12.8.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 219/82


BESLUIT (EU) 2016/1352 VAN DE RAAD

van 4 augustus 2016

betreffende de regeling die van toepassing is op nationale deskundigen die zijn gedetacheerd bij het Europees Defensieagentschap, en tot intrekking van Besluit 2004/677/EG

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name de artikelen 42 en 45,

Gezien Besluit (GBVB) 2015/1835 van de Raad van 12 oktober 2015 tot vaststelling van het statuut, de zetel en de voorschriften voor de werking van het Europees Defensieagentschap (1), en met name artikel 11,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Door detachering van deskundigen moet het Europees Defensieagentschap (hierna „het Agentschap”) een beroep kunnen doen op de kennis en ervaring van hoog niveau van deze deskundigen, met name op gebieden waarvoor het Agentschap niet onmiddellijk over dergelijke expertise beschikt.

(2)

De uitwisseling van beroepservaring en -kennis op het gebied van defensie, zoals bedoeld in Besluit (GBVB) 2015/1835, en daarmee verband houdende ondersteunende functies dienen te worden geschraagd door de tijdelijke aanstelling van gedetacheerde nationale deskundigen („GND's”) uit de overheidssectoren van de lidstaten.

(3)

Door middel van rechten en plichten van GND's dient te worden gewaarborgd dat zij bij de uitvoering van hun taken uitsluitend het belang van het Agentschap voor ogen houden.

(4)

De term „detachering” dient in het kader van dit besluit te worden uitgelegd.

(5)

Aangezien de regeling vastgesteld bij Besluit 2004/677/EG van de Raad (2) dient te worden vervangen door de bij dit besluit vastgestelde regeling, dient eerstgenoemd besluit te worden ingetrokken,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

HOOFDSTUK I

Algemene bepalingen

Artikel 1

Toepassingsgebied

De bij dit besluit vastgestelde regeling is van toepassing op GND's die aan de in artikel 2 gestelde voorwaarden voldoen, die gedetacheerd zijn bij het Agentschap en door de deelnemende overheidsdiensten van de lidstaten op regionaal of nationaal niveau, in het bijzonder de ministeries van Defensie en/of hun agentschappen, organen, nationale defensiecolleges, onderzoeksinstellingen, waaronder die welke in overeenstemming zijn met artikel 11, lid 4, onder b), van Besluit (GBVB) 2015/1835.

In overeenstemming met artikel 11, lid 4, onder a), van Besluit (GBVB) 2015/1835 worden deskundigen:

uit een derde land waarmee het Agentschap een administratieve regeling heeft gesloten, of

uit organisaties/entiteiten die een administratieve regeling met het Agentschap hebben gesloten, mits de GND een onderdaan is van een lidstaat of van een derde land waarmee het Agentschap een administratieve regeling heeft gesloten;

krachtens artikel 26, lid 1, van dat besluit, met goedkeuring van het bestuur gedetacheerd bij of toegewezen aan het Agentschap, overeenkomstig de in die regelingen vast te stellen voorwaarden.

Artikel 2

Voorwaarden voor detachering

Om voor detachering bij het Agentschap in aanmerking te komen, voldoen de deskundigen aan de volgende voorwaarden:

1.

zij hebben voorafgaand aan hun detachering ten minste twaalf maanden op permanente of contractuele basis voor hun werkgever gewerkt;

2.

zij blijven tijdens hun detachering in dienst van hun werkgever en worden door hem bezoldigd;

3.

zij hebben een voltijdse beroepservaring van ten minste drie jaar opgedaan in een defensie-, administratieve, wetenschappelijke, technische, operationele, adviserende of toezichthoudende functie die relevant is voor de uitoefening van de hun toevertrouwde taken. Voorafgaand aan de detachering verstrekt de werkgever het Agentschap een werkgeversverklaring voor de afgelopen twaalf maanden;

4.

zij zijn onderdaan van een deelnemende lidstaat of vallen onder de bepalingen van artikel 1, tweede alinea;

5.

zij beschikken voor de uitvoering van hun taken over een grondige kennis van één officiële taal van een van deelnemende lidstaten en een voldoende kennis van een andere van deze talen.

Artikel 3

Selectieprocedure

1.   GND's worden geselecteerd volgens een open en transparante procedure die in overeenstemming met artikel 42 is vastgelegd.

2.   Onverminderd artikel 2, lid 4, worden GND's gedetacheerd om te waarborgen dat het Agentschap beschikt over personeel dat qua bekwaamheid, efficiëntie, integriteit en verdienste aan de hoogste eisen voldoet. De detachering van GND's vindt plaats op basis van een zo breed mogelijke geografische spreiding over de onderdanen van de deelnemende lidstaten. De deelnemende lidstaten en het Agentschap werken samen om zoveel mogelijk het evenwicht tussen mannen en vrouwen te betrachten en het beginsel van gelijke kansen in acht te nemen.

3.   Een oproep tot het indienen van blijken van belangstelling wordt toegezonden aan de permanente vertegenwoordigingen van de deelnemende lidstaten, missies van de derde landen, de organisatie of entiteit, naargelang van het geval, en wordt op de website van het Agentschap gepubliceerd. In deze oproep worden de functiebeschrijvingen, de selectiecriteria en de uiterste datum voor het indienen van de kandidaturen vermeld. Kandidaten voor een functie als GND moeten door hun nationale autoriteiten, organisatie of entiteit gefinancierd worden. Kandidaturen moeten in de vorm van een financieringsbrief aan het Agentschap zo vroeg mogelijk vóór de uiterste datum van ontvangst van kandidaturen worden bevestigd, en in elk geval uiterlijk op datum van aanwerving.

4.   In geval van kosteloze GND's en nationale deskundigen in beroepsopleiding (hierna „NDBO's”), kan het Agentschap besluiten een GND te selecteren zonder de in de leden 1 en 2 bedoelde selectieprocedure te volgen.

5.   De detachering van deskundigen is afhankelijk van de specifieke behoeften en de begrotingscapaciteit van het Agentschap.

6.   Het Agentschap legt een individueel dossier voor de GND aan. Dat dossier bevat relevante administratieve informatie.

Artikel 4

Administratieve procedure voor detachering

Detacheringen komen tot stand door middel van een briefwisseling tussen de Directeur van het Agentschap en de permanente vertegenwoordiging of missie van de betrokken staat of de organisatie of entiteit, naar gelang van het geval. De standplaats en de functiegroep waartoe de GND zal behoren, te weten de functiegroep „administrateurs” (hierna „AD”) of de functiegroep „assistenten” (hierna „AST”), worden in de briefwisseling vermeld. In de briefwisseling wordt tevens vermeld bij welk directoraat of welke eenheid de GND wordt gedetacheerd en wordt gedetailleerd beschreven welke taken de GND dient te verrichten. Bij de briefwisseling wordt een afschrift gevoegd van de regeling die van toepassing is op GND's bij het Agentschap.

Artikel 5

Duur van de detachering

1.   De detachering duurt ten minste twee maanden en ten hoogste drie jaar. Zij kan achtereenvolgens worden vernieuwd, zonder dat de totale duur meer dan vier jaar bedraagt.

Op verzoek van de betrokken directeur en na voorafgaande toestemming van de werkgever, kan de Directeur van het Agentschap in uitzonderlijke gevallen echter één of meer verlengingen van de detachering voor ten hoogste nog eens twee jaar toestaan bovenop de in de eerste alinea bedoelde maximumduur van vier jaar.

2.   De duur van de detachering wordt van het begin af aan vastgesteld in de in artikel 4 bedoelde briefwisseling. In geval van vernieuwing of verlenging van de detachering of van verandering van functie wordt dezelfde procedure toegepast.

3.   Een GND die reeds eerder bij het Agentschap gedetacheerd was, kan opnieuw worden gedetacheerd na overleg met de nationale overheidsdienst van oorsprong, op voorwaarde dat de GND blijft voldoen aan de in artikel 2 bedoelde voorwaarden voor detachering blijft voldoen en de in artikel 11, lid 5, van Besluit (GBVB) 2015/1835 vastgelegde algemene maximale duur in acht wordt genomen.

Artikel 6

Verplichtingen van de werkgever

Tijdens de duur van de detachering blijft de werkgever van de GND:

a)

de bezoldiging van de GND betalen;

b)

verantwoordelijk voor alle sociale rechten van de GND, met name inzake sociale zekerheid, verzekering en pensioen, en

c)

de ambtelijke stand van de GND als ambtenaar in vaste dienst of arbeidscontractant handhaven, onverminderd artikel 10, lid 2, onder d), en blijft hij de Directeur van het Agentschap in kennis stellen van eventuele wijzigingen in de ambtelijke stand van de GND als ambtenaar in vaste dienst of arbeidscontractant.

Artikel 7

Taakomschrijving

1.   GND's staan het personeel van het Agentschap bij en verrichten de opdrachten en taken die de Directeur van het Agentschap hun heeft toevertrouwd.

2.   Rekening houdend met de samenstelling van het personeel van het Agentschap en in het bijzonder met het belang van dat personeel voor de prestaties van het Agentschap, kan de Directeur managementtaken aan een GND toevertrouwen wanneer het belang van de dienst dat vereist.

Een GND kan het Agentschap in geen geval in rechte binden.

3.   Een GND mag aan missies en vergaderingen deelnemen. De Directeur kan evenwel bepalen dat de GND uitsluitend aan missies en vergaderingen mag deelnemen:

a)

om een personeelslid van het Agentschap te vergezellen, of

b)

indien hij alleen is, op te treden als waarnemer of louter voor informatiedoeleinden.

4.   Alleen het Agentschap is bevoegd om de resultaten van door een GND uitgevoerde taken goed te keuren.

5.   Het Agentschap, de werkgever van de GND en de GND zelf stellen alles in het werk om daadwerkelijke of potentiële belangenconflicten in samenhang met diens taken tijdens zijn detachering te vermijden. Daartoe deelt het Agentschap de GND en diens werkgever tijdig mee welke taken het voornemens is aan de GND op te dragen en verzoekt het hun schriftelijk te bevestigen dat er volgens hen geen reden bestaat om deze taken niet aan de GND toe te vertrouwen.

De GND wordt met name verzocht opgave te doen van ieder potentieel conflict tussen zijn gezinssituatie (in het bijzonder wat betreft de beroepsbezigheden van naaste of andere familieleden of aanzienlijke financiële belangen van de GND of die familieleden) en zijn taken tijdens de detachering.

De werkgever en de GND verbinden zich ertoe het Agentschap in kennis te stellen van iedere verandering van de omstandigheden tijdens de detachering die aanleiding kan geven tot enig belangenconflict.

6.   Indien het Agentschap van mening is dat de aard van de aan de GND toevertrouwde taken bijzondere voorzorgsmaatregelen op veiligheidsgebied vereist, moet de GND vóór de detachering een veiligheidsmachtiging kunnen overleggen.

Artikel 8

Rechten en plichten van GND's

1.   Gedurende de detachering handelt een GND op integere wijze. Daarbij geldt met name het volgende:

a)

de GND verricht de hem opgedragen taken en handelt voor het overige met enkel de belangen van het Agentschap voor ogen.

Bij de uitvoering van zijn taken aanvaardt de GND met name geen instructies van zijn werkgever, regeringen of andere personen, particuliere bedrijven of overheidsinstanties, en verricht hij evenmin werkzaamheden voor hen;

b)

de GND onthoudt zich van iedere handeling, en in het bijzonder van iedere meningsuiting in het openbaar, die afbreuk zou kunnen doen aan de waardigheid van zijn functie bij het Agentschap;

c)

de GND informeert zijn meerdere wanneer hij zich bij de uitvoering van zijn taken moet uitspreken over de behandeling of de afwikkeling van een aangelegenheid waarin hij een zodanig persoonlijk belang heeft dat zijn onafhankelijkheid in het geding kan komen;

d)

zonder machtiging, verleend onder de voorwaarden en volgens de regels van het Agentschap, is het de GND niet toegestaan om alleen of in samenwerking met anderen enig geschrift waarvan het onderwerp betrekking heeft op de werkzaamheden van Unie, openbaar te maken of openbaar te doen maken. Deze machtiging wordt alleen geweigerd als de overwogen publicatie schadelijk kan zijn voor de belangen van het Agentschap of de Unie;

e)

alle rechten die verband houden met de werkzaamheden die de GND bij de uitoefening van zijn functie verricht, komen toe aan het Agentschap;

f)

de GND woont in zijn standplaats of op zodanige afstand daarvan dat hij bij de uitvoering van de hem toevertrouwde taken niet gehinderd wordt;

g)

de GND staat zijn meerdere bij de dienst waarbij hij is gedetacheerd bij en adviseert hem; hij is tegenover die meerdere verantwoordelijk voor de uitvoering van de hem toevertrouwde taken.

2.   Tijdens en na zijn detachering neemt de GND de grootste discretie in acht met betrekking tot alle feitelijke gegevens en inlichtingen die bij de uitvoering van zijn taken of ter gelegenheid daarvan te zijner kennis komen. Het is de GND verboden enig document of gegeven dat niet eerder op rechtmatige wijze openbaar is gemaakt, in welke vorm dan ook te verstrekken aan personen die niet gemachtigd zijn daarvan kennis te nemen, of deze ten eigen bate aan te wenden.

3.   Aan het einde van de detachering blijft de GND gehouden op integere wijze en discreet te handelen wanneer hij nieuwe taken verricht en bepaalde functies of voordelen aanvaardt.

Daartoe stelt de GND het Agentschap gedurende drie jaar na de beëindiging van zijn detachering onverwijld in kennis van alle functies of taken die kunnen leiden tot een belangenconflict in verband met de door hem tijdens de detachering verrichte taken.

4.   De GND is onderworpen aan de bij het Agentschap geldende beveiligingsregels, met inbegrip van gegevensbeschermingsregels en beschermingsregels voor netwerken van het Agentschap. De GND is tevens onderworpen aan de regels inzake de bescherming van de financiële belangen van het Agentschap.

5.   Bij niet-naleving van het bepaalde in de leden 1, 2 en 4 van dit artikel kan het Agentschap de detachering van een GND overeenkomstig artikel 10, lid 2, onder c), beëindigen.

6.   De GND doet onmiddellijk schriftelijke melding bij zijn meerdere indien hij tijdens zijn detachering kennis krijgt van feiten die het bestaan doen vermoeden van:

a)

mogelijke onwettige activiteiten, inclusief fraude of corruptie, die de belangen van de Unie schaden, of

b)

gedragingen bij de uitvoering van de werkzaamheden in dienstverband die een aanwijzing vormen voor ernstig plichtsverzuim door personeelsleden van het Agentschap of door GND's.

Dit lid is ook van toepassing in het geval van ernstig plichtsverzuim door een personeelslid van een instelling van de Unie, of enige andere persoon die in dienst is van of werkt voor rekening van een instelling van de Unie.

7.   Indien een meerdere een melding als bedoeld in lid 6 van dit artikel ontvangt, neemt hij de maatregelen bedoeld in artikel 27 van Besluit (EU) 2016/1351 van de Raad (3) (hierna „het statuut van het Agentschap”). De artikelen 27, 28 en 29 van het statuut van het Agentschap zijn van toepassing op de meerdere in de zin van artikel 4 van dit besluit. Die bepalingen zijn van overeenkomstige toepassing op de betrokken GND, teneinde te waarborgen dat zijn rechten worden geëerbiedigd.

Artikel 9

Schorsing van de detachering

1.   Op schriftelijk verzoek van de GND of diens werkgever, en met instemming van de werkgever, kan het Agentschap schorsing van de detachering toestaan en de voorwaarden daarvoor vaststellen. Tijdens deze schorsing:

a)

worden de in de artikel 19 bedoelde vergoedingen en toelagen niet uitgekeerd;

b)

worden de in de artikel 20 bedoelde kosten alleen vergoed wanneer het Agentschap zelf om de schorsing heeft verzocht.

2.   Het Agentschap stelt de werkgever en de permanente vertegenwoordiging of missie van de betrokken staat in kennis van de schorsing.

Artikel 10

Beeïndiging van de detachering

1.   Onverminderd lid 2 kan de detachering op verzoek van het Agentschap of van de werkgever van de GND worden beëindigd mits de andere partij drie maanden van tevoren daarvan in kennis is gesteld. De detachering kan ook op verzoek van de GND worden beëindigd, mits de werkgever en het Agentschap daarmee instemmen en dezelfde opzeggingstermijn in acht wordt genomen.

2.   In uitzonderlijke gevallen kan de detachering zonder opzeggingstermijn worden beëindigd:

a)

door de werkgever van de GND, indien diens wezenlijke belangen zulks vereisen;

b)

in onderlinge overeenstemming tussen het Agentschap en de werkgever, op een door de GND aan beide partijen gericht verzoek, indien zijn wezenlijke persoonlijke of beroepsbelangen zulks vereisen;

c)

door het Agentschap, in geval van ernstige niet-naleving door de GND van de bij dit besluit vastgestelde verplichtingen. Het Agentschap overlegt met de permanente vertegenwoordiging of missie van de betrokken staat en houdt rekening met alle opmerkingen die in verband met zijn besluit;

d)

door het Agentschap, ingeval de ambtelijke stand van de GND als ambtenaar in vaste dienst of arbeidscontractant van de werkgever wordt beëindigd of gewijzigd; de GND wordt vooraf in de gelegenheid gesteld om opmerkingen in te dienen.

3.   In geval van beëindiging van de detachering uit hoofde van lid 2, onder c), overlegt het Agentschap onverwijld met de werkgever en de permanente vertegenwoordiging of missie van de betrokken staat.

HOOFDSTUK II

Arbeidsvoorwaarden

Artikel 11

Sociale zekerheid

1.   Vóór de detachering bevestigt de werkgever aan het Agentschap dat de GND tijdens zijn detachering onderworpen zal blijven aan de socialezekerheidswetgeving die van toepassing is op de nationale overheidsdienst of de organisatie of entiteit waar de deskundige in dienst is. Daartoe verstrekt de betrokken overheidsdienst het Agentschap de verklaring als bedoeld in artikel 19, lid 2, van Verordening (EG) nr. 987/2009 van het Europees Parlement en de Raad (4) (hierna „Portable document A1”). De organisatie of entiteit verstrekt het Agentschap een aan Portable document A1 gelijkwaardig certificaat en zij toont aan dat de toepasselijke socialezekerheidswetgeving voorziet in de vergoeding van in het buitenland gemaakte gezondheidszorgkosten.

2.   Vanaf de aanvang van zijn detachering is de GND door het Agentschap verzekerd tegen ongevallen. Op de dag waarop de GND zich bij de Directeur van het Agentschap aanmeldt om de administratieve formaliteiten in verband met de detachering te vervullen, verstrekt het Agentschap de GND een afschrift van de voor deze verzekering geldende voorwaarden.

3.   Indien in het kader van een missie waaraan de GND uit hoofde van artikel 7, lid 2, en artikel 29 deelneemt, een aanvullende of specifieke verzekering vereist is, komen de daarmee verband houdende kosten voor rekening van het Agentschap, of, in geval van kosteloze GND's en NDBO's, van de nationale overheidsdienst van oorsprong, nadat de betrokken staat is geraadpleegd over de betrokken missie.

Artikel 12

Arbeidstijden

1.   De GND is onderworpen aan de bij het Agentschap geldende arbeidstijdregeling, afhankelijk van de behoeften van de functie die hem binnen het Agentschap is toegewezen.

2.   De GND werkt gedurende de hele detacheringsperiode op voltijdse basis. Wanneer een directeur daartoe een naar behoren gemotiveerd verzoek indient, kan het Agentschap een GND toestemming verlenen om deeltijds te werken, mits de werkgever daarmee instemt en voor zover dit met de belangen van het Agentschap verenigbaar is.

3.   Wanneer een GND toestemming heeft gekregen om deeltijds te werken, werkt hij ten minste de helft van de normale arbeidstijd.

Artikel 13

Afwezigheid wegens ziekte of ongeval

1.   In geval van afwezigheid wegens ziekte of ongeval stelt de GND zijn meerdere zo spoedig mogelijk daarvan in kennis, met vermelding van het adres waar hij verblijft. Wanneer de afwezigheid langer dan drie achtereenvolgende dagen duurt, legt de GND een medisch attest over en kan hij aan een door het Agentschap georganiseerde medische controle worden onderworpen.

2.   Wanneer de afwezigheid wegens ziekte of ongeval van telkens ten hoogste drie dagen over een periode van twaalf maanden een totaal van twaalf dagen overschrijdt, legt de GND voor elke nieuwe afwezigheid wegens ziekte of ongeval een medisch attest over.

3.   Wanneer de afwezigheid wegens ziekte of ongeval langer duurt dan een maand of, indien die langer is, de door de GND reeds volbrachte diensttijd, worden de in artikel 19, leden 1 en 2, bedoelde vergoedingen en toelagen geschorst. Dit lid geldt niet wanneer de ziekte verband houdt met zwangerschap. Afwezigheid wegens ziekte of ongeval mag niet langer duren dan de periode van detachering van de betrokkene.

4.   Wanneer de GND evenwel tijdens de detacheringsperiode door een arbeidsongeval wordt getroffen, blijft hij gedurende de hele periode van arbeidsongeschiktheid en zolang de detacheringsperiode niet is verstreken, de volledige in artikel 19, leden 1 en 2, bedoelde vergoedingen en toelagen ontvangen.

Artikel 14

Vakantieverlof, buitengewoon verlof en feestdagen

1.   Onverminderd specifieke bepalingen van dit besluit, is de GND onderworpen aan de bij het Agentschap geldende regels inzake vakantieverlof, buitengewoon verlof en feestdagen.

2.   Een verlof moet van tevoren worden goedgekeurd door de eenheid waarbij de GND is aangesteld.

3.   Op een naar behoren gemotiveerd verzoek van de werkgever kan door het Agentschap een aanvullend buitengewoon verlof van ten hoogste twee dagen per periode van twaalf maanden worden toegekend. De verzoeken worden per geval beoordeeld.

4.   Vakantiedagen die bij het verstrijken van de detacheringsperiode niet zijn opgenomen, worden niet vergoed.

5.   Aan een GND wiens duur van detachering minder dan zes maanden bedraagt, kan, op grond van een met redenen omkleed verzoek zijnerzijds, buitengewoon verlof worden toegekend bij besluit van de Directeur van het Agentschap. Dit buitengewoon verlof bedraagt ten hoogste drie dagen voor de gehele duur van de detachering. Vóór de toekenning van een dergelijk verlof raadpleegt de betrokken directeur de eenheid personeelszaken (hierna „eenheid personeelszaken”) van het Agentschap.

Artikel 15

Buitengewoon verlof voor opleiding

Onverminderd artikel 14, lid 3, kan het Agentschap op een met redenen omkleed verzoek van de werkgever een aanvullend buitengewoon verlof toekennen aan GND's wiens duur van detachering zes maanden of langer duurt, voor een door de werkgever te verstrekken opleiding met het oog op de re-integratie van de GND.

Artikel 16

Moederschaps- en vaderschapsverlof

1.   De GND is onderworpen aan de bij het Agentschap geldende regels inzake moederschaps- en vaderschapsverlof.

2.   Wanneer de GND op grond van de voor de werkgever geldende nationale wetgeving recht heeft op een langer moederschapsverlof, wordt de detachering, op verzoek van de GND en na voorafgaande toestemming van de werkgever, gedurende de tijd waarmee deze periode het door het Agentschap toegekende moederschapsverlof overschrijdt, geschorst. Als het belang van het Agentschap zulks rechtvaardigt, wordt de detacheringsperiode in dat geval dienovereenkomstig verlengd.

3.   Onverminderd lid 1, kan de GND na voorafgaande toestemming van de werkgever ook verzoeken de detachering te schorsen gedurende de gehele periode van het moederschapsverlof. Als de belangen van het Agentschap zulks rechtvaardigen, wordt de detacheringsperiode in dat geval dienovereenkomstig verlengd.

4.   De leden 2 en 3 gelden ook in het geval van adoptie.

5.   Aan moeders die borstvoeding geven, kan op hun verzoek en na overlegging van een medisch attest waaruit blijkt dat zij borstvoeding geven, buitengewoon verlof worden toegekend voor een periode van ten hoogste vier weken, die ingaat op het ogenblik dat het moederschapsverlof verstrijkt; tijdens deze periode blijft de GND de in artikel 19 bedoelde vergoedingen en toelagen ontvangen.

Artikel 17

Beheer en controle

Het beheer van en de controle op arbeidstijden en afwezigheid worden toevertrouwd aan de eenheid personeelszaken en het directoraat of de eenheid waarbij de GND is aangesteld, overeenkomstig de geldende regels en procedures binnen het Agentschap.

HOOFDSTUK III

Vergoedingen en kosten

Artikel 18

Berekening van vergoedingen en reiskosten

1.   Voor de toepassing van dit besluit moeten de plaats van aanwerving, de standplaats en de plaats van terugkeer van een GND door het Agentschap worden vastgesteld op basis van de geografische ligging van deze plaatsen in lengte- en breedtegraden, zoals berekend door de eenheid personeelszaken.

2.   In het kader van dit besluit wordt verstaan onder:

a)

de plaats van aanwerving: de plaats waar de GND onmiddellijk vóór zijn detachering zijn werkzaamheden voor zijn werkgever uitoefende;

b)

de standplaats: Brussel;

c)

de plaats van terugkeer: de plaats waar de GND na zijn detachering zijn hoofdwerkzaamheden zal verrichten.

De plaats van aanwerving wordt bepaald in de in artikel 4 bedoelde briefwisseling.

3.   De omstandigheden die verband houden met werkzaamheden die de GND voor een andere staat dan de staat van de standplaats heeft verricht, worden voor de toepassing van dit artikel niet in aanmerking genomen.

Artikel 19

Vergoedingen en toelagen

1.   De GND heeft gedurende de gehele periode van zijn detachering recht op een dagvergoeding volgens dezelfde criteria als de ontheemdingstoelage van de tijdelijke functionarissen bedoeld in artikel 4 van bijlage IV bij het statuut van het Agentschap. Indien aan die criteria wordt voldaan, bedraagt de dagvergoeding 128,67 EUR. Anders bedraagt deze vergoeding 32,18 EUR. Deze vergoedingen stemmen overeen met de vergoeding die wordt uitgekeerd aan een bij het secretariaat-generaal van de Raad gedetacheerd nationaal deskundige.

2.   De GND heeft gedurende de gehele periode van zijn detachering recht op een bijkomende maandelijkse toelage die wordt toegekend volgens de onderstaande tabel:

Geografische afstand tussen de plaats van aanwerving en de standplaats (in km)

Bedrag in EUR

0-150

0,00

> 150

82,70

> 300

147,03

> 500

238,95

> 800

385,98

> 1 300

606,55

> 2 000

726,04

3.   De in de leden 1 en 2 bedoelde vergoedingen zijn bedoeld om ook de verhuiskosten van de GND en eventuele jaarlijkse reiskosten tijdens de detachering te dekken. Deze worden doorbetaald tijdens perioden van dienstreizen, vakantieverlof, moederschapsverlof, vaderschaps- of adoptieverlof, buitengewoon verlof en door het Agentschap toegekende vrije dagen, onverminderd de artikelen 14, 15 en 16. Wanneer de GND toestemming heeft gekregen om deeltijds te werken, heeft hij recht op pro rata verlaagde vergoedingen.

4.   Bij de aanvang van zijn detachering ontvangt de GND bij wijze van voorschot een bedrag, gelijk aan de dagvergoeding voor 75 dagen. Door deze betaling vervalt elk recht op nieuwe dagvergoedingen voor de overeenkomstige periode. Wanneer de GND zijn dienst bij het Agentschap definitief beëindigt vóór het verstrijken van de periode waarvan is uitgegaan voor de berekening van het voorschot, wordt het gedeelte van dat voorschot dat overeenkomt met het resterende aantal dagen teruggevorderd.

5.   In de in artikel 4 bedoelde briefwisseling wordt het Agentschap door de werkgever in kennis gesteld van door de GND ontvangen soortgelijke betalingen als die welke worden vermeld in de leden 1 en 2 van het onderhavige artikel. Deze bedragen worden in mindering gebracht op de overeenkomstige vergoedingen die door het Agentschap aan de GND worden toegekend.

6.   De aanpassing van de bezoldigingen en vergoedingen die wordt vastgesteld door toepassing van artikel 60 van het statuut van het Agentschap, is automatisch van toepassing op de maandelijkse vergoedingen en dagvergoedingen in de maand na de vaststelling ervan, zonder terugwerkende kracht. De nieuwe bedragen die voortvloeien uit de aanpassing worden bekendgemaakt in de C-reeks van het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 20

Reiskosten

1.   De GND heeft recht op een forfaitaire vergoeding van de reiskosten voor hemzelf aan het begin van de detachering.

2.   De forfaitaire vergoeding is gebaseerd op een vergoeding per kilometer geografische afstand tussen de plaats van aanwerving en de standplaats. De kilometervergoeding wordt bepaald overeenkomstig artikel 7 van bijlage IV bij het statuut van het Agentschap.

3.   De GND heeft recht op terugbetaling van de reiskosten voor hemzelf naar de plaats van terugkeer aan het einde van de detachering. De vergoeding van die reiskosten mag niet meer bedragen dan het bedrag waarop de GND recht zou hebben indien hij naar zijn plaats van aanwerving zou terugkeren.

4.   De reiskosten van de gezinsleden van de GND worden niet vergoed.

Artikel 21

Dienstreizen en vergoeding van kosten van dienstreizen

1.   De GND kan op dienstreis worden gezonden.

2.   Kosten van dienstreizen worden vergoed overeenkomstig de voorwaarden die bij het Agentschap gelden.

Artikel 22

Opleiding

De GND kan aan door het Agentschap georganiseerde opleidingscursussen deelnemen, indien het belang van het Agentschap dat rechtvaardigt. Bij het nemen van een besluit betreffende de toelating van een GND tot een opleidingscursus, wordt het billijke belang van de betrokkene, met name gelet op de ontwikkeling van zijn loopbaan, na de detachering in aanmerking genomen.

Artikel 23

Administratieve bepalingen

1.   De GND moet zich de eerste dag van zijn detachering bij de bevoegde eenheid personeelszaken aanmelden om de vereiste administratieve formaliteiten te vervullen. Indiensttreding vindt plaats op de eerste of de zestiende dag van de maand.

2.   Betalingen door het Agentschap geschieden in euro's.

HOOFDSTUK IV

Op kosteloze basis gedetacheerde deskundigen

Artikel 24

Op kosteloze basis gedetacheerde deskundigen

1.   Een GND kan tijdens de periode van detachering als kosteloze GND bij het Agentschap worden gedetacheerd.

Voor een dergelijke detachering betaalt het Agentschap geen vergoedingen of onkosten behalve, in voorkomend geval, de in artikel 25 bedoelde.

2.   De artikelen 18, 19 en 20 zijn niet van toepassing op kosteloze GND's.

Onverminderd artikel 8 dient uit het gedrag van een kosteloze GND steeds te blijken dat hij bij het Agentschap is gedetacheerd; het gedrag dient steeds in overeenstemming te zijn met de waardigheid van zijn functie bij het Agentschap.

Artikel 25

Dienstreizen

1.   Een kosteloze GND die deelneemt aan dienstreizen buiten zijn standplaats, wordt vergoed volgens de regels die gelden voor de vergoeding van dienstreizen voor ambtenaren, tenzij tussen het Agentschap en de werkgever anders is overeengekomen.

2.   Indien het Agentschap in het kader van een dienstreis een bijzondere aanvullende verzekering tegen hoge risico's afsluit voor ambtenaren, geldt dit voordeel tevens voor de kosteloze GND die aan dezelfde dienstreis deelneemt.

3.   Een kosteloze GND die deelneemt aan een dienstreis buiten het grondgebied van de Unie, is onderworpen aan de beveiligingsregeling die bij het Agentschap in het kader van die dienstreizen geldt.

Artikel 26

Kosteloze GND's worden niet opgenomen in de personeelsformatie. Niettemin wordt hun aantal met het oog op transparantie en voor informatieve doeleinden gemeld aan het bestuur, als onderdeel van de jaarlijkse verslaglegging door de Directeur.

HOOFDSTUK V

GND's die worden betaald met middelen uit ad-hocprojecten of -programma's

Artikel 27

Dit besluit is ook van toepassing op GND's wier vergoedingen worden betaald met middelen in het kader van ad-hocprojecten of -programma's van het Agentschap, als bedoeld in de artikelen 19 en 20 van Besluit (GBVB) 2015/1835 (hierna „ad-hoc-GND's”).

Artikel 28

Ad-hoc-GND's worden uitsluitend toegewezen aan de ad-hocprojecten of -programma's met de middelen waarvoor hun respectieve vergoedingen en onkosten worden betaald.

De aanwerving van ad-hoc-GND's is onderworpen aan de voorafgaande goedkeuring van de betrokken bijdragende lidstaten, op basis van een voorstel door een of meer van de bijdragende lidstaten of door het Agentschap, waarin voor elke functie het ontwerp van de kennisgeving van vacature is opgenomen.

Artikel 29

Ad-hoc-GND's worden niet opgenomen in de personeelsformatie. Niettemin wordt hun aantal met het oog op transparantie en voor informatieve doeleinden gemeld aan het bestuur, als onderdeel van de jaarlijkse verslaglegging door de Directeur.

Artikel 30

De begroting van ad-hocprojecten of -programma's waarmee de vergoedingen en onkosten van ad-hoc-GND's worden betaald, kan bijdragen omvatten van derde landen die aan die projecten en programma's deelnemen, krachtens artikel 26, lid 5, van Besluit (GBVB) 2015/1835.

Niettegenstaande het bepaalde in artikel 1,, tweede alinea, komen de onderdanen van de betrokken derde landen omwille van deze bijdragen niet in aanmerking voor aanwervingsprocedures voor ad-hoc-GND's.

HOOFDSTUK VI

Nationale deskundigen in beroepsopleiding

Artikel 31

Algemene bepalingen en definities

Nationale deskundigen in beroepsopleiding (hierna NDBO's zijn GND's die tot het Agentschap worden toegelaten voor doeleinden die verband houden met beroepsopleiding.

Artikel 32

Doel van de beroepsopleiding

1.   Het doel van de beroepsopleiding bestaat erin:

a)

de NDBO's ervaring te laten opdoen met de werkmethoden en projecten van het Agentschap;

b)

hen in staat te stellen praktische ervaring op te doen en zich een begrip te vormen van de dagelijkse werkzaamheden van het Agentschap en hen in de gelegenheid te stellen in een multiculturele, meertalige omgeving te werken;

c)

het personeel van nationale overheden, in het bijzonder ministeries van Defensie, in staat te stellen de kennis die zij tijdens hun studie hebben verworven in de praktijk te brengen, met name in hun respectieve bevoegdheidsgebieden.

2.   Het Agentschap, van zijn kant heeft baat bij de inbreng van personen die een nieuw perspectief en actuele kennis kunnen bieden, die het dagelijkse werk van de instelling zullen verrijken en — bouwt een netwerk op van personen die rechtstreekse ervaring met zijn procedures hebben.

Artikel 33

Ontvankelijkheid

De bepalingen van artikel 2, met uitzondering van lid 3, zijn van overeenkomstige toepassing op NDBO's.

Artikel 34

Duur van de beroepsopleiding

1.   De beroepsstages duren van drie tot en met 24 maanden. De duur wordt bij de aanvang vastgesteld en kan om naar behoren gemotiveerde redenen worden verlengd, tot een maximum van 24 maanden.

2.   Een NDBO mag slechts één beroepsstage doen.

Artikel 35

Organisatie van de beroepsopleiding

Gedurende de hele beroepsstage staan de NDBO's onder toezicht van een opleidingsadviseur. De opleidingsadviseur moet de eenheid personeelszaken in kennis stellen van eventuele belangrijke voorvallen tijdens de beroepsstage met name afwezigheden, ziekte, ongevallen of onderbreking waar hij weet van heeft of die hem door de NDBO zijn gemeld.

NDBO's gehoorzamen aan de instructies van hun opleidingsadviseur, hun hiërarchieke meerderen in het directoraat of de dienst waarbij ze zijn gedetacheerd, en de eenheid personeelszaken.

NDBO's hebben toestemming om vergaderingen bij te wonen, tenzij deze vergaderingen beperkt toegankelijk of vertrouwelijk zijn en de NDBO geen veiligheidsmachtiging heeft, om documentatie te ontvangen en om deel te nemen aan de activiteiten van de afdeling waarbij zij zijn gedetacheerd.

Artikel 36

Opschorting van de beroepsstage

Op schriftelijk verzoek van de NDBO of zijn werkgever, en met voorafgaande toestemming van deze laatste, kan de Directeur van het Agenschap een zeer korte opschorting of de voortijdige beëindiging van de beroepsstage toestaan. De NDBO kan terugkeren om de resterende periode van de beroepsstage te voltooien, maar slechts tot het einde van die periode. De stage kan onder geen beding worden verlengd.

Artikel 37

Arbeidsomstandigheden en bezoldiging

1.   Artikel 2, lid 3, en de artikelen 3, 5, 18, 19 en 20 zijn niet van toepassing op NDBO's.

2.   NDBO's worden beschouwd als kosteloze GND's in de zin van hoofdstuk IV. Zij worden door hun werkgever doorbetaald, zonder enige financiële compensatie door het Agentschap.

Het Agentschap aanvaardt geen verzoeken om subsidies of vergoedingen of om de terugbetaling van reis- of andere kosten, behalve voor de terugbetaling van kosten die zijn gemaakt in het kader van dienstreizen welke deel uitmaken van de beroepsstage.

Artikel 38

Verslagen en deelnamecertificaat

NDBO's die de afgesproken periode van beroepsopleiding hebben voltooid, vullen aan het eind van hun stage de door de eenheid personeelszaken gevraagde evaluatieverslagen in. Ook opleidingsadviseurs vullen het betrokken evaluatieverslag in.

Onder voorbehoud van het invullen van deze verslagen, ontvangen NDBO's die hun beroepsstage voltooid hebben, een certificaat waarop de data van de beroepsopleiding en de afdeling waar die heeft plaatsgevonden, staan vermeld.

Artikel 39

NDBO's worden niet opgenomen in de personeelsformatie. Niettemin wordt hun aantal met het oog op transparantie en voor informatieve doeleinden gemeld aan het bestuur, als onderdeel van de jaarlijkse verslaglegging door de Directeur.

HOOFDSTUK VII

Klachten

Artikel 40

Klachten

Onverminderd de mogelijkheden tot het instellen van een beroep na aanvaarding van een betrekking, kan een GND, onder de voorwaarden en binnen de termijnen die zijn vastgesteld in artikel 263 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, bij het krachtens het statuut van het Agentschap tot het sluiten van overeenkomsten bevoegde gezag (hierna „TSOBG”) een klacht indienen over een handeling van het TSOBG uit hoofde van dit besluit die voor hem een negatief effect heeft, met uitzondering van handelingen die rechtstreeks voortvloeien uit door de werkgever genomen besluiten.

De klacht moet binnen twee maanden worden ingediend. Deze periode begint op de datum van kennisgeving van het besluit aan de betrokkene, maar in geen geval later dan de datum waarop de betrokkene de kennisgeving heeft ontvangen. Het TSOBG brengt zijn met redenen omklede besluit binnen vier maanden, te rekenen vanaf de dag van indiening van de klacht, ter kennis van de betrokkene. Indien de GND aan het eind van die periode geen antwoord op de klacht heeft ontvangen, wordt de klacht geacht impliciet te zijn verworpen.

HOOFDSTUK VIII

Slotbepalingen

Artikel 41

Verstrekking van informatie

De permanente vertegenwoordigingen van alle lidstaten worden op jaarbasis op de hoogte gehouden over het aantal GND's in het Agentschap. Deze informatie omvat tevens:

a)

de nationaliteit van GND's die zijn gedetacheerd door een organisatie of entiteit als bedoeld in artikel 1, lid 1, tweede alinea;

b)

eventuele uitzonderingen op de selectieprocedure overeenkomstig artikel 3, lid 3;

c)

de aanstelling van alle GND's;

d)

eventuele opschorting en voortijdige beëindiging van de detachering van deskundigen overeenkomstig de artikelen 9 en 10;

e)

de jaarlijkse aanpassing van de vergoedingen en toelagen van de GND's in overeenstemming met artikel 19.

Artikel 42

Bevoegdheidsdelegatie

Alle bevoegdheden die op grond van dit besluit aan het Agentschap worden toegekend, worden uitgeoefend door het TSOBG.

Artikel 43

Intrekking

Besluit 2004/677/EG wordt ingetrokken. De artikelen 15 tot en met 19 daarvan blijven evenwel van toepassing op GND's die hierom verzoeken voor detacheringen die bij de inwerkingtreding van dit besluit lopende zijn, onverminderd artikel 44.

Artikel 44

Inwerkingtreding en toepassing

Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Het is op elke nieuwe detachering, hernieuwing of verlenging van detachering van toepassing vanaf de eerste dag van de maand volgende op die waarin het in werking treedt.

Gedaan te Brussel, 4 augustus 2016.

Voor de Raad

De voorzitter

M. LAJČÁK


(1)  PB L 266 van 13.10.2015, blz. 55.

(2)  Besluit 2004/677/EG van de Raad van 24 september 2004 betreffende de regeling die van toepassing is op nationale deskundigen en militairen die bij het Europees Defensieagentschap zijn gedetacheerd (PB L 310 van 7.10.2004, blz. 64).

(3)  Besluit (EU) 2016/1351 van de Raad van 4 augustus 2016 betreffende het statuut van het personeel van het Europees Defensieagentschap (zie bladzijde 1 van dit Publicatieblad).

(4)  Verordening (EG) nr. 987/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 tot vaststelling van de wijze van toepassing van Verordening (EG) nr. 883/2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels (PB L 284 van 30.10.2009, blz. 1).