|
13.10.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 266/83 |
BESLUIT (GBVB) 2015/1837 VAN DE RAAD
van 12 oktober 2015
betreffende de ondersteuning door de Unie van de activiteiten van de Voorbereidende Commissie van de Verdragsorganisatie voor een alomvattend verbod op kernproeven (CTBTO) ter versterking van haar toezichts- en verificatiecapaciteit en in het kader van de uitvoering van de strategie van de Unie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, met name artikel 26, lid 2, en artikel 31, lid 1,
Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Op 12 december 2003 heeft de Europese Raad de strategie van de EU ter bestrijding van de verspreiding van massavernietigingswapens (de strategie) aangenomen, met in hoofdstuk III een lijst van maatregelen die daartoe zowel in de EU als in derde landen moeten worden getroffen. |
|
(2) |
De Unie geeft momenteel actief uitvoering aan de strategie en aan de in hoofdstuk III ervan genoemde maatregelen, met name door het verlenen van financiële steun aan specifieke projecten die worden uitgevoerd door multilaterale instellingen, zoals het voorlopige technisch secretariaat (PTS) van de Verdragsorganisatie voor een alomvattend verbod op kernproeven (CTBTO). |
|
(3) |
Op 17 november 2003 heeft de Raad Gemeenschappelijk Standpunt 2003/805/GBVB (1) betreffende de universalisering en versterking van multilaterale overeenkomsten op het gebied van de non-proliferatie van massavernietigingswapens en overbrengingsmiddelen daarvoor aangenomen. Dat gemeenschappelijk standpunt roept er onder meer toe op te streven naar ondertekening en ratificatie van het Alomvattend Kernstopverdrag (CTBT). |
|
(4) |
De staten die het CTBT hebben ondertekend, hebben besloten een voorbereidende commissie met handelingsbekwaamheid en met de status van internationale organisatie op te richten die, in afwachting van de oprichting van de CTBTO, tot taak heeft voor de uitvoering van het CTBT te zorgen. |
|
(5) |
Een spoedige inwerkingtreding en universalisering van het CTBT en de versterking van het systeem voor toezicht en verificatie van de voorbereidende commissie van de CTBTO zijn belangrijke doelstellingen van de strategie. Met de kernproeven die de Democratische Volksrepubliek Korea in oktober 2006, mei 2009 en februari 2013 heeft uitgevoerd, is in dit verband nogmaals benadrukt hoe belangrijk het is dat het CTBT spoedig in werking treedt en dat het systeem voor toezicht en verificatie van het CTBT versneld moet worden opgebouwd en versterkt. |
|
(6) |
De voorbereidende commissie van de CTBTO gaat na hoe zij haar verificatiesysteem het best kan versterken, bijvoorbeeld door het ontwikkelen van capaciteiten op het gebied van het toezicht op edelgassen en door inspanningen om de staten die het CTBT ondertekend hebben, volledig te betrekken bij de uitvoering van de verificatieregeling. |
|
(7) |
In het kader van de uitvoering van de strategie heeft de Raad drie gemeenschappelijke optredens en twee besluiten vastgesteld betreffende de ondersteuning van activiteiten van de voorbereidende commissie van de CTBTO, namelijk Gemeenschappelijk Optreden 2006/243/GBVB (2) betreffende opleiding en capaciteitsopbouw voor verificatie en vervolgens Gemeenschappelijk Optreden 2007/468/GBVB (3), Gemeenschappelijk Optreden 2008/588/GBVB (4), Besluit 2010/461/GBVB (5) en Besluit 2012/699/GBVB (6) ter versterking van de toezichts- en verificatiecapaciteit van de voorbereidende commissie. |
|
(8) |
Deze steun van de Unie moet worden voortgezet. |
|
(9) |
De voorbereidende commissie van de CTBTO, die via het netwerk van het Internationaal Toezichtsysteem (IMS) (meer dan 280 installaties in circa 85 landen) en het Internationaal Datacentrum over unieke deskundigheid en capaciteiten beschikt en derhalve de enige internationale organisatie is die dit besluit kan uitvoeren en daarvoor over de vereiste legitimiteit beschikt, moet met de technische uitvoering van dit besluit worden belast. De door de Unie ondersteunde projecten kunnen alleen worden gefinancierd door een extrabudgettaire bijdrage aan de voorbereidende commissie van de CTBTO, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
1. Om te zorgen voor een continue en praktische uitvoering van enkele onderdelen van de strategie steunt de Unie de activiteiten van de voorbereidende commissie van de CTBTO met betrekking tot de volgende doelstellingen:
|
a) |
versterking van de capaciteiten van het systeem voor toezicht en verificatie van het CTBT, ook op het gebied van de opsporing van radionucliden; |
|
b) |
vergroting van de capaciteiten van de staten die het CTBT hebben ondertekend om hun verificatietaken in het kader van het CTBT te vervullen, en om volledig profijt te trekken van de deelname aan de regelingen uit hoofde van het verdrag. |
2. De door de Unie te steunen projecten hebben de volgende specifieke doelstellingen:
|
a) |
bijdragen tot de ondersteuning van het toezichtsysteem met als doel de verbetering van de opsporing van mogelijke kernexplosies, in het bijzonder middels steun aan geselecteerde hulpstations voor seismische metingen (AS-stations) en de karakterisering van de mondiale achtergrond van radioactief xenon en xenonmitigatie; de verbetering van de administratie van het virtueel centrum voor gegevensonderzoek (virtual Data Exploitation Centre (vDEC) en verwante activiteiten; de uitvoering van fase 2 van het re-engineeringprogramma voor verwerking van seismologische, hydroakoestische en infrageluidsgegevens (SHI) van het IDC; en de vergroting van de testdekking voor IDC-applicaties; |
|
b) |
versterken van de verificatiecapaciteiten van de voorbereidende commissie van de CTBTO op het gebied van inspecties ter plaatse, in het bijzonder door het ondersteunen van de ontwikkeling van operationele vermogens voor inspectie ter plaatse door uitbreiding en aanvulling van de technische capaciteit van het systeem van multispectrum- en infraroodtechnologie (MSIR) voor inspecties ter plaatse; |
|
c) |
steun verlenen aan de bevordering van de universalisering en inwerkingtreding van het CTBT en de duurzaamheid op de lange termijn van de verificatieregeling ervan via contacten en capaciteitsopbouw, onder meer door steun te verlenen voor opleiding en workshops in Zuidoost-Azië, het gebied van de Stille Oceaan en het Verre Oosten (SEAPFE) en het Midden-Oosten en Zuid-Azië (MESA) ter bevordering van de daadwerkelijke deelname aan het CTBT; voor onderhoud van het systeem voor capaciteitsopbouw; voor contacten met de wetenschappelijke en beleids-/diplomatieke gemeenschappen ter vergroting van het bewustzijn en het inzicht betreffende het CTBT; en voor consolidatie en uitbreiding van het verlengde aanbod/pakket wat betreft „NDC in een afzonderlijk softwarepakket”. |
De projecten zijn ook gericht op het waarborgen van de zichtbaarheid van de Unie bij de ondersteuning van de bovengenoemde activiteiten en van het goede beheer van het programma bij de uitvoering van dit besluit.
Deze projecten worden uitgevoerd ten behoeve van alle staten die het CTBT hebben ondertekend.
In de bijlage staat een nadere omschrijving van bovenbedoelde projecten.
Artikel 2
1. De hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid (de hoge vertegenwoordiger) is belast met de uitvoering van dit besluit.
2. De technische uitvoering van het artikel 1, lid 2, bedoelde project wordt toevertrouwd aan de voorbereidende commissie van de CTBTO. De voorbereidende commissie verricht haar taken onder de verantwoordelijkheid van de hoge vertegenwoordiger. De hoge vertegenwoordiger treft daartoe de nodige regelingen met de voorbereidende commissie van de CTBTO.
Artikel 3
1. Het financieel referentiebedrag voor de uitvoering van de in artikel 1, lid 2, bedoelde projecten bedraagt 3 024 756 EUR.
2. De met het in lid 1 genoemde bedrag gefinancierde uitgaven worden beheerd overeenkomstig de procedures en voorschriften die van toepassing zijn op de begroting van de Unie.
3. De Europese Commissie houdt toezicht op het correcte beheer van het in lid 1 bedoelde referentiebedrag. Daartoe sluit zij een financieringsovereenkomst met de voorbereidende commissie van de CTBTO. In die financieringsovereenkomst wordt bepaald dat de voorbereidende commissie van de CTBTO ervoor zorg draagt dat de bijdrage van de Unie zichtbaar is in een mate die overeenstemt met de omvang ervan.
4. De Europese Commissie stelt alles in het werk om de in lid 3 bedoelde financieringsovereenkomst zo spoedig mogelijk na de inwerkingtreding van dit besluit te sluiten. Zij stelt de Raad in kennis van moeilijkheden die zich daarbij voordoen en van de datum van sluiting van de financieringsovereenkomst.
Artikel 4
1. De hoge vertegenwoordiger brengt aan de Raad verslag uit over de uitvoering van dit besluit, op basis van periodieke verslagen die worden opgesteld door de voorbereidende commissie van de CTBTO. Die verslagen zullen de basis vormen voor de evaluatie door de Raad.
2. De Europese Commissie geeft informatie over de financiële aspecten van de uitvoering van de in artikel 1, lid 2, bedoelde projecten.
Artikel 5
Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.
Het verstrijkt 24 maanden na de sluiting van de in artikel 3, lid 3, bedoelde financieringsovereenkomst. Het verstrijkt echter zes maanden nadat het in werking is getreden indien op dat tijdstip geen financieringsovereenkomst is gesloten.
Gedaan te Luxemburg, 12 oktober 2015.
Voor de Raad
De voorzitter
F. MOGHERINI
(1) Gemeenschappelijk Standpunt 2003/805/GBVB van de Raad van 17 november 2003 betreffende de universalisering en versterking van multilaterale overeenkomsten op het gebied van de non-proliferatie van massavernietigingswapens en overbrengingsmiddelen daarvoor (PB L 302 van 20.11.2003, blz. 34).
(2) Gemeenschappelijk Optreden 2006/243/GBVB van de Raad van 20 maart 2006 betreffende de ondersteuning van activiteiten van de Voorbereidende Commissie van de Organisatie van het Alomvattend Kernstopverdrag (CTBTO) op het gebied van opleiding en capaciteitsopbouw voor verificatie en in het kader van de uitvoering van de strategie van de Europese Unie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens (PB L 88 van 25.3.2006, blz. 68).
(3) Gemeenschappelijk Optreden 2007/468/GBVB van de Raad van 28 juni 2007 betreffende de ondersteuning van activiteiten van de Voorbereidende Commissie van de Verdragsorganisatie voor een alomvattend verbod op kernproeven (CTBTO) ter versterking van haar toezichts- en verificatiecapaciteit en in het kader van de uitvoering van de strategie van de Europese Unie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens (PB L 176 van 6.7.2007, blz. 31).
(4) Gemeenschappelijk Optreden 2008/588/GBVB van de Raad van 15 juli 2008 betreffende de ondersteuning van activiteiten van de Voorbereidende Commissie van de Verdragsorganisatie voor een alomvattend verbod op kernproeven (CTBTO) ter versterking van haar toezichts- en verificatiecapaciteit en in het kader van de uitvoering van de strategie van de Europese Unie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens (PB L 189 van 17.7.2008, blz. 28).
(5) Besluit 2010/461/GBVB van de Raad van 26 juli 2010 betreffende de ondersteuning van activiteiten van de Voorbereidende Commissie van de Verdragsorganisatie voor een alomvattend verbod op kernproeven (CTBTO) ter versterking van haar toezichts- en verificatiecapaciteit en in het kader van de uitvoering van de strategie van de Unie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens (PB L 219 van 20.8.2010, blz. 7).
(6) Besluit 2012/699/GBVB van de Raad van 13 november 2012 betreffende de ondersteuning door de Unie van de activiteiten van de Voorbereidende Commissie van de Verdragsorganisatie voor een alomvattend verbod op kernproeven ter versterking van haar toezichts- en verificatiecapaciteit en in het kader van de uitvoering van de strategie van de Unie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens (PB L 314 van 14.11.2012, blz. 27).
BIJLAGE
Steun van de Unie voor de activiteiten van de voorbereidende commissie van de CTBTO tot versterking vandiens toezichts- en verificatiecapaciteit, ter verbetering van de vooruitzichten op een spoedige inwerkingtreding en ter ondersteuning van de universalisering van het CTBT en in het kader van de uitvoering van de EU-strategie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens
I. INLEIDING
1. De opbouw van een goed werkend systeem voor toezicht en verificatie van de voorbereidende commissie van de CTBTO (de voorbereidende commissie) is een cruciaal element in de voorbereiding van de uitvoering van het CTBT, zodra dat verdrag in werking is getreden. De ontwikkeling van de capaciteiten van de voorbereidende commissie op het gebied van toezicht op edelgassen levert een belangrijk instrument op waarmee kan worden beoordeeld of een waargenomen explosie een kernproef is. Voorts hangen de operabiliteit en de prestaties van het systeem voor toezicht en verificatie van het CTBT af van de bijdragen van alle staten die het CTBT hebben ondertekend. Daarom is het van belang de ondertekenende staten van het CTBT de gelegenheid te geven volledig deel te nemen en bij te dragen aan het systeem voor toezicht en verificatie van het CTBT. Het werk dat wordt gedaan voor het uitvoeren van dit besluit zal ook van belang zijn voor het verbeteren van het vooruitzicht op een spoedige inwerkingtreding en universalisering van het CTBT.
Het project in dit besluit zal een beduidende bijdrage leveren aan de verwezenlijking van de doelstellingen van de strategie van de EU tegen de verspreiding van massavernietigingswapens.
2. Daartoe zal de Unie onderstaande negen projecten steunen:
|
a) |
ondersteuning van de AS-stations van het IMS die zijn gevestigd in landen die hulp nodig hebben; |
|
b) |
project inzake karakterisering van de mondiale achtergrond van radioactief xenon; |
|
c) |
administratie van het vDEC (virtual Data Exploitation Centre — virtueel centrum voor gegevensonderzoek) en verwante activiteiten; |
|
d) |
steun voor fase 2 van het re-engineeringprogramma voor verwerking van seismologische, hydroakoestische en infrageluidsgegevens (SHI) van het IDC; |
|
e) |
xenonmitigatie; |
|
f) |
verhoging van de testdekking voor IDC-applicaties; |
|
g) |
hardwareverbeteringen van de multispectrale beeldvorming voor inspecties ter plaatse, waaronder het MSIR; |
|
h) |
opleiding en workshops in SEAPFE en MESA, onderhoud van het systeem voor capaciteitsopbouw en contacten met de wetenschappelijke en beleids-/diplomatieke gemeenschappen; en |
|
i) |
verlengd „NDC in een afzonderlijk softwarepakket”. |
De vooruitzichten op inwerkingtreding van het CTBT zijn beter geworden dankzij een gunstiger politiek klimaat, wat ook blijkt uit recente nieuwe ondertekeningen en ratificaties van het CTBT, onder meer door Indonesië, een van de staten genoemd in bijlage 2 van het CTBT. Vanwege deze positieve dynamiek moet de komende jaren dringend meer aandacht worden besteed aan het vervolledigen van de verificatieregeling van het CTBT en aan het waarborgen van de inzetbaarheid en de operationele capaciteit ervan en moet er verder worden gewerkt aan de inwerkingtreding en universalisering van het CTBT. De kernproeven die de Democratische Volksrepubliek Korea in oktober 2006, mei 2009 en februari 2013 heeft uitgevoerd, hebben niet alleen aangetoond dat een alomvattend verbod op kernproeven belangrijk is, maar ook dat er voor het toezicht op de naleving van zo'n verbod een goed werkende verificatieregeling nodig is. Een volledig operationele en geloofwaardige verificatieregeling van het CTBT zal de internationale gemeenschap betrouwbare, onafhankelijke middelen aanreiken waarmee erop kan worden toegezien dat deze norm wordt nageleefd. Daarnaast zijn de CTBTO-gegevens ook van cruciaal belang voor een tijdige tsunami-waarschuwing en voor het evalueren van de verspreiding van radioactieve emissies na het nucleaire ongeluk in Fukushima in maart 2011.
De steun die aan die projecten wordt verleend, versterkt de doelstellingen van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid. De uitvoering van die complexe projecten zal beduidend bijdragen aan het verbeteren van doeltreffende multilateralistische reacties op huidige uitdagingen met betrekking tot veiligheid. Die projecten zullen met name bevorderlijk zijn voor de doelstellingen van de EU-strategie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens, in het bijzonder voor de universalisering en versterking van de norm in het CTBT en de verificatieregeling ervan. De voorbereidende commissie bouwt aan een IMS dat ervoor moet zorgen dat geen enkele kernexplosie onopgemerkt blijft. Gezien haar unieke deskundigheid via een wereldwijd IMS AS-netwerk — meer dan 280 installaties in 85 landen en het IDC — is de voorbereidende commissie de enige organisatie die de capaciteit heeft voor het uitvoeren van die projecten, die alleen kunnen worden gefinancierd door een extrabudgettaire bijdrage aan de voorbereidende commissie.
In Gemeenschappelijk Optreden 2006/243/GBVB, Gemeenschappelijk Optreden 2007/468/GBVB, Gemeenschappelijk Optreden 2008/588/GBVB en Besluit 2010/461/GBVB en Besluit 2012/699/GBVB, heeft de Unie steun verleend aan de instelling van een opleidingsprogramma van e-leren, de geïntegreerde oefening op het terrein in 2008 met betrekking tot inspecties ter plaatse en de geïntegreerde oefening op het terrein in 2014 (IFE14), beoordeling en meting, karakterisering en mitigatie van radioactief xenon, technische bijstand en capaciteitsopbouw, capaciteitsontwikkeling voor toekomstige generaties CTBT-deskundigen, de verbetering van het atmosferisch transportmodel (ATM), AS-stations, het intensiveren van de samenwerking met de wetenschappelijke wereld, de versterking van de capaciteiten voor inspecties ter plaatse met de ontwikkeling van een detectiesysteem voor edelgassen, en het proefproject ter ondersteuning van de deelname van deskundigen uit ontwikkelingslanden aan de technische en beleidsvergaderingen van de voorbereidende commissie. De projecten die onder dit besluit vallen, zijn een voortzetting van voorgaande projecten van gemeenschappelijke optredens en van de voortgang die met de uitvoering ervan is geboekt. De projecten die onder dit besluit vallen, zijn van dien aard dat overlappingen met Besluit 2012/699/GBVB worden voorkomen. Een aantal van de projecten die onder dit besluit vallen, bevatten elementen die lijken op activiteiten in het kader van eerdere gemeenschappelijke optredens, maar zijn qua inhoudelijk bereik verschillend of zijn gericht op andere ontvangende landen of regio's.
Naast andere vrijwillige bijdragen en bijdragen in natura die de CTBTO ter ondersteuning van haar activiteiten heeft ontvangen van donors zoals EU- en niet-EU-staten, instellingen, enz., zullen de negen bovengenoemde projecten die steun bieden aan de activiteiten van de voorbereidende commissie worden uitgevoerd en beheerd door het PTS ervan.
II. BESCHRIJVING VAN DE PROJECTEN
Rubriek 1: ondersteuning van het toezichtsysteem
Deze rubriek bestaat uit de volgende zes onderdelen:
|
— |
Component 1 |
: |
ondersteuning van hulpstations voor seismische metingen van het IMS die zijn gevestigd in landen die hulp nodig hebben; |
|
— |
Component 2 |
: |
project inzake karakterisering van de mondiale achtergrond van radioactief xenon; |
|
— |
Component 3 |
: |
administratie van het vDEC en verwante activiteiten; |
|
— |
Component 4 |
: |
steun voor fase 2 van het re-engineeringprogramma voor de verwerking van seismologische, hydroakoestische en infrageluidsgegevens (SHI) van het IDC; |
|
— |
Component 5 |
: |
xenonmitigatie; |
|
— |
Component 6 |
: |
vergroting van de testdekking voor IDC-applicaties. |
Component 1: ondersteuning van hulpstations voor seismische metingen van het IMS die zijn gevestigd in landen die hulp nodig hebben
1.
Dit project moet bijstand blijven verlenen aan plaatselijke overheden voor de verbetering van de werking en de duurzaamheid van gecertificeerde stations in het IMS netwerk van hulpstations voor seismische metingen die zijn gevestigd in landen die hulp nodig hebben.
2.
Sommige landen ondervinden aanzienlijke problemen om te voldoen aan het hoge kwaliteits- en beschikbaarheidsniveau van de gegevens, zoals voorgeschreven voor hulpstations van het IMS. Gedetailleerde beoordelingen van specifieke plaatselijke omstandigheden, gerichte verbeteringen van de infrastructuur van stations (op grond van eerdere operationele ervaring), de oplossing van kwesties in verband met naderende veroudering, en hulp bij het opzetten van passende interne regelingen en overeenkomsten ter ondersteuning van operaties en onderhoud zullen de algehele duurzaamheid van stations verbeteren en de plaatselijke stationbeheerder helpen in de toekomst de vereiste prestaties van een station te waarborgen.
De werkzaamheden in het kader van dit project zouden daarom onder meer bestaan uit verder gaan met het verzamelen van de nodige gegevens en toetsing van de duurzaamheidscriteria voor de binnen dit project geviseerde installaties van het netwerk van hulpstations, bezoeken aan stations, met inbegrip van systeemcalibraties, kleine reparaties en de opleiding van beheerders, een aanvullende opleiding voor plaatselijke stationbeheerders, modernisering van infrastructuur en beveiliging, upgrades van reserve-voedingssystemen en verbetering of vervanging van verouderde apparatuur.
Bovendien zal in het kader van dit project worden voortgegaan met het afleggen van een aantal gerichte bezoeken aan de plaatselijke overheden van landen waar zich hulpstations bevinden, met het oog op de bewustwording en erkenning van hun verantwoordelijkheden inzake exploitatie en onderhoud van IMS -faciliteiten uit hoofde van het CTBT, alsook om de huidige regelingen voor de werking en het onderhoud van het station te beoordelen, en de totstandbrenging van of verbeteringen in de nationale ondersteuningsstructuur en -middelen, zoals vereist, aan te moedigen.
3.
Handhaving en verbetering van de gegevensbeschikbaarheid voor hulpstations voor seismische metingen.
Component 2: project inzake karakterisering van de mondiale achtergrond van radioactief xenon
1.
De metingen van radioactief xenon in het milieu met zeer gevoelige systemen door de voorbereidende commissie zijn een belangrijk deel van de verificatieregeling van het CTBT. Met de bijdrage van de Unie uit hoofde van Gemeenschappelijk Optreden 2008/588/GBVB heeft de CTBTO twee mobiele systemen voor het meten van de radioactieve edelgasisotopen 133Xe, 135Xe, 133mXe en 131mXe gekocht. Die systemen zijn gebruikt voor achtergrondmeting van radioactief xenon in Indonesië, Japan en Koeweit. Voor dit doel zijn er met de partnerinstelling samenwerkingsovereenkomsten gesloten.
2.
De voortzetting van deze meetcampagnes vergt financiering van het vervoer van de mobiele edelgassystemen naar nieuwe locaties en het runnen van de systemen gedurende minste twaalf maanden op één enkele locatie, teneinde seizoenvariaties in aanmerking te kunnen nemen.
De locatie in Koeweit bevindt zich in het midden van een leeg gebied wat betreft IMS-meetsystemen voor edelgassen. Het mobiele station in Koeweit is van groot belang vanuit een oogpunt van netwerkdekking in de Perzische Golf. Aangezien deze locatie zeer veel informatie geeft over de karakterisering van de mondiale xenonachtergrond, heeft dit voorstel tot doel allereerst de meetcampagnes in Koeweit gedurende de uitvoeringperiode van dit project te verlengen.
Het andere systeem zal in Manado, Indonesië, beginnen met de metingen uit hoofde van Besluit 2012/699/GBVB. Dank zij de verlenging van de meetcampagnes kan deze locatie gedurende een volledige cyclus van twaalf maanden en onder alle seizoensomstandigheden worden gekarakteriseerd. Na afloop van deze campagne is de CTBTO voornemens om bijkomende metingen te verrichten in gebieden waar de mondiale achtergrond van radioactief xenon niet geheel bekend is en begrepen wordt. De voorkeurslocaties zijn equatoriale locaties in Latijns-Amerika, Azië en Afrika.
3.
De voordelen zijn een beter inzicht in de wereldwijde variatie in edelgasachtergrond en een betere dekking van het netwerk voor toezicht op edelgassen. Na deze meetcampagnes zijn de systemen beschikbaar voor gebruik door de CTBTO voor verdere bestudering van de achtergrond van edelgassen op verschillende geografische schalen en als backup- en/of opleidingssystemen.
Component 3: administratie van het vDEC en verwante activiteiten
1.
Het IDC handhaaft het vDEC, waardoor externe onderzoekers, NDC's, en PTS-contractanten toegang hebben tot IMS-gegevens, IDC-producten en IDC-software. Het vDEC is opgericht bij Besluit 2010/461/GBVB.
2.
Het doel is de voortzetting van de ondersteuning van het vDEC als een platform voor coöperatief onderzoek met gebruikmaking van IMS-gegevens en IDC-producten en -software.
3.
Het vDEC biedt ondersteuning voor onderzoek en ontwikkeling op het gebied van geavanceerde technologieën voor toezicht ingevolge CTBT. Aldus biedt het kansen voor onderzoek door jonge wetenschappers en ingenieurs, alsook voor onderzoekers in minder ontwikkelde landen, waar er minder middelen voorhanden zijn.
Component 4: steun voor fase 2 van het re-engineeringprogramma voor de verwerking van seismologische, hydroakoestische en infrageluidsgegevens (SHI) van het IDC
1.
Op basis van een eerste fase van de re-engineering van geselecteerde onderdelen van het SHI-systeem en dankzij een aanzienlijke bijdrage in natura van de VS, is het PTS begonnen aan een zogenoemde fase 2 van het re-engineeringprogramma voor SHI van het IDC. Dit programma heeft ten doel een alomvattende softwarearchitectuur te ontwikkelen voor het sturen van projecten voor nieuwe ontwikkelingen en updates voor de bestaande software in de komende 5 tot 7 jaar. Fase 2 van het re-engineeringprogramma is volgens het Rational Unified Process voor softwareontwikkeling (RUP) in verschillende kortere fasen verdeeld. De afronding van de eerste RUP-fase, bekend als de inceptiefase, is gepland voor 2014, waarbij de documenten inzake systeemvereisten en systeemspecificaties voltooid moeten zijn. De volgende RUP-fase, de elaboratiefase, zal 2016 en een deel van 2017 bestrijken, en behelst de ontwikkeling van een softwarearchitectuurontwerp (SAD) en van een adequaat prototype om de grootste risico's die in het ontwerp zijn vastgesteld, te mitigeren. Een cruciale doelstelling bij het specificeren van een overkoepelende softwarearchitectuur is dat het PTS in staat wordt gesteld ondersteuningsactiviteiten te prioriteren. Hoewel de bijdrage in natura van de VS een aanzienlijk deel van dit project uitmaakt, is het absoluut noodzakelijk dat alle CTBTO-lidstaten bij het proces worden betrokken. Dat zal gebeuren via regelmatige briefings aan de groepen en door middel van technische vergaderingen.
2.
De doelstelling is: 1) twee technische vergaderingen over software engineering te ondersteunen; en 2) te voorzien in contractuele diensten/de aanwijzing van personeel voor korte termijn met het oog op de ontwikkeling van een prototype.
3.
De algehele doelstelling van dit project is een moderner en gemakkelijker aan te passen kader voor softwareontwikkeling en -onderhoud te scheppen voor de komende 20 jaar. Het resultaat zou een systeem- en ondersteuningsstructuur moeten zijn die beter bestand is tegen veranderingen en minder duur is in exploitatie en onderhoud.
Component 5: xenonmitigatie
1.
De metingen van radioactief xenon in het milieu met zeer gevoelige edelgassystemen door de voorbereidende commissie zijn een belangrijk onderdeel van de verificatieregeling van het CTBT. De huidige emissies van radioactief xenon uit radiofarmaceutische productiefaciliteiten (RPF's) beïnvloeden aanzienlijk de achtergrondniveaus in de meetstations voor edelgassen van het IMS van de CTBTO.
Met de in het kader van Besluit 2012/699/GBVB ontvangen bijdrage van de Unie heeft de CTBTO een contract afgesloten voor een studie met het oog op de ontwikkeling van een technische oplossing die kan worden gebruikt om de emissies van radioactief xenon uit RPF's te verminderen. De studie werd uitgevoerd door het SCK/CEN in België en maakte het mogelijk een prototype voor een vangsysteem op basis van zilverzeolietmateriaal te ontwikkelen dat veelbelovende resultaten liet zien.
2.
Om de huidige inspanningen inzake xenonmitigatie te ondersteunen en in een follow-up te voorzien voor de resultaten van de werkzaamheden in verband met Besluit 2012/699/GBVB, zijn er middelen nodig voor de verdere ontwikkeling van het xenonvangsysteem met de volgende belangrijke oogmerken:
|
a) |
het uitvoeren van een studie met het oog op de opwaardering van het op zilverzeoliet gebaseerde vangprototype dat door het SCK/CEN België is ontwikkeld in het kader van Besluit 2012/699/GBVB om tot een breder scala van operationele omstandigheden te komen met als doel de prestaties van het systeem verder te evalueren; |
|
b) |
het uitbreiden van de tests tot extra RPF's door specifieke ontwerpstudies en demonstratie-exercities in verschillende operationele omgevingen. De opkomende RPF KAERI in Busan (Zuid-Korea) is een geschikte kandidaat voor het organiseren van dergelijke studies in samenwerking met het SCK/CEN; |
|
c) |
het gedrag van de geselecteerde materialen op lange termijn, met name wat betreft de weerstand tegen een hoog bestralingsniveau in een reële operationele omgeving. Dit zal gebeuren in het kader van het testen onder operationele omstandigheden; |
|
d) |
met de integratie van goed presterende systemen voor controlemetingen in schoorstenen van RPF's zullen kwalitatief hoogwaardige gegevens over de uitstoot van schoorstenen kunnen worden gegenereerd en worden gedeeld met de CTBTO en de staten die het CTBT hebben ondertekend. De detectiesystemen zullen gebaseerd zijn op een krachtige hoogzuivergermaniumdetector voor de analyse van radioactief xenon op verschillende activiteitsniveaus; |
|
e) |
de ontwikkeling van betere ATM-instrumenten met het oog op een betrouwbare evaluatie van emissies van radioactief xenon uit RPF's op IMS-stations. De instrumenten zullen door de CTBTO worden gebruikt en zullen ter beschikking worden gesteld van de staten die het CTBT hebben ondertekend teneinde een onafhankelijke evaluatie op basis van schoorsteenmetingsgegevens mogelijk te maken. Het instrument zal ook een configureerbare configuratie van het IMS-edelgasnetwerk ondersteunen. |
3.
Een totale test van het systeem voor de reductie van xenon onder verschillende operationele omstandigheden zal een definitief ontwerp opleveren van een concrete technische oplossing voor het mitigeren van xenonemissies uit RPF's. De betere prestaties van het IMS-edelgasnetwerk zullen de staten die partij zijn bij het CTBT, toezichtgegevens van hogere kwaliteit wat betreft de CTBT-verificatiewaarde verschaffen.
Component 6: vergroting van de testdekking voor IDC-applicaties
1.
De integratie van eenheden alsmede regressietests vormen een terugkerende, zeer gespecialiseerde en tijdrovende taak binnen het onderhoud van golfvorm- en radionuclideapplicaties bij het IDC. Uitgebreid testen is vereist bij de ingebruikneming van een nieuwe versie van het besturingssysteem, waarbij een nieuwe versie van een applicatie wordt gereleased of de configuratie van bestaande software wordt gewijzigd.
Aangezien de software nogal complex is, in duizenden verschillende configuraties kan worden gebruikt en vaak gebaseerd is op zowel schijf- als databasetoegang om prestaties te kunnen leveren, is de ontwikkeling van tests eveneens complex. De meeste tests zijn tot nu toe verricht door een domeinexpert de software te laten gebruiken in gewone configuraties, en de resultaten te laten onderzoeken en vergelijken met eerdere en verwachte resultaten. Dit manuele proces kan zelden worden herhaald en hangt sterk af van de beschikbaarheid van menselijke middelen en domeinexpertise.
Om deze problemen aan te pakken, heeft de voorbereidende commissie in november 2013 een project opgestart om een kader voor het testen van open bronnen vast te stellen en te implementeren waarmee zij in continue automatische modus tests kan verrichten. Dit is een contract van drie jaar dat in november 2013 van start is gegaan en in november 2016 zou moeten eindigen. De voorbereidende commissie heeft hiervoor reeds contracten inzake softwareontwikkelingsdiensten gesloten. De middelen van de Unie zijn bestemd om te worden gebruikt voor het dekken van de laatste optionele verlenging van dit bestaande contract, te weten van januari tot november 2016. Het kader voor continue automatische tests (CATS) is bedoeld om ook de ontwikkeling en het onderhoud van testreeksen te vergemakkelijken en een eerste reeks integratietests voor de automatische golfvormverwerkingscomponenten te ontwikkelen.
Het project vordert op dit moment als gepland. Het document met de systeemvereisten is voltooid en er zijn twee openbronsoftwarepakketten (Jenkins en FitNesse) gevonden die tezamen aan de eisen van de voorbereidende commissie voldoen.
2.
Met dit project wordt de follow-up van de uitvoering van het CATS beoogd door de codedekking te vergroten via de ontwikkeling van eenheids-, regressie- en integratietests, met name op het gebied van golfvormnetwerkverwerking, radionuclidesoftware, en product- en gegevensverspreiding.
3.
Deze werkzaamheden zullen helpen herhaalbare processen inzake kwaliteitscontrole op te zetten en zullen de softwareontwikkelingsoperaties van het IDC doeltreffender maken. Dit zal resulteren in automatische golfvorm- en radionuclidesoftware van hogere kwaliteit en uiteindelijk in een betere dienstverlening aan de lidstaten van de CTBTO, vooral wat betreft de verspreiding van gegevens, producten en software.
Rubriek 2: verbeteringen van hardware en software in het systeem van multispectrum- en infraroodtechnologie voor inspecties ter plaatse (OSI MSIR-systeem)
1.
Het MSIR-systeem, dat door het PTS is ontwikkeld met financiering op grond van Besluit 2012/699/GBVB en is voltooid door een bijdrage in natura voor de IFE14, kan vanaf een platform in de lucht spectruminformatie verkrijgen over het bereik van zichtbaar tot thermisch infrarood. Het systeem is een opstelling van sensoren op een gestabiliseerde basis, ter ondersteuning van instrumenten en verwerkingstools voor het verkrijgen van voor inspecties ter plaatse (OSI) relevante informatie.
Voorts zijn de onderdelen van het systeem, waaronder de missieplanningssoftware, het traagheidsplatform, het systeemcontrolemechanisme, het hulpnavigatiesysteem voor piloot en operator en de videocamera, geïntegreerd en getest in het per vliegtuig getransporteerde gammaspectrometersysteem van het PTS, waardoor gegevens langs vooraf bepaalde vluchtlijnen kunnen worden verkregen. Deze elementen zijn ook beschikbaar voor andere OSI-operaties vanuit de lucht, waaronder de eerste overvlucht en de magnetische opmeting vanuit de lucht.
2.
Doel is de capaciteit van het MSIR-systeem uit te breiden en aldus het vermogen van inspectieteams om voor OSI's relevante factoren op te sporen, te vergroten. Het MSIR-systeem is als modulair systeem ontworpen en er kunnen componenten worden toegevoegd voor zover en wanneer de middelen het toelaten. Bij het testen door het PTS is de waarde gebleken van andere MSIR-sensoren die een aanvulling zouden vormen op de bestaande reeks sensoren van het systeem. Met dit voorstel wordt beoogd het systeem aan te vullen met specifieke sensoren.
a) Instrument met multispectrale sensoren
Bij het testen door het PTS met een als bijdrage in natura geleverd systeem is de waarde van het verkrijgen van gegevens in afzonderlijke spectrumbanden in zowel nabij- als kortegolfinfrarood gebleken. Daarnaast werd het detectievermogen in dit deel van het spectrum door deelnemers aan twee OSI-deskundigenvergaderingen in 2011 en 2012 aangemerkt als een cruciale vereiste voor een MSIR-systeem in de lucht. Als zodanig is dit onderdeel een cruciaal element van het voorstel.
De als bijdrage in natura geleverde hardware die tijdens IFE14 werd gebruikt, is voor het PTS niet beschikbaar in de vorm van een gebruiksleen op lange termijn, en aangezien die apparatuur nagenoeg het jaar rond wordt gebruikt, is het weinig waarschijnlijk dat soortgelijke apparatuur via een uitleenovereenkomst van een staat die het CTBT heeft ondertekend, kan worden verkregen. Bijgevolg wordt in het voorstel de aankoop beoogd van een overal verkrijgbaar en met de bestaande componenten volledig geïntegreerd multispectraal instrument, dat voor OSI's relevante factoren kan detecteren in nabij- en kortegolfinfrarood.
b) Afstandsmeetinstrument
Zoals tijdens verschillende tests op het terrein is aangetoond, biedt een laser-afstandsmeetinstrument met scanfunctie, geïnstalleerd op een platform in de lucht, aanzienlijke voordelen voor een inspectieteam. Momenteel is het MSIR-systeem niet in staat terreingegevens te genereren, maar dat zou wel het geval zijn als er een laser-afstandsmeetinstrument met scanfunctie aan wordt toegevoegd. Een dergelijk instrument zou:
|
— |
het mogelijk maken snel oppervlakte- en terreinhoogtegegevens te genereren waarmee voor OSI's relevante factoren die door vegetatie worden verborgen, in kaart kunnen worden gebracht; |
|
— |
de correctie van andere MSIR-gegevens en het genereren van geometrisch gecorrigeerde beeldproducten vergemakkelijken; |
|
— |
het mogelijk maken 3D-modellen te genereren die het besluitvormingsproces in het OSI-team verder vergemakkelijken en de missieplanning ondersteunen. |
Dit instrument is niet alleen nuttig voor het MSIR-systeem, maar zou ook kunnen worden gebruikt als hulpcomponent van het RN-systeem om accurate gegevens over vrije hoogte te verstrekken teneinde tijdens overvluchten verkregen gammagegevens te corrigeren. Het zou bijzonder waardevol zijn in gebieden met een hoog reliëf (zoals is ondervonden tijdens IFE14).
3.
Met een efficiënter en effectiever MSIR-systeem zullen de inspecteurs tijdens een OSI beter werk kunnen leveren, en aldus een ondersteuning vormen van het beleid van de Unie en van de vastberadenheid van de Unie om het CTBT in werking te doen treden. Voorts kan het project de Europese industrie van door de lucht vervoerde sensoren aanvullen en verder versterken. In de Unie zijn er verschillende bedrijven die dergelijke producten maken.
Rubriek 3: contacten en capaciteitsopbouw op nationaal niveau
Deze rubriek bestaat uit de volgende twee componenten:
|
Component 1 |
: |
opleiding en workshops in SEAPFE en MESA, onderhoud van het systeem voor capaciteitsopbouw en contacten met wetenschappers en de beleids-/diplomatieke gemeenschappen |
|
Component 2 |
: |
uitgebreide „NDC's in een afzonderlijk softwarepakket” |
Component 1: opleiding en workshops in SEAPFE en MESA, onderhoud van het systeem voor capaciteitsopbouw en contacten met wetenschappers en de beleids-/diplomatieke gemeenschappen
1.
Het PTS heeft met succes aan capaciteitsopbouw ter ondersteuning van NDC's gewerkt en heeft systematisch gebruikers in regio's van Afrika, Latijns-Amerika en het Caribisch Gebied, Oost-Europa, en delen van SEAPFE geautoriseerd. De positieve resultaten die werden bereikt, werden zeer versterkt door steun van de Unie. Een logisch gevolg daarvan zou zijn die capaciteitsopbouw op nationaal niveau uit te breiden naar meer landen in SEAPFE en naar regio's van het MESA. Voorts zijn de capaciteitsopbouwsystemen die in een aantal landen geïnstalleerd zijn (40 systemen met 20 installaties in voorbereiding), van vitaal belang voor het handhaven van capaciteit, maar deze hebben frequent te lijden van technische problemen, die dikwijls te wijten zijn aan de plaatselijke harde klimaatomstandigheden of toestand van de infrastructuur. Een zeker niveau van onderhoud van die systemen is noodzakelijk om ten volle profijt te kunnen trekken van de voordelen van capaciteitsopbouw op nationaal niveau. Interactie op deskundigenniveau met de voorbereidende commissie is een cruciaal middel voor het behoud van zowel politieke steun voor, als technische expertise in, alle aspecten van het CTBT. Een reeks regelmatige conferenties en academische, diplomatieke en wetenschappelijke evenementen waar contacten kunnen worden gelegd (zoals de tweejaarlijkse CTBT-conferentie over wetenschap en technologie, regionale CTBT-workshops en -conferenties, CTBT-cursussen over openbare orde, en workshops door wetenschappers voor wetenschappers) hebben ertoe bijgedragen vertrouwen in de verificatieregeling te wekken en te behouden, en te wijzen op het belang van het CTBT als hoeksteen van de mondiale non-proliferatie- en ontwapeningsregeling. Deze activiteiten vormen ook een nuttig middel om de in bijlage 2 genoemde staten die het CTBT niet hebben geratificeerd erbij te betrekken teneinde de inwerkingtreding van het CTBT vooruit te helpen.
2.
Het subproject versterkt eerdere inspanningen om technische capaciteit op nationaal niveau op te bouwen door ondersteuning van opleiding en workshops in de SEAPFE- en MESA-regio's, een en ander ter bevordering van effectieve deelname van landen in die regio's aan het CTBT. Speciale aandacht gaat uit naar de opleiding van radionuclideanalisten op basis van de software die in 2013 is toegevoegd aan de „NDC's in een afzonderlijk softwarepakket”. Die twee regio's zullen passende aandacht krijgen bij de selectie van ontvangende landen van de activiteiten van het negende project betreffende het uitgebreide „NDC in een afzonderlijk softwarepakket” en het kernelement daarvan, SeisComp3. Eén belangrijke doelstelling hiervan is dat de staten die het CTBT hebben ondertekend, worden gesteund bij het integreren van de verwerking van IMS in nationale en regionale netwerken voor seismische metingen en het samenvoegen van normale routineoperaties, zoals lokaal en regionaal toezicht op seismische gevaren, met toezicht op kernexplosies door de inrichtingen die NDC's huisvesten. Er zal naar banden met de andere twee subprojecten in het kader van dit voorstel worden gestreefd, bijvoorbeeld door het gebruik van passende gemeenschappelijke materialen in de opleiding en workshops en het verzamelen van geleerde lessen op nationaal niveau.
De wegens kleine technische belemmeringen falende technische steun voor daadwerkelijk op nationaal niveau gebruikte capaciteitsopbouwsystemen, met inbegrip van het verzekeren van adequate internettoegankelijkheid, zal worden verbeterd.
Dit subproject zal het CTBT bekender maken bij en beter te begrijpen maken voor academici en beleidsmakers, met name in de staten die wel zijn opgenomen in bijlage 2 van het CTBT, maar die het CTBT niet hebben geratificeerd, door het aanbieden van cursussen en opleidingsprogramma's over CTBT-vraagstukken, met name wat betreft de wetenschappelijke en technische aspecten van hetCTBT. Een en ander zal specifiek gericht zijn op ontwikkelingslanden en staten die wel zijn opgenomen in bijlage 2 van het CTBT, maar die het CTBT niet hebben geratificeerd, overeenkomstig de strategieën van het PTS inzake inwerkingtreding en universalisering van het CTBT.
3.
De activiteiten sporen met de doelstellingen van de Unie doordat een versterkte mondiale beveiliging in de hand wordt gewerkt door het vergroten van de bekendheid met en het begrip van het CTBT en het ondersteunen van Gemeenschappelijk Standpunt 2003/805/GBVB, door intensievere contacten met de staten van bijlage 2, door capaciteitsopbouw op nationaal niveau, onder meer door het overnemen ervan in landen in de SEAPFE- en MESA-regio's.
Component 2: uitgebreide „NDC's in een afzonderlijk softwarepakket”
1.
In 2013 heeft de voorbereidende commissie een inspanning gedaan om haar huidige „NDC's in een afzonderlijk softwarepakket”-aanbod uit te breiden met aanvullende software die de gebruikers in staat stelt gegevens uit het IMS-netwerk gemakkelijker te combineren met gegevens van lokale en nationale stations en tevens de verwerkingscapaciteit van de NDC's aanzienlijk te verbeteren. In het kader van deze inspanning is in december 2013 een licentieovereenkomst met het Duitse onderzoekscentrum voor geowetenschappen Helmholtz-Centre Potsdam GFZ ondertekend, die de voorbereidende commissie in staat stelt de SeisComp3-software in het kader van het „NDC's in een afzonderlijk softwarepakket”-aanbod te verspreiden onder haar geautoriseerde gebruikers voor doeleinden inzake gegevensverwerking en -analyse door het IMS. De softwareontwikkeling voor de eerste release van het uitgebreide „NDC in een afzonderlijk softwarepakket” aan de alfatesters is nu afgerond en zijn de NDC's aan het testen. Tijdens de DPSS-sessies van de NDC-workshop, die van 12 tot en met 16 mei 2014 in Wenen werd gehouden, hebben vertegenwoordigers van NDC het kader van de uitgebreide „NDC's in een afzonderlijk softwarepakket” besproken, de vereisten verfijnd en deze als aanvaardbaar beschouwd. Aan het einde van het project zullen dezelfde NDC-vertegenwoordigers, in de hoedanigheid van alfatesters, de mogelijkheid hebben de nieuwe softwaredistributie op hun locatie te testen. De belangstelling van de CTBTO-lidstaten voor de vaststelling van de vereisten en het testen was overweldigend, ondanks de tijdsdruk en de uitrustingsvereisten die werden opgelegd aan de NDC-vertegenwoordigers die deelnamen aan het project.
2.
Dit subproject zal ook de nieuwe uitgebreide „NDC's in een afzonderlijk softwarepakket” consolideren om de aanneming ervan door de NDC's te vergemakkelijken en tevens de consistentie met de re-engineering van de IDC-software te garanderen. Dit bestaat uit de volgende componenten: a) ingaan op de tijdens de alfatestfase ontvangen feedback door de geconstateerde problemen op te lossen en kleine verbeteringen aan te brengen in de software zoals gevraagd door de alfatesters. Het resultaat van die werkzaamheden moet een eerste officiële release zijn van de uitgebreide „NDC's in een afzonderlijk softwarepakket”; en b) ingaan op de opleidingsbehoeften van NDC's, met name om de pas ontwikkelde tools op te nemen in de uitgebreide „NDC's in een afzonderlijk softwarepakket”, en voor het SeisComp3-pakket. Dat zal worden verwezenlijkt door middel van twee opleidingscursussen inzake NDC-golfvormanalyse en twee opleidingen over SeisComp3, alsmede door middel van „deskundige-op-het-terrein”-missies ten behoeve van NDC's die ter plekke steun behoeven.
3.
De activiteiten sporen met de doelstellingen van de Unie doordat een versterkte mondiale beveiliging in de hand wordt gewerkt door het vergroten van de bekendheid met en het begrip van het CTBT en het ondersteunen van Gemeenschappelijk Standpunt 2003/805/GBVB, en door intensievere contacten met de staten van bijlage 2 van het CTBT, door capaciteitsopbouw op nationaal niveau, met inbegrip van het onderhoud van systemen voor capaciteitsopbouw, en een bredere aanneming van „NDC in een afzonderlijk pakket”-software.
III. DUUR
De totale geschatte duur van de uitvoering van de projecten is 24 maanden.
IV BEGUNSTIGDEN
De begunstigden van de projecten op grond van dit besluit zijn alle ondertekenende staten van het CTBT en de voorbereidende commissie.
V. UITVOERINGSINSTANTIE
De technische uitvoering van de projecten zal in handen zijn van de voorbereidende commissie. De uitvoering van de projecten geschiedt rechtstreeks door het personeel van de voorbereidende commissie van de CTBTO, door deskundigen uit de ondertekenende staten van het CTBT en door contractanten. Het is de bedoeling dat financiering wordt gebruikt om een adviseur voor projectbeheer te contracteren die de voorbereidende commissie moet bijstaan bij de uitvoering van dit besluit, die de rapportageverplichtingen tijdens de gehele uitvoeringsperiode, inclusief het verhalende eindverslag en het financiële eindverslag, moet vervullen en die alle documenten met betrekking tot dit besluit moet archiveren, in het bijzonder met het oog op mogelijke verificatiemissies; die alle aspecten van de zichtbaarheid van de Unie moet waarborgen en er zorg voor moet dragen dat alle activiteiten op financieel en juridisch vlak en inzake overheidsopdrachten stroken met de in artikel 3, lid 3, van dit besluit bedoelde financieringsovereenkomst en dat alle informatie, ook over de begroting, volledig en nauwkeurig is en op tijd wordt verstrekt.
De projecten worden uitgevoerd overeenkomstig de Financiële en Administratieve Kaderovereenkomst (FAFA) en de in artikel 3, lid 3, van dit besluit bedoelde financieringsovereenkomst die de Europese Commissie en de voorbereidende commissie moeten sluiten.
VI. DEELNEMING DOOR DERDEN
Deskundigen van de voorbereidende commissie en uit de ondertekenende staten van het CTBT mogen als deelnemende derde partijen worden beschouwd. Zij zullen hun werkzaamheden verrichten volgens de standaardwerkwijze van deskundigen van de voorbereidende commissie.