16.10.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 271/33


BESLUIT (EU) 2015/1855 VAN DE RAAD

van 13 oktober 2015

tot vaststelling van het namens de Europese Unie in de Raad voor de handelsaspecten van de intellectuele eigendom en de Algemene Raad van de Wereldhandelsorganisatie in te nemen standpunt over het verzoek van leden die een minst ontwikkeld land zijn om verlenging van de overgangsperiode uit hoofde van artikel 66, lid 1, van de Overeenkomst inzake de handelsaspecten van de intellectuele eigendom wat bepaalde verplichtingen inzake geneesmiddelen betreft en om ontheffing van de uit hoofde van artikel 70, leden 8 en 9, van die overeenkomst vastgestelde verplichtingen

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 4, eerste alinea, in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens artikel 66, lid 1, van de Overeenkomst inzake de handelsaspecten van de intellectuele eigendom (de „TRIPS-overeenkomst”) verleent de Raad voor de handelsaspecten van de intellectuele eigendom („Raad voor TRIPS”) op naar behoren met redenen omkleed verzoek van een lid dat een minst ontwikkeld land („MOL”) is, verlengingen van de overgangsperiode.

(2)

Op 14 november 2001 heeft de ministerconferentie van Doha van de Wereldhandelsorganisatie („WTO”) de Verklaring over de TRIPS-overeenkomst en de volksgezondheid („Verklaring van Doha”) vastgesteld. Deze stelde dat de verlenging van de overgangsperiode uit hoofde van artikel 66, lid 1, van de TRIPS-overeenkomst het recht van leden die een MOL zijn om andere verlengingen na te streven, onverlet liet.

(3)

Overeenkomstig punt 7 van de Verklaring van Doha en overeenkomstig artikel 66, lid 1, van de TRIPS-overeenkomst heeft de Raad voor TRIPS bij een besluit van 27 juni 2002 de overgangsperiode waarin leden die een MOL zijn niet in octrooibescherming voor geneesmiddelen hoeven te voorzien, tot 1 januari 2016 verlengd.

(4)

Op 8 juli 2002 heeft de Algemene Raad van de WTO een nauw verwant besluit vastgesteld waarbij leden die een MOL zijn, zijn ontheven van de verplichtingen, uit hoofde van artikel 70, lid 9, van de TRIPS-overeenkomst, tot het verlenen van uitsluitende rechten voor het in de handel brengen. De ontheffing geldt tot 1 januari 2016.

(5)

Op 23 februari 2015 heeft Bangladesh namens de groep van leden die een MOL zijn een verzoek ingediend tot onbeperkte verlenging van de overgangsperiode uit hoofde van artikel 66, lid 1, van de TRIPS-overeenkomst en tot onbeperkte ontheffing van de verplichtingen uit hoofde van artikel 70, leden 8 en 9, van die overeenkomst zolang elk lid dat een MOL is ook een MOL blijft.

(6)

Aangezien er sinds 2002 een afzonderlijke ontheffing is voor intellectuele eigendom die met geneesmiddelen samenhangt, is het wenselijk dat de Unie instemt met de verlenging van de overgangsperiode, om leden die een MOL zijn de toegang tot geneesmiddelen niet te belemmeren.

(7)

Verscheidene WTO-leden lijken bereid te zijn om de onbeperkte verlenging en onbeperkte ontheffing te verlenen, en derhalve moet de Unie zich aansluiten bij de consensus, in overeenstemming met haar aanhoudende steun voor de Verklaring van Doha. Indien de WTO-leden uiteindelijk echter kiezen voor een bijkomende tijdelijke verlenging en tijdelijke ontheffing, moet de Unie daar eveneens mee instemmen.

(8)

Het is wenselijk het standpunt vast te stellen dat namens de Unie in de Raad voor TRIPS en de Algemene Raad van de WTO dient te worden ingenomen over het verzoek van leden die een MOL zijn om verlenging van de overgangsperiode uit hoofde van artikel 66, lid 1, van de TRIPS-overeenkomst wat bepaalde verplichtingen inzake geneesmiddelen betreft en om ontheffing van de uit hoofde van artikel 70, leden 8 en 9, van die overeenkomst vastgestelde verplichtingen,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het namens de Europese Unie in de Raad voor de handelsaspecten van de intellectuele eigendom en de Algemene Raad van de Wereldhandelsorganisatie („WTO”) in te nemen standpunt is het volgende:

a)

instemmen:

i)

met het verzoek van leden die een minst ontwikkeld land („MOL”) zijn voor een verlenging van de overgangsperiode uit hoofde van artikel 66, lid 1, van de Overeenkomst inzake de handelsaspecten van de intellectuele eigendom (de „TRIPS-overeenkomst”) wat bepaalde verplichtingen inzake geneesmiddelen betreft, en

ii)

met het verzoek om leden die een MOL zijn een ontheffing van de uit hoofde van artikel 70, leden 8 en 9, van de TRIPS-overeenkomst vastgestelde verplichtingen toe te staan, en

b)

instemmen:

i)

met het verzoek voor de verlenging als bedoeld in punt a) i), van dit artikel, voor de ontheffing als bedoeld in punt a) ii), van dit artikel, of met beide, toe te passen zolang elk lid dat een MOL is ook een MOL blijft, ofwel

ii)

met het verzoek voor een tijdelijke verlenging of een tijdelijke ontheffing, of met beide, indien dat verzoek eveneens aanvaardbaar is voor de andere WTO-leden.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Luxemburg, 13 oktober 2015.

Voor de Raad

De voorzitter

J. ASSELBORN