderneming |
Aanvullende Taric-code |
|
Shenzhen Topray Solar Co. Ltd, Shanxi Topray Solar Co. Ltd, Leshan Topray Cell Co. Ltd, samen met hun verbonden onderneming in de Unie |
B880 |
|
Yuhuan BLD Solar Technology Co. Ltd, Zhejiang BLD Solar Technology Co. Ltd |
B899 |
Artikel 2
1. De in bijlage I bij deze verordening vermelde verbintenisfacturen worden ongeldig verklaard.
2. Overeenkomstig artikel 3, lid 2, onder b), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 en artikel 2, lid 2, onder b), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 worden de op het ogenblik van de aanvaarding van de douaneaangifte voor het vrije verkeer verschuldigde compenserende en antidumpingrechten geïnd.
Artikel 3
1. Indien de douaneautoriteiten beschikken over aanwijzingen dat de prijs zoals vermeld op een verbintenisfactuur overeenkomstig artikel 3, lid 1, onder b), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 en artikel 2, lid 1, onder b), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013, afgegeven door een van de ondernemingen waarvoor de prijsverbintenis aanvankelijk bij Uitvoeringsbesluit 2013/707/EU was aanvaard, niet overeenstemt met de betaalde prijs en dat die ondernemingen de verbintenis dus mogelijk hebben geschonden, kunnen de douaneautoriteiten, indien dit met het oog op nationale procedures noodzakelijk is, de Commissie verzoeken hun een afschrift van de verbintenis en andere informatie te verstrekken, teneinde de toepasselijke minimuminvoerprijs („MIP”) op de dag van afgifte van de verbintenisfactuur te kunnen controleren.
2. Indien uit die controle blijkt dat de betaalde prijs lager is dan de MIP, worden de overeenkomstig artikel 8, lid 9, van Verordening (EU) 2016/1036 en artikel 13, lid 9, van Verordening (EU) 2016/1037 als gevolg daarvan verschuldigde rechten geïnd.
Indien uit die controle blijkt dat er kortingen en rabatten niet in de handelsfactuur zijn opgenomen, worden de overeenkomstig artikel 3, lid 2, onder a), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 en artikel 2, lid 2, onder a), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 als gevolg daarvan verschuldigde rechten geïnd.
3. De in lid 1 bedoelde informatie mag uitsluitend worden gebruikt met het oog op de inning van de overeenkomstig artikel 3, lid 2, onder a), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 en artikel 2, lid 2, onder a), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 verschuldigde rechten. In dit verband mag die informatie door de douaneautoriteiten van de lidstaten uitsluitend met het oog op de vrijwaring van diens recht van verweer aan de debiteur van die rechten worden verstrekt. Dergelijke informatie mag onder geen beding aan derden worden bekendgemaakt.
Artikel 4
Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 1 augustus 2017.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 176 van 30.6.2016, blz. 21.
(2) PB L 176 van 30.6.2016, blz. 55.
(3) PB L 325 van 5.12.2013, blz. 1.
(4) PB L 325 van 5.12.2013, blz. 66.
(5) PB L 152 van 5.6.2013, blz. 5.
(6) PB L 209 van 3.8.2013, blz. 26.
(7) PB L 209 van 3.8.2013, blz. 1.
(8) PB L 325 van 5.12.2013, blz. 214.
(9) PB L 270 van 11.9.2014, blz. 6.
(10) PB L 139 van 5.6.2015, blz. 30.
(11) PB L 218 van 19.8.2015, blz. 1.
(12) PB L 295 van 12.11.2015, blz. 23.
(13) PB C 405 van 5.12.2015, blz. 8.
(14) PB C 405 van 5.12.2015, blz. 20.
(15) PB C 405 van 5.12.2015, blz. 33.
(16) PB L 23 van 29.1.2016, blz. 47.
(17) PB L 37 van 12.2.2016, blz. 76.
(18) PB L 37 van 12.2.2016, blz. 56.
(19) PB L 170 van 29.6.2016, blz. 5.
(20) PB L 222 van 17.8.2016, blz. 10.
(21) PB L 228 van 23.8.2016, blz. 16.
(22) PB L 308 van 16.11.2016, blz. 8.
(23) PB L 333 van 8.12.2016, blz. 4.
(24) PB L 56 van 3.3.2017, blz. 1.
(25) PB L 56 van 3.3.2017, blz. 131.
(26) PB C 67 van 3.3.2017, blz. 16.
(27) PB L 71 van 16.3.2017, blz. 5.
(28) PB L 86 van 31.3.2017, blz. 14.
BIJLAGE I
Lijst van verbintenisfacturen, afgegeven door Shenzhen Topray Solar Co. Ltd, Shanxi Topray Solar Co. Ltd of Leshan Topray Cell Co. Ltd, die ongeldig worden verklaard:
|
Nummer van de handelsfactuur die onder een verbintenis vallende goederen vergezelt |
Datum |
|
XD2013092301 |
23.9.2013 |
|
XD2015042401 |
24.4.2015 |
|
XD2016041802 |
18.4.2016 |
|
XD2014060401 |
4.6.2014 |
|
XD2014061102 |
11.6.2014 |
|
XD2014061104 |
11.6.2014 |
|
XD2014071001 |
10.7.2014 |
|
XD2014071801 |
18.7.2014 |
|
XD2014072301 |
23.7.2014 |
|
XD2014080201 |
2.8.2014 |
|
XD2014091201 |
12.9.2014 |
|
XD2014120501 |
5.12.2014 |
|
XD2014121902 |
19.12.2014 |
|
XD2014122602 |
26.12.2014 |
|
XD2015021001 |
10.2.2015 |
|
XD2015021501 |
15.2.2015 |
|
XD2015032601 |
26.3.2015 |
|
XD2015041201 |
12.4.2015 |
|
XD2015052001 |
20.5.2015 |
|
XD2015052002 |
20.5.2015 |
|
XD2015060401 |
4.6.2015 |
|
XD2015060402 |
4.6.2015 |
|
XD2015062701 |
27.6.2015 |
|
XD2015062701-R |
5.7.2016 |
|
XD2015071001 |
10.7.2015 |
|
XD2015071001-R |
5.7.2016 |
|
XD2015072803 |
28.7.2015 |
|
XD2015072804 |
28.7.2015 |
|
XD2015081401 |
14.8.2015 |
|
XD2015081401-R |
5.7.2016 |
|
XD2015092401 |
24.9.2015 |
|
XD2015093003 |
30.9.2015 |
|
XD2015120801 |
8.12.2015 |
|
XD2015122101 |
21.12.2015 |
|
XD2015122401 |
24.12.2015 |
|
XD2016010701 |
7.1.2016 |
|
XD2016011101 |
11.1.2016 |
|
XD2016032001 |
20.3.2016 |
|
XD2016032801 |
28.3.2016 |
|
XD2016041501 |
15.4.2016 |
|
XD2016041801 |
18.4.2016 |
|
XD2016052701 |
27.5.2016 |
|
XD2016061702 |
17.6.2016 |
|
XD2016062401 |
24.6.2016 |
|
XD2016071201 |
12.7.2016 |
|
XD2014021901 |
19.2.2014 |
|
XD2016011001 |
10.1.2016 |
|
XD2016011002 |
10.1.2016 |
|
XD2016051502 |
15.5.2016 |
|
XD2015091801 |
18.9.2015 |
|
XD2014111401 |
14.11.2014 |
|
XD2014032801 |
28.3.2014 |
|
XD2014050901 |
9.5.2014 |
|
XD2014080601 |
6.8.2014 |
|
XD2014082801 |
28.8.2014 |
|
XD2014091901 |
19.9.2014 |
|
XD2014121901 |
19.12.2014 |
|
XD2015020602 |
6.2.2015 |
|
XD2015032001 |
20.3.2015 |
|
XD2015052201 |
22.5.2015 |
|
XD2015062702 |
27.6.2015 |
|
XD2015091803 |
18.9.2015 |
|
XD2015101601 |
16.10.2015 |
|
XD2015112602 |
26.11.2015 |
|
XD2015123102 |
31.12.2015 |
|
XD2016042002 |
20.4.2016 |
|
XD2016052002 |
20.5.2016 |
|
XD2016071801 |
18.7.2016 |
|
XD2016072702 |
27.7.2016 |
|
XD2016092601 |
26.9.2016 |
|
XD2015021002 |
10.2.2015 |
|
XD2015021502 |
15.2.2015 |
|
XD2015032602 |
26.3.2015 |
|
XD2015112601 |
26.11.2015 |
|
XD2016020301 |
3.2.2016 |
|
XD2016042701 |
27.4.2016 |
|
XD2016061701 |
17.6.2016 |
|
XD2016062801 |
28.6.2016 |
|
XD2016070101 |
1.7.2016 |
|
XD2015051302 |
13.5.2015 |
|
XD2016090501 |
5.9.2016 |
|
XD2016072701 |
27.7.2016 |
BIJLAGE II
Lijst van ondernemingen:
|
Naam van de onderneming |
Aanvullende Taric-code |
|
Jiangsu Aide Solar Energy Technology Co. Ltd |
B798 |
|
Alternative Energy (AE) Solar Co. Ltd |
B799 |
|
Anhui Chaoqun Power Co. Ltd |
B800 |
|
Anji DaSol Solar Energy Science & Technology Co. Ltd |
B802 |
|
Anhui Schutten Solar Energy Co. Ltd Quanjiao Jingkun Trade Co. Ltd |
B801 |
|
Anhui Titan PV Co. Ltd |
B803 |
|
Xi'an SunOasis (Prime) Company Limited TBEA SOLAR CO. LTD XINJIANG SANG'O SOLAR EQUIPMENT |
B804 |
|
Changzhou NESL Solartech Co. Ltd |
B806 |
|
Changzhou Shangyou Lianyi Electronic Co. Ltd |
B807 |
|
CHINALAND SOLAR ENERGY CO. LTD |
B808 |
|
ChangZhou EGing Photovoltaic Technology Co. Ltd |
B811 |
|
CIXI CITY RIXING ELECTRONICS CO. LTD ANHUI RINENG ZHONGTIAN SEMICONDUCTOR DEVELOPMENT CO. LTD HUOSHAN KEBO ENERGY & TECHNOLOGY CO. LTD |
B812 |
|
CSG PVtech Co. Ltd |
B814 |
|
China Sunergy (Nanjing) Co. Ltd CEEG Nanjing Renewable Energy Co. Ltd CEEG (Shanghai) Solar Science Technology Co. Ltd China Sunergy (Yangzhou) Co. Ltd China Sunergy (Shanghai) Co. Ltd |
B809 |
|
Dongfang Electric (Yixing) MAGI Solar Power Technology Co. Ltd |
B816 |
|
EOPLLY New Energy Technology Co. Ltd SHANGHAI EBEST SOLAR ENERGY TECHNOLOGY CO. LTD JIANGSU EOPLLY IMPORT & EXPORT CO. LTD |
B817 |
|
Zheijiang Era Solar Co. Ltd |
B818 |
|
GD Solar Co. Ltd |
B820 |
|
Greenway Solar-Tech (Shanghai) Co. Ltd Greenway Solar-Tech (Huaian) Co. Ltd |
B821 |
|
Guodian Jintech Solar Energy Co. Ltd |
B822 |
|
Hangzhou Bluesun New Material Co. Ltd |
B824 |
|
Hanwha SolarOne (Qidong) Co. Ltd |
B826 |
|
Hengdian Group DMEGC Magnetics Co. Ltd |
B827 |
|
HENGJI PV-TECH ENERGY CO. LTD |
B828 |
|
Himin Clean Energy Holdings Co. Ltd |
B829 |
|
Jiangsu Green Power PV Co. Ltd |
B831 |
|
Jiangsu Hosun Solar Power Co. Ltd |
B832 |
|
Jiangsu Jiasheng Photovoltaic Technology Co. Ltd |
B833 |
|
Jiangsu Runda PV Co. Ltd |
B834 |
|
Jiangsu Sainty Photovoltaic Systems Co. Ltd Jiangsu Sainty Machinery Imp. And Exp. Corp. Ltd |
B835 |
|
Jiangsu Shunfeng Photovoltaic Technology Co. Ltd Changzhou Shunfeng Photovoltaic Materials Co. Ltd Jiangsu Shunfeng Photovoltaic Electronic Power Co. Ltd |
B837 |
|
Jiangsu Sinski PV Co. Ltd |
B838 |
|
Jiangsu Sunlink PV Technology Co. Ltd |
B839 |
|
Jiangsu Zhongchao Solar Technology Co. Ltd |
B840 |
|
Jiangxi Risun Solar Energy Co. Ltd |
B841 |
|
Jiangxi LDK Solar Hi-Tech Co. Ltd LDK Solar Hi-Tech (Nanchang) Co. Ltd LDK Solar Hi-Tech (Suzhou) Co. Ltd |
B793 |
|
Jiangyin Shine Science and Technology Co. Ltd |
B843 |
|
Jinzhou Yangguang Energy Co. Ltd Jinzhou Huachang Photovoltaic Technology Co. Ltd Jinzhou Jinmao Photovoltaic Technology Co. Ltd Jinzhou Rixin Silicon Materials Co. Ltd Jinzhou Youhua Silicon Materials Co. Ltd |
B795 |
|
Juli New Energy Co. Ltd |
B846 |
|
Jumao Photonic (Xiamen) Co. Ltd |
B847 |
|
King-PV Technology Co. Ltd |
B848 |
|
Kinve Solar Power Co. Ltd (Maanshan) |
B849 |
|
Lightway Green New Energy Co. Ltd Lightway Green New Energy(Zhuozhou) Co. Ltd |
B851 |
|
Nanjing Daqo New Energy Co. Ltd |
B853 |
|
NICE SUN PV CO. LTD LEVO SOLAR TECHNOLOGY CO. LTD |
B854 |
|
Ningbo Jinshi Solar Electrical Science & Technology Co. Ltd |
B857 |
|
Ningbo Komaes Solar Technology Co. Ltd |
B858 |
|
Ningbo South New Energy Technology Co. Ltd |
B861 |
|
Ningbo Sunbe Electric Ind Co. Ltd |
B862 |
|
Ningbo Ulica Solar Science & Technology Co. Ltd |
B863 |
|
Perfectenergy (Shanghai) Co. Ltd |
B864 |
|
Perlight Solar Co. Ltd |
B865 |
|
SHANGHAI ALEX SOLAR ENERGY SCIENCE & TECHNOLOGY CO. LTD SHANGHAI ALEX NEW ENERGY CO. LTD |
B870 |
|
Shanghai Chaori Solar Energy Science & Technology Co. Ltd |
B872 |
|
Propsolar (Zhejiang) New Energy Technology Co. Ltd Shanghai Propsolar New Energy Co. Ltd |
B873 |
|
SHANGHAI SHANGHONG ENERGY TECHNOLOGY CO. LTD |
B874 |
|
SHANGHAI SOLAR ENERGY S&T CO. LTD Shanghai Shenzhou New Energy Development Co. Ltd Lianyungang Shenzhou New Energy Co. Ltd |
B875 |
|
Shanghai ST Solar Co. Ltd Jiangsu ST Solar Co. Ltd |
B876 |
|
Shenzhen Sacred Industry Co. Ltd |
B878 |
|
Sopray Energy Co. Ltd Shanghai Sopray New Energy Co. Ltd |
B881 |
|
SUN EARTH SOLAR POWER CO. LTD NINGBO SUN EARTH SOLAR POWER CO. LTD Ningbo Sun Earth Solar Energy Co. Ltd |
B882 |
|
SUZHOU SHENGLONG PV-TECH CO. LTD |
B883 |
|
TDG Holding Co. Ltd |
B884 |
|
Tianwei New Energy Holdings Co. Ltd Tianwei New Energy (Chengdu) PV Module Co. Ltd Tianwei New Energy (Yangzhou) Co. Ltd |
B885 |
|
Wenzhou Jingri Electrical and Mechanical Co. Ltd |
B886 |
|
Shanghai Topsolar Green Energy Co. Ltd |
B877 |
|
Shenzhen Sungold Solar Co. Ltd |
B879 |
|
Wuhu Zhongfu PV Co. Ltd |
B889 |
|
Wuxi Saijing Solar Co. Ltd |
B890 |
|
Wuxi Shangpin Solar Energy Science and Technology Co. Ltd |
B891 |
|
Wuxi Solar Innova PV Co. Ltd |
B892 |
|
Wuxi Taichang Electronic Co. Ltd China Machinery Engineering Wuxi Co.Ltd Wuxi Taichen Machinery & Equipment Co. Ltd |
B893 |
|
Xi'an Huanghe Photovoltaic Technology Co. Ltd State-run Huanghe Machine-Building Factory Import and Export Corporation Shanghai Huanghe Fengjia Photovoltaic Technology Co. Ltd |
B896 |
|
Yuhuan Sinosola Science & Technology Co. Ltd |
B900 |
|
Zhangjiagang City SEG PV Co. Ltd |
B902 |
|
Zhejiang Fengsheng Electrical Co. Ltd |
B903 |
|
Zhejiang Global Photovoltaic Technology Co. Ltd |
B904 |
|
Zhejiang Heda Solar Technology Co. Ltd |
B905 |
|
Zhejiang Jiutai New Energy Co. Ltd Zhejiang Topoint Photovoltaic Co. Ltd |
B906 |
|
Zhejiang Kingdom Solar Energy Technic Co. Ltd |
B907 |
|
Zhejiang Koly Energy Co. Ltd |
B908 |
|
Zhejiang Mega Solar Energy Co. Ltd Zhejiang Fortune Photovoltaic Co. Ltd |
B910 |
|
Zhejiang Shuqimeng Photovoltaic Technology Co. Ltd |
B911 |
|
Zhejiang Shinew Photoelectronic Technology Co. Ltd |
B912 |
|
Zhejiang Sunflower Light Energy Science & Technology Limited Liability Company Zhejiang Yauchong Light Energy Science & Technology Co. Ltd |
B914 |
|
Zhejiang Sunrupu New Energy Co. Ltd |
B915 |
|
Zhejiang Tianming Solar Technology Co. Ltd |
B916 |
|
Zhejiang Trunsun Solar Co. Ltd Zhejiang Beyondsun PV Co. Ltd |
B917 |
|
Zhejiang Wanxiang Solar Co. Ltd WANXIANG IMPORT & EXPORT CO LTD |
B918 |
|
ZHEJIANG YUANZHONG SOLAR CO. LTD |
B920 |