8.3.2014 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 69/3 |
VERORDENING (EU) Nr. 214/2014 VAN DE COMMISSIE
van 25 februari 2014
tot wijziging van de bijlagen II, IV, XI, XII en XVIII bij Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een kader voor de goedkeuring van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan en van systemen, onderdelen en technische eenheden die voor dergelijke voertuigen zijn bestemd
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 5 september 2007 tot vaststelling van een kader voor de goedkeuring van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan en van systemen, onderdelen en technische eenheden die voor dergelijke voertuigen zijn bestemd (kaderrichtlijn) (1), en met name artikel 39, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Richtlijn 2007/46/EG is een geharmoniseerd kader vastgesteld dat de administratieve bepalingen en algemene technische voorschriften voor alle nieuwe voertuigen omvat. Deze richtlijn vermeldt met name de regelgevingen waarin de technische voorschriften zijn vastgelegd waaraan voertuigen moeten voldoen om EG-typegoedkeuring te verkrijgen. Daarnaast werd bij Richtlijn 2007/46/EG de EG-typegoedkeuring van gehele voertuigen verplicht gesteld voor voertuigen voor speciale doeleinden volgens het tijdschema in bijlage XIX bij die richtlijn. |
(2) |
Verordening (EG) nr. 661/2009 van het Europees Parlement en de Raad (2) voerde nieuwe veiligheidsvoorzieningen voor voertuigen in en voorzag in de intrekking van een aantal richtlijnen en hun vervanging door de overeenkomstige reglementen van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties (VN/ECE). |
(3) |
Bijlage XI bij Richtlijn 2007/46/EG bevat een lijst van de regelgevingen voor de EG-typegoedkeuring van voertuigen voor speciale doeleinden, alsmede specifieke bepalingen voor dergelijke voertuigen. Bijlage XI moet worden aangepast om rekening te houden met de bij Verordening (EG) nr. 661/2009 ingevoerde wijzigingen. Daarbij geldt de datum van toepassing van Verordening (EG) nr. 661/2009. |
(4) |
Voor de harmonisatie van de technische voorschriften voor de EG-typegoedkeuring van gehele voertuigen voor voertuigen voor speciale doeleinden moet bijlage II bij Richtlijn 2007/46/EG worden gewijzigd en moeten strengere voorschriften voor ambulances en voor rolstoelen toegankelijke voertuigen worden vastgesteld. Om bedrijven de tijd te geven om hun voertuigen aan te passen, moeten die strengere voorschriften uitsluitend van toepassing zijn op nieuwe voertuigtypen. |
(5) |
Bijlage XVIII bij Richtlijn 2007/46/EG was relevant voor de registratie van op incomplete voertuigen met een nationale typegoedkeuring gebaseerde voertuigen voor speciale doeleinden. Aangezien EG-typegoedkeuringen overeenkomstig het tijdschema in bijlage XIX bij Richtlijn 2007/46/EG de nationale typegoedkeuringen zullen vervangen, moet bijlage XVIII aan het einde van de overgangsperiode als bepaald in bijlage XIX bij Richtlijn 2007/46/EG worden geschrapt. |
(6) |
Deel II van bijlage IV bij Richtlijn 2007/46/EG bevat een lijst van VN/ECE-reglementen die worden erkend als alternatief voor de in deel I van bijlage IV vermelde richtlijnen. Aangezien het merendeel van deze richtlijnen met ingang van 1 november 2014 bij Verordening (EG) nr. 661/2009 wordt ingetrokken en er een nieuw VN/ECE-reglement inzake voetgangersveiligheid is aangenomen, moeten de relevante gegevens in deel II van bijlage IV bij Richtlijn 2007/46/EG worden bijgewerkt. Voorts dienen een aantal fouten in bijlage IV bij die richtlijn te worden gecorrigeerd. |
(7) |
Bijlage XII bij Richtlijn 2007/46/EG werd op dezelfde dag zowel bij Verordening (EU) nr. 1229/2012 (3) als bij Verordening (EU) nr. 1230/2012 van de Commissie (4) gewijzigd; Verordening (EU) nr. 1229/2012 van de Commissie werd echter ontworpen om na Verordening (EU) nr. 1230/2012 te worden bekendgemaakt, zodat er onduidelijkheid kan ontstaan over het aantal voertuigen dat is toegestaan in geval van een typegoedkeuring voor kleine series. Om die onduidelijkheid te beëindigen, moet de geconsolideerde versie van bijlage XII, zoals gewijzigd bij deze twee wetteksten, opnieuw worden bekendgemaakt. |
(8) |
Richtlijn 2007/46/EG moet bijgevolg dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(9) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het technisch comité motorvoertuigen, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Richtlijn 2007/46/EG wordt als volgt gewijzigd:
1) |
De bijlagen II, IV, XI en XII worden gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening. |
2) |
Bijlage XVIII wordt geschrapt. |
Artikel 2
Met ingang van 1 november 2014 beschouwen de nationale autoriteiten de certificaten van overeenstemming van voertuigen als niet langer geldig in de zin van artikel 26, lid 1, van Richtlijn 2007/46/EG, tenzij de desbetreffende typegoedkeuringen aan de voorschriften van bijlage XI bij die richtlijn, als gewijzigd bij deze verordening, zijn aangepast.
De aanvullende voorschriften in aanhangsel 1 van bijlage XI bij Richtlijn 2007/46/EG voor de patiëntenruimte in ambulances en de aanvullende voorschriften in aanhangsel 3 van bijlage XI bij die richtlijn voor het testen van het rolstoelvastzetsysteem en het beveiligingssysteem voor inzittenden bij voor rolstoelen toegankelijke voertuigen, zijn met ingang van 1 november 2014 echter enkel van toepassing voor nieuwe voertuigtypen.
Artikel 3
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Artikel 1, lid 2, artikel 2, en punt 1, onder a), en punt 2, onder b), i), van de bijlage zijn van toepassing met ingang van 1 november 2014.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 25 februari 2014.
Voor de Commissie
De voorzitter
José Manuel BARROSO
(1) PB L 263 van 9.10.2007, blz. 1.
(2) Verordening (EG) nr. 661/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende typegoedkeuringsvoorschriften voor de algemene veiligheid van motorvoertuigen, aanhangwagens daarvan en daarvoor bestemde systemen, onderdelen en technische eenheden (PB L 200 van 31.7.2009, blz. 1).
(3) Verordening (EU) nr. 1229/2012 van de Commissie van 10 december 2012 tot wijziging van de bijlagen IV en XII bij Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een kader voor de goedkeuring van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan en van systemen, onderdelen en technische eenheden die voor dergelijke voertuigen zijn bestemd (kaderrichtlijn) (PB L 353 van 21.12.2012, blz. 1).
(4) Verordening (EU) nr. 1230/2012 van de Commissie van 12 december 2012 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 661/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de typegoedkeuringsvoorschriften voor massa’s en afmetingen van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan betreft en tot wijziging van Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 353 van 21.12.2012, blz. 31).
BIJLAGE
Richtlijn 2007/46/EG wordt als volgt gewijzigd:
1) |
In deel A van bijlage II:
|
2) |
Bijlage IV wordt als volgt gewijzigd:
|
3) |
Bijlage XI komt als volgt te luiden: „BIJLAGE XI VOERTUIGEN VOOR SPECIALE DOELEINDEN: SOORT EN BEPALINGEN VOOR DE EG-TYPEGOEDKEURING Aanhangsel 1 Kampeerwagens, ambulances en lijkwagens
Aanvullende voorschriften voor ambulances De patiëntenruimte in ambulances moet voldoen aan de voorschriften van EN 1789:2007 + A1:2010 + A2:2014 betreffende "Medical vehicles and their equipment - Road ambulances", met uitzondering van punt 6.5 "List of equipment". Het bewijs dat daaraan is voldaan moet worden geleverd door een testrapport van een technische dienst. Als het voertuig beschikt over een rolstoelplaats, zijn de voorschriften in aanhangsel 3 inzake het rolstoelvastzetsysteem en het beveiligingssysteem voor inzittenden van toepassing. Aanhangsel 2 Gepantserde voertuigen
Aanhangsel 3 Voor rolstoelen toegankelijke voertuigen
Aanvullende voorschriften voor het testen van het rolstoelvastzetsysteem en het beveiligingssysteem voor inzittenden
0. Definities
1. Algemene voorschriften
2. Statische testen in het voertuig 2.1. Verankeringen voor de beveiliging van inzittenden in een rolstoel
2.2. Rolstoelvastzetverankeringen De rolstoelvastzetverankeringen moeten gedurende ten minste 0,2 seconden bestand zijn tegen de volgende krachten, uitgeoefend via de SRS (of een geschikte surrogaatrolstoel met een wielbasis, zithoogte en vastzetbevestigingspunten die overeenstemmen met de specificaties voor de SRS), op een hoogte van 300 ± 100 mm boven het oppervlak waarop de SRS is geplaatst:
2.3. Onderdelen van het systeem
3. Dynamische testen in het voertuig
Aanhangsel 4 Overige voertuigen voor speciale doeleinden (inclusief speciale groep, multifunctionele werktuigdragers en caravans) Er moet zoveel mogelijk worden voldaan aan de voorschriften van bijlage IV: ontheffingen worden alleen toegestaan als de fabrikant tot tevredenheid van de goedkeuringsinstantie aantoont dat het voertuig vanwege het speciale doeleinde niet aan alle voorschriften kan voldoen.
Aanhangsel 5 Mobiele kranen
Aanhangsel 6 Voertuigen voor het vervoer van uitzonderlijke ladingen
|