14.10.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 265/21


UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2017/1856 VAN DE RAAD

van 10 oktober 2017

waarbij de Republiek Polen wordt gemachtigd een bijzondere maatregel in te voeren die afwijkt van artikel 193 van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (1), en met name artikel 395,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens artikel 193 van Richtlijn 2006/112/EG is de belastingplichtige die goederen levert of diensten verricht, in de regel ook de persoon die tot voldoening van de btw is gehouden.

(2)

Bij brief, ingekomen bij de Commissie op 7 oktober 2016, heeft Polen verzocht om een derogatie van artikel 193 van Richtlijn 2006/112/EG, teneinde de verleggingsregeling te kunnen toepassen op leveringen van harde schijven zoals solid-state drives en harddiskdrives.

(3)

Overeenkomstig artikel 395, lid 2, van Richtlijn 2006/112/EG heeft de Commissie de overige lidstaten bij brieven van 12 en 13 juli 2017 van het verzoek van Polen in kennis gesteld. Bij brief van 13 juli 2017 heeft de Commissie Polen meegedeeld dat zij over alle gegevens beschikte die zij nodig achtte voor de beoordeling van het verzoek.

(4)

Harde schijven, die niet onder artikel 199 bis van Richtlijn 2006/112/EG vallen, zijn in Polen het volgende doelwit van btw-fraude in de categorie van elektronische producten geworden. Volgens Polen is de zogenaamde ploffraude op de markt van de harde schijven toegenomen. De omvang en de reikwijdte van deze praktijk hebben een rechtstreekse en uiterst negatieve impact op distributeurs die geen fraude plegen, en leiden tot een daling van de btw-inkomsten.

(5)

Polen heeft een reeks maatregelen genomen om de btw-fraude aan te pakken en te voorkomen. Totdat deze maatregelen concrete resultaten opleveren, meent Polen evenwel dat extra steun nodig is, in de vorm van een tijdelijke maatregel zoals de invoering van de verleggingsregeling.

(6)

Polen moet daarom worden gemachtigd de verleggingsregeling toe te passen op leveringen van harde schijven zoals solid-state drives en harddiskdrives vanaf 1 januari 2018. De derogatie moet worden beperkt in de tijd tot en met 31 december 2020.

(7)

Tegen de tijd dat de derogatie afloopt, zouden de door Polen genomen maatregelen moeten voorkomen dat de btw-fraude in de sector van de harde schijven zich nog verder verspreidt, en Polen zal dan niet meer hoeven af te wijken van artikel 193 van Richtlijn 2006/112/EG ter zake van deze leveringen. Polen zou bijgevolg niet om een verlenging van de derogatie moeten verzoeken.

(8)

De derogatie heeft geen gevolgen voor de eigen middelen van de Unie uit de btw,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD

Artikel 1

In afwijking van artikel 193 van Richtlijn 2006/112/EG wordt Polen gemachtigd de ontvanger aan te wijzen als de tot voldoening van de btw gehouden persoon ter zake van leveringen van harde schijven zoals solid-state drives en harddiskdrives.

Artikel 2

Dit besluit wordt van kracht op de dag van de kennisgeving ervan.

Dit besluit is van toepassing met ingang van 1 januari 2018 en verstrijkt op 31 december 2020.

Artikel 3

Dit besluit is gericht tot de Republiek Polen.

Gedaan te Luxemburg, 10 oktober 2017.

Voor de Raad

De voorzitter

T. TÕNISTE


(1)  PB L 347 van 11.12.2006, blz. 1.