12.5.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 137/1


VERORDENING (EU) Nr. 476/2014 VAN DE RAAD

van 12 mei 2014

tot wijziging van Verordening (EU) nr. 269/2014 betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 215,

Gezien Besluit 2014/145/GBVB van de Raad van 17 maart 2014 betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (1),

Gezien het gezamenlijke voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid en van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Besluit 2014/145/GBVB voorziet in reisbeperkingen en de bevriezing van de tegoeden en economische middelen van bepaalde personen die verantwoordelijk zijn voor acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen. Deze natuurlijke personen, rechtspersonen, entiteiten en lichamen worden vermeld in de bijlage bij het genoemde besluit.

(2)

Verordening (EU) nr. 269/2014 van de Raad (2), geeft uitvoering aan bepaalde in Besluit 2014/145/GBVB vastgestelde maatregelen en voorziet in de bevriezing van de tegoeden en economische middelen van bepaalde personen die verantwoordelijk zijn voor acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen, alsmede met hen verbonden natuurlijke personen, rechtspersonen, entiteiten of lichamen.

(3)

Op 12 mei 2014 heeft de Raad Besluit 2014/265/GBVB (3) vastgesteld waarbij Besluit 2014/145/GBVB wordt gewijzigd en dat gewijzigde criteria voor plaatsing op de lijst bevat, teneinde met name rechtspersonen, entiteiten of lichamen op de Krim of in Sebastopol op te nemen wier eigendom in strijd met het Oekraïense recht is overgedragen, of rechtspersonen, entiteiten of lichamen die door deze overdracht zijn begunstigd, overeenkomstig het beleid van niet-erkenning door de Unie van de illegale inlijving van de Krim door de Russische Federatie.

(4)

De begunstigden van de eigendomsoverdracht moeten worden beschouwd als rechtspersonen, entiteiten of lichamen die eigenaar zijn geworden van in strijd met het Oekraïense recht overgedragen activa ingevolge de inlijving van de Krim en Sebastopol.

(5)

Deze wijzigingen vallen onder het Verdrag en derhalve is regelgeving op Unieniveau noodzakelijk voor de tenuitvoerlegging, met name om te garanderen dat zij in alle lidstaten uniform worden toegepast.

(6)

Om de effectiviteit van de maatregelen waarin deze verordening voorziet te waarborgen, dient de verordening onmiddellijk in werking te treden,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EU) nr. 269/2014 wordt als volgt gewijzigd:

(1)

Artikel 2 komt als volgt te luiden:

„Artikel 2

1.   Alle tegoeden en economische middelen die toebehoren aan, eigendom zijn, in het bezit zijn of onder zeggenschap staan van alle in bijlage I vermelde natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen, of met hen verbonden natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen, worden bevroren.

2.   Er worden geen tegoeden of economische middelen, rechtstreeks of onrechtstreeks, ter beschikking gesteld aan of ten behoeve van de in de lijst in bijlage I vermelde natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen, of met hen verbonden natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen.”

(2)

Artikel 3, lid 1, wordt vervangen door:

„1.   Bijlage I bevat een lijst met natuurlijke personen die verantwoordelijk zijn voor, actief steun verlenen aan of actief uitvoering geven aan acties of beleidsmaatregelen die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne, of de stabiliteit of veiligheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen, of die de werkzaamheden van internationale organisaties in Oekraïne belemmeren, alsook van de met voornoemde personen geassocieerde natuurlijke of rechtspersonen, entiteiten of lichamen, of van de rechtspersonen, entiteiten of lichamen op de Krim of in Sebastopol wier eigendom in strijd met het Oekraïense recht is overgedragen, of de rechtspersonen, entiteiten of lichamen die door deze overdracht zijn begunstigd.”

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 12 mei 2014.

Voor de Raad

De voorzitter

C. ASHTON


(1)  PB L 78 van 17.3.2014, blz. 16.

(2)  Verordening (EU) nr. 269/2014 van de Raad van 17 maart 2014 betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (PB L 78 van 17.3.2014, blz. 6).

(3)  Besluit 2014/265/GBVB van de Raad van 12 mei 2014 tot wijziging van Besluit 2014/145/GBVB betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (zie bladzijde 9 van dit Publicatieblad).