22.11.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 335/7


UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 1249/2014 VAN DE COMMISSIE

van 21 november 2014

tot verlening van een vergunning voor inositol als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor vis en schaaldieren

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding (1), en met name artikel 9, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De verlening van vergunningen voor toevoegingsmiddelen voor diervoeding, met inbegrip van de vergunningsgronden en -procedures, is geregeld bij Verordening (EG) nr. 1831/2003. Artikel 10 van die verordening voorziet in de herbeoordeling van toevoegingsmiddelen waarvoor een vergunning is verleend overeenkomstig Richtlijn 70/524/EEG van de Raad (2).

(2)

Voor inositol is overeenkomstig Richtlijn 70/524/EEG een vergunning zonder tijdsbeperking verleend voor gebruik als nutritioneel toevoegingsmiddel voor alle diersoorten in de groep „vitaminen, provitaminen en chemisch duidelijk omschreven stoffen met een soortgelijke werking”. Vervolgens is die stof overeenkomstig artikel 10, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 als bestaand product opgenomen in het Communautair repertorium van toevoegingsmiddelen voor diervoeding.

(3)

Overeenkomstig artikel 10, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 in samenhang met artikel 7 daarvan werd een aanvraag ingediend voor de herbeoordeling van inositol als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor vis, schaaldieren, katten en honden. De aanvrager heeft gevraagd dit toevoegingsmiddel in de categorie „nutritionele toevoegingsmiddelen” in te delen. De krachtens artikel 7, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vereiste gegevens en documenten zijn bij de aanvraag verstrekt.

(4)

De Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) heeft in haar advies van 9 april 2014 (3) geconcludeerd dat inositol onder de voorgestelde voorwaarden voor gebruik in diervoeding geen ongunstige effecten voor de diergezondheid, de menselijke gezondheid en het milieu heeft. De EFSA heeft ook geconcludeerd dat inositol wordt beschouwd als een effectieve bron van een essentiële micronutriënt voor vis en schaaldieren. Specifieke eisen voor toezicht na het in de handel brengen acht de EFSA niet nodig. Zij heeft ook het rapport over de analysemethode voor de toevoegingsmiddelen voor diervoeding geverifieerd dat door het bij Verordening (EG) nr. 1831/2003 ingestelde referentielaboratorium was ingediend.

(5)

Uit de beoordeling van inositol blijkt dat aan de in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vermelde voorwaarden voor de verlening van een vergunning is voldaan. Het gebruik van die stof zoals gespecificeerd in de bijlage bij deze verordening moet daarom worden toegestaan.

(6)

Aangezien er geen veiligheidsredenen zijn die de onmiddellijke toepassing van de wijzigingen van de vergunningsvoorwaarden vereisen, moet worden voorzien in een overgangsperiode om de bestaande voorraden van de toevoegingsmiddelen, voormengsels en mengvoeders die deze bevatten, zoals toegestaan bij Richtlijn 70/524/EEG, op te gebruiken.

(7)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de in de bijlage beschreven stof, die behoort tot de categorie „nutritionele toevoegingsmiddelen” en de functionele groep „vitaminen, provitaminen en chemisch duidelijk omschreven stoffen met een gelijkaardige werking”, wordt onder de in de bijlage vastgestelde voorwaarden een vergunning voor gebruik als toevoegingsmiddel voor diervoeding verleend.

Artikel 2

De in de bijlage beschreven stof en diervoeders die die stof bevatten die vóór 12 juni 2015 zijn geproduceerd en geëtiketteerd overeenkomstig de voorschriften die vóór 12 december 2014 van toepassing waren, mogen verder in de handel worden gebracht en worden gebruikt totdat de bestaande voorraden zijn uitgeput.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 21 november 2014.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 268 van 18.10.2003, blz. 29.

(2)  Richtlijn 70/524/EEG van de Raad van 23 november 1970 betreffende toevoegingsmiddelen in de veevoeding (PB L 270 van 14.12.1970, blz. 1).

(3)  EFSA Journal 2014;12(5):3671.


BIJLAGE

Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningperiode

mg werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12

Nutritionele toevoegingsmiddelen: vitaminen, provitaminen en chemisch duidelijk omschreven stoffen met een gelijkaardige werking

3a900

Inositol

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

Inositol

Karakterisering van de werkzame stof

Inositol

Chemische formule: C6H12O6

CAS-nr.: 87-89-8

Inositol, vaste vorm, geproduceerd door chemische synthese.

Zuiverheidscriteria: ten minste 97 %.

Analysemethoden  (1)

Voor de identificatie van inositol in het toevoegingsmiddel voor diervoeding: vloeistofchromatografie en infraroodabsorptiespectrofotometrie (Ph. Eur. 01/2008:1805).

Voor de kwantificering van inositol in het toevoegingsmiddel voor diervoeding, voormengsels en diervoeding: analyse van de microbiologische activiteit.

Vis en schaaldieren

1.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en het voormengsel worden de opslag- en stabiliteitsvoorwaarden aangegeven.

2.

Voor de veiligheid: bij hantering moeten ademhalingsbescherming, veiligheidsbril en -handschoenen worden gedragen.

12 december 2024


(1)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn te vinden op de website van het communautaire referentielaboratorium: https://ec.europa.eu/jrc/en/eurl/feed-additives/evaluation-reports