30.11.2013   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 320/16

UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 1222/2013 VAN DE COMMISSIE

van 29 november 2013

betreffende de verlening van een vergunning voor het gebruik van propionzuur, natriumpropionaat en ammoniumpropionaat als toevoegingsmiddelen voor diervoeding voor herkauwers, varkens en pluimvee

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding (1), en met name artikel 9, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De verlening van vergunningen voor toevoegingsmiddelen voor diervoeding, met inbegrip van de vergunningsgronden en -procedures, is geregeld bij Verordening (EG) nr. 1831/2003.

(2)

Overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr. 1831/2003 is een vergunningaanvraag voor propionzuur, natriumpropionaat en ammoniumpropionaat ingediend. Bij die aanvraag waren de krachtens artikel 7, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vereiste gegevens en documenten gevoegd.

(3)

De aanvraag betreft een vergunning voor het gebruik van propionzuur, natriumpropionaat en ammoniumpropionaat als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten, in te delen in de categorie „technologische toevoegingsmiddelen”, functionele groep „inkuiltoevoegingsmiddelen”. De aanvraag betreft ook ander gebruik van diezelfde stoffen waarvoor nog geen besluit is genomen.

(4)

De Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) heeft in haar advies van 16 november 2011 (2) geconcludeerd dat propionzuur, natriumpropionaat en ammoniumpropionaat onder de voorgestelde gebruiksomstandigheden geen ongunstige gevolgen hebben voor de diergezondheid, de menselijke gezondheid of het milieu. Tevens werd geconcludeerd dat de stoffen de aerobe stabiliteit van gemakkelijk in te kuilen materialen verbeteren. Specifieke eisen voor toezicht na het in de handel brengen acht de EFSA niet nodig. Zij heeft ook het rapport over de analysemethoden voor de toevoegingsmiddelen voor diervoeding geverifieerd dat door het bij Verordening (EG) nr. 1831/2003 ingestelde referentielaboratorium was ingediend.

(5)

Uit de beoordeling van de betrokken stoffen blijkt dat aan de in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vermelde voorwaarden voor de verlening van een vergunning wordt voldaan. Het gebruik van deze stoffen zou daarom moeten worden toegestaan zoals gespecificeerd in de bijlage bij deze verordening.

(6)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de in de bijlage gespecificeerde stoffen, die behoren tot de categorie „technologische toevoegingsmiddelen” en de functionele groep „inkuiltoevoegingmiddelen”, wordt onder de in die bijlage vastgestelde voorwaarden een vergunning voor gebruik als toevoegingsmiddel voor diervoeding verleend.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 29 november 2013.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO

(1)  PB L 268 van 18.10.2003, blz. 29.

(2)  EFSA Journal (2011); 9(12):2446.

BIJLAGE

Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Naam van de vergunninghouder

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: technologische toevoegingsmiddelen. Functionele groep: inkuiltoevoegingsmiddelen

1k280

—

Propionzuur

 

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

Propionzuur ≥ 99,5 %

 

Karakterisering van de werkzame stof

 

Propionzuur ≥ 99,5 %

 

C3H6O2 CAS-nr.: 79-09-4

 

Niet-vluchtig residu ≤ 0,01 % na drogen bij 140 °C tot constant gewicht

 

Aldehyden ≤ 0,1 % uitgedrukt als formaldehyd

 

Geproduceerd door chemische synthese

 

Analysemethode  (1)

Kwantificering van propionzuur als totaal propionzuur in toevoegingsmiddel voor diervoeding, voormengsels, diervoeding: ion-exclusie-hogeprestatie-vloeistofchromatografie met brekingsindex (HPLC-RI)

Herkauwers

—

—

—

1.

Het gelijktijdige gebruik van andere organische zuren in de maximaal toegestane doses is gecontra-indiceerd.

2.

Het toevoegingsmiddel moet worden gebruikt in gemakkelijk in te kuilen materiaal (2).

3.

Gelijktijdig gebruik met andere bronnen van de werkzame stof mag niet hoger zijn dan het toegestane maximumgehalte.

4.

Voor de veiligheid: gebruik van ademhalingsbescherming, oogbescherming, handschoenen en beschermende kleding tijdens hantering.

20 december 2023

Varkens

—

30 000

Pluimvee

—

10 000

1k281

—

Natriumpropionaat

 

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

Natriumpropionaat ≥ 98,5 %

 

Karakterisering van de werkzame stof

 

Natriumpropionaat ≥ 98,5 %

 

C3H5O2Na

 

CAS-nr.: 137-40-6

 

Gewichtsverlies bij drogen ≤ 4 %, bepaald door twee uur bij 105 °C te drogen

 

Niet in water oplosbaar residu ≤ 0,1 %

 

Geproduceerd door chemische synthese

 

Analysemethode  (1)

Kwantificering van natriumpropionaat in toevoegingsmiddel voor diervoeding:

1.

ion-exclusie-hogeprestatie- vloeistofchromatografie met brekingsindex (HPLC-RI) - voor de bepaling van totaal propionaat, en

2.

atomaireabsorptiespectrometrie (AAS) (EN ISO 6869) - voor de bepaling van totaal natrium.

Kwantificering van natriumpropionaat als totaal propionzuur in voormengsels, diervoeding: ion-exclusie-hogeprestatie-vloeistofchromatografie met brekingsindex (HPLC-RI)

Herkauwers

—

—

—

1.

Het gelijktijdige gebruik van andere organische zuren in de maximaal toegestane doses is gecontra-indiceerd.

2.

Het toevoegingsmiddel moet worden gebruikt in gemakkelijk in te kuilen materialen (2).

3.

Gelijktijdig gebruik met andere bronnen van de werkzame stof mag niet hoger zijn dan het toegestane maximumgehalte.

4.

Voor de veiligheid: gebruik van ademhalingsbescherming, oogbescherming, handschoenen en beschermende kleding tijdens hantering.

20 december 2023

Varkens

—

30 000 (3)

Pluimvee

—

10 000 (3)

1k284

—

ammoniumpropionaat

 

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

Preparaat van ammoniumpropionaat ≥ 19,0 %, propionzuur ≤ 80,0 % en water ≤ 30 %

 

Karakterisering van de werkzame stof

 

Ammoniumpropionaat C3H9O2N

 

CAS-nr.: 17496-08-1

 

Geproduceerd door chemische synthese

 

Analysemethode  (1)

Kwantificering van ammoniumpropionaat in toevoegingsmiddel voor diervoeding:

1.

ion-exclusie-hogeprestatie- vloeistofchromatografie met brekingsindex (HPLC-RI) - voor de bepaling van totaal propionaat,en

2.

titratie met zwavelzuur en natriumhydroxide voor de bepaling van ammonia.

Kwantificering van ammoniumpropionaat als totaal propionzuur in voormengsels, diervoeding:

ion-exclusie-hogeprestatie- vloeistofchromatografie met brekingsindex (HPLC-RI)

Herkauwers

—

—

—

1.

Het gelijktijdige gebruik van andere organische zuren in de maximaal toegestane doses is gecontra-indiceerd.

2.

Het toevoegingsmiddel moet worden gebruikt in gemakkelijk in te kuilen materialen (2).

3.

Gelijktijdig gebruik met andere bronnen van de werkzame stof mag niet hoger zijn dan het toegestane maximumgehalte.

4.

Voor de veiligheid: gebruik van ademhalingsbescherming, oogbescherming, handschoenen en beschermende kleding tijdens hantering.

20 december 2023

Varkens

—

30 000 (3)

Pluimvee

—

10 000 (3)

(1)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn te vinden op de website van het referentielaboratorium: http://irmm.jrc.ec.europa.eu/EURLs/EURL_feed_additives/Pages/index.aspx

(2)  Gemakkelijk in te kuilen voedergewassen: > 3 % oplosbare koolhydraten in vers materiaal (bv. hele maisplanten, raaigras, dravik en suikerbietenpulp). Verordening (EG) nr. 429/2008 van de Commissie (PB L 133 van 22.5.2008, blz. 1).

(3)  Als propionzuur.