6.2.2014 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 36/7 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 107/2014 VAN DE COMMISSIE
van 5 februari 2014
tot het uit de handel nemen van de toevoegingsmiddelen voor diervoeding kobalt(II)chloride-hexahydraat, kobalt(II)nitraat-hexahydraat en kobalt(II)sulfaat-monohydraat en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1334/2003
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding (1), en met name artikel 10, lid 5,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De verlening van vergunningen voor toevoegingsmiddelen voor diervoeding, met inbegrip van de vergunningsgronden en -procedures, is geregeld bij Verordening (EG) nr. 1831/2003. Artikel 10 van die verordening voorziet in de herbeoordeling van toevoegingsmiddelen waarvoor een vergunning is verleend overeenkomstig Richtlijn 70/524/EEG van de Raad (2). |
(2) |
Voor de toevoegingsmiddelen voor diervoeding kobalt(II)chloride-hexahydraat, kobalt(II)nitraat-hexahydraat en kobalt(II)sulfaat-monohydraat zijn uit hoofde van Richtlijn 70/524/EEG als verbindingen van het sporenelement kobalt vergunningen zonder tijdsbeperking verleend en de vergunningsvoorwaarden zijn laatstelijk vastgesteld in Verordening (EG) nr. 1334/2003 van de Commissie (3). Vervolgens zijn die toevoegingsmiddelen overeenkomstig artikel 10, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 als bestaande producten opgenomen in het communautair repertorium van toevoegingsmiddelen voor diervoeding. |
(3) |
Voor het gebruik van die toevoegingsmiddelen van de groep sporenelementen voor diervoeding zijn vóór het verstrijken van de in artikel 10, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 genoemde termijn geen vergunningaanvragen overeenkomstig die bepaling ingediend. |
(4) |
Bijgevolg moeten die toevoegingsmiddelen voor diervoeding uit de handel worden genomen. |
(5) |
Als gevolg van het uit de handel nemen, moeten die toevoegingsmiddelen voor diervoeding uit de vermelding voor „E3 Kobalt-Co” van de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1334/2003 worden geschrapt. Verordening (EG) nr. 1334/2003 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(6) |
Voor de belanghebbende partijen moet er een overgangsperiode komen waarin de bestaande voorraden van de uit de handel te nemen toevoegingsmiddelen, voormengsels, mengvoeders en voedermiddelen die met die toevoegingsmiddelen zijn geproduceerd, mogen worden opgebruikt. |
(7) |
Het uit de handel nemen van de 3 toevoegingsmiddelen laat de verlening van een vergunning daarvoor en de vaststelling van maatregelen betreffende de status ervan overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1831/2003 onverlet. |
(8) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Intrekking
De tot de groep „sporenelementen” behorende toevoegingsmiddelen voor diervoeding kobalt(II)chloride-hexahydraat, kobalt(II)nitraat-hexahydraat en kobalt(II)sulfaat-monohydraat worden uit de handel genomen.
Artikel 2
Wijziging van Verordening (EG) nr. 1334/2003
In de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1334/2003 worden de vermeldingen „kobalt(II)chloride-hexahydraat”, „kobalt(II)nitraat-hexahydraat” en „kobalt(II)sulfaat-monohydraat” onder het element E3 Kobalt-Co geschrapt.
Artikel 3
Overgangsmaatregelen
1. Bestaande voorraden van de in artikel 1 bedoelde producten mogen tot en met 26 augustus 2014 verder in de handel gebracht en gebruikt worden als toevoegingsmiddelen voor diervoeding.
2. Met de in lid 1 bedoelde toevoegingsmiddelen geproduceerde voormengsels mogen tot en met 26 februari 2015 verder in de handel gebracht en gebruikt worden.
3. Mengvoeders en voedermiddelen die tot en met 26 augustus 2015 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 767/2009 zijn geëtiketteerd en met de in lid 1 bedoelde toevoegingsmiddelen of de in lid 2 bedoelde voormengsels zijn geproduceerd, mogen verder in de handel gebracht en gebruikt worden totdat de voorraden zijn uitgeput.
Artikel 4
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 5 februari 2014.
Voor de Commissie
De voorzitter
José Manuel BARROSO
(1) PB L 268 van 18.10.2003, blz. 29.
(2) Richtlijn 70/524/EEG van de Raad van 23 november 1970 betreffende toevoegingsmiddelen in de veevoeding (PB L 270 van 14.12.1970, blz. 1).
(3) Verordening (EG) nr. 1334/2003 van de Commissie van 25 juli 2003 tot wijziging van de toelatingsvoorwaarden voor een aantal toevoegingsmiddelen van de groep sporenelementen in diervoeders (PB L 187 van 26.7.2003, blz. 11).