25.9.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 249/20


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/1610 VAN DE COMMISSIE

van 24 september 2015

tot goedkeuring van Pythium oligandrum stam M1 als werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 10

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2012 betreffende het op de markt aanbieden en het gebruik van biociden (1), en met name artikel 90, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Tsjechië heeft op 12 juli 2005 overeenkomstig artikel 11, lid 1, van Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad (2) een aanvraag ontvangen om de werkzame stof Pythium oligandrum stam M1 in bijlage I bij die richtlijn op te nemen voor gebruik in productsoort 10 (conserveringsmiddelen voor metselwerk), zoals gedefinieerd in bijlage V bij die richtlijn, die overeenstemt met productsoort 10 zoals gedefinieerd in bijlage V bij Verordening (EU) nr. 528/2012.

(2)

Pythium oligandrum stam M1 was op 14 mei 2000 niet op de markt als werkzame stof van een biocide.

(3)

Tsjechië heeft op 8 november 2011 overeenkomstig artikel 11, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG het beoordelingsrapport en zijn aanbevelingen bij de Commissie ingediend.

(4)

Op 2 december 2014 heeft het Comité voor biociden het advies van het Europees Agentschap voor chemische stoffen geformuleerd, rekening houdend met de conclusies van de beoordelende bevoegde autoriteit.

(5)

Volgens dat advies kan van biociden die voor productsoort 10 worden gebruikt en Pythium oligandrum stam M1 bevatten, worden verwacht dat zij aan de eisen van artikel 19, lid 1, onder b), van Richtlijn (EU) nr. 528/2012 voldoen, mits bepaalde voorwaarden voor het gebruik ervan in acht worden genomen.

(6)

Bijgevolg moet Pythium oligandrum stam M1 worden goedgekeurd voor gebruik in biociden voor de productsoort 10, mits bepaalde specificaties en voorwaarden in acht worden genomen.

(7)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor biociden,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Pythium oligandrum stam 1 wordt goedgekeurd als werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 10, mits de in de bijlage vastgestelde specificaties en voorwaarden in acht worden genomen.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 24 september 2015.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 167 van 27.6.2012, blz. 1.

(2)  Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 1998 betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 123 van 24.4.1998, blz. 1).


BIJLAGE

Naam

IUPAC-naam

Identificatienummers

Minimale zuiverheidsgraad van de werkzame stof (1)

Datum van goedkeuring

Datum van het verstrijken van de goedkeuring

Productsoort

Specifieke voorwaarden

Pythium oligandrum stam M1

Niet van toepassing

Geen relevante verontreinigingen

1 januari 2016

31 december 2025

10

Bij de beoordeling van het product moet bijzondere aandacht worden besteed aan de blootstellingen, de risico's en de doeltreffendheid voor elk gebruik waarvoor toelating werd aangevraagd maar dat geen voorwerp was van de risicobeoordeling van de werkzame stof op het niveau van de Unie.

Aan toelatingen voor biociden wordt de volgende voorwaarde verbonden:

Voor industriële of beroepsmatige gebruikers moeten veilige operationele procedures en passende organisatorische maatregelen worden vastgesteld. Bij de toepassing van de producten moeten passende persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt wanneer de blootstelling niet op andere manieren tot een aanvaardbaar niveau kan worden beperkt.


(1)  De in deze kolom vermelde zuiverheid was de minimale zuiverheidsgraad van de werkzame stof die voor de overeenkomstig artikel 16, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG uitgevoerde beoordeling is gebruikt. De werkzame stof in het in de handel gebrachte product kan dezelfde of een andere zuiverheid hebben, voor zover bewezen is dat de werkzame stof technisch gelijkwaardig is aan de beoordeelde werkzame stof.