5.3.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 61/24 |
UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2015/356 VAN DE RAAD
van 2 maart 2015
waarbij het Verenigd Koninkrijk wordt gemachtigd in bepaalde geografische gebieden een gedifferentieerd belastingniveau op motorbrandstoffen toe te passen overeenkomstig artikel 19 van Richtlijn 2003/96/EG
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Richtlijn 2003/96/EG van de Raad van 27 oktober 2003 tot herstructurering van de communautaire regeling voor de belasting van energieproducten en elektriciteit (1), en met name artikel 19,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij brief van 2 februari 2014 heeft het Verenigd Koninkrijk verzocht om machtiging tot toepassing van een verlaagd accijnstarief op gasolie en loodvrije benzine, geleverd als brandstof voor motorvoertuigen, overeenkomstig artikel 19 van Richtlijn 2003/96/EG in de geografische gebieden die op de datum van kennisgeving van dit besluit vallen onder de postcodedistricten IV54 (Highland, Schotland), IV26 (Highland, Schotland), IV27 (Highland, Schotland), NE48 (Northumberland, Engeland), PH41 (Highland, Schotland), KW12 (Highland, Schotland), PA80 (Argyll and Bute, Schotland), PH36 (Highland, Schotland), IV22 (Highland, Schotland), PA38 (Argyll and Bute, Schotland), PH23 (Highland, Schotland), PH19 (Highland, Schotland), IV21 (Highland, Schotland), LA17 (Cumbria, Engeland), EX35 (Devon, Engeland), IV14 (Highland, Schotland), en in het geografische gebied dat op de datum van kennisgeving van dit besluit onder de „poststad” Hawes valt (North Yorkshire, Engeland). Het Verenigd Koninkrijk heeft op 3 juni en 17 september 2014 aanvullende informatie en nadere toelichtingen verstrekt. |
(2) |
In die gebieden zijn de prijzen voor gasolie en loodvrije benzine, geleverd als brandstof voor motorvoertuigen, hoger dan de gemiddelde prijzen op het overige grondgebied van het Verenigd Koninkrijk, waardoor lokale brandstofgebruikers worden benadeeld. Dit prijsverschil is toe te schrijven aan de extra kosten per eenheid die het gevolg zijn van de geografische ligging van die gebieden, de geringe bevolkingsdichtheid en de relatief lage leveringshoeveelheden voor die brandstof. |
(3) |
De verlaagde belastingtarieven dienen boven de minimumtarieven te liggen die zijn vastgesteld in artikel 7 van Richtlijn 2003/96/EG. |
(4) |
Gezien het specifieke karakter van de gebieden waarop de maatregel van toepassing is en de beperkte tariefverlaging, die de hogere kosten in de geografische gebieden in kwestie slechts ten dele compenseert, wordt niet verwacht dat de maatregel zal leiden tot verschuivingen met het oog op de levering van brandstof. |
(5) |
Bijgevolg is de maatregel aanvaardbaar ten aanzien van de goede werking van de interne markt en de noodzaak om eerlijke concurrentie te garanderen, en is hij verenigbaar met het gezondheids-, milieu-, energie- en vervoersbeleid van de Unie. |
(6) |
In overeenstemming met artikel 19, lid 2, van Richtlijn 2003/96/EG dient iedere uit hoofde van dat artikel verleende machtiging in de tijd strikt beperkt te zijn. Om ervoor te zorgen dat de betrokken bedrijven en consumenten voldoende zekerheid krijgen, wordt de machtiging verleend voor een periode van zes jaar. Om echter toekomstige algemene ontwikkelingen van het bestaande rechtskader niet te ondergraven, moet worden bepaald dat dit besluit, mocht de Raad op grond van artikel 113 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) een gewijzigde algemene regeling voor de belasting van energieproducten invoeren waarmee de in dit besluit verleende machtiging niet verenigbaar is, vervalt op de dag waarop de voorschriften van die gewijzigde regeling van toepassing worden. |
(7) |
Dit besluit laat de toepassing van de Unieregels betreffende staatssteun onverlet, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
1. Het Verenigd Koninkrijk wordt gemachtigd een verlaagd accijnstarief toe te passen op loodvrije benzine en gasolie, geleverd als motorbrandstof voor wegvoertuigen, in de geografische gebieden die op de datum van kennisgeving van dit besluit vallen onder de postcodedistricten IV54 (Highland, Schotland), IV26 (Highland, Schotland), IV27 (Highland, Schotland), NE48 (Northumberland, Engeland), PH41 (Highland, Schotland), KW12 (Highland, Schotland), PA80 (Argyll and Bute, Schotland), PH36 (Highland, Schotland), IV22 (Highland, Schotland), PA38 (Argyll and Bute, Schotland), PH23 (Highland, Schotland), PH19 (Highland, Schotland), IV21 (Highland, Schotland), LA17 (Cumbria, Engeland), EX35 (Devon, Engeland), IV14 (Highland, Schotland), en in het geografische gebied dat op de datum van kennisgeving van dit besluit onder de „poststad” Hawes valt (North Yorkshire, Engeland).
Om overcompensatie te voorkomen, mag de verlaging van het normale nationale belastingtarief voor loodvrije benzine respectievelijk gasolie de extra kosten voor de detailverkoop in die geografische gebieden ten opzichte van de gemiddelde kosten voor de detailverkoop in het Verenigd Koninkrijk niet overschrijden en ten hoogste 50 GBP (64 EUR) per 1 000 liter product bedragen.
2. De verlaagde tarieven moeten in overeenstemming zijn met de verplichtingen van Richtlijn 2003/96/EG en met name met de in artikel 7 daarvan vastgestelde minimumtarieven.
Artikel 2
Dit besluit wordt van kracht op de dag van kennisgeving ervan.
Het vervalt zes jaar later. Indien de Raad echter op grond van artikel 113 VWEU een gewijzigde algemene regeling voor de belasting van energieproducten invoert waarme de overeenkomstig artikel 1 van dit besluit verleende machtiging niet verenigbaar is, dan vervalt dit besluit op de dag waarop de voorschriften van die gewijzigde regeling van toepassing worden.
Artikel 3
Dit besluit is gericht tot het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland.
Gedaan te Brussel, 2 maart 2015.
Voor de Raad
De voorzitter
D. REIZNIECE-OZOLA
(1) PB L 283 van 31.10.2003, blz. 51.