11.5.2016 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 121/11 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/699 VAN DE COMMISSIE
van 10 mei 2016
tot vaststelling van begrotingsmaxima voor 2016 voor bepaalde regelingen inzake rechtstreekse steunverlening die zijn ingesteld bij Verordening (EU) nr. 1307/2013 van het Europees Parlement en de Raad
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 1307/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van voorschriften voor rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 637/2008 van de Raad en Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad (1), en met name artikel 22, lid 1, artikel 36, lid 4, artikel 42, lid 2, artikel 47, lid 3, artikel 49, lid 2, artikel 51, lid 4, en artikel 53, lid 7,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Voor elke lidstaat die de bij titel III, hoofdstuk 1, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 ingestelde basisbetalingsregeling toepast, moet de Commissie het in artikel 22, lid 1, van die verordening bedoelde jaarlijkse nationale maximum voor 2016 vaststellen door op het in bijlage II bij die verordening vastgestelde jaarlijkse nationale maximum de overeenkomstig de artikelen 42, 47, 49, 51 en 53 van die verordening vastgestelde maxima in mindering te brengen. Overeenkomstig artikel 22, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 moet rekening worden gehouden met verhogingen die lidstaten op grond van die bepaling toepassen. |
(2) |
Voor elke lidstaat die de bij titel III, hoofdstuk 1, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 ingestelde regeling inzake een enkele areaalbetaling toepast, moet de Commissie het in artikel 36, lid 4, van die verordening bedoelde jaarlijkse nationale maximum voor 2016 vaststellen door op het in bijlage II bij die verordening vastgestelde jaarlijkse nationale maximum de overeenkomstig de artikelen 42, 47, 49, 51 en 53 van die verordening vastgestelde maxima in mindering te brengen. |
(3) |
Voor elke lidstaat die de bij titel III, hoofdstuk 2, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 ingestelde herverdelingsbetaling toekent, moet de Commissie het in artikel 42, lid 2, van die verordening bedoelde jaarlijkse nationale maximum voor 2016 vaststellen op basis van het door die lidstaten op grond van artikel 42, lid 1, van die verordening gemelde percentage. |
(4) |
Voor de bij titel III, hoofdstuk 3, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 ingestelde betaling voor klimaat- en milieuvriendelijke landbouwpraktijken in 2016 moeten de in artikel 47, lid 3, van die verordening bedoelde jaarlijkse nationale maxima voor 2016 worden berekend overeenkomstig artikel 47, lid 1, van die verordening; deze bedragen 30 % van het in bijlage II bij die verordening vermelde nationale maximum van de desbetreffende lidstaat. |
(5) |
Voor lidstaten die de bij titel III, hoofdstuk 4, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 ingestelde betaling voor gebieden met natuurlijke beperkingen toekennen, moet de Commissie de in artikel 49, lid 2, van die verordening bedoelde jaarlijkse nationale maxima voor 2016 vaststellen op basis van het door de desbetreffende lidstaten op grond van artikel 49, lid 1, van die verordening gemelde percentage. |
(6) |
Voor de bij titel III, hoofdstuk 5, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 ingestelde betaling voor jonge landbouwers moet de Commissie de in artikel 51, lid 4, van die verordening bedoelde jaarlijkse nationale maxima voor 2016 vaststellen op basis van het door de lidstaten op grond van artikel 51, lid 1, van die verordening gemelde percentage; deze maxima mogen niet hoger zijn dan 2 % van het in bijlage II vastgestelde jaarlijkse maximum. |
(7) |
Wanneer het totaalbedrag van de betaling voor jonge landbouwers dat voor 2016 in een lidstaat wordt aangevraagd, hoger is dan het uit hoofde van artikel 51, lid 4, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 vastgestelde maximum, moet de lidstaat het verschil overeenkomstig artikel 51, lid 2, van die verordening financieren met inachtneming van het in artikel 51, lid 1, van die verordening vastgelegde maximum. Duidelijkheidshalve moet dit maximum voor elke lidstaat worden vastgesteld. |
(8) |
Voor elke lidstaat die de bij titel IV, hoofdstuk 1, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 ingestelde vrijwillige gekoppelde steun toekent, moet de Commissie het in artikel 53, lid 7, van die verordening bedoelde jaarlijkse nationale maximum voor 2016 vaststellen op basis van het door de desbetreffende lidstaat op grond van artikel 54, lid 1, van die verordening gemelde percentage. |
(9) |
Voor het jaar 2016 is de uitvoering van de bij Verordening (EU) nr. 1307/2013 ingestelde regelingen inzake rechtstreekse steunverlening op 1 januari 2016 van start gegaan. Omwille van de samenhang tussen de toepasselijkheid van die verordening voor het aanvraagjaar 2016 en de toepasselijkheid van de overeenkomstige begrotingsmaxima moet de onderhavige verordening met ingang van dezelfde datum van toepassing zijn. |
(10) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor rechtstreekse betalingen, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
1. De in artikel 22, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 bedoelde jaarlijkse nationale maxima voor 2016 voor de basisbetalingsregeling zijn in punt I van de bijlage bij de onderhavige verordening vastgesteld.
2. De in artikel 36, lid 4, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 bedoelde jaarlijkse nationale maxima voor 2016 voor de regeling inzake een enkele areaalbetaling zijn in punt II van de bijlage bij de onderhavige verordening vastgesteld.
3. De in artikel 42, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 bedoelde jaarlijkse nationale maxima voor 2016 voor de herverdelingsbetaling zijn in punt III van de bijlage bij de onderhavige verordening vastgesteld.
4. De in artikel 47, lid 3, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 bedoelde jaarlijkse nationale maxima voor 2016 voor de betaling voor klimaat- en milieuvriendelijke landbouwpraktijken zijn in punt IV van de bijlage bij de onderhavige verordening vastgesteld.
5. De in artikel 49, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 bedoelde jaarlijkse nationale maxima voor 2016 voor de betaling voor gebieden met natuurlijke beperkingen zijn in punt V van de bijlage bij de onderhavige verordening vastgesteld.
6. De in artikel 51, lid 4, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 bedoelde jaarlijkse nationale maxima voor 2016 voor de betaling voor jonge landbouwers zijn in punt VI van de bijlage bij de onderhavige verordening vastgesteld.
7. De in artikel 51, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 bedoelde maximumbedragen voor 2016 voor de betaling voor jonge landbouwers zijn in punt VII van de bijlage bij de onderhavige verordening vastgesteld.
8. De in artikel 53, lid 7, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 bedoelde jaarlijkse nationale maxima voor 2016 voor de vrijwillige gekoppelde steun zijn in punt VIII van de bijlage bij de onderhavige verordening vastgesteld.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de zevende dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2016.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 10 mei 2016.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 347 van 20.12.2013, blz. 608.
BIJLAGE
I. Begrotingsmaxima voor de basisbetalingsregeling als bedoeld in artikel 22, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1307/2013
(in duizend EUR) |
|
Kalenderjaar |
2016 |
België |
225 595 |
Denemarken |
564 769 |
Duitsland |
3 042 977 |
Ierland |
828 429 |
Griekenland |
1 182 879 |
Spanje |
2 816 109 |
Frankrijk |
3 199 094 |
Kroatië |
87 941 |
Italië |
2 314 333 |
Luxemburg |
22 819 |
Malta |
648 |
Nederland |
513 025 |
Oostenrijk |
470 847 |
Portugal |
284 807 |
Slovenië |
73 581 |
Finland |
269 562 |
Zweden |
401 642 |
Verenigd Koninkrijk |
2 091 382 |
II. Begrotingsmaxima voor de regeling inzake een enkele areaalbetaling als bedoeld in artikel 36, lid 4, van Verordening (EU) nr. 1307/2013
(in duizend EUR) |
|
Kalenderjaar |
2016 |
Bulgarije |
378 949 |
Tsjechië |
462 535 |
Estland |
75 612 |
Cyprus |
30 805 |
Letland |
109 970 |
Litouwen |
171 472 |
Hongarije |
734 076 |
Polen |
1 551 652 |
Roemenië |
898 240 |
Slowakije |
250 297 |
III. Begrotingsmaxima voor de herverdelingsbetaling als bedoeld in artikel 42, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1307/2013
(in duizend EUR) |
|
Kalenderjaar |
2016 |
België |
48 186 |
Bulgarije |
55 868 |
Duitsland |
341 633 |
Frankrijk |
727 067 |
Kroatië |
20 287 |
Litouwen |
66 377 |
Polen |
281 810 |
Roemenië |
94 709 |
Verenigd Koninkrijk |
32 334 |
IV. Begrotingsmaxima voor de betaling voor klimaat- en milieuvriendelijke landbouwpraktijken als bedoeld in artikel 47, lid 3, van Verordening (EU) nr. 1307/2013
(in duizend EUR) |
|
Kalenderjaar |
2016 |
België |
152 932 |
Bulgarije |
237 735 |
Tsjechië |
253 212 |
Denemarken |
255 805 |
Duitsland |
1 464 143 |
Estland |
34 369 |
Ierland |
364 041 |
Griekenland |
569 748 |
Spanje |
1 455 505 |
Frankrijk |
2 181 201 |
Kroatië |
60 860 |
Italië |
1 155 242 |
Cyprus |
15 068 |
Letland |
61 729 |
Litouwen |
132 753 |
Luxemburg |
10 064 |
Hongarije |
403 338 |
Malta |
1 572 |
Nederland |
221 052 |
Oostenrijk |
207 726 |
Polen |
1 018 590 |
Portugal |
172 186 |
Roemenië |
531 741 |
Slovenië |
41 099 |
Slowakije |
132 443 |
Finland |
157 027 |
Zweden |
209 189 |
Verenigd Koninkrijk |
953 964 |
V. Begrotingsmaxima voor de betaling voor gebieden met natuurlijke beperkingen als bedoeld in artikel 49, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1307/2013
(in duizend EUR) |
|
Kalenderjaar |
2016 |
Denemarken |
2 857 |
VI. Begrotingsmaxima voor de betaling voor jonge landbouwers als bedoeld in artikel 51, lid 4, van Verordening (EU) nr. 1307/2013
(in duizend EUR) |
|
Kalenderjaar |
2016 |
België |
8 495 |
Bulgarije |
1 030 |
Tsjechië |
1 688 |
Denemarken |
5 116 |
Duitsland |
48 805 |
Estland |
344 |
Ierland |
24 269 |
Griekenland |
37 983 |
Spanje |
97 034 |
Frankrijk |
72 707 |
Kroatië |
4 057 |
Italië |
38 508 |
Cyprus |
352 |
Letland |
3 200 |
Litouwen |
5 531 |
Luxemburg |
503 |
Hongarije |
5 378 |
Malta |
21 |
Nederland |
14 737 |
Oostenrijk |
13 848 |
Polen |
33 953 |
Portugal |
11 479 |
Roemenië |
15 000 |
Slovenië |
2 055 |
Slowakije |
1 348 |
Finland |
5 234 |
Zweden |
10 459 |
Verenigd Koninkrijk |
49 491 |
VII. Maximumbedragen voor de betaling voor jonge landbouwers als bedoeld in artikel 51, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1307/2013
(in duizend EUR) |
|
Kalenderjaar |
2016 |
België |
10 195 |
Bulgarije |
15 849 |
Tsjechië |
16 881 |
Denemarken |
17 054 |
Duitsland |
97 610 |
Estland |
2 291 |
Ierland |
24 269 |
Griekenland |
37 983 |
Spanje |
97 034 |
Frankrijk |
145 413 |
Kroatië |
4 057 |
Italië |
77 016 |
Cyprus |
1 005 |
Letland |
4 115 |
Litouwen |
8 850 |
Luxemburg |
671 |
Hongarije |
26 889 |
Malta |
105 |
Nederland |
14 737 |
Oostenrijk |
13 848 |
Polen |
67 906 |
Portugal |
11 479 |
Roemenië |
35 449 |
Slovenië |
2 740 |
Slowakije |
8 830 |
Finland |
10 468 |
Zweden |
13 946 |
Verenigd Koninkrijk |
63 598 |
VIII. Begrotingsmaxima voor de vrijwillige gekoppelde steun als bedoeld in artikel 53, lid 7, van Verordening (EU) nr. 1307/2013
(in duizend EUR) |
|
Kalenderjaar |
2016 |
België |
85 270 |
Bulgarije |
118 867 |
Tsjechië |
126 606 |
Denemarken |
24 135 |
Estland |
4 237 |
Ierland |
3 000 |
Griekenland |
148 432 |
Spanje |
584 919 |
Frankrijk |
1 090 601 |
Kroatië |
30 430 |
Italië |
423 589 |
Cyprus |
4 000 |
Letland |
30 865 |
Litouwen |
66 377 |
Luxemburg |
160 |
Hongarije |
201 669 |
Malta |
3 000 |
Nederland |
3 500 |
Oostenrijk |
14 541 |
Polen |
509 295 |
Portugal |
117 535 |
Roemenië |
232 779 |
Slovenië |
20 550 |
Slowakije |
57 390 |
Finland |
102 591 |
Zweden |
90 648 |
Verenigd Koninkrijk |
52 709 |